Bosch F01U025107B Easy Series 2 User Guide_NL Nl Operation Manual 2515914251
User Manual: Bosch nl-nl Easy Series Intrusion Control Panel
Open the PDF directly: View PDF .
Page Count: 8

Easy Series
NL
Gebruikershandleiding
Inbraakcentrale

Easy Series | Gebruikershandleiding | Gebruik van de bedieneenheid
2 Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B
Gebruik van de bedieneenheid
1
12
1 Het systeem aan- en uitzetten
Kies een optie uit de onderstaande tabel om uw systeem aan
of uit te zetten.
Wacht totdat het pictogram op de bedieneenheid rood
brandt en de uitlooptijd is begonnen voordat u het gebouw
verlaat.
Optie Beschrijving
Toon badge. Volg de instructies van de
bedieneenheid.
Druk op de [i] toets Volg de instructies van de
bedieneenheid.
Voer de PIN-code in. Volg de instructies van
de bedieneenheid.
Druk op om het alarmsysteem in te
schakelen (afwezig). Druk op om het
alarmsysteem uit te schakelen. Zie de
Instelling van de afstandsbediening op pagina
4 voor meer opties van de afstandsbediening.
Invoerbeperking ongeldige PIN-code
U kunt ____ pogingen* doen om een correcte PIN-code in te
voeren voordat het systeem de bedieneenheid gedurende
____ minuten* vergrendelt.
*Deze waarden worden door een medewerker van de
installateur ingesteld.
2 Weergave-indicatoren
Display Beschrijving
Het alarmsysteem is uitgeschakeld. Er is geen
alarm- of probleemsituatie. U kunt het systeem
inschakelen.
Het alarmsysteem is ingeschakeld (aanwezig).
Het alarmsysteem is ingeschakeld (afwezig).
Brand- of inbraakalarm vindt plaats wanneer:
Alarmsysteem is uitgeschakeld
Alarmsysteem is ingeschakeld (aanwezig)
Alarmsysteem is ingeschakeld (afwezig)
Uitlooptijd loopt (alarmsysteem ingeschakeld
aan- of afwezigheidsmodus).
De bedieneenheid kondigt de resterende tijd
aan op gezette tijdstippen. De cirkelsegmenten
gaan één voor één aan en geven daarmee
visueel de status van de uitlooptijd aan.
Tijdens de laatste 10 seconden klinkt er een
snel piepsignaal voordat het alarmsysteem
wordt ingeschakeld.
U hebt nog ______ seconden* om het gebouw
te verlaten voordat er een alarm afgaat.
Inlooptijd (systeem is ingeschakeld aan- of
afwezigheidsmodus).
Tijdens de inlooptijd laat de bedieneenheid een
snel piepsignaal horen. De cirkelsegmenten
gaan één voor één uit en geven daarmee visueel
de status van de inlooptijd aan.
Als u in de beschikbare tijd het systeem niet
uitschakelt, gaat er een alarm af.
Oranje display: Eerste helft van de inlooptijd
Rood display: Tweede helft van de inlooptijd
U hebt nog ______ seconden* om het
alarmsysteem uit te schakelen voordat er een
alarm afgaat.
Er is een systeemprobleem. Volg alle instructies
op van de bedieneenheid.
Een of meer zones zijn overtreden. Volg alle
instructies op van de bedieneenheid.
Te veel overtreden zones.
Test van bedieneenheid. Iconen knipperen om
de beurt.
De bedieneenheid laat vijf minuten voor het
einde van de test een snel dubbel piepsignaal
horen.
* Deze tijdsinstellingen worden door uw installateur ingesteld.
3
3
60
30

Easy Series | Gebruikershandleiding | Gebruik van de bedieneenheid
Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B 3
3
4
5
67
3 Noodknoppen
Uw installateur moet deze knoppen in het systeem activeren
voordat u ze kunt gebruiken.
Houd de juiste noodknop twee seconden ingedrukt om een
alarm te beginnen.
Alarm Icoon
In te
drukken
knop(pen)
Alarmritme Ingescha-
keld?
Brand
Pulserend
Paniek
Vast
Noodgeval
Geen
Paniek
afstands-
bediening
Geen
Geen
4
Gebruikers, badges en afstandsbedieningen
toevoegen of wijzigen
Het systeem ondersteunt maximaal 22 gebruikers:
• Gebruiker 1: “Master”-gebruiker. Standaard PIN-code
is 1234(55)*.
• Gebruikers 2 t/m 21: Systeemgebruikers.
• Gebruiker 22: PIN-code voor uitschakelen onder
dwang. Het systeem verstuurt een “uitgeschakeld onder
dwang”-rapport wanneer het systeem is uitgeschakeld
met de PIN-code voor uitschakelen onder dwang. Aan
de PIN-code voor uitschakelen onder dwang kan geen
badge of afstandsbediening worden toegewezen. Uw
installateur moet de PIN-code voor uitschakelen onder
dwang inschakelen.
* De lengte van alle PIN-codes kan vier of zes cijfers zijn,
afhankelijk van de programmering van het systeem.
Volg alle instructies op van de bedieneenheid.
Zie pagina 5 voor een complete lijst met opties voor het
gebruikersmenu.
Gebruikersbevoegdheid
Functie “Master”-
gebruiker.
Gebruikers
2 t/m 21
Het systeem in- of uitschakelen √ √
Een spreek/luister-sessie1
beginnen √ √
Het menu systeemonderhoud1
openen √ √
Eigen PIN-code wijzigen √ √
Het gebruikersmenu2 openen √
1 Zie het Telefoonmenu op pagina 5 voor meer informatie.
2 Alleen de “master”-gebruiker kan het volledige
gebruikersmenu openen. Gebruikers 2 t/m 21 kunnen
alleen hun eigen PIN-code wijzigen. Zie het Telefoonmenu op
pagina 5 voor meer informatie.
5 Deurbelmodus
Als de deurbelmodus is ingeschakeld, laat de bedieneenheid
een geluid klinken wanneer een omtrekzone is overtreden en
het systeem is uitgeschakeld.
Om de deurbelmodus in of uit te schakelen:
6 Volume aanpassen
Om het volume van de bedieneenheid aan te passen:
Stil bedieneenheid: De in- en uitlooptijdsignalen klinken
niet.
TOEVOEGEN WIJZIGEN VERWIJDEREN
2-seconden
ingedrukt
houden
UIT AAN
HOOG
MEDIUM
LAAG STIL
2-seconden
ingedrukt houden
2-seconden
ingedrukt houden

Easy Series | Gebruikershandleiding | Een telefoonsessie beginnen
4 Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B
7 Audio-interface
Spreek in dit gebied om met iemand via de telefoon te
spreken tijdens een spreek/luister-sessie.
Een telefoonsessie beginnen
U kunt met het beveiligingssysteem vanaf de huistelefoon of
vanaf een externe telefoon verschillende functies uitvoeren.
Zie het Telefoonmenu op pagina 5 voor beschikbare opties.
Huistelefoon
Druk driemaal op het hekje [#]. Het systeem schakelt de
buitenlijn uit en vraagt u om een PIN-code.
Externe telefoon
1. Bel het huistelefoonnummer.
2. Als de oproep door een persoon of een
antwoordapparaat wordt beantwoord, druk dan
driemaal op sterretje [*] om de verbinding met de
beantwoordende partij te verbreken en het systeem te
openen.
3. Voer uw PIN-code in wanneer u daarom wordt
gevraagd.
Als de oproep niet door een persoon of een
antwoordapparaat wordt beantwoord, neemt het systeem
de oproep over nadat de telefoon een geprogrammeerd
aantal keren is overgegaan.
Toegang voor installateur inschakelen
(alleen “master”-gebruiker)
Mijn systeem ondersteunt deze toepassing.
Gebruik deze optie om aan een medewerker van de
installateur toegang tot het systeem te verlenen.
Vanaf de bedieneenheid
Voer de PIN-code van de “master”-gebruiker in en wacht
totdat het systeem de time-out tijd bereikt (het display van de
bedieneenheid knippert niet meer).
Bij gebruik van de badge van de “master”-gebruiker toont u
de badge verschillende keren totdat het systeem “Het
alarmsysteem wordt uitgeschakeld” meldt.
Vanaf het telefoonmenu
1. Druk vanaf het telefoonmenu op [3] voor
systeemonderhoud.
2. Druk op [3] voor het menu systeemtest.
3. Druk op [6] om toegang voor de installateur in te
schakelen.
Toegang voor installateur uitschakelen
Schakel het alarmsysteem in om toegang voor de installateur
uit te schakelen.
Gebruik van de afstandsbediening
Instelling van de afstandsbediening (optioneel)
De medewerker van uw installateur moet de tabel hieronder
invullen. Kies voor elke knop niet meer dan één optie.
Knoptoewijzingen
Knopopties
Systeemstatus (standaard)
Alarmsysteem inschakelen
(aanwezig)
Alarmsysteem inschakelen
(gedeeltelijk)
Output aan of uitzetten
Output gedurende twee seconden
aanzetten
Bediening stil paniek
Mijn systeem verstuurt een paniekrapport van een
stille afstandsbediening.
LED-status afstandsbediening
Status Beschrijving
Afwisselend rood en
groen
Op de afstandsbediening is een knop
ingedrukt. De LED houdt op met
knipperen, of een van de andere
statusindicatoren in deze tabel is van
toepassing.
Snel rood knipperen Het systeem bevindt zich in alarm, of
de stille paniekfunctie is gebruikt.
Langzaam rood
knipperen
Uitlooptijd loopt (systeem in aan- of
afwezigheidsmodus).
Rode LED brandt
stabiel
Het alarmsysteem is ingeschakeld
(aan- of afwezig).
Snel groen
knipperen
Bij het inschakelen van het
alarmsysteem is een fout opgetreden.
Het alarmsysteem wordt niet volgens
verwachting ingeschakeld.
Langzaam groen
knipperen
Het alarmsysteem kan nog niet worden
ingeschakeld. De knop die de
systeemstatus aangeeft geeft deze
status eveneens aan.
Groene LED brandt
stabiel
Het alarmsysteem is uitgeschakeld en
kan worden ingeschakeld. De knop die
de systeemstatus aangeeft geeft deze
status eveneens aan.
Rode LED brandt
stabiel en langzaam
groen knipperen
of is ingedrukt om een
output blijvend in te schakelen, of
gedurende twee seconden
inschakelen.
Groene LED brandt
stabiel en langzaam
rood knipperen
of is ingedrukt om een
output uit te schakelen.

Easy Series | Gebruikershandleiding | Telefoonmenu
Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B 5
Telefoonmenu
Voordat u het telefoonmenu kunt openen, moet u een telefoonsessie beginnen. Zie pagina 4 voor instructies.
Verlaten van menu systeemtest
Spreek/luister-
sessie
Met persoon bij alarmcentrale spreken
Naar persoon bij alarmcentrale luisteren
Spreeksessie beëindigen
1
2
#
Exit
1
2
#
Opsomming van
gebeurtenissen
Menu Systeemtest
1 Datum en tijd instellen
Volledige systeemtest
Systeem herstellen
2
3
Signaalgevertest
Accutest
Communicatietest
Test bedieneenheid
Zonetest
1
2
3
4
5
#
4
5
Exit
#
Meest recente gebeurtenissen
Gebeurtenissen op datum
Laatste alarm
Laatste 10 gebeurtenissen
Exit
1
2
3
4
#
Systeemonder-
houd
3
Telefoonmenu
Voer de gebruikers
PIN-code in
(Gebruikers 1 tot 21)
Om deze optie te horen moet aangepaste
bescherming ingeschakeld zijn.
Deze optie alleen op
non-UL-systemen
gebruiken.
Het alarmsysteem
in- of uitschakelen
5
Om een output aan of uit te zetten drukt u op
de bijbehorende toets op de telefoon.
Outputs bedienen
Alarmsysteem inschakelen (afwezig)
Alarmsysteem inschakelen (aanwezig)
Alarmsysteem inschakelen (gedeeltelijk)
1
2
3
#Exit
Een telefoonsessie beëindigen.
}
De spreeksessie duurt maar 90 seconden.
Om de timer te resetten drukt u op toets [1] op de telefoon
tijdens spreekmodus, of op [2] tijdens luistermodus.
Nieuwe
gebruiker
toevoegen
Nieuwe gebruiker toevoegen
Gebruiker wijzigen
Gebruiker verwijderen
1
2
3
4
#Exit
Om een gebruiker toe te
voegen of te verwijderen:
}
Outputs bedienen
OF
Expert programmering (Toegang
voor installateur inschakelen)
6
Alleen de beheerder heeft toegang
tot het volledige gebruikersmenu.
Gebruikers 2 t/m 21 kunnen alleen
hun eigen PIN-code wijzigen.
Badge wijzigen
Beschrijving
noteren
PIN-code wijzigen
Afstandsbediening wijzigen
Exit
1
2
3
4
#
Zie Toegang voor
installateur inschakelen op
pagina 4 voor meer
informatie.
Output Beschrijving
1
2
3
4
5 (draadloos)
6 (draadloos)
7 (draadloos)
8 (draadloos)

Easy Series | Gebruikershandleiding | Een alarm uitschakelen
6 Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B
Een alarm uitschakelen
Wanneer een alarm afgaat, wacht het systeem 30 seconden
voordat het een melding naar de meldkamer stuurt. Uw
installateur kan de vertragingstijd aanpassen.
Om het alarm tijdens deze vertragingstijd af te breken, toont
u uw badge, voert u uw PIN-code in, of drukt u op op
de afstandsbediening. Het alarm is dan uitgeschakeld.
U hebt ______ seconden* om een alarm af te breken.
Als een alarm afgaat en het systeem heeft de alarmmelding
na afloop van de vertragingstijd verstuurd, toon dan uw
badge, voer uw PIN-code in of druk op op de
afstandsbediening om een annulering van de alarmmelding te
versturen. Het alarm is dan uitgeschakeld.
U hebt ______ minuten* om een annulering van de
alarmmelding te versturen.
* Deze tijdsinstellingen worden door uw installateur ingesteld.
Alarm- en probleemgebeurtenissen
Uw systeem kan maximaal _____ alarm- of
probleemgebeurtenissen versturen totdat u het systeem
uitschakelt of reset.
*Deze waarde wordt door uw installateur ingesteld.
PIN-codes van gebruikers en zonebeschrijvingen
PIN-codes van gebruikers
Gebruiker 0 = Installateur
Gebruiker PIN-code Beschrijving Gebruiker PIN-code Beschrijving
1 (“master”) 12
2 13
3 14
4 15
5 16
6 17
7 18
8 19
9 20
10 21
11 22 (Dwang)
Zones
Zone 0 = on-board sabotageschakelaar input
Zonenummer Beschrijving Zonenummer Beschrijving
1 17
2 18
3 19
4 20
5 21
6 22
7 23
8 24
9 25
10 26
11 27
12 28
13 29
14 30
15 31
16 32
30
5
3

Easy Series | Gebruikershandleiding | Systeeminformatie
Bosch Security Systems | 5/06 | F01U025107B 7
Systeeminformatie
Telefoonlijn voorkeurschakeling
Uw beveiligingssysteem beschikt over een
voorkeurschakeling voor de telefoonlijn. De
installateur kan uw systeem programmeren voor
het versturen van meldingen via de telefoonlijn
naar de meldkamer. U kunt geen gebruik maken
van uw telefoonlijn wanneer het systeem
meldingen naar de meldkamer stuurt.
Als de meldkamer geen meldingen kan
ontvangen, kan uw telefoon tot 20 minuten
onbereikbaar zijn omdat het systeem dan
contact probeert te maken met de meldkamer.
Als uw telefoondienst wordt onderbroken, kan
het beveiligingssysteem geen meldingen naar
de meldkamer sturen, tenzij er een andere
manier is om die te versturen.
Beperkingen
Ook de meest geavanceerde beveiligingssystemen kunnen
geen bescherming garanderen tegen inbraak, brand of
milieudreigingen. Alle beveiligingssystemen zijn vatbaar voor
risico’s of waarschuwingsuitvallen om onder meer de
volgende redenen:
• Als sirenes of hoorns buiten het gehoorbereik van
mensen zijn geplaatst in verafgelegen gedeelten van het
gebouw of in ruimten die vaak worden gesloten, bieden
ze niet de beoogde bescherming.
• Wanneer insluipers zichzelf via onbeschermde zones
toegang verschaffen, kan het systeem hun binnenkomst
niet detecteren.
• Wanneer insluipers beschikken over de technische
middelen om (een deel van) het systeem te omzeilen of
te ontkoppelen, kunnen zij niet worden gedetecteerd.
• Als de hoofdvoeding is uitgeschakeld en de accu
ontbreekt of leeg is, kunnen detectors inbraak niet
detecteren.
• Rookmelders kunnen geen rook in schoorstenen, muren,
daken of rook achter een vergrendelde deur detecteren.
Ze kunnen geen rook of brand detecteren op een ander
niveau van het gebouw dan waar ze zich bevinden.
Rookmelders kunnen niet op tijd waarschuwen voor
branden die door explosies ontstaan, door onjuiste
opslag van ontvlambare materialen, overbelaste
elektrische circuits of andere gevaarlijke
omstandigheden.
• Wanneer telefoonlijnen buiten werking zijn, kunnen er
geen rapporten van het beveiligingssysteem naar de
meldkamer worden verzonden. Telefoonlijnen staan
bloot aan storingen door allerlei oorzaken.
• Onjuist onderhoud en het niet testen van het systeem
zijn de meest voorkomende oorzaken van incorrect
functionerende alarmen. Test uw systeem regelmatig om
te zorgen dat alle onderdelen naar behoren werken, en
laat het op de plaatselijke wet- en regelgeving
controleren.
Hoewel een beveiligingssysteem uw verzekeringspremie kan
doen verminderen, is het systeem geen alternatief voor een
verzekering. Waarschuwingssystemen kunnen u niet
compenseren voor het verlies van levens of bezittingen.
Brandveiligheid en evacuatie
Brand in woonhuizen is een belangrijke oorzaak van
ongevallen met dodelijke afloop. De meeste door brand
veroorzaakte sterfgevallen gebeuren ‘s nachts wanneer
bewoners in hun slaap stikken door rook en giftige gassen, in
mindere mate door de brand zelf. Neem de volgende
richtlijnen in acht om dit risico te helpen verminderen:
• Breng risico’s op brand tot een minimum terug. In bed
roken, schoonmaken met brandbare vloeistoffen zoals
benzine, kinderen alleen thuis laten, en gebruik van
onveilige feestdecoraties zijn een aantal
veelvoorkomende oorzaken van brand in woonhuizen.
• Installeer een brandalarmsysteem. Het voornaamste doel
van dit systeem is mensen te waarschuwen door
mogelijke gevaren zo vroeg mogelijk te melden.
• Plaats rookmelders op alle locaties die door plaatselijke
wet- en regelgeving zijn voorgeschreven.
• Houd oefeningen voor een evacuatieplan. Omdat er heel
weinig tijd kan zitten tussen de ontdekking van een
brand en de tijd waarop die dodelijke gevolgen heeft,
moet elk gezinslid weten hoe het woonhuis volgens dit
plan snel kan worden verlaten.
• Zorg voor een primaire en alternatieve evacuatieroute.
Omdat trappen en gangen bij brand niet toegankelijk
kunnen zijn, moet verlaten via een slaapkamerraam in
het plan worden opgenomen. Als het slaapvertrek zich
niet op de begane grond bevindt, zorg dan voor een
mogelijkheid om het huis aan de buitenkant te verlaten,
als deze voorziening er niet al is.
• Spreek af om elkaar ergens buiten het huis te ontmoeten,
bijvoorbeeld bij de buren, zodat u weet dat iedereen er
is.
• Als het alarm per abuis is afgegaan, zet de sirene dan af,
reset de detectors, en vertel uw meldkamer onmiddellijk
dat er geen sprake van een noodgeval is.
EN50131 Naleving
EN50131-1 Beveiligingsgraad 2, Milieuklasse II
Logische sleutel Aantal unieke combinaties
Zes-cijferige PIN-code* 15.625
Badge 42.000.000.000
afstandsbediening 2.800.000.000.000.000
* Alleen nummers 1 tot 5 zijn toegestaan
Rookmelders op
elke verdieping
Rookmelders
in of nabij
slaapvertrekken

Neem voor technische ondersteuning aub contact op met:
© 2006 Bosch Security Systems
F01U025107B