Proform Petl127112 Performance 1250 Treadmill Users Manual

2015-04-13

: Proform Proform-Petl127112-Performance-1250-Treadmill-Users-Manual-698099 proform-petl127112-performance-1250-treadmill-users-manual-698099 proform pdf

Open the PDF directly: View PDF PDF.
Page Count: 36

DownloadProform Proform-Petl127112-Performance-1250-Treadmill-Users-Manual-  Proform-petl127112-performance-1250-treadmill-users-manual
Open PDF In BrowserView PDF
Modelnr. PETL12711.2
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Sticker met
serienummer

KLANTENDIENST
Neem contact op met de
Klantendienst (zie informatie
hieronder) of neem contact op met
de winkel waar u dit product gekocht
heeft wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken of
beschadigd zijn.

4021 529 7186

Maandag-Vrijdag 08:00-20:00
GMT; Zaterdag 09:00-13:00 GMT
Website:
www.iconsupport.eu
Email:
csuk@iconeurope.com

OPGELET
Lees voor gebruik van dit apparaat alle instructies en voorzorgsmaatregelen in deze handleiding. Bewaar deze handleiding
voor verdere raadpleging.

www.iconeurope.com

INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
VOORDAT U BEGINT. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
MONTAGE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
DE HARTSLAG MONITOR. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
LIJST MET ONDERDELEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
GEDETAILLEERDE TEKENING­­. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Laatste pagina
RECYCLING INFORMATIE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Laatste pagina

DE STICKERS MET WAARSCHUWING
French

De waarschuwingstickers hier afgebeeld zijn met
dit product inbegrepen. Plak de stickers op de
aangegeven plaatsen over de Engelse waarschuwingen heen. De hier getoonde sticker(s)
met waarschuwing is/zijn op de aangegeven
plaats(en) geplakt. Raadpleeg de laatste pagina
van deze handleiding wanneer een sticker
ontbreekt of niet leesbaar is en vraag om een
vervangende sticker. Plak de sticker op de
aangegeven plaats. Aandacht: de sticker(s)
worden niet op ware grootte weergegeven.

Spanish

Italian

German

Dutch

252913

PROFORM is een merk van ICON Health & Fitness, Inc.
iPod, iPod nano, iPod touch, en iTunes zijn gedeponeerde handelsmerken van
Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen. iPod® is niet inbegrepen.
Nike is een gedeponeerd handelsmerk van NIKE, Inc. en aangesloten bedrijven.

2

BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING:

lees om het risico op brandwonden, brand, elektrische shok,
of persoonlijkletsel te verminderen, alle belangrijke voorzorgsmatregelen en instructies in deze
handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u de loopband gebruikt. ICON is niet
verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
zowel mannen als vrouwen. Draag altijd
gymschoenen. Gebruik de loopband nooit op
blote voeten, met alleen sokken of sandalen
aan.

1.	 R
 aadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan
35 of mensen met gezondheidsproblemen.
2.	 Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om zich ervan te vergewissen dat alle
gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van alle waarschuwingen en
voorzorgsmaatregelen.

11.	Steek de stekker alleen in een geaard stopcontact (zie bladzijde 16). Geen enkel ander
apparaat mag op dezelfde groep aangsloten
zijn.
12.	Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik
2
dan alleen een 3 draadig, 1 mm (maat 14)
snoer van maximaal 1,5 meter.

3.	 G
 ebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4.	 G
 ebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.

13.	Houd het snoer bij hete oppervlaktes
vandaan.
14.	Loop nooit op de loopband wanneer de
elektriciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband niet wanneer het snoer of de stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
deze niet goed werkt. (Zie ONDERHOUD EN
PROBLEMEN OPLOSSEN op bladzijde 26 als
de loopband niet goed werkt.)

5.	 P
 laats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,4 m ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte aan iedere kant van de
loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen
luchtopeningen blokkeert. Leg een matje
onder de loopband om uw vloer of de vloerbedekking te beschermen.

15.	Lees de noodstopprocedure grondig door,
begrijp wat u gelezen heeft en test de procedure voordat u de loopband gebruikt
(raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE
ZETTEN op bladzijde 18). Draag altijd de clip
bij gebruik van de loopband.

6.	 Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof beheerd
wordt.
7.	 Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12 jaar
en huisdieren bij de loopband vandaan.
8.	 De loopband kan alleen gebruikt worden door
mensen die niet zwaarder zijn dan 150 kg.

16.	Sta altijd op de voetleuningen wanneer de
loopband wordt gestart of gestopt. Houd bij
gebruik van de loopband de handleuningen
altijd vast.

9.	 Laat nooit meer dan één persoon tegelijk de
loopband gebruiken.

17.	Houd vingers, haar en kleding uit de buurt
van de bewegende loopband.

10.	Draag bij gebruik van de loopband de
juiste kleding. Draag geen losse kleding
die in de loopband verstrikt kan raken.
Sportsuspensiors worden aangeraden voor

18.	De loopband kan op hoge snelheden draaien.
Stel de snelheid geleidelijk bij om plotselinge
schokken bij het versnellen te voorkomen.

3

19.	De hartslagmonitor is geen medisch instrument. Diverse factoren zoals beweging,
kunnen de juistheid van de metingen beïnvloeden. De hartslagmonitor dient slechts om
de hartslag globaal te meten, als hulpmiddel
bij uw oefeningen.

23.	Steek nooit enig onderwerp in welke opening
van de loopband dan ook.

20.	Laat de loopband nooit zonder toezicht
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, en zet de schakelaar in de uitstand wanneer de loopband niet
gebruikt wordt. (Zie de tekening op bladzijde
5 om te zien waar de schakelaar zit.)

trek de stekker na gebruik
25.	
altijd direct uit het stopcontact. Doe dit
ook bij het schoonmaken van de loopband,
voor het plegen van onderhoud en voor het
bijstellen zoals beschreven in deze handleiding. Verwijder nooit de motorkap tenzij een
servicemonteur dat aangeeft. Onderhoud,
anders dan de procedures in deze handleiding moet uitsluitend uitgevoerd worden door
een erkende servicemonteur.

24.	Controleer alle onderdelen regelmatig en
draai ze dan goed vast.

GEVAAR:

21.	Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u deze rechtop zet, neer laat of
verplaatst. (Zie MONTAGE op bladzijde 7
en HOE DE LOOPBAND IN TKLAPPEN EN
VERPLAATSEN op bladzijde 25.) U moet op
veilige wijze in staat zijn om 20 kg te kunnen
optillen, of om de loopband te verplaatsen.

26.	Deze loopband is alleen voor huiselijk
gebruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel, niet voor verhuur of in een
instelling.

22.	Bij het inklappen of het verplaatsen van de
loopband dient u ervoor te zorgen dat de
opbergvergrendeling het onderstel stevig in
de opbergstand houdt.

27.	Te veel oefeningen doen kan leiden tot ernstig
letsel of de dood. Als u pijn voelt, kortademig
of duizelig wordt tijdens het oefenen, dient u
onmiddellijk te stoppen en af te koelen.

BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

4

VOORDAT U BEGINT
Dank u dat u hebt gekozen voor de revolutionaire
PROFORM® PERFORMANCE 1250 loopband. Deze
PERFORMANCE 1250 loopband biedt een reeks aan
indrukwekkende functies die zijn ontwikkeld om uw
oefeningen effectiever en leuker te maken. Als u geen
oefeningen doet, kunt u deze unieke loopband opvouwen, waardoor deze minder dan de helft van de ruimte
inneemt van andere loopbanden.

omslag van deze handleiding als u nog vragen hebt.
Noteer het productnummer en het serienummer voordat u met ons contact opneemt. De plaats waar u de
stickers met het productnummer en het serienummer
kunt vinden wordt op de omslag van de handleiding
aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.

Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de loopband. Raadpleeg de

Lengte:		
Breedte:	

193 cm
94 cm

Bedieningspaneel
Lade
Hangreep met
Hartslagmonitor

Handleuning
Staander

Sleutel/Clip

Loopband

Schakelaar

Voetrail

Kussen van het Platform
Bijstelschroeven
van de Ruststandrol

5

ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA
Raadpleeg de onderstaande tekeningen om kleine onderdelen te herkennen. Het getal tussen haakjes onder
iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind van deze
handleiding. Het nummer naast het sleutelnummer is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Aandacht:
Als een onderdeel zich niet in de hardwareset bevindt, controleert u of deze al vooraf is gemonteerd. Er
kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd.

1/4"
Stertussenring
(35)–2

#8 x 1/2"
Schroef
(1)–16

5/16" x 1"
Schroef (5)–4

1/4" Platte
Tussenring
(36)–2

5/16"
3/8"
Stertussenring Stertussenring
(11)–8
(13)–4

5/16" Platte
Tussenring
(113)–4

#8 x 1/2"
Aardschroef
(10)–1

5/16" x 1 1/4"
Schroef (4)–6

#8 x 3/4" Schroef
(2)–6

3/8" x 1 1/4"
Schroef (8)–4

3/8" x 2" Bout (3)–1

#10 x 3/4"
Schroef
(9)–2

#10 x 3/4" Schroef
met Platte Kop
(112)–2

3/8" x 1 3/4" Bout (6)–1

3/8" x 2 3/4" Schroef (7)–4

6

3/8" Moer
(12)–2

MONTAGE
•	Montage moet door twee personen worden
uitgevoerd.

•	 Voor het herkennen van de kleine onderdelen,
kijkt u op pagina 6.

•	Plaats de loopband op een open plek en verwijder het verpakkingsmateriaal. Gooi het verpakkingsmateriaal niet weg totdat u de loopband
volledig hebt gemonteerd.

•	Het volgende gereedschap kan voor de montage
nodig zijn:
	

de meegeleverde inbusleutels	

•	De onderkant van de loopriem van de loopband
is voor een goede werking bedekt met een
smeermiddel. Tijdens het vervoer kan een klein
beetje smeermiddel aan de bovenkant van de
loopriem of de verpakkingsmateriaal terecht zijn
gekomen. Dit is normaal. Als er zich smeermiddel
op de bovenkant van de loopriem bevindt, kunt
u deze eenvoudigweg afvegen met een zachte
doek en een reiniger zonder schuurmiddel.

	

een instelbare sleutel

	

een Philips schroevendraaier

	schaar
	Om schade aan onderdelen te vermijden, moet
u geen elektrisch gereedschap bij het monteren
gebruiken.

1.	
Zorg dat het snoer niet op het stopcontact
gestoken is.

1

	Leg een stuk carton onder de achterkant van het
Onderstel (56) om de vloer of de vloerbedekking
te beschermen.

56

	Maak de Linker Wielkap (96) aan de Basis (94)
vast met twee #8 x 3/4" Schroeven (2).
	

94

 aak de Rechter Wielkap (niet afgebeeld) op
M
dezelfde manier vast aan de rechterkant van
de Basis (94).

2
96
Carton

2.	Trek de Draad van de Staander (81) en de Aarddraad van de Basis (110) door het aangegeven
gat in de Basis (94).

2
77

	Maak de Aarddraad van de Basis (110) aan de
Basis (94) vast met een #8 x 1/2" Aardschroef
(10).

Gat
81

	Druk de Pakkingring (77) in het vierkante gat in
de Basis (94).

10

7

110

94

3.	Zoek naar de Linker Staander (89), aangegeven
met “Left” (L of Left geeft links aan; R of Right
geeft rechts aan). Laat een tweede persoon de
Linker Staander bij de Basis (94) houden.
	

3
81

 aadpleeg de inzet-tekening. Maak de draadR
band in de Linker Staander (89) goed vast rond
het uiteinde van de Draad van de Staander (81).
Trek dan aan het andere uiteinde van de draadband totdat de Draad van de Staander goed
door de Linker Staander ligt.

89
Draadband
Draadband

89

81

4.	Houd de Linker Staander (89) tegen de Basis
(94). Zorg ervoor dat de Draad van de Staander (81) niet bekneld raakt. Draai gedeeltelijk twee 3/8" x 1 1/4" Schroeven (8) met twee
3/8" Sterringen (13) en twee 3/8" x 2 3/4" Schroeven (7) gedeeltelijk vast in de Linker Staander
totdat de koppen van de Schroeven de Linker
Staander raken. Maak de Schroeven nog niet
volledig vast.

94

4
81
89

	Maak de Rechter Staander (niet afgebeeld)
op dezelfde manier vast. Aandacht: er zijn
geen draden aan de rechterkant.

7

13

8

8

13

94

81

5.	Zoek naar de de Linker en de Rechter Kappen
van de Basis (82, 83). Schuif de Linker Kap van
de Basis op de Linker Staander (89). Schuif de
Rechter Kap van de Basis op de Rechter Staander (90). Druk de Kappen van de Basis nog
niet vast op hun plaats.

5
90
80

	Zoek naar de Linker en de Rechter Kappen van
de Staander (79, 80). Schuif de Linker Kap van
de Staander op de Linker Staander (89). Schuif
de Rechter Kap van de Staander op de Rechter
Staander (90).

89
79

83

82

6.	Snij de plastic draadbanden in de Linker Handleuning (88) en in de Rechter Handleuning
(niet getoond) los. Mocht het nodig zijn, druk
dan de 5/16" Vierkante Moeren (31) opnieuw in
(alleen één moer wordt afgebeeld).

6
81

	Zoek naar de Linker Handleuning (88) en houd
deze bij de Linker Staander (89) vast. Steek de
Draad van de Staander (81) door de beugel aan
de onderkant van de Linker Staander. Trek de
Draad van de Staander uit het uiteinde van de
Linker Handleuning.

88

31

Tie

89

9

7.	Maak de Linker Handleuning (88) aan de Linker
Staander (89) vast met twee 5/16" x 1" Schroeven (5), twee 5/16" Tussenringen (11), en een
5/16" x 1 1/4" Schroef (4). Draai de Schroeven
nog niet helemaal vast.

7
4

	Maak de Rechter Handleuning (87) op
dezelfde manier vast.

11

87

11

5

5
88

4
89

8.	Plaats het bedieningspaneel met de bovenkant op een zachte oppervlakte zodat het bedieningspaneel niet bekrast wordt. Verwijder en
gooi de twee schroeven (A). Til vervolgens de
Dwarsstang (93) af. Gooi de twee Schroeven
weg.

8

Bedieningspaneel

A

A

93

9.	 B
 ELANGRIJK: om beschadiging aan de
Dwarsstang (93) te voorkomen, moet u geen
groot gereedschap gebruiken en moet u de
#10 x 3/4" Schroeven (9) of de #10 x 3/4"
Schroeven met Platte Kop (112) niet te vast
draaien.

9

9
93
35

	Draai de Dwarsstang (93) zoals afgebeeld.
Maak de Dwarsstang aan de Handleuningen
(87, 88) vast met twee #10 x 3/4" Schroeven
met Platte Kop (112), twee #10 x 3/4" Schroeven (9), en twee 1/4" Tussenringen (35) zoals
aangegeven. Draai eerst alle vier de Schroeven wat aan, en draai dan elke Schroef vast.

9 112

88

10

112

35

87

10.	Houd met de hulp van een tweede person het
bedieningspaneel bij de Linker Handleuning
(88).

10
Bedieningspaneel

	Sluit de Draad van de Staander (81) op de
draad van het bedieningspaneel aan. Raadpleeg de inzet-tekening. De connectoren
zouden makkelijk samen moeten glijden en
op hun plaats moeten klikken. Als dit niet
gebeurt, dient u een van de connectoren te
draaien en het nog eens te proberen. ALS U
DE CONNECTOREN NIET GOED AANSLUIT,
KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN WANNEER DE STROOM INGESCHAKELD WORDT. Verwijder de draadband
uit de Draad van de Staander.

Draad van het
Computer
81

Draadband

11.	Plaats het bedieningspaneel op de Linker en de
Rechter Handleuningen (87, 88). Zorg ervoor
dat de draden niet bekneld raken. Steek het
overschot aan Draad van de Staander (niet
afgebeeld) in de Linker Handleuning.
	Maak het bedieningspaneel vast met zes #8 x
1/2" Schroeven (1), vier 5/16" x 1 1/4" Schroeven (4), vier 5/16" Platte Tussenringen (113),
en vier 5/16" Tussenringen (11). Draai eerst
alle tien de Schroeven wat aan, en draai
daarna elke Schroef vast.

11

88

Bedieningspaneel

11

87

11

113
4

	
Zie stap 7. Draai de vier 5/16" x 1" Schroeven
(5) en de twee 5/16" x 1 1/4" Schroeven (4)
goed vast.

11

1

1

88
113
4

12.	Draai de vier 3/8" x 2 3/4" Schroeven (7) en dan
de vier 3/8" x 1 1/4" Sschroeven (8) goed vast
(alleen een kant wordt afgebeeld).

12
83

	Druk de Linker en de Rechter Kappen van Basis
(82, 83) goed vast in de Basis (94) tot deze op
hun plaats klikken.

7
8

13.	Schuif de Linker Kap van de Handleuning (85)
op de Linker Handleuning (88). Schuif de Rechter Kap van de Handleuning (86) op de Rechter
Handleuning (87). Maak de Kappen van de
Handleuning vast met twee #8 x 1/2" Schroeven
(1) vast.

94

82

13
86
87

1
85

88

1

14.	Houd de Linker Kap van de Staander (79) tegen
het bedieningspaneel. Stel de gaten in de Linker
Kap van de Staander gelijk met de gaten in de
Linker Staander (89). Maak de Linker Kap van
de Staander vast met twee #8 x 1/2" Schroeven
(1), een #8 x 3/4" Schroef (2), en een 1/4" Platte
Tussenring (36) zoals afgebeeld.

14

36

	
Maak de Rechter Kap van de Staander (80)
op dezelfde manier vast aan de Rechter Staander (90).

36
2
1

80
90

12

Bedieningspaneel

1

79
2
89

15.	Maak de Linker en de Rechter Lade (107, 108)
aan het bedieningspaneel vast met vier #8 x
1/2" Schroeven (1).

15
108
107

1

1

16.	Zet daarna het Onderstel (56) rechtop, tot de
afgebeelde stand. Laat een tweede persoon
het Onderstel vasthouden totdat stap 17
voltooid is.

Bedieningspaneel

1

16
56

	Draai de Opbergvergrendeling (53) zodanig
dat de grote cilinder en de vergrendelingsknop
gedraaid zijn zoals afgebeeld.
	Maak het onderste uiteinde van de Opbergvergrendeling (53) aan de Basis (94) vast met een
3/8" x 2" Bout (3) en een 3/8" Moer (12).

Vergrendelknop

53

94

12

Grote
Cilinder

13

3

17.	Maak het bovenste uiteinde van de Opbergvergrendeling (53) aan het Onderstel (56) vast met
een 3/8" x 1 3/4" Bout (6) en een 3/8" Moer (12).
Aandacht: het kan nodig zijn om het Onderstel
wat naar voren en naar achteren te schuiven om
de Opbergvergrendeling gelijk te stellen met het
Onderstel.

17

56

12

	Laat het Onderstel (56) neer (zie HOE DE
LOOPBAND NEER TE LATEN VOOR GEBRUIK op bladzijde 25).

6
53

20.	Zorg dat alle onderdelen goed vastgedraaid zijn voordat u de loopband gebruikt. Als er velletjes plastic
op de loopbandstickers zitten, verwijder deze dan. Plaats een matje onder de loopband om de vloer of de
vloerbedekking te beschermen. Aandacht: er kunnen extra onderdelen meegeleverd zijn. Berg de meegeleverde inbussleutels goed op; een van de inbussleutels wordt gebruikt om de loopband bij te stellen (zie
bladzijde 27 en 28).

14

DE HARTSLAG MONITOR
HOE DE HARTSLAG MONITOR TE DRAGEN
De hartslag monitor
heeft een borstkasband en een sensor.
Steek de flap in
ene uiteinde van de
borstkas-band in het
ene uiteinde van de
sensor, zoals afgebeeld in de tekening.
Druk dan het uiteinde van de sensor
onder de gesp van
de borstkas-band.
De flap moet gelijk
zijn met de voorkant
van de sensor.

Flaps

• Stel de hartslag monitor niet langdurig bloot aan
direct zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan
-10° C of aan een temperatuur hoger dan 50° C.
• Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het opbergen van de hartslag monitor niet te veel.

Borstkasband

• M
 aak de sensor schoon met een zachte doek en
een beetje zachte zeep. Veeg dan de sensor met
een zachte doek en droog deze goed af. Gebruik
nooit schuurmiddelen, alcohol of chemische producten om de sensor schoon te maken. U kunt de
borstkas-band met de hand wassen en dan laten
drogen.

Sensor
Flap

Sensor

PROBLEMEN OPLOSSEN
Loop de hieronder genoemde procedures door wanneer de hartslag monitor niet goed werkt.

Gesp

De hartslag monitor moet onder uw
kleding gedragen
worden, strak tegen
uw huid. Draag de
hartslag monitor
in de aangegeven plaats rond
uw borstkas. Zorg
ervoor dat de logo naar buiten wijst. Maak dan het
andere uiteinde van de borstkas-band op de sensor
vast. Stel de lengte van de borstkas-band bij mocht dat
nodig zijn.

• Z
 org ervoor dat u de hartslag monitor goed draagt
zoals hier links is beschreven. Verplaats de hartslag
monitor wat naar boven of naar beneden wanneer u
de borstkas-hartslag monitor niet goed werkt.
• M
 aak de elektrodes opnieuw wat nat wanneer de
hartslag metingen pas verschijnen nadat u begint te
transpireren.
• V
 oor de goede weergave van de hartslag metingen
moet de gebruiker zich op minder dan een armlengte
van het bedieningspaneel bevinden.

Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam en
zoek naar de twee elektrodes met de kleine randjes.
Maak beide elektrodes nat met een zoute vloeistof,
zoals wat speeksel of vloeistof voor contact lenzen.
Plaats de sensor terug tegen uw huid.

• A
 ls er zich een batterijdekseltje aan de actherkant
van de sensor bevindt, vervang dan de batterij met
een batterij van hetzelfde type.
• D
 e hartslag monitor is ontwikkeld voor mensen met
een normale hartslag. Problemen met de hartslagmeting kunnen een medische oorzaak hebben zoals
vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hartkloppingen, of aritmie.

VERZORGING EN ONDERHOUD
• D
 roog de sensor goed af na ieder gebruik. Door
vocht blijft de sensor langer dan nodig branden en
zodoende zullen de batterijen sneller leeg lopen.

• D
 e werking van de hartslag monitor kan beïnvloed
worden door magnetische storingen die door hoogspanningsdraden en andere elektromagnetische
bronnen veroorzaakt kunnen worden. Verplaats het
fitness-apparaat als u vermoedt dat dit de oorzaak
is.

• B
 ewaar de hartslag monitor op een warme en droge
plaats. Bewaar de harslag monitor niet in een plastic
zak of andere verpakking die vocht kan vasthouden.

15

HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN
HOE DE SNOER IN STOPCONTACTTYPE
TE STEKEN
E

Volg deze stappen om de snoer in stopcontact te
steken.

De snoer moet geaard zijn. Als het niet goed functioneert geeft de aarding de laagste weerstandspad voor
de elektriciteit om zodoende het risico van elektrische
schok te verminderen. Een snoer en een geaarde
stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het snoer
beschadigd is moet u het vervangen voor een door
de fabrikant aanbevolen snoer.

FR/
SP/
PL

1. Steek het aangegeven uiteinde van het snoer in het
stopcontact van de onderstel.
Stopcontact van
de Onderstel

GEVAAR: een verkeerd stopcon-

Snoer

tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektriciën de aarding
nakijken als u niet zeker weet of het stopcontact goed geaard is. Breng geen wijzigingen
aan de stekker van het apparaat aan. Laat een
elektriciën een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.

2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en geaard
stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke
regelingen.
Stopcontact

IT

TYPE F
TYPE E

DU
GR
FR/
RU
SP/
HU
PL
CZ

IT

16

BEDIENINGSPANEELDIAGRAM

DE WAARSCHUWINGSSTICKER OPPLAKKEN

loaden, uw eigen workouts samenstellen, uw resultaten van de workout volgen, tegen andere renners racen
en en u kunt nog vele andere mogelijkheden benutten.
Ga naar www.iFit.com om een iFit module te kopen
of bel met het telefoonnummer op de kaft van deze
handleiding.

Zoek de Engelse waarschuwingen op het bedieningspaneel. U vindt dezelfde waarschuwingen in andere
talen op het meegeleverde stickervel. Plak de Nederlandse waarschuwingssticker op het bedieningspaneel.

U kunt u ook op Nikeplus.com aansluiten door de
optionele PROFORM SYNC. te gebruiken, Met de
SYNC kunt en een heel stel middelen gebruiken om
uw resultaten te analyseren en de vordering van uw
fitness doelen te volgen. Om een SYNC wanneer
dan ook te kopen belt u het nummer op de kaft van
deze handleiding.

FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband biedt een
reeks indrukwekende mogelijkheden om uw workouts
doeltreffender en prettiger te maken. U kunt wanneer
u de handmatige instelling gebruikt de snelheid en de
helling van de loopband veranderen door een druk op
een toets. Tijdens het oefenen zal het bedieningspaneel directe feedback over uw oefening geven. U kunt
zelfs uw hartslag meten door gebruik te maken van de
handgreep met hartslagmonitor of door middel van de
borstkas hartslagmonitor.

U kunt zelfs naar uw favoriete workout muziek of
naar audioboeken luisteren door tijdens het oefenen
gebruik te maken van het stereogeluidssysteem van
het bedieningspaneel. Deze loopband is speciaal voor
gebruik met de iPod ontwikkeld en is door de ontwikkelaar gecertificeerd om aan de Apple-prestatienormen
te voldoen.

Het bedieningspaneel heeft tevens zestien workouts— vier Calorieën workouts, vier interval workouts,
vier snelheidsworkouts, en vier uithoudingsvermogen
workouts. Elke workout controleert automatisch de
snelheid en de helling van de loopband terwijl u door
een effectieve oefeningsessie geleid wordt.

Om de stroom in te schakelen, zie bladzijde 18. Om
de handmatige instelling te gebruiken, zie bladzijde
18. Om een workout te gebruiken, zie bladzijde 21.
Om een iFit workout te gebruiken, zie bladzijde 22.
Om de informatie instelling te gebruiken, zie bladziHet bedieningspaneel heeft een iFit module waardoor
jde 23. Om het stereogeluidssysteem te gebruiken,
de loopband op uw draadloos netwerk aangesloten
zie bladzijde 24. Om het PROFORM SYNC te gebruiETPF79510
kan worden door middel van een optionele iFit module.
ken, zie bladzijde 24.
(PFTL79510)
U kunt, met de iFit module, uw eigen workouts down-

17

Aanadacht: het bedieningspaneel kan de snelheid en
de afstand in kilometers of mijlen aangeven. Om te
zien welke meeteenheid gekozen is, zie DE INFORMATIE INSTELLING op bladzijde 23. Om het eenvoudig
te houden worden alle instructies in deze handleiding
in kilometers aangegeven.
BELANGRIJK: als er velletjes plastic op het bedieningspaneel zitten, verwijder deze dan. Draag alleen schone gymschoenen wanneer u de loopband
gebruikt om beschadiging aan het loopplatform
te voorkomen. De eerste keer dat u de loopband
gebruikt dient u de uitlijning van de loopband te
bekijken en de loopband indien dit nodig is in het
midden te leggen (zie bladzijde 28).
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt
u de displays van het bedieningspaneel of andere
elektrische componenten beschadigen.
Steek het snoer in het stopcontact (zie bladzijde 16).
Zoek vervolgens naar de
schakelaar op het onderstel van de loopband bij het
snoer. Druk de schakelaar in
de resetstand [RESET].

Reset

BELANGRIJK: het bedieningspaneel heeft een
demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als de
loopband in een winkel geëtaleerd wordt. De demoinstelling is aan als de displays branden wanneer
het snoer ingestoken wordt en de schakelaar in de
resetstand gedrukt wordt. Om de demo instelling
uit te schakelen, drukt u enkele seconden lang op
de Stoptoets [STOP]. Raadpleeg DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de demo instelling
uit te schakelen wanneer de displays aan blijven.
Ga vervolgens op
de voetrails van de
Sleutel
loopband staan. Zoek
Klip
naar de klip die aan
de sleutel vastzit en
schuif de klip aan
de tailleband van
uw kleding. Steek
dan de sleutel in
het bedieningspaneel. Kort daarna zullen de displays
oplichten. BELANGRIJK: Bij een noodsituatie kunt
u de sleutel uit het bedieningspaneel trekken zodat
de loopband tot stilstand komt. Test de klip door

voorzichtig een paar stappen naar achteren te
lopen totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
getrokken wordt. Als de sleutel niet uit het bedieningspaneel komt, stel dan de lengte van de klip bij.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1.	 Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
	Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN aan de
linkerkant.
2.	 Kies de handmatige instelling.
	Druk op de handmatige manual [MANUAL] toets
op het bedieningspaneel wanneer de handmatige
instelling niet gekozen is.
3.	 Start de loopband.
	Om de loopband te starten drukt u op de Starttoets
[START], de Snelheidstoename toets [SPEED]
of op een van de genummerde Snelheidstoetsen
[QUICK SPEED].
	Als op de Starttoets of de Snelheidstoename toets
gedrukt wordt dan zal de loopband beginnen te
draaien met een snelheid van 2 Km/u [KM/H]. Tijdens het oefenen kunt u de snelheid van de loopband naar wens aanpassen door op de Snelheidstoename en afname toetsen te drukken. Steeds
wanneer u op een van de toetsen drukt dan zal
de snelheidsinstelling met 0,1 Km/u [KM/H] veranderd worden; als u op een toets blijft drukken, dan
verandert de snelheidsinstelling met stapjes van
0,5 Km/u [KM/H]. Opmerking: na het drukken op de
toets kan het even duren voordat de loopband de
gekozen snelheidsinstelling bereikt.
	Indien u op een van de genummerde snelheidstoetsen drukt zal de snelheid van de loopband
geleidelijk worden aangepast totdat de gewenste snelheidsinstelling bereikt wordt. Om een
snelheidsinstelling met een decimaal te kiezen,
zoals 4,8 Km/u—drukt u achtereenvolgens op
twee genummerde toetsen. Als u bijvoorbeeld de
snelheidsinstelling 4,8 Km/u wilt kiezen, drukt u op
toets 4 en dan vervolgens direct op toets 8.
	Om de loopband te stoppen drukt u op de Stoptoets [STOP]. De tijd zal op de display opflikkeren.
Om de loopband opnieuw te starten, drukt u op de
Starttoets of op de Snelheidstoename toets.

18

4.	De helling van de loopband veranderen zoals
gewenst.

	
De Afstand display—
deze display geeft de
afstand [DISTANCE]
die u gelopen heeft
aan.

	Druk op de Hellingstoename of -afname toets
[INCLINE] of op een van de genummerde hellingtoetsen [QUICK INCLINE] om de helling van
de loopband te veranderen. Elke keer als u op
een van de toetsen drukt, zal de helling geleidelijk
veranderen tot de gekozen hellinginstelling bereikt
is.

	
De Snelheid/Hartslag
display—deze display geeft de snelheid
[SPEED] van de loopband aan. De display
zal ook uw hartslag
aangegeven wanneer u de harstlagmonitor gebruikt (zie stap 6 op bladzijde 20).

5.	Volg uw vordering op de displays.
	
De piste—indien u de
handmatige instelling kiest, toont de matrix een
piste dat 400 m (1/4
mijl) voorstelt. Tijdens
het oefen zullen de indicatoren rond de piste na elkaar verschijnen tot de
gehele piste verschijnt. De piste zal dan verdwijnen
en de indicatoren zullen weer opnieuw na elkaar
verschijnen.

	
De Middelste display—deze display geeft de
workout instructies aan.
	Druk op de thuistoets [HOME] om naar de startinstelling terug te keren (zie DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de startinstelling
in te stellen). Druk, indien nodig, nogmaals op de
thuistoets.

	
De Calorieën/Helling
display—deze display
geeft bij benadering het
aantal verbrande Calorieën [CALORIES] aan.
De display zal ook elke
keer wanneer de helling [INCLINE] van de loopband verandert een paar seconden lang de helling
van de loopband aangeven.

	Het symbool voor iFit
zal aan de bovenkant
van de display beginnen de branden wanneer een iFit module
verbonden is met
www.iFit.com.
	Het symbool voor
Nike+iPod zal aan
de bovenkant van de
display beginnen de
branden wanneer een
PROFORM SYNC met
het bedieningspaneel aangesloten is.

	
De Tijd display—deze
display geeft de verlopen tijd [TIME] aan.
Aandacht: indien u een
workout kiest zal de display de resterende tijd
in de workout aangeven in plaats van de verlopen
tijd.

	Om de displays te resetten drukt u op de Stoptoets, trekt u de sleutel uit en steekt u de sleutel
weer in.

19

6.	 Meet uw hartslag als u dat wilt.

7.	 Zet indien gewenst de ventilator aan.

	Aandacht: als u de borstkas hartslagmonitor draagt en tegelijkertijd de handgreep met
hartslagsensor gebruikt, dan geeft het bedieningspaneel uw hartslag niet nauwkeurig aan.
Zie bladzijde 15 voor informatie over de borstkas
hartslagmonitor.

	De ventilator heeft verschillende snelheden.
Druk op de ventilator
toename of afname
toets om een ventilatorsnelheid te kiezen of om
de ventilator uit te zetten. Aandacht: als de ventilator aan staat wanneer
de loopband stilstaat, dan zal de ventilator na een
paar minuten automatisch stoppen.

	Voordat u de
handgreep
met hartslagmonitor
gebruikt
verwijder dan
de velletjes
plastic van de
Contactmetalen conpunten
tactpunten.
Zorg er ook
voor dat uw handen schoon zijn.
	Om uw hartslag te meten, gaat u op de voetrails
staan en houd u de contactpunten vast – beweeg
uw handen niet. Wanneer uw hartslag gemeten
kan worden, verschijnen er meerdere streepjes en
daarna wordt uw hartslag aangegeven. Voor de
meest nauwkeurige hartslagmeting, dient u de
contactpunten ongeveer 15 seconden lang vast
te houden.

8.	Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
	Ga op de voetrails staan, druk op de Stoptoets en
stel de helling van de loopband af op nul. De
helling van de loopband moet op nul procent
stand staan wanneer u de loopband wilt inklappen in de opbergstand anders kan de loopband
beschadigd worden. Trek vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek.
	Wanneer u klaar bent met de loopband, zet dan de
schakelaar in de uitstand en neem het snoer uit het
stopcontact [OFF]. BELANGRIJK: als u dit niet
doet, kunnen de elektrische componenten van
de loopband voortijdig slijten.

20

HOE EEN WORKOUT TE GEBRUIKEN

seconden lang in de display opflikkeren en zal de
loopband zich automatisch aan de nieuwe snelheids- en/of hellinginstelling aanpassen.

1.	 Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
	Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 18.
2.	 Kies een workout.
	Om een workout te kiezen drukt u herhaaldelijk op
de calorieën toets [CALORIE], de Interval [INTERVAL] toets, de Snelheidstoets [SPEED], of de
Uithoudingsvermogen toets [ENDURE] totat de
gewenste workout op de display verschijnt.
	De displays zullen wanneer een workout gekozen
wordt de maximum helling, de tijdsduur, de afstand,
de maximum snelheid, en de naam van de workout aangeven. Bovendien zal er een profiel van
de snelheidsinstellingen van de workout op het
scherm verschijnen. Wanneer u voor een calorieën
workout kiest, dan zal bij benadering het aantal
calorieën die u zult verbranden in de naam van de
workout verschijnen.
3.	 Begin met de workout.
	Druk op de Starttoets [START] of de Snelheidstoename toets [SPEED] om met de workout te beginnen. Even nadat u op de toets heeft gedrukt, zal
de loopband zich automatisch aanpassen aan
de eerste snelheids- en hellinginstelling van de
workout. Houd de handleuningen vast en begin te
lopen.
	Elke workout is in segmenten gedeeld. Er is één
hellinginstelling en één snelheidsinstelling voor elk
segment geprogrammeerd. Aandacht: dezelfde
snelheids- en/of hellinginstelling kan voor opeenvolgende segmenten geprogrammeerd worden.
	Tijdens de workout zal
Huidig segment
het profiel uw vorderingen aangeven. De
opflikkerende balk van
het profiel stelt het
huidige oefeningsegment voor. De hoogte van het opflikkerende segment geeft de snelheidssinstelling voor het huidige
segment aan. Aan het einde van elk segment, is
een serie geluiden te horen en begint het volgende
segment van het profiel te flikkeren. Als een nieuwe
snelheidsinstelling en/of hellinginstelling voor het
volgende segment geprogrammeerd is dan zal de
nieuwe snelheids- en/of hellinginstelling een paar

	De workout gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het profiel in de display opflikkert en
het laatste segement eindigt. De loopband zal dan
langzaam tot stilstand komen.
	Aandacht: de na te streven calorieën zijn een
schatting van het aantal calorieën die u tijdens
de workout zult verbranden. Het feitelijke aantal
calorieën die u verbrandt zal van uw gewicht
afhangen. Als u daarnaast de snelheid of de
helling van de loopband tijdens de workout
handmatig verandert dan zal dat effect hebben
op het aantal calorieën die u zult verbranden.
	Indien de snelheids- of hellinginstelling tijdens
de workout op welk moment dan ook te hoog of
te laag staat, dan kunt u de instelling handmatig
aanpassen door op de Snelheid en Helling [INCLINE] toetsen te drukken. Echter, wanneer het
volgende segment van de workout begint, dan
zal de loopband zich automatisch aan de snelheids- en hellinginstellingen voor het volgende
segment aanpassen.
	Om op welk mogelijk moment dan ook met de workout te stoppen drukt u op de Stoptoets [STOP].
De tijd zal op de display opflikkeren. Druk op de
Starttoets of op de Snelheidstoename toets om
de workout te hervatten. De loopband begint met
een snelheid van 2 km/u [KM/H] te draaien. Als het
volgende segment van de workout begint, dan zal
de loopband zich automatisch aan de snelheids- en
hellinginstelling voor dat volgende segment aanpassen.
4.	 Volg uw vordering op de displays.
	

Zie stap 5 op bladzijde 19.

5.	 Meet uw hartslag als u dat wilt.
	

Zie stap 6 op bladzijde 20.

6.	 Zet indien gewenst de ventilator aan.
	

Zie stap 7 op bladzijde 20.

7.	Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
	

21

Zie stap 8 op bladzijde 20.

HOE EEN IFit WORKOUT TE GEBRUIKEN
Aandacht: om een iFit workout te gebruiken heeft u
een optionele iFit module nodig. Ga naar
www.iFit.com om een iFit module te kopen of belt u
met het telefoonnummer op omslag van deze handleiding. Voor gebruik van een iFit modlue dient u toegang te hebben tot een computer met een internetverbinding en een USB-poort. Bovendien moet u lid zijn
van iFit.com. Om een iFit module te gebruiken, dient
u ook uw eigen draadloos netwerk met een 802.11b
router met ingeschakeld SSID uitzending (verborgen
netwerken worden niet ondersteund) te hebben.
1.	 Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
	Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 18.
2.	Steek de iFit module in het bedienings-paneel.
	Raadpleeg om de iFit module in te steken de instructies die met de iFit module meegeleverd zijn.
3.	 Kies een gebruiker.

	De display zal, wanneer u een iFit Workout kiest,
de tijdsduur van de workout, de afstand die u zult
lopen of rennen, en het bij benadering aantal calorieën dat u zult verbranden aangeven. De display
zal, als u een competitie workout kiest, aftellen
totdat de race begint.
5.	 Begin met de workout.
	

Zie stap 3 op bladzijde 21.

	Tjidens sommige workouts zal de stem van een
audiocoach u door de workout leiden. U kunt een
instelling voor uw audiocoach kiezen (zie DE INFORMATIE INSTELLING op bladzijde 23).
	Om op welk mogelijk moment dan ook met de
oefening te stoppen drukt u op de Stoptoets
[STOP]. De tijd zal op de display opflikkeren. Druk
op de Starttoets [START] of op de Snelheidstoename toets [SPEED] om de workout te hervatten.
De loopband zal met de snelheidsinstelling voor
het eerste segment van de workout beginnen te
draaien. Als het volgende segment van de workout
begint, dan zal de loopband zich automatisch aan
de snelheids- en hellinginstellingen voor het volgende segment aanpassen.

	U kunt, als er meer dan een gebruiker geregistreerd is, vanuit het iFit hoofdscherm van gebruiker
wisselen. Druk op de toename en afname toetsen
naast de Entertoets [ENTER] om een gebruiker te
kiezen.

6.	 Volg uw vordering op de displays.

4.	 Kies een iFit workout

7.	 Meet uw hartslag als u dat wilt.

	Druk op een van de iFit toetsen om een iFit [IFit]
workout te kiezen. Voordat sommige workout
beginnen te downloaded moet ze eerst aan uw lijst
toevoegen op www.iFit.com.

	

	Druk op de iFit toets om de volgende workout op
uw lijst te downloaden. Druk op de Mijn Trainer
toets [MY TRAINER], de Mijn Kaarten toets [MY
MAPS], de Wereld Tour toets [WORLD TOUR], of
de Evenement Training toets [EVENT TRAINING]
om de volgende workout van dat type op uw lijst te
downloaden. Druk op de Competitie toets [COMPETE] om aan een race deel te nemen die u al van
te voren al gekozen heeft. Ga naar
www.iFit.com voor meer informatie over iFit
workout. Aandacht: Als er geen van het gekozen
type workouts op uw list zit dan zal de volgende
workout op uw lijst gedownload worden.

	

Zie stap 5 op bladzijde 19.

Zie stap 6 op bladzijde 20.

8.	 Zet indien gewenst de ventilator aan.
	

Zie stap 7 op bladzijde 20.

9.	Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
	

Zie stap 8 op bladzijde 20.

Ga naar www.iFit.com voor meer informatie over de
iFit instelling.

22

DE INFORMATIE INSTELLING
Het bedieningspaneel biedt een informatie instelling
aan die de informatie van de loopband bijhoudt en u
uw eigen bedieningspaneel instelling laat invoeren.
Om de informatie instelling te kiezen, blijft u op de
Stoptoets [STOP] drukken terwijl u de sleutel weer in
het bedieningspaneel steekt en daarna de Stop toets
loslaat. Als de informatie instelling gekozen wordt zal
de volgende informatie worden aangegeven:
De Tijd [TIME] display toont
het aantal uren dat de loopband gebruikt is.

De Afstand [DISTANCE]
display zal het totaal aantal
mijlen of kilometers dat de
loopband gedraaid heeft.
Aangeven.
Als de informatie instelling gekozen is drukt u op
de afname toets naast de Entertoets [ENTER] om
een van de volgende schermen in de middelste
display te kiezen:
1.	
UNITS: druk op de
Entertoets om van
maateenheid te veranderen. Om de afstand in
mijlen te bekijken, kiest
u ENGLISH. Om de
afstand in kilometers te bekijken, kiest u METRIC.
2.	
DEMO MODE: het bedieningspaneel biedt een
demoinstelling, die ontwikkeld is voor gebruik als
de loopband in een winkel geëtaleerd wordt. Terwijl
de demoinstelling aan is kunt u het bedieningspaneel normaal gebruiken wanneer u het snoer in het
stopcontact steekt, de schakelaar in de resetstand
geplaatst wordt, en de sleutel in het bedieningspaneel gestoken wordt. Echter als u de sleutel eruit
haalt, dan blijven de displays branden hoewel de
toetsen niet werken. Het woord ON (aan) zal op

het scherm verschijnen wanneer de demoinstelling
aan is. Om de demoinstelling aan en uit te zetten
drukt u op de Entertoets of op de Snelheidsafname
toets [SPEED].
3.	
CONTRAST LVL: druk op de Hellingtoename of
–afname toets [INCLINE] om het contrast van de
display bij te stellen. Druk dan op de Entertoets.
U kunt ook uit de volgende schermen kiezen wanneer een module aangesloten is:
4.	
MODULE: de display zal het woord WIFI aangeven wanneer een iFit module aangesloten is. De
display zal, als een USB module aangesloten is,
de woorden USB STATUS aangeven. De display
zal het woord NIKE+ aangeven wanneer een
SYNC aangesloten is.
5.	
AUDIO COACH: druk op de Entertoets om de
audiocoach aan of uit te schakelen.
U kunt ook uit de volgende schermen kiezen wanneer een iFit module verbonden is:
6.	
START MODE: de startinstelling zal verschijnen
wanneer u de sleutel in het bedieningspaneel
steekt of wanneer u op de Thuistoets [HOME]
drukt. Druk herhaaldelijk op de Entertoets om de
handmatige instelling of de iFit instelling als startinstelling te kiezen.
7.	
CHECK WIF: druk dan op de Entertoets. De middelste display geeft het nummer van de software
versie, het netwerk SSID, de codering van het
netwerk, de sterkte van het draadloos signaal, het
IP-adres van de module, het aantal geregistreerde
gebruikers en hun namen, en de resultaten van de
DNS lookup aan.
8.	
SEND/OBTAIN DATA: druk op de Entertoets om
workouts, workout logs en updates te verzenden
en te ontvangen. Wanneer het proces voltooid is
zullen de woorden TRANSFERS DONE (doorgestuurd) op de display verschijnen.
Om de informatie instelling te verlaten, dient u de sleutel uit het bedieningspaneel te trekken.

23

HOE DE GELUIDSINSTALLATIE TE GEBRUIKEN

HOE EEN PROFORM SYNC TE GEBRUIKEN

Deze loopband is speciaal ontworpen voor gebruik met
de iPod en is door de ontwikkelaar gecertificeerd om
aan de Apple-prestatienormen te voldoen. U moet uw
iPod, MP3-speler, CD-speler, of andere persoonlijke
audiospeler op het bedieningspaneel via de audio-aansluiting of de optionele PROFORM SYNC aansluiten
om muziek of audioboeken af te spelen via de stereoluidsprekers van het bedieningspaneel. De SYNC zal
uw iPod tijdens het gebruik opladen.

Met de optionele PROFORM SYNC kunt u de workout
®
resultaten van uw loopband workout op uw iPod (niet
meegeleverd) opnemen. U kunt dan uw resultaten
uploaden op Nikeplus.com waar u een een heel stel
functies/middelen kunt gebruiken om uw resultaten te
analyseren en om uw vordering van de fitnessdoelen
te volgen. Om een SYNC wanneer dan ook te kopen
belt u het telefoonnummer op de omslag/kaft van
deze handleiding.

Om muziek of ingesproken boeken met de geluidsinstallatie van het bedieningspaneel te beluisteren, sluit
u een 3,5 mm mannetje tot mannetje audiokabel (niet
inbegrepen) in de aansluiting op het bedieningspaneel
en uw MP3-speler of CD-speler of andere persoonlijke
audiospeler; zorg ervoor dat de audiokabel goed
aangesloten is. Aandacht: ga naar uw plaatselijke
elektronicawinkel om een audiokabel aan te schaffen.

Om de SYNC te gebruiken heeft u een iPod nano®
(4de of 5de generatie) of een iPod touch® (2de, 3de, of
4de generatie) nodig.
Raadpleeg voor meer informatie over de SYNC de
instructies die bij de SYNC meegeleverd zijn.

Om de SYNC te gebruiken steekt u een aansluitbaar
iPod (niet meegeleverd) in de kabel die uit de SYNC
steekt. Zorg ervoor dan de iPod vollegid ingestoken
is.
Druk vervolgens op de
playtoets op uw iPod, MP3speler, CD-speler, of andere audiospeler. Pas het
volume op uw persoonlijke
audiospeler aan of druk op
de Volumetoename en –
afname toetsen op het bedieningspaneel.
Als u een persoonlijke CD-speler gebruikt en de CD
slaat over, plaats de CD-speler dan op de vloer of op
een ander vlakke ondergrond en niet op het bedieningspaneel.

24

HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN

HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN

Om te voorkomen dat u de loopband beschadigt,
stelt u de helling in op nul voordat u de loopband
inklapt. Verwijder dan de sleutel en trek het snoer
uit het stopcontact. OPGELET: u moet in staat zijn
om veilig 20 kg op te kunnen optillen, neer te kunnen laten of om de loopband te verplaatsen.

Als u de loopband wilt verplaatsen, dient u deze eerst
in te klappen zoals aan de linkerkant beschreven staat.
OPGELET: zorg dat de vergrendelknop in de opbergstand vastzit. Het kan zijn dat er twee mensen
nodig zijn om de loopband te verplaatsen.
1. 	Houd het onderstel en een van de handleuningen
vast en zet een voet tegen een van de wielen.

1. 	Houd het metalen onderstel stevig vast op de
plaats die door de pijl hieronder aangegeven wordt.
OPGELET: houd het onderstel niet vast bij de
plastic voetrails. Buig uw knieën en houd uw
rug recht.

1

1

Onderstel
Handleuning
Onderstel

Wiel
2.	Trek de handleuning naar achter tot de loopband
op de wielen rolt; verplaats de loopband dan
voorzichtig naar de gewenste plek. OPGELET:
verplaats de loopband niet zonder deze naar
achter te laten leunen, trek niet aan het onderstel en verplaats de loopband niet over een
ongelijke ondergrond.

2.	Til het onderstel op tot de vergrendelknop in de
opbergstand vastzit. OPGELET: zorg dat de vergrendelknop vastzit.
2

3. 	Plaats een voet tegen een van de wielen en laat de
loopband voorzichtig neer.

Onderstel

HOE DE LOOPBAND NEER TE LATEN VOOR
GEBRUIK

Vergrendelknop

1.	Bekijk tekening 2, links. Houd de bovenkant van
het onderstel van de loopband met uw rechterhand
vast. Trek vervolgens de vergrendelknop naar
links. BELANGRIJK: draai niet aan de vergrendelknop. Druk, indien nodig, het onderstel iets
naar voren. Draai het onderstel een paar centimeter naar beneden en laat de vergrendelknop los.

	
Plaats een matje onder de loopband om de vloer
of de vloerbedekking te beschermen. Houd de
loopband weg uit direct zonlicht. Berg de loopband
nooit op in een omgeving waar de temperatuur
hoger is dan 30° C.

2.	
Bekijk tekening 1, links. Houd het metalen
onderstel stevig met beide handen vast en laat het
onderstel op de vloer neer. OPGELET: houd het
onderstel niet vast bij de plastic voetrails en
laat het onderstel niet los. Buig uw knieën en
houd uw rug recht.

25

ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
ONDERHOUD

PROBLEEM: de stroom gaat tijdens het gebruik uit

Reinig de loopband regelmatig en houd het loopoppervlak schoon en droog. Druk eerst de schakelaar in
de uit-stand en trek de stekker van de stroomkabel
eruit. Gebruik een vochtige doek en een paar druppels
milde zeep om de buitenste delen van de loopband te
reinigen. BELANGRIJK: sproei geen vloeistoffen
direct op de loopband. Houd vloeistoffen weg uit
de buurt van het bedieningspaneel om schade aan
het bedieningspaneel te voorkomen. Maak de loopband vervolgens met een zachte doek goed droog.

a.	Controleer de schakelaar (bekijk tekening c, links).
Als de schakelaar is uitgeschakeld, wacht u vijf
minuten en drukt u de schakelaar weer in.

PROBLEMEN OPLOSSEN

d.	Raadpleeg de omslag van de gebruikershandleiding wanneer de loopband nog steeds niet werkt.

b.	Zorg dat het snoer goed ingestoken is. Als het
snoer ingestoken is, trekt u het snoer uit, wacht u
vijf minuten en steekt u het snoer weer in.
c.	Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
steek hem er weer in.

De meeste problemen met de loopband kunnen met de onderstaande eenvoudige stappen
opgelost worden. Zoek het verschijnsel dat van
toepassing is en volg de vermelde stappen. Als u
verdere hulp nodig heeft, raadpleegt u de omslag
van deze handleiding.

PROBLEEM: het displays van het bedieningspaneel blijven branden als u de sleutel uit het bedieningspaneel trekt
a.	Het bedieningspaneel kent een demoinsteling
die ontworpen is voor gebruik als de loopband
in een winkel geëtaleerd wordt. Als de displays
blijven branden wanneer u de sleutel uitrekt is de
demoinstelling aan. Om de demoinstelling uit te
schakelen, blijft u een paar seconden lang op de
Stoptoets [STOP] drukken. Als de displays nog
steeds branden, raadpleeg dan DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de demoinstelling
uit te doen.

PROBLEEM: het apparaat gaat niet aan
a.	Zorg dat het snoer in een goed geaard stopcontact
is gestoken (zie bladzijde 16). Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-draadig,
1 mm2 (maat 14) snoer dan niet langer is dan 1,5
meter.
b.	Nadat de stekker goed is ingestoken, zorg er dan
voor dat de sleutel goed in het bedieningspaneel
zit.

a
65

c.	Controleer de schakelaar op het onderstel van de
loopband bij het snoer. Als de schakelaar uitsteekt
zoals afgebeeld dan is de schakelaar afgeslagen.
Om de schakelaar opnieuw in te stellen, wacht u
vijf minuten en drukt u de schakelaar weer in.

1

2

2

c
Afgeslagen

PROBLEEM: de displays van het bedieningspaneel
werken niet naar behoren

Reset

a.	Trek de sleutel uit het bedieningspaneel en TREK
HET SNOER UIT HET STOPCONTACT. Verwijder
de drie #8 x 1/2" Schroeven (1) en de twee #8 x
3/4" Schroeven (2). Til voorzichtig de Motorkap
(65) voorzichtig af.

26

PROBLEEM: de loopband vertraagt als u er op
loopt

	Zoek naar de Bladveerschakelaar (52) en de
Magneet (50) aan de linkerkant van de Katrol (49).
Draai de Katrol tot de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar. Zorg dat het gat tussen de
Magneet en de Bladveerschakelaar ongeveer 3
mm is. Indien nodig draai de #8 x 3/4" Tekschroef
(14) los, verplaats de Bladveerschakelaar wat en
maak dan de Schroef weer vast. Maak de Motorkap weer vast (niet getoond/afgebeeld) en laat de
loopband een paar minuten draaien om te controleren of de snelheid juist aangegeven wordt.

Bovenaanzicht

52
14
3 mm

a.	Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik dan al2
leen een 3-draadig, 1 mm (maat 14) snoer dat niet
langer is dan 1,5 meter.
b.	Als de loopband te strak staat, dan zal de werking
van de loopband verslechteren en kan de loopband beschadigd raken. Verwijder de sleutel en
TREK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Draai met de inbussleutel beide bijstelschroeven
van de ruststandrol een kwartslag naar links/tegen de klok in. Als de loopband goed vastzit moet
u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van het
loopoppervlak kunnen optillen. Zorg ervoor dat de
loopband in het midden ligt. Steek dan de stekker in het stopcontact. Plaats de sleutel en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze
procedure tot de loopband goed vastzit.

49

50

b

5–7 cm

PROBLEEM: de helling van de loopband verandert
niet goed
a.	Druk op een van de Hellingtoetsen [INCLINE] wanneer de sleutel in het bedieningspaneel zit. Trek
bij het wijzigen van de helling de sleutel uit.
Steek de sleutel na een paar seconden weer in. De
loopband klimt automatisch naar de maximum helling en keert dan terug naar het minimum niveau.
Hierdoor wordt het hellingsysteem opnieuw geijkt.

Bijstelschroeven van de ruststandrol
c.	Uw loopband heeft een platform voorzien van
een smeervel van hoge kwaliteit. BELANGRIJK:
gebruik nooit silicone spray of andere substanties voor de loopband of het loopplatform tenzij
aanbevolen door een erkende service monteur:
reden buitensporige slijtage. Als u verwacht dat
de loopband meer smeervet nodig heeft, kijk dan
op de kaft van deze gebruikershandleiding.
d.	Als de loopband nog steeds vertraagt als erop
gelopen wordt, raadpleegt u de omslag van deze
handleiding.

27

PROBLEEM: de loopband ligt niet in het midden of
slipt als er op gelopen wordt

b.	 A
 ls de loopband slipt als er op gelopen wordt,
dient u eerst de sleutel te verwijderen en dan DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN. Draai met de inbussleutel beide bijstelschroeven van de ruststandrol een kwartslag naar
rechts/met de klok mee. Als de loopband goed
vastzit moet u elke rand van de loopband 5 tot 7
cm van het loopoppervlak kunnen optillen. Zorg
ervoor dat de loopband in het midden ligt. Steek
dan de stekker in het stopcontact. Steek de sleutel
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze procedure tot de loopband goed
vastzit.

a.	
Als de loopband niet in het midden ligt, dient u
eerst de sleutel te verwijderen en dan DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN.
Als de loopband naar links verschoven is, kunt
u de inbussleutel gebruiken om de linker bijstelbout
van de ruststandrol een halve slag naar rechts/
met de klok mee draaien; als de loopband naar
rechts verschoven is kunt u de linker bijstelschroef van de ruststandrol een halve slag naar
links/tegen de klok in draaien. Zorg dat u de
loopband niet te vast draait. Steek dan de stekker
in het stopcontact. Steek de sleutel in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze
procedure tot de loopband goed in het midden ligt.

b

a

28

RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensiteit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen met
uw hartslag in het middelste nummer van uw trainingszone.

WAARSCHUWING:

voordat u begint met dit of een ander oefeningenprogramma, dient u een arts te consulteren.
Dit is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar of personen met bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hartslag over het algemeen.

Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobicoefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere perioden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.

Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefeninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of
uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.

RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING

INTENSITEIT VAN OEFENINGEN

Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstroming verhoogt in voorbereiding op de training.

Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van
oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel voor
het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag gebruiken als gids voor het vinden van het juiste intensiteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic oefening.

Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30
minuten met uw hartslag in uw trainingszone. (Gedurende de eerste weken van uw oefeningenprogramma,
dient u uw hartslag niet langer dan 20 minuten in uw
trainingszone te houden.) Adem regelmatig en diep bij
het uitvoeren van de oefening; houd uw adem niet in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maximaal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefeningen de sleutel tot uw succes is.

Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden afgerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getallen boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.

29

LIJST MET ONDERDELEN­­	

Modelnr. PETL12711.2 R1014A

	

Nr.	Aant.	 Beschrijving

	

	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	

1	
2	
3	
4	
5	
6	
7	
8	
9	
10	
11	
12	
13	
14	
15	

	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	
	

16	
17	
18	
19	
20	
21	
22	
23	
24	
25	
26	
27	
28	

	47	
	48	
	49	
	50	
	 51	
	52	
	53	
	54	
	 55	
	56	
	57	
	 58	
	 59	
	 60	
	61	
	 62	
	63	
	 64	
	65	
	66	
	 67	

	
	
	
	
	
	
	
	
	

29	
30	
31	
32	
33	
34	
35	
36	
37	

	 38	
	39	
	 40	
	 41	
	 42	
	43	
	44	
	45	
	46	

23	
#8 x 1/2" Schroef
49	
#8 x 3/4" Schroef
1	
3/8" x 2" Bout
6	
5/16" x 1 1/4" Schroef
4	
5/16" x 1" Schroef
1	
3/8" x 1 3/4" Bout
4	
3/8" x 2 3/4" Schroef
4	
3/8" x 1 1/4" Schroef
2	
#10 x 3/4" Schroef
13	
#8 x 1/2" Aardschroef
8	
5/16" Stertussenring
2	
3/8" Moer
4	
3/8" Stertussenring
21	
#8 x 3/4" Tekschroef
2	Bijstelschroeven van de Ruststandrol
1	
3/8" x 1 1/2" Bout
2	
3/8" x 1 3/4" Wielbout
2	
#8 x 1 3/4" Schroef
9	
#8 x 7/16" Schroef
2	
5/16" Motorschroef 	
2	
1/2" x 2 1/4" Bout
2	
3/8" x 1" Bout
4	
5/16" x 1 3/4" Hechtbout
1	
1/4" x 1" Schroef
4	
#8 x 1" Schroef
1	
#8 x 3/4" Aardbout
1	
#8 Moer
4	#8 x 3/4" Schroef van de Onderste
Kap
1	
3/8" x 2" Inbusbout
4	
5/16" Platte Tussenring
2	
5/16" Vierkante Moer
2	
1/2" Moer
6	
3/8" Klemmoer
4	
5/16" Moer
3	
1/4" Stertussenring
2	
1/4" Platte Tussenring
1	Linker Voorste Bovenkant van de
Isolator	
2	
Bovenachterkant van de Isolator
4	 Isolator
4	
Onderkant van de Isolator
1	Rechter Voorste Bovenkant van de
Isolator
1	
Linker Voetrail
1	 Waarschuwingssticker
1	 Loopoppervlak
1	 Loopband
2	 Riemgeleider

Nr.	Aant.	 Beschrijving

	 68	
	69	
	 70	
	 71	
	72	
	73	
	 74	
	75	
	76	
	77	
	 78	
	 79	
	 80	
	 81	
	 82	
	 83	
	 84	
	 85	
	 86	
	 87	
	 88	
	 89	
	 90	
	91	
	 92	
	93	
	94	
	 95	

30

1	 Borstriem
4	 Draadband
1	 Aandrijfrol/Katrol
1	 Magneet
1	
Klip van de Bladveerschakelaar
1	 Bladveerschakelaar
1	 Opbergvergrendeling
1	 Aandrijfmotor
1	
Riem van de Motor
1	 Onderstel
2	 Achterpoot
1	
Rechter Achterkap
4	
Rubber Kussen
1	
Rechter Voetrail
1	 Ruststandrol
1	
Linker Achterkap
1	 Sensor
1	
Geaarde Beugel
1	 Motorkap
1	 Kapversiering
2	Tussenstuk van het Onderstel van
de Helling	
1	
Beugel van de Helling Stop
1	 Hellingmotor
1	
Onderstel van de Helling
2	
Tussenstuk van het Onderstel
1	 Regulateur
1	 Controllerplaat
2	
Buis van de Motorkap
1	 Schakelaar
1	 Snoer
1	 Pakkingring
1	
Onderste Kap
1	
Linker Kap van de Staander
1	
Rechter Kap van de Staander
1	
Draad van de Staander
1	
Linker Kap van de Basis
1	
Rechter Kap van de Basis
2	
Kapje van de Handleuning
1	
Linker Kap van de Handleuning
1	
Rechter Kap van de Handleuning
1	
Rechter Handleuning
1	
Linker Handleuning
1	
Linker Staander
1	
Rechter Staander
2	 Waarschuwingssticker
4	
Kussentje van de Basis
1	 Dwarsstang
1	 Basis
1	
Rechter Wielkap

	

Nr.	Aant.	 Beschrijving

	 96	
	97	
	98	
	99	
	 100	
	 101	
	 102	

1	
Linker Wielkap
2	 Wiel
1	 Sleutel/Klip
1	 Draadband
4	
1/4" x 2 1/4" Schroef
1	
Huls van de Module
1	Achterkant van het Bedieningspaneel
	103	 1	
Bedieningspaneel
	 104	
1	
Onderstel van het Bedieningspaneel
	105	 2	
Aarddraad
	 106	
2	
Klem van het Bedieningspaneel
	 107	
1	
Linker Lade

	

Nr.	Aant.	 Beschrijving

	 108	
	 109	
	 110	
	 111	
	 112	
	 113	
	 114	
	115	
	 116	
	 117	
	118	
	119	
	*	

1	
1	
1	
3	
2	
4	
1	
1	
2	
1	
1	
1	
–	

Rechter Lade
Basis van het Bedieningspaneel
Aarddraad van de Basis
Klip van de Kap
#10 x 3/4" Schroef met Platte Kop
5/16" Platte Tussenring
Snoer voor gebruik in Engeland
Ontvanger
Huls van de Motor
Beugel van de Filter
Filter
Motorisolator
Gebruikershandleiding

Aandacht: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.

31

15

14

32

59
30
34

23

2

62
14

39

40

2

38

37

14

39

61

40

2

2

44

15
58

60

45

57

43

2

100

42

2

14

23

46
100
19

2

2

57

59
30
34

30
34

12

56

23

100

59

21

40

39

2

38

51

14

6

100

49

14

50

52
18

55

40

39

53

2

54

12

24
35

59
30
34

10

10

46

23

20
10
26
27
116

41 19
14
2

116

48

3

10
18

119

21

118

117

GEDETAILLEERDE TEKENING­­ A
Modelnr. PETL12711.2 R1014A

GEDETAILLEERDE TEKENING­­ B	

Modelnr. PETL12711.2 R1014A

1
1
1
19
65
19
66

19

29

67

16

70

10

33

69

22

71

68

32

22

33

67

72
64

2

10

32
76

71

73
2

10
2

74
2
111

114

2

74

111

2
115

28
28

75
111

78

28

33

GEDETAILLEERDE TEKENING­­ C	

Modelnr. PETL12711.2 R1014A
11

4

88
79

31

85
1

36
2

113

84

4

11

11

1

82

81

113

4

87

5

31

91

1
80
86
1

8

36

84

89

2

7
13

110
33
10

2

92

11
4
91

83

81

7

5

77

90

14

33 96
92

97

17

14

7

33

94

7

13
17
97

92

95
2
33

34

92
14

14

8

GEDETAILLEERDE TEKENING­­ D	

Modelnr. PETL12711.2 R1014A
2

102

1
101

98

103

47
63

99

104
10

1

105

107

2

2

2

106
25

2

106

25
2

2

1

2

2

112

109

9
35

1
93

1

108

1

112
9
35

1
1
1

1

35

1

HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de volgende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• h
 et nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)

RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gerecycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het verwerken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.

Onderdeel Nr. 360842 R1014A	

Gedrukt in China © 2014 ICON Health & Fitness, Inc.



Source Exif Data:
File Type                       : PDF
File Type Extension             : pdf
MIME Type                       : application/pdf
PDF Version                     : 1.7
Linearized                      : Yes
XMP Toolkit                     : Adobe XMP Core 5.5-c014 79.151481, 2013/03/13-12:09:15
Create Date                     : 2014:10:20 16:33:21-06:00
Metadata Date                   : 2014:10:20 16:33:45-06:00
Modify Date                     : 2014:10:20 16:33:45-06:00
Creator Tool                    : Adobe InDesign CC (Macintosh)
Instance ID                     : uuid:be65e07a-e493-5c43-adfb-60e4b7e722e3
Original Document ID            : xmp.did:0180117407206811871FA968667439DD
Document ID                     : xmp.id:533d3cb0-95b2-4fa8-98c2-8f940c808e25
Rendition Class                 : proof:pdf
History Action                  : converted
History Parameters              : from application/x-indesign to application/pdf
History Software Agent          : Adobe InDesign CC (Macintosh)
History Changed                 : /
History When                    : 2014:10:20 16:33:21-06:00
Derived From Instance ID        : xmp.iid:fb74d52f-e439-4a13-8afe-00831b821206
Derived From Document ID        : xmp.did:0180117407206811871FA968667439DD
Derived From Original Document ID: xmp.did:0180117407206811871FA968667439DD
Derived From Rendition Class    : default
Format                          : application/pdf
Producer                        : Adobe PDF Library 10.0.1
Trapped                         : False
Page Count                      : 36
Creator                         : Adobe InDesign CC (Macintosh)
EXIF Metadata provided by EXIF.tools

Navigation menu