Proform Petl127112 Performance 1250 Treadmill Users Manual

2015-04-13

: Proform Proform-Petl127112-Performance-1250-Treadmill-Users-Manual-698099 proform-petl127112-performance-1250-treadmill-users-manual-698099 proform pdf

Open the PDF directly: View PDF PDF.
Page Count: 36

GEBRUIKERSHANDLEIDING
Sticker met
serienummer
Modelnr. PETL12711.2
Serienr.
Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
OPGELET
Lees voor gebruik van dit ap-
paraat alle instructies en voor-
zorgsmaatregelen in deze hand-
leiding. Bewaar deze handleiding
voor verdere raadpleging. www.iconeurope.com
KLANTENDIENST
Neem contact op met de
Klantendienst (zie informatie
hieronder) of neem contact op met
de winkel waar u dit product gekocht
heeft wanneer u nog vragen heeft of
wanneer er onderdelen ontbreken of
beschadigd zijn.
4021 529 7186
Maandag-Vrijdag 08:00-20:00
GMT; Zaterdag 09:00-13:00 GMT
Website:
www.iconsupport.eu
Email:
csuk@iconeurope.com
De waarschuwingstickers hier afgebeeld zijn met
dit product inbegrepen. Plak de stickers op de
aangegeven plaatsen over de Engelse waars-
chuwingen heen. De hier getoonde sticker(s)
met waarschuwing is/zijn op de aangegeven
plaats(en) geplakt. Raadpleeg de laatste pagina
van deze handleiding wanneer een sticker
ontbreekt of niet leesbaar is en vraag om een
vervangende sticker. Plak de sticker op de
aangegeven plaats. Aandacht: de sticker(s)
worden niet op ware grootte weergegeven.
252913
English Translation:
DE STICKERS MET WAARSCHUWING
French Spanish Italian German Dutch
2
PROFORM is een merk van ICON Health & Fitness, Inc.
iPod, iPod nano, iPod touch, en iTunes zijn gedeponeerde handelsmerken van
Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen. iPod® is niet inbegrepen.
Nike is een gedeponeerd handelsmerk van NIKE, Inc. en aangesloten bedrijven.
INHOUD
DE STICKERS MET WAARSCHUWING ........................................................ 2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN .................................................. 3
VOORDAT U BEGINT ....................................................................... 5
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA .......................................................... 6
MONTAGE ................................................................................ 7
DE HARTSLAG MONITOR .................................................................. 15
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN ........................................................ 16
HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN ........................................... 25
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .............................................. 26
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN ......................................................... 29
LIJST MET ONDERDELEN .................................................................. 30
GEDETAILLEERDE TEKENING .............................................................. 32
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN ...............................................Laatste pagina
RECYCLING INFORMATIE .........................................................Laatste pagina
3
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is
bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan
35 of mensen met gezondheidsproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eige-
naar om zich ervan te vergewissen dat alle
gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van alle waarschuwingen en
voorzorgsmaatregelen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
5. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond
met minstens 2,4 m ruimte achter de loop-
band en 0,6 m ruimte aan iedere kant van de
loopband. Zorg ervoor dat de loopband geen
luchtopeningen blokkeert. Leg een matje
onder de loopband om uw vloer of de vloer-
bedekking te beschermen.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof beheerd
wordt.
7. Houd te allen tijde kinderen jonger dan 12 jaar
en huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen gebruikt worden door
mensen die niet zwaarder zijn dan 150 kg.
9. Laat nooit meer dan één persoon tegelijk de
loopband gebruiken.
10. Draag bij gebruik van de loopband de
juiste kleding. Draag geen losse kleding
die in de loopband verstrikt kan raken.
Sportsuspensiors worden aangeraden voor
zowel mannen als vrouwen. Draag altijd
gymschoenen. Gebruik de loopband nooit op
blote voeten, met alleen sokken of sandalen
aan.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stop-
contact (zie bladzijde 16). Geen enkel ander
apparaat mag op dezelfde groep aangsloten
zijn.
12. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik
dan alleen een 3 draadig, 1 mm2 (maat 14)
snoer van maximaal 1,5 meter.
13. Houd het snoer bij hete oppervlaktes
vandaan.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de
elektriciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loop-
band niet wanneer het snoer of de stekker
beschadigd is. Gebruik de loopband niet als
deze niet goed werkt. (Zie ONDERHOUD EN
PROBLEMEN OPLOSSEN op bladzijde 26 als
de loopband niet goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door,
begrijp wat u gelezen heeft en test de pro-
cedure voordat u de loopband gebruikt
(raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE
ZETTEN op bladzijde 18). Draag altijd de clip
bij gebruik van de loopband.
16. Sta altijd op de voetleuningen wanneer de
loopband wordt gestart of gestopt. Houd bij
gebruik van de loopband de handleuningen
altijd vast.
17. Houd vingers, haar en kleding uit de buurt
van de bewegende loopband.
18. De loopband kan op hoge snelheden draaien.
Stel de snelheid geleidelijk bij om plotselinge
schokken bij het versnellen te voorkomen.
WAARSCHUWING: lees om het risico op brandwonden, brand, elektrische shok,
of persoonlijkletsel te verminderen, alle belangrijke voorzorgsmatregelen en instructies in deze
handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u de loopband gebruikt. ICON is niet
verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het gebruik van dit produkt.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
4
19. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Diverse factoren zoals beweging,
kunnen de juistheid van de metingen beïn-
vloeden. De hartslagmonitor dient slechts om
de hartslag globaal te meten, als hulpmiddel
bij uw oefeningen.
20. Laat de loopband nooit zonder toezicht
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, en zet de schake-
laar in de uitstand wanneer de loopband niet
gebruikt wordt. (Zie de tekening op bladzijde
5 om te zien waar de schakelaar zit.)
21. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u deze rechtop zet, neer laat of
verplaatst. (Zie MONTAGE op bladzijde 7
en HOE DE LOOPBAND IN TKLAPPEN EN
VERPLAATSEN op bladzijde 25.) U moet op
veilige wijze in staat zijn om 20 kg te kunnen
optillen, of om de loopband te verplaatsen.
22. Bij het inklappen of het verplaatsen van de
loopband dient u ervoor te zorgen dat de
opbergvergrendeling het onderstel stevig in
de opbergstand houdt.
23. Steek nooit enig onderwerp in welke opening
van de loopband dan ook.
24. Controleer alle onderdelen regelmatig en
draai ze dan goed vast.
25.
GEVAAR: trek de stekker na gebruik
altijd direct uit het stopcontact. Doe dit
ook bij het schoonmaken van de loopband,
voor het plegen van onderhoud en voor het
bijstellen zoals beschreven in deze handlei-
ding. Verwijder nooit de motorkap tenzij een
servicemonteur dat aangeeft. Onderhoud,
anders dan de procedures in deze handlei-
ding moet uitsluitend uitgevoerd worden door
een erkende servicemonteur.
26. Deze loopband is alleen voor huiselijk
gebruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel, niet voor verhuur of in een
instelling.
27. Te veel oefeningen doen kan leiden tot ernstig
letsel of de dood. Als u pijn voelt, kortademig
of duizelig wordt tijdens het oefenen, dient u
onmiddellijk te stoppen en af te koelen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
5
Dank u dat u hebt gekozen voor de revolutionaire
PROFORM® PERFORMANCE 1250 loopband. Deze
PERFORMANCE 1250 loopband biedt een reeks aan
indrukwekkende functies die zijn ontwikkeld om uw
oefeningen effectiever en leuker te maken. Als u geen
oefeningen doet, kunt u deze unieke loopband opvou-
wen, waardoor deze minder dan de helft van de ruimte
inneemt van andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voor gebruik van de loopband. Raadpleeg de
omslag van deze handleiding als u nog vragen hebt.
Noteer het productnummer en het serienummer voor-
dat u met ons contact opneemt. De plaats waar u de
stickers met het productnummer en het serienummer
kunt vinden wordt op de omslag van de handleiding
aangegeven.
Bekijk eerst aandachtig de tekening hieronder en de
verschillende onderdelen, voordat u verder leest.
VOORDAT U BEGINT
Handleuning
Staander
Lade
Sleutel/Clip
Schakelaar
Loopband
Kussen van het Platform
Voetrail
Bijstelschroeven
van de Ruststandrol
Bedieningspaneel
Hangreep met
Hartslagmonitor
Lengte: 193 cm
Breedte: 94 cm
6
1/4"
Stertussenring
(35)–2
1/4" Platte
Tussenring
(36)–2
5/16" Platte
Tussenring
(113)–4
5/16"
Stertussenring
(11)–8
3/8"
Stertussenring
(13)–4
3/8" Moer
(12)–2
#8 x 1/2"
Schroef
(1)–16
#8 x 1/2"
Aardschroef
(10)–1
#10 x 3/4"
Schroef
(9)–2
#10 x 3/4" Schroef
met Platte Kop
(112)–2
5/16" x 1"
Schroef (5)–4
5/16" x 1 1/4"
Schroef (4)–6
3/8" x 1 1/4"
Schroef (8)–4
3/8" x 1 3/4" Bout (6)–1
3/8" x 2" Bout (3)–1 3/8" x 2 3/4" Schroef (7)–4
#8 x 3/4" Schroef
(2)–6
ONDERDEEL IDENFICATIESCHEMA
Raadpleeg de onderstaande tekeningen om kleine onderdelen te herkennen. Het getal tussen haakjes onder
iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind van deze
handleiding. Het nummer naast het sleutelnummer is de hoeveelheid die nodig is voor de montage. Aandacht:
Als een onderdeel zich niet in de hardwareset bevindt, controleert u of deze al vooraf is gemonteerd. Er
kunnen extra onderdelen zijn meegeleverd.
7
1. Zorg dat het snoer niet op het stopcontact
gestoken is.
Leg een stuk carton onder de achterkant van het
Onderstel (56) om de vloer of de vloerbedekking
te beschermen.
Maak de Linker Wielkap (96) aan de Basis (94)
vast met twee #8 x 3/4" Schroeven (2).
Maak de Rechter Wielkap (niet afgebeeld) op
dezelfde manier vast aan de rechterkant van
de Basis (94).
2. Trek de Draad van de Staander (81) en de Aard-
draad van de Basis (110) door het aangegeven
gat in de Basis (94).
Maak de Aarddraad van de Basis (110) aan de
Basis (94) vast met een #8 x 1/2" Aardschroef
(10).
Druk de Pakkingring (77) in het vierkante gat in
de Basis (94).
81
2
Gat
10
110
94
77
MONTAGE
Montage moet door twee personen worden
uitgevoerd.
Plaats de loopband op een open plek en verwij-
der het verpakkingsmateriaal. Gooi het verpak-
kingsmateriaal niet weg totdat u de loopband
volledig hebt gemonteerd.
De onderkant van de loopriem van de loopband
is voor een goede werking bedekt met een
smeermiddel. Tijdens het vervoer kan een klein
beetje smeermiddel aan de bovenkant van de
loopriem of de verpakkingsmateriaal terecht zijn
gekomen. Dit is normaal. Als er zich smeermiddel
op de bovenkant van de loopriem bevindt, kunt
u deze eenvoudigweg afvegen met een zachte
doek en een reiniger zonder schuurmiddel.
Voor het herkennen van de kleine onderdelen,
kijkt u op pagina 6.
Het volgende gereedschap kan voor de montage
nodig zijn:
de meegeleverde inbusleutels
een instelbare sleutel
een Philips schroevendraaier
schaar
Om schade aan onderdelen te vermijden, moet
u geen elektrisch gereedschap bij het monteren
gebruiken.
1
96
94
2
56
Carton
8
4. Houd de Linker Staander (89) tegen de Basis
(94). Zorg ervoor dat de Draad van de Sta-
ander (81) niet bekneld raakt. Draai gedeelteli-
jk twee 3/8" x 1 1/4" Schroeven (8) met twee
3/8" Sterringen (13) en twee 3/8" x 2 3/4" Schro-
even (7) gedeeltelijk vast in de Linker Staander
totdat de koppen van de Schroeven de Linker
Staander raken. Maak de Schroeven nog niet
volledig vast.
Maak de Rechter Staander (niet afgebeeld)
op dezelfde manier vast. Aandacht: er zijn
geen draden aan de rechterkant.
89
94
4
81
8
7
13
13
3. Zoek naar de Linker Staander (89), aangegeven
met “Left” (L of Left geeft links aan; R of Right
geeft rechts aan). Laat een tweede persoon de
Linker Staander bij de Basis (94) houden.
Raadpleeg de inzet-tekening. Maak de draad-
band in de Linker Staander (89) goed vast rond
het uiteinde van de Draad van de Staander (81).
Trek dan aan het andere uiteinde van de draad-
band totdat de Draad van de Staander goed
door de Linker Staander ligt.
81
3
81
89
Draad-
band
Draad-
band
89
94
81
9
6. Snij de plastic draadbanden in de Linker Han-
dleuning (88) en in de Rechter Handleuning
(niet getoond) los. Mocht het nodig zijn, druk
dan de 5/16" Vierkante Moeren (31) opnieuw in
(alleen één moer wordt afgebeeld).
Zoek naar de Linker Handleuning (88) en houd
deze bij de Linker Staander (89) vast. Steek de
Draad van de Staander (81) door de beugel aan
de onderkant van de Linker Staander. Trek de
Draad van de Staander uit het uiteinde van de
Linker Handleuning.
88
6
89
31
81
Tie
5. Zoek naar de de Linker en de Rechter Kappen
van de Basis (82, 83). Schuif de Linker Kap van
de Basis op de Linker Staander (89). Schuif de
Rechter Kap van de Basis op de Rechter Sta-
ander (90). Druk de Kappen van de Basis nog
niet vast op hun plaats.
Zoek naar de Linker en de Rechter Kappen van
de Staander (79, 80). Schuif de Linker Kap van
de Staander op de Linker Staander (89). Schuif
de Rechter Kap van de Staander op de Rechter
Staander (90).
89
82
80
90
79 83
5
10
9. BELANGRIJK: om beschadiging aan de
Dwarsstang (93) te voorkomen, moet u geen
groot gereedschap gebruiken en moet u de
#10 x 3/4" Schroeven (9) of de #10 x 3/4"
Schroeven met Platte Kop (112) niet te vast
draaien.
Draai de Dwarsstang (93) zoals afgebeeld.
Maak de Dwarsstang aan de Handleuningen
(87, 88) vast met twee #10 x 3/4" Schroeven
met Platte Kop (112), twee #10 x 3/4" Schro-
even (9), en twee 1/4" Tussenringen (35) zoals
aangegeven. Draai eerst alle vier de Schro-
even wat aan, en draai dan elke Schroef vast.
93
88
9
99
87
35
112
112
8. Plaats het bedieningspaneel met de bovenk-
ant op een zachte oppervlakte zodat het bedi-
eningspaneel niet bekrast wordt. Verwijder en
gooi de twee schroeven (A). Til vervolgens de
Dwarsstang (93) af. Gooi de twee Schroeven
weg.
93
Bedienings-
paneel
A
8
35
7. Maak de Linker Handleuning (88) aan de Linker
Staander (89) vast met twee 5/16" x 1" Schro-
even (5), twee 5/16" Tussenringen (11), en een
5/16" x 1 1/4" Schroef (4). Draai de Schroeven
nog niet helemaal vast.
Maak de Rechter Handleuning (87) op
dezelfde manier vast.
7
89
88
87
4
4
55
11
11
A
11
11. Plaats het bedieningspaneel op de Linker en de
Rechter Handleuningen (87, 88). Zorg ervoor
dat de draden niet bekneld raken. Steek het
overschot aan Draad van de Staander (niet
afgebeeld) in de Linker Handleuning.
Maak het bedieningspaneel vast met zes #8 x
1/2" Schroeven (1), vier 5/16" x 1 1/4" Schro-
even (4), vier 5/16" Platte Tussenringen (113),
en vier 5/16" Tussenringen (11). Draai eerst
alle tien de Schroeven wat aan, en draai
daarna elke Schroef vast.
Zie stap 7. Draai de vier 5/16" x 1" Schroeven
(5) en de twee 5/16" x 1 1/4" Schroeven (4)
goed vast.
10. Houd met de hulp van een tweede person het
bedieningspaneel bij de Linker Handleuning
(88).
Sluit de Draad van de Staander (81) op de
draad van het bedieningspaneel aan. Raad-
pleeg de inzet-tekening. De connectoren
zouden makkelijk samen moeten glijden en
op hun plaats moeten klikken. Als dit niet
gebeurt, dient u een van de connectoren te
draaien en het nog eens te proberen. ALS U
DE CONNECTOREN NIET GOED AANSLUIT,
KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHAD-
IGD RAKEN WANNEER DE STROOM INGE-
SCHAKELD WORDT. Verwijder de draadband
uit de Draad van de Staander.
Bedienings-
paneel
Draad van het
Computer
Draad-
band
88
81
10
11
88
1
11 Bedienings-
paneel
1
11
4
113
87
113
4
12
14. Houd de Linker Kap van de Staander (79) tegen
het bedieningspaneel. Stel de gaten in de Linker
Kap van de Staander gelijk met de gaten in de
Linker Staander (89). Maak de Linker Kap van
de Staander vast met twee #8 x 1/2" Schroeven
(1), een #8 x 3/4" Schroef (2), en een 1/4" Platte
Tussenring (36) zoals afgebeeld.
Maak de Rechter Kap van de Staander (80)
op dezelfde manier vast aan de Rechter Sta-
ander (90).
14
89
1
Bedienings-
paneel
79
90
36
36
80 2
1
2
12. Draai de vier 3/8" x 2 3/4" Schroeven (7) en dan
de vier 3/8" x 1 1/4" Sschroeven (8) goed vast
(alleen een kant wordt afgebeeld).
Druk de Linker en de Rechter Kappen van Basis
(82, 83) goed vast in de Basis (94) tot deze op
hun plaats klikken.
12
83
8
82
94
7
13. Schuif de Linker Kap van de Handleuning (85)
op de Linker Handleuning (88). Schuif de Rech-
ter Kap van de Handleuning (86) op de Rechter
Handleuning (87). Maak de Kappen van de
Handleuning vast met twee #8 x 1/2" Schroeven
(1) vast.
85
86
1
1
87
88
13
13
16. Zet daarna het Onderstel (56) rechtop, tot de
afgebeelde stand. Laat een tweede persoon
het Onderstel vasthouden totdat stap 17
voltooid is.
Draai de Opbergvergrendeling (53) zodanig
dat de grote cilinder en de vergrendelingsknop
gedraaid zijn zoals afgebeeld.
Maak het onderste uiteinde van de Opbergver-
grendeling (53) aan de Basis (94) vast met een
3/8" x 2" Bout (3) en een 3/8" Moer (12).
16
53
Grote
Cilinder
56
Vergrendel-
knop
12 3
94
15. Maak de Linker en de Rechter Lade (107, 108)
aan het bedieningspaneel vast met vier #8 x
1/2" Schroeven (1).
107
108
15
Bedienings-
paneel
1
1
1
14
20. Zorg dat alle onderdelen goed vastgedraaid zijn voordat u de loopband gebruikt. Als er velletjes plastic
op de loopbandstickers zitten, verwijder deze dan. Plaats een matje onder de loopband om de vloer of de
vloerbedekking te beschermen. Aandacht: er kunnen extra onderdelen meegeleverd zijn. Berg de meege-
leverde inbussleutels goed op; een van de inbussleutels wordt gebruikt om de loopband bij te stellen (zie
bladzijde 27 en 28).
17. Maak het bovenste uiteinde van de Opbergver-
grendeling (53) aan het Onderstel (56) vast met
een 3/8" x 1 3/4" Bout (6) en een 3/8" Moer (12).
Aandacht: het kan nodig zijn om het Onderstel
wat naar voren en naar achteren te schuiven om
de Opbergvergrendeling gelijk te stellen met het
Onderstel.
Laat het Onderstel (56) neer (zie HOE DE
LOOPBAND NEER TE LATEN VOOR GE-
BRUIK op bladzijde 25).
17
53
12
56
6
15
DE HARTSLAG MONITOR
HOE DE HARTSLAG MONITOR TE DRAGEN
De hartslag monitor
heeft een borstkas-
band en een sensor.
Steek de ap in
ene uiteinde van de
borstkas-band in het
ene uiteinde van de
sensor, zoals afge-
beeld in de tekening.
Druk dan het uit-
einde van de sensor
onder de gesp van
de borstkas-band.
De ap moet gelijk
zijn met de voorkant
van de sensor.
De hartslag moni-
tor moet onder uw
kleding gedragen
worden, strak tegen
uw huid. Draag de
hartslag monitor
in de aangege-
ven plaats rond
uw borstkas. Zorg
ervoor dat de logo naar buiten wijst. Maak dan het
andere uiteinde van de borstkas-band op de sensor
vast. Stel de lengte van de borstkas-band bij mocht dat
nodig zijn.
Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam en
zoek naar de twee elektrodes met de kleine randjes.
Maak beide elektrodes nat met een zoute vloeistof,
zoals wat speeksel of vloeistof voor contact lenzen.
Plaats de sensor terug tegen uw huid.
VERZORGING EN ONDERHOUD
Droog de sensor goed af na ieder gebruik. Door
vocht blijft de sensor langer dan nodig branden en
zodoende zullen de batterijen sneller leeg lopen.
Bewaar de hartslag monitor op een warme en droge
plaats. Bewaar de harslag monitor niet in een plastic
zak of andere verpakking die vocht kan vasthouden.
Stel de hartslag monitor niet langdurig bloot aan
direct zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan
-10° C of aan een temperatuur hoger dan 50° C.
Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het op-
bergen van de hartslag monitor niet te veel.
Maak de sensor schoon met een zachte doek en
een beetje zachte zeep. Veeg dan de sensor met
een zachte doek en droog deze goed af. Gebruik
nooit schuurmiddelen, alcohol of chemische pro-
ducten om de sensor schoon te maken. U kunt de
borstkas-band met de hand wassen en dan laten
drogen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Loop de hieronder genoemde procedures door wan-
neer de hartslag monitor niet goed werkt.
Zorg ervoor dat u de hartslag monitor goed draagt
zoals hier links is beschreven. Verplaats de hartslag
monitor wat naar boven of naar beneden wanneer u
de borstkas-hartslag monitor niet goed werkt.
Maak de elektrodes opnieuw wat nat wanneer de
hartslag metingen pas verschijnen nadat u begint te
transpireren.
Voor de goede weergave van de hartslag metingen
moet de gebruiker zich op minder dan een armlengte
van het bedieningspaneel bevinden.
Als er zich een batterijdekseltje aan de actherkant
van de sensor bevindt, vervang dan de batterij met
een batterij van hetzelfde type.
De hartslag monitor is ontwikkeld voor mensen met
een normale hartslag. Problemen met de hartslag-
meting kunnen een medische oorzaak hebben zoals
vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hartkloppin-
gen, of aritmie.
De werking van de hartslag monitor kan beïnvloed
worden door magnetische storingen die door hoog-
spanningsdraden en andere elektromagnetische
bronnen veroorzaakt kunnen worden. Verplaats het
tness-apparaat als u vermoedt dat dit de oorzaak
is.
Gesp
Flap
Borstkas-
band
Flaps
Sensor
Sensor
16
HOE DE SNOER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De snoer moet geaard zijn. Als het niet goed functio-
neert geeft de aarding de laagste weerstandspad voor
de elektriciteit om zodoende het risico van elektrische
schok te verminderen. Een snoer en een geaarde
stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het snoer
beschadigd is moet u het vervangen voor een door
de fabrikant aanbevolen snoer.
Volg deze stappen om de snoer in stopcontact te
steken.
1. Steek het aangegeven uiteinde van het snoer in het
stopcontact van de onderstel.
2. Steek het snoer in een goed geinstalleerd en geaard
stopcontact die overeenkomt met alle plaatselijke
regelingen.
UK
DU
GR
RU
HU
CZ
FR/
SP/
PL
IT
AUS
AUS
TYPE E
TYPE F
Stopcontact van
de Onderstel
Snoer
Stopcontact
HOE DE LOOPBAND TE GEBRUIKEN
GEVAAR: een verkeerd stopcon-
tact (zonder aarde) kan tot een elektrische
schok leiden. Laat een elektriciën de aarding
nakijken als u niet zeker weet of het stopcon-
tact goed geaard is. Breng geen wijzigingen
aan de stekker van het apparaat aan. Laat een
elektriciën een nieuwe stekker monteren als
de stekker niet in het stopcontact past.
17
ETPF79510
(PFTL79510)
DE WAARSCHUWINGSSTICKER OPPLAKKEN
Zoek de Engelse waarschuwingen op het bedienings-
paneel. U vindt dezelfde waarschuwingen in andere
talen op het meegeleverde stickervel. Plak de Neder-
landse waarschuwingssticker op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband biedt een
reeks indrukwekende mogelijkheden om uw workouts
doeltreffender en prettiger te maken. U kunt wanneer
u de handmatige instelling gebruikt de snelheid en de
helling van de loopband veranderen door een druk op
een toets. Tijdens het oefenen zal het bedieningspa-
neel directe feedback over uw oefening geven. U kunt
zelfs uw hartslag meten door gebruik te maken van de
handgreep met hartslagmonitor of door middel van de
borstkas hartslagmonitor.
Het bedieningspaneel heeft tevens zestien work-
outs— vier Calorieën workouts, vier interval workouts,
vier snelheidsworkouts, en vier uithoudingsvermogen
workouts. Elke workout controleert automatisch de
snelheid en de helling van de loopband terwijl u door
een effectieve oefeningsessie geleid wordt.
Het bedieningspaneel heeft een iFit module waardoor
de loopband op uw draadloos netwerk aangesloten
kan worden door middel van een optionele iFit module.
U kunt, met de iFit module, uw eigen workouts down-
loaden, uw eigen workouts samenstellen, uw resultat-
en van de workout volgen, tegen andere renners racen
en en u kunt nog vele andere mogelijkheden benutten.
Ga naar www.iFit.com om een iFit module te kopen
of bel met het telefoonnummer op de kaft van deze
handleiding.
U kunt u ook op Nikeplus.com aansluiten door de
optionele PROFORM SYNC. te gebruiken, Met de
SYNC kunt en een heel stel middelen gebruiken om
uw resultaten te analyseren en de vordering van uw
tness doelen te volgen. Om een SYNC wanneer
dan ook te kopen belt u het nummer op de kaft van
deze handleiding.
U kunt zelfs naar uw favoriete workout muziek of
naar audioboeken luisteren door tijdens het oefenen
gebruik te maken van het stereogeluidssysteem van
het bedieningspaneel. Deze loopband is speciaal voor
gebruik met de iPod ontwikkeld en is door de ontwik-
kelaar gecerticeerd om aan de Apple-prestatienormen
te voldoen.
Om de stroom in te schakelen, zie bladzijde 18. Om
de handmatige instelling te gebruiken, zie bladzijde
18. Om een workout te gebruiken, zie bladzijde 21.
Om een iFit workout te gebruiken, zie bladzijde 22.
Om de informatie instelling te gebruiken, zie bladzi-
jde 23. Om het stereogeluidssysteem te gebruiken,
zie bladzijde 24. Om het PROFORM SYNC te gebrui-
ken, zie bladzijde 24.
BEDIENINGSPANEELDIAGRAM
18
Aanadacht: het bedieningspaneel kan de snelheid en
de afstand in kilometers of mijlen aangeven. Om te
zien welke meeteenheid gekozen is, zie DE INFORMA-
TIE INSTELLING op bladzijde 23. Om het eenvoudig
te houden worden alle instructies in deze handleiding
in kilometers aangegeven.
BELANGRIJK: als er velletjes plastic op het be-
dieningspaneel zitten, verwijder deze dan. Draag al-
leen schone gymschoenen wanneer u de loopband
gebruikt om beschadiging aan het loopplatform
te voorkomen. De eerste keer dat u de loopband
gebruikt dient u de uitlijning van de loopband te
bekijken en de loopband indien dit nodig is in het
midden te leggen (zie bladzijde 28).
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de loopband aan
koude temperaturen blootgesteld is geweest, de
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
de elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt
u de displays van het bedieningspaneel of andere
elektrische componenten beschadigen.
Steek het snoer in het stop-
contact (zie bladzijde 16).
Zoek vervolgens naar de
schakelaar op het onder-
stel van de loopband bij het
snoer. Druk de schakelaar in
de resetstand [RESET].
BELANGRIJK: het bedieningspaneel heeft een
demostand, die ontwikkeld is voor gebruik als de
loopband in een winkel geëtaleerd wordt. De dem-
oinstelling is aan als de displays branden wanneer
het snoer ingestoken wordt en de schakelaar in de
resetstand gedrukt wordt. Om de demo instelling
uit te schakelen, drukt u enkele seconden lang op
de Stoptoets [STOP]. Raadpleeg DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de demo instelling
uit te schakelen wanneer de displays aan blijven.
Ga vervolgens op
de voetrails van de
loopband staan. Zoek
naar de klip die aan
de sleutel vastzit en
schuif de klip aan
de tailleband van
uw kleding. Steek
dan de sleutel in
het bedieningspaneel. Kort daarna zullen de displays
oplichten. BELANGRIJK: Bij een noodsituatie kunt
u de sleutel uit het bedieningspaneel trekken zodat
de loopband tot stilstand komt. Test de klip door
voorzichtig een paar stappen naar achteren te
lopen totdat de sleutel uit het bedieningspaneel
getrokken wordt. Als de sleutel niet uit het bedien-
ingspaneel komt, stel dan de lengte van de klip bij.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN aan de
linkerkant.
2. Kies de handmatige instelling.
Druk op de handmatige manual [MANUAL] toets
op het bedieningspaneel wanneer de handmatige
instelling niet gekozen is.
3. Start de loopband.
Om de loopband te starten drukt u op de Starttoets
[START], de Snelheidstoename toets [SPEED]
of op een van de genummerde Snelheidstoetsen
[QUICK SPEED].
Als op de Starttoets of de Snelheidstoename toets
gedrukt wordt dan zal de loopband beginnen te
draaien met een snelheid van 2 Km/u [KM/H]. Tij-
dens het oefenen kunt u de snelheid van de loop-
band naar wens aanpassen door op de Snelheids-
toename en afname toetsen te drukken. Steeds
wanneer u op een van de toetsen drukt dan zal
de snelheidsinstelling met 0,1 Km/u [KM/H] veran-
derd worden; als u op een toets blijft drukken, dan
verandert de snelheidsinstelling met stapjes van
0,5 Km/u [KM/H]. Opmerking: na het drukken op de
toets kan het even duren voordat de loopband de
gekozen snelheidsinstelling bereikt.
Indien u op een van de genummerde snel-
heidstoetsen drukt zal de snelheid van de loopband
geleidelijk worden aangepast totdat de gewen-
ste snelheidsinstelling bereikt wordt. Om een
snelheidsinstelling met een decimaal te kiezen,
zoals 4,8 Km/u—drukt u achtereenvolgens op
twee genummerde toetsen. Als u bijvoorbeeld de
snelheidsinstelling 4,8 Km/u wilt kiezen, drukt u op
toets 4 en dan vervolgens direct op toets 8.
Om de loopband te stoppen drukt u op de Stop-
toets [STOP]. De tijd zal op de display opikkeren.
Om de loopband opnieuw te starten, drukt u op de
Starttoets of op de Snelheidstoename toets.
Reset
ETPF79510
(PFTL79510)
Sleutel
Klip
19
4. De helling van de loopband veranderen zoals
gewenst.
Druk op de Hellingstoename of -afname toets
[INCLINE] of op een van de genummerde hel-
lingtoetsen [QUICK INCLINE] om de helling van
de loopband te veranderen. Elke keer als u op
een van de toetsen drukt, zal de helling geleidelijk
veranderen tot de gekozen hellinginstelling bereikt
is.
5. Volg uw vordering op de displays.
De piste—indien u de
handmatige instelling ki-
est, toont de matrix een
piste dat 400 m (1/4
mijl) voorstelt. Tijdens
het oefen zullen de indi-
catoren rond de piste na elkaar verschijnen tot de
gehele piste verschijnt. De piste zal dan verdwijnen
en de indicatoren zullen weer opnieuw na elkaar
verschijnen.
De Calorieën/Helling
display—deze display
geeft bij benadering het
aantal verbrande Calo-
rieën [CALORIES] aan.
De display zal ook elke
keer wanneer de helling [INCLINE] van de loop-
band verandert een paar seconden lang de helling
van de loopband aangeven.
De Tijd display—deze
display geeft de ver-
lopen tijd [TIME] aan.
Aandacht: indien u een
workout kiest zal de dis-
play de resterende tijd
in de workout aangeven in plaats van de verlopen
tijd.
De Afstand display
deze display geeft de
afstand [DISTANCE]
die u gelopen heeft
aan.
De Snelheid/Hartslag
display—deze dis-
play geeft de snelheid
[SPEED] van de loop-
band aan. De display
zal ook uw hartslag
aangegeven wanneer u de harstlagmonitor gebrui-
kt (zie stap 6 op bladzijde 20).
De Middelste display—deze display geeft de
workout instructies aan.
Druk op de thuistoets [HOME] om naar de star-
tinstelling terug te keren (zie DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de startinstelling
in te stellen). Druk, indien nodig, nogmaals op de
thuistoets.
Het symbool voor iFit
zal aan de bovenkant
van de display begin-
nen de branden wan-
neer een iFit module
verbonden is met
www.iFit.com.
Het symbool voor
Nike+iPod zal aan
de bovenkant van de
display beginnen de
branden wanneer een
PROFORM SYNC met
het bedieningspaneel aangesloten is.
Om de displays te resetten drukt u op de Stop-
toets, trekt u de sleutel uit en steekt u de sleutel
weer in.
20
6. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Aandacht: als u de borstkas hartslagmoni-
tor draagt en tegelijkertijd de handgreep met
hartslagsensor gebruikt, dan geeft het bedien-
ingspaneel uw hartslag niet nauwkeurig aan.
Zie bladzijde 15 voor informatie over de borstkas
hartslagmonitor.
Voordat u de
handgreep
met hartsl-
agmonitor
gebruikt
verwijder dan
de velletjes
plastic van de
metalen con-
tactpunten.
Zorg er ook
voor dat uw handen schoon zijn.
Om uw hartslag te meten, gaat u op de voetrails
staan en houd u de contactpunten vast – beweeg
uw handen niet. Wanneer uw hartslag gemeten
kan worden, verschijnen er meerdere streepjes en
daarna wordt uw hartslag aangegeven. Voor de
meest nauwkeurige hartslagmeting, dient u de
contactpunten ongeveer 15 seconden lang vast
te houden.
7. Zet indien gewenst de ventilator aan.
De ventilator heeft ver-
schillende snelheden.
Druk op de ventilator
toename of afname
toets om een ventilator-
snelheid te kiezen of om
de ventilator uit te zet-
ten. Aandacht: als de ventilator aan staat wanneer
de loopband stilstaat, dan zal de ventilator na een
paar minuten automatisch stoppen.
8. Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
Ga op de voetrails staan, druk op de Stoptoets en
stel de helling van de loopband af op nul. De
helling van de loopband moet op nul procent
stand staan wanneer u de loopband wilt inklap-
pen in de opbergstand anders kan de loopband
beschadigd worden. Trek vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband, zet dan de
schakelaar in de uitstand en neem het snoer uit het
stopcontact [OFF]. BELANGRIJK: als u dit niet
doet, kunnen de elektrische componenten van
de loopband voortijdig slijten.
Contact-
punten
21
HOE EEN WORKOUT TE GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 18.
2. Kies een workout.
Om een workout te kiezen drukt u herhaaldelijk op
de calorieën toets [CALORIE], de Interval [IN-
TERVAL] toets, de Snelheidstoets [SPEED], of de
Uithoudingsvermogen toets [ENDURE] totat de
gewenste workout op de display verschijnt.
De displays zullen wanneer een workout gekozen
wordt de maximum helling, de tijdsduur, de afstand,
de maximum snelheid, en de naam van de work-
out aangeven. Bovendien zal er een proel van
de snelheidsinstellingen van de workout op het
scherm verschijnen. Wanneer u voor een calorieën
workout kiest, dan zal bij benadering het aantal
calorieën die u zult verbranden in de naam van de
workout verschijnen.
3. Begin met de workout.
Druk op de Starttoets [START] of de Snelheidstoe-
name toets [SPEED] om met de workout te begin-
nen. Even nadat u op de toets heeft gedrukt, zal
de loopband zich automatisch aanpassen aan
de eerste snelheids- en hellinginstelling van de
workout. Houd de handleuningen vast en begin te
lopen.
Elke workout is in segmenten gedeeld. Er is één
hellinginstelling en één snelheidsinstelling voor elk
segment geprogrammeerd. Aandacht: dezelfde
snelheids- en/of hellinginstelling kan voor opeen-
volgende segmenten geprogrammeerd worden.
Tijdens de workout zal
het proel uw vorderin-
gen aangeven. De
opikkerende balk van
het proel stelt het
huidige oefeningseg-
ment voor. De hoogte van het opikkerende seg-
ment geeft de snelheidssinstelling voor het huidige
segment aan. Aan het einde van elk segment, is
een serie geluiden te horen en begint het volgende
segment van het proel te ikkeren. Als een nieuwe
snelheidsinstelling en/of hellinginstelling voor het
volgende segment geprogrammeerd is dan zal de
nieuwe snelheids- en/of hellinginstelling een paar
seconden lang in de display opikkeren en zal de
loopband zich automatisch aan de nieuwe snel-
heids- en/of hellinginstelling aanpassen.
De workout gaat op deze wijze door tot het laatste
segment van het proel in de display opikkert en
het laatste segement eindigt. De loopband zal dan
langzaam tot stilstand komen.
Aandacht: de na te streven calorieën zijn een
schatting van het aantal calorieën die u tijdens
de workout zult verbranden. Het feitelijke aantal
calorieën die u verbrandt zal van uw gewicht
afhangen. Als u daarnaast de snelheid of de
helling van de loopband tijdens de workout
handmatig verandert dan zal dat effect hebben
op het aantal calorieën die u zult verbranden.
Indien de snelheids- of hellinginstelling tijdens
de workout op welk moment dan ook te hoog of
te laag staat, dan kunt u de instelling handmatig
aanpassen door op de Snelheid en Helling [IN-
CLINE] toetsen te drukken. Echter, wanneer het
volgende segment van de workout begint, dan
zal de loopband zich automatisch aan de snel-
heids- en hellinginstellingen voor het volgende
segment aanpassen.
Om op welk mogelijk moment dan ook met de wor-
kout te stoppen drukt u op de Stoptoets [STOP].
De tijd zal op de display opikkeren. Druk op de
Starttoets of op de Snelheidstoename toets om
de workout te hervatten. De loopband begint met
een snelheid van 2 km/u [KM/H] te draaien. Als het
volgende segment van de workout begint, dan zal
de loopband zich automatisch aan de snelheids- en
hellinginstelling voor dat volgende segment aan-
passen.
4. Volg uw vordering op de displays.
Zie stap 5 op bladzijde 19.
5. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op bladzijde 20.
6. Zet indien gewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op bladzijde 20.
7. Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
Zie stap 8 op bladzijde 20.
Huidig segment
22
HOE EEN IFit WORKOUT TE GEBRUIKEN
Aandacht: om een iFit workout te gebruiken heeft u
een optionele iFit module nodig. Ga naar
www.iFit.com om een iFit module te kopen of belt u
met het telefoonnummer op omslag van deze han-
dleiding. Voor gebruik van een iFit modlue dient u toe-
gang te hebben tot een computer met een internetver-
binding en een USB-poort. Bovendien moet u lid zijn
van iFit.com. Om een iFit module te gebruiken, dient
u ook uw eigen draadloos netwerk met een 802.11b
router met ingeschakeld SSID uitzending (verborgen
netwerken worden niet ondersteund) te hebben.
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN op
bladzijde 18.
2. Steek de iFit module in het bedienings-paneel.
Raadpleeg om de iFit module in te steken de in-
structies die met de iFit module meegeleverd zijn.
3. Kies een gebruiker.
U kunt, als er meer dan een gebruiker geregis-
treerd is, vanuit het iFit hoofdscherm van gebruiker
wisselen. Druk op de toename en afname toetsen
naast de Entertoets [ENTER] om een gebruiker te
kiezen.
4. Kies een iFit workout
Druk op een van de iFit toetsen om een iFit [IFit]
workout te kiezen. Voordat sommige workout
beginnen te downloaded moet ze eerst aan uw lijst
toevoegen op www.iFit.com.
Druk op de iFit toets om de volgende workout op
uw lijst te downloaden. Druk op de Mijn Trainer
toets [MY TRAINER], de Mijn Kaarten toets [MY
MAPS], de Wereld Tour toets [WORLD TOUR], of
de Evenement Training toets [EVENT TRAINING]
om de volgende workout van dat type op uw lijst te
downloaden. Druk op de Competitie toets [COM-
PETE] om aan een race deel te nemen die u al van
te voren al gekozen heeft. Ga naar
www.iFit.com voor meer informatie over iFit
workout. Aandacht: Als er geen van het gekozen
type workouts op uw list zit dan zal de volgende
workout op uw lijst gedownload worden.
De display zal, wanneer u een iFit Workout kiest,
de tijdsduur van de workout, de afstand die u zult
lopen of rennen, en het bij benadering aantal calo-
rieën dat u zult verbranden aangeven. De display
zal, als u een competitie workout kiest, aftellen
totdat de race begint.
5. Begin met de workout.
Zie stap 3 op bladzijde 21.
Tjidens sommige workouts zal de stem van een
audiocoach u door de workout leiden. U kunt een
instelling voor uw audiocoach kiezen (zie DE IN-
FORMATIE INSTELLING op bladzijde 23).
Om op welk mogelijk moment dan ook met de
oefening te stoppen drukt u op de Stoptoets
[STOP]. De tijd zal op de display opikkeren. Druk
op de Starttoets [START] of op de Snelheidstoe-
name toets [SPEED] om de workout te hervatten.
De loopband zal met de snelheidsinstelling voor
het eerste segment van de workout beginnen te
draaien. Als het volgende segment van de workout
begint, dan zal de loopband zich automatisch aan
de snelheids- en hellinginstellingen voor het vol-
gende segment aanpassen.
6. Volg uw vordering op de displays.
Zie stap 5 op bladzijde 19.
7. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op bladzijde 20.
8. Zet indien gewenst de ventilator aan.
Zie stap 7 op bladzijde 20.
9. Als u klaar bent met oefenen dient u de sleutel
uit het bedieningspaneel te trekken.
Zie stap 8 op bladzijde 20.
Ga naar www.iFit.com voor meer informatie over de
iFit instelling.
23
DE INFORMATIE INSTELLING
Het bedieningspaneel biedt een informatie instelling
aan die de informatie van de loopband bijhoudt en u
uw eigen bedieningspaneel instelling laat invoeren.
Om de informatie instelling te kiezen, blijft u op de
Stoptoets [STOP] drukken terwijl u de sleutel weer in
het bedieningspaneel steekt en daarna de Stop toets
loslaat. Als de informatie instelling gekozen wordt zal
de volgende informatie worden aangegeven:
De Tijd [TIME] display toont
het aantal uren dat de loop-
band gebruikt is.
De Afstand [DISTANCE]
display zal het totaal aantal
mijlen of kilometers dat de
loopband gedraaid heeft.
Aangeven.
Als de informatie instelling gekozen is drukt u op
de afname toets naast de Entertoets [ENTER] om
een van de volgende schermen in de middelste
display te kiezen:
1. UNITS: druk op de
Entertoets om van
maateenheid te verand-
eren. Om de afstand in
mijlen te bekijken, kiest
u ENGLISH. Om de
afstand in kilometers te bekijken, kiest u METRIC.
2. DEMO MODE: het bedieningspaneel biedt een
demoinstelling, die ontwikkeld is voor gebruik als
de loopband in een winkel geëtaleerd wordt. Terwijl
de demoinstelling aan is kunt u het bedieningspa-
neel normaal gebruiken wanneer u het snoer in het
stopcontact steekt, de schakelaar in de resetstand
geplaatst wordt, en de sleutel in het bedieningspa-
neel gestoken wordt. Echter als u de sleutel eruit
haalt, dan blijven de displays branden hoewel de
toetsen niet werken. Het woord ON (aan) zal op
het scherm verschijnen wanneer de demoinstelling
aan is. Om de demoinstelling aan en uit te zetten
drukt u op de Entertoets of op de Snelheidsafname
toets [SPEED].
3. CONTRAST LVL: druk op de Hellingtoename of
–afname toets [INCLINE] om het contrast van de
display bij te stellen. Druk dan op de Entertoets.
U kunt ook uit de volgende schermen kiezen wan-
neer een module aangesloten is:
4. MODULE: de display zal het woord WIFI aan-
geven wanneer een iFit module aangesloten is. De
display zal, als een USB module aangesloten is,
de woorden USB STATUS aangeven. De display
zal het woord NIKE+ aangeven wanneer een
SYNC aangesloten is.
5. AUDIO COACH: druk op de Entertoets om de
audiocoach aan of uit te schakelen.
U kunt ook uit de volgende schermen kiezen wan-
neer een iFit module verbonden is:
6. START MODE: de startinstelling zal verschijnen
wanneer u de sleutel in het bedieningspaneel
steekt of wanneer u op de Thuistoets [HOME]
drukt. Druk herhaaldelijk op de Entertoets om de
handmatige instelling of de iFit instelling als startin-
stelling te kiezen.
7. CHECK WIF: druk dan op de Entertoets. De mid-
delste display geeft het nummer van de software
versie, het netwerk SSID, de codering van het
netwerk, de sterkte van het draadloos signaal, het
IP-adres van de module, het aantal geregistreerde
gebruikers en hun namen, en de resultaten van de
DNS lookup aan.
8. SEND/OBTAIN DATA: druk op de Entertoets om
workouts, workout logs en updates te verzenden
en te ontvangen. Wanneer het proces voltooid is
zullen de woorden TRANSFERS DONE (doorges-
tuurd) op de display verschijnen.
Om de informatie instelling te verlaten, dient u de sleu-
tel uit het bedieningspaneel te trekken.
24
HOE DE GELUIDSINSTALLATIE TE GEBRUIKEN
Deze loopband is speciaal ontworpen voor gebruik met
de iPod en is door de ontwikkelaar gecerticeerd om
aan de Apple-prestatienormen te voldoen. U moet uw
iPod, MP3-speler, CD-speler, of andere persoonlijke
audiospeler op het bedieningspaneel via de audio-aan-
sluiting of de optionele PROFORM SYNC aansluiten
om muziek of audioboeken af te spelen via de stereo-
luidsprekers van het bedieningspaneel. De SYNC zal
uw iPod tijdens het gebruik opladen.
Om muziek of ingesproken boeken met de geluidsin-
stallatie van het bedieningspaneel te beluisteren, sluit
u een 3,5 mm mannetje tot mannetje audiokabel (niet
inbegrepen) in de aansluiting op het bedieningspaneel
en uw MP3-speler of CD-speler of andere persoonlijke
audiospeler; zorg ervoor dat de audiokabel goed
aangesloten is. Aandacht: ga naar uw plaatselijke
elektronicawinkel om een audiokabel aan te schaffen.
Om de SYNC te gebruiken steekt u een aansluitbaar
iPod (niet meegeleverd) in de kabel die uit de SYNC
steekt. Zorg ervoor dan de iPod vollegid ingestoken
is.
Druk vervolgens op de
playtoets op uw iPod, MP3-
speler, CD-speler, of an-
dere audiospeler. Pas het
volume op uw persoonlijke
audiospeler aan of druk op
de Volumetoename en –
afname toetsen op het bedieningspaneel.
Als u een persoonlijke CD-speler gebruikt en de CD
slaat over, plaats de CD-speler dan op de vloer of op
een ander vlakke ondergrond en niet op het bediening-
spaneel.
HOE EEN PROFORM SYNC TE GEBRUIKEN
Met de optionele PROFORM SYNC kunt u de workout
resultaten van uw loopband workout op uw iPod® (niet
meegeleverd) opnemen. U kunt dan uw resultaten
uploaden op Nikeplus.com waar u een een heel stel
functies/middelen kunt gebruiken om uw resultaten te
analyseren en om uw vordering van de tnessdoelen
te volgen. Om een SYNC wanneer dan ook te kopen
belt u het telefoonnummer op de omslag/kaft van
deze handleiding.
Om de SYNC te gebruiken heeft u een iPod nano®
(4de of 5de generatie) of een iPod touch® (2de, 3de, of
4de generatie) nodig.
Raadpleeg voor meer informatie over de SYNC de
instructies die bij de SYNC meegeleverd zijn.
25
HOE DE LOOPBAND IN TE KLAPPEN
Om te voorkomen dat u de loopband beschadigt,
stelt u de helling in op nul voordat u de loopband
inklapt. Verwijder dan de sleutel en trek het snoer
uit het stopcontact. OPGELET: u moet in staat zijn
om veilig 20 kg op te kunnen optillen, neer te kun-
nen laten of om de loopband te verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de
plaats die door de pijl hieronder aangegeven wordt.
OPGELET: houd het onderstel niet vast bij de
plastic voetrails. Buig uw knieën en houd uw
rug recht.
2. Til het onderstel op tot de vergrendelknop in de
opbergstand vastzit. OPGELET: zorg dat de ver-
grendelknop vastzit.
Plaats een matje onder de loopband om de vloer
of de vloerbedekking te beschermen. Houd de
loopband weg uit direct zonlicht. Berg de loopband
nooit op in een omgeving waar de temperatuur
hoger is dan 30° C.
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Als u de loopband wilt verplaatsen, dient u deze eerst
in te klappen zoals aan de linkerkant beschreven staat.
OPGELET: zorg dat de vergrendelknop in de op-
bergstand vastzit. Het kan zijn dat er twee mensen
nodig zijn om de loopband te verplaatsen.
1. Houd het onderstel en een van de handleuningen
vast en zet een voet tegen een van de wielen.
2. Trek de handleuning naar achter tot de loopband
op de wielen rolt; verplaats de loopband dan
voorzichtig naar de gewenste plek. OPGELET:
verplaats de loopband niet zonder deze naar
achter te laten leunen, trek niet aan het onder-
stel en verplaats de loopband niet over een
ongelijke ondergrond.
3. Plaats een voet tegen een van de wielen en laat de
loopband voorzichtig neer.
HOE DE LOOPBAND NEER TE LATEN VOOR
GEBRUIK
1. Bekijk tekening 2, links. Houd de bovenkant van
het onderstel van de loopband met uw rechterhand
vast. Trek vervolgens de vergrendelknop naar
links. BELANGRIJK: draai niet aan de vergren-
delknop. Druk, indien nodig, het onderstel iets
naar voren. Draai het onderstel een paar centime-
ter naar beneden en laat de vergrendelknop los.
2. Bekijk tekening 1, links. Houd het metalen
onderstel stevig met beide handen vast en laat het
onderstel op de vloer neer. OPGELET: houd het
onderstel niet vast bij de plastic voetrails en
laat het onderstel niet los. Buig uw knieën en
houd uw rug recht.
HOE DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
Handleuning
Onderstel
Wiel
Onderstel
1
1
Vergrendel-
knop
2
Onderstel
26
ONDERHOUD
Reinig de loopband regelmatig en houd het loopop-
pervlak schoon en droog. Druk eerst de schakelaar in
de uit-stand en trek de stekker van de stroomkabel
eruit. Gebruik een vochtige doek en een paar druppels
milde zeep om de buitenste delen van de loopband te
reinigen. BELANGRIJK: sproei geen vloeistoffen
direct op de loopband. Houd vloeistoffen weg uit
de buurt van het bedieningspaneel om schade aan
het bedieningspaneel te voorkomen. Maak de loop-
band vervolgens met een zachte doek goed droog.
PROBLEMEN OPLOSSEN
De meeste problemen met de loopband kun-
nen met de onderstaande eenvoudige stappen
opgelost worden. Zoek het verschijnsel dat van
toepassing is en volg de vermelde stappen. Als u
verdere hulp nodig heeft, raadpleegt u de omslag
van deze handleiding.
PROBLEEM: het apparaat gaat niet aan
a. Zorg dat het snoer in een goed geaard stopcontact
is gestoken (zie bladzijde 16). Als u een verlengs-
noer nodig heeft, gebruik dan alleen een 3-draadig,
1 mm2 (maat 14) snoer dan niet langer is dan 1,5
meter.
b. Nadat de stekker goed is ingestoken, zorg er dan
voor dat de sleutel goed in het bedieningspaneel
zit.
c. Controleer de schakelaar op het onderstel van de
loopband bij het snoer. Als de schakelaar uitsteekt
zoals afgebeeld dan is de schakelaar afgeslagen.
Om de schakelaar opnieuw in te stellen, wacht u
vijf minuten en drukt u de schakelaar weer in.
PROBLEEM: de stroom gaat tijdens het gebruik uit
a. Controleer de schakelaar (bekijk tekening c, links).
Als de schakelaar is uitgeschakeld, wacht u vijf
minuten en drukt u de schakelaar weer in.
b. Zorg dat het snoer goed ingestoken is. Als het
snoer ingestoken is, trekt u het snoer uit, wacht u
vijf minuten en steekt u het snoer weer in.
c. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel en
steek hem er weer in.
d. Raadpleeg de omslag van de gebruikershandle-
iding wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM: het displays van het bedieningspa-
neel blijven branden als u de sleutel uit het bedien-
ingspaneel trekt
a. Het bedieningspaneel kent een demoinsteling
die ontworpen is voor gebruik als de loopband
in een winkel geëtaleerd wordt. Als de displays
blijven branden wanneer u de sleutel uitrekt is de
demoinstelling aan. Om de demoinstelling uit te
schakelen, blijft u een paar seconden lang op de
Stoptoets [STOP] drukken. Als de displays nog
steeds branden, raadpleeg dan DE INFORMATIE
INSTELLING op bladzijde 23 om de demoinstelling
uit te doen.
PROBLEEM: de displays van het bedieningspaneel
werken niet naar behoren
a. Trek de sleutel uit het bedieningspaneel en TREK
HET SNOER UIT HET STOPCONTACT. Verwijder
de drie #8 x 1/2" Schroeven (1) en de twee #8 x
3/4" Schroeven (2). Til voorzichtig de Motorkap
(65) voorzichtig af.
ONDERHOUD EN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Reset
Afgeslagen
c
65
2
2
a
1
27
Zoek naar de Bladveerschakelaar (52) en de
Magneet (50) aan de linkerkant van de Katrol (49).
Draai de Katrol tot de Magneet gelijk staat met de
Bladveerschakelaar. Zorg dat het gat tussen de
Magneet en de Bladveerschakelaar ongeveer 3
mm is. Indien nodig draai de #8 x 3/4" Tekschroef
(14) los, verplaats de Bladveerschakelaar wat en
maak dan de Schroef weer vast. Maak de Motor-
kap weer vast (niet getoond/afgebeeld) en laat de
loopband een paar minuten draaien om te contro-
leren of de snelheid juist aangegeven wordt.
PROBLEEM: de helling van de loopband verandert
niet goed
a. Druk op een van de Hellingtoetsen [INCLINE] wan-
neer de sleutel in het bedieningspaneel zit. Trek
bij het wijzigen van de helling de sleutel uit.
Steek de sleutel na een paar seconden weer in. De
loopband klimt automatisch naar de maximum hel-
ling en keert dan terug naar het minimum niveau.
Hierdoor wordt het hellingsysteem opnieuw geijkt.
PROBLEEM: de loopband vertraagt als u er op
loopt
a. Als u een verlengsnoer nodig heeft, gebruik dan al-
leen een 3-draadig, 1 mm2 (maat 14) snoer dat niet
langer is dan 1,5 meter.
b. Als de loopband te strak staat, dan zal de werking
van de loopband verslechteren en kan de loop-
band beschadigd raken. Verwijder de sleutel en
TREK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT.
Draai met de inbussleutel beide bijstelschroeven
van de ruststandrol een kwartslag naar links/te-
gen de klok in. Als de loopband goed vastzit moet
u elke rand van de loopband 5 tot 7 cm van het
loopoppervlak kunnen optillen. Zorg ervoor dat de
loopband in het midden ligt. Steek dan de stek-
ker in het stopcontact. Plaats de sleutel en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze
procedure tot de loopband goed vastzit.
c. Uw loopband heeft een platform voorzien van
een smeervel van hoge kwaliteit. BELANGRIJK:
gebruik nooit silicone spray of andere substan-
ties voor de loopband of het loopplatform tenzij
aanbevolen door een erkende service monteur:
reden buitensporige slijtage. Als u verwacht dat
de loopband meer smeervet nodig heeft, kijk dan
op de kaft van deze gebruikershandleiding.
d. Als de loopband nog steeds vertraagt als erop
gelopen wordt, raadpleegt u de omslag van deze
handleiding.
Bijstelschroeven van de ruststandrol
5–7 cm
b
50
14
52
3 mm
49
Boven-
aanzicht
28
PROBLEEM: de loopband ligt niet in het midden of
slipt als er op gelopen wordt
a. Als de loopband niet in het midden ligt, dient u
eerst de sleutel te verwijderen en dan DE STEK-
KER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN.
Als de loopband naar links verschoven is, kunt
u de inbussleutel gebruiken om de linker bijstelbout
van de ruststandrol een halve slag naar rechts/
met de klok mee draaien; als de loopband naar
rechts verschoven is kunt u de linker bijstel-
schroef van de ruststandrol een halve slag naar
links/tegen de klok in draaien. Zorg dat u de
loopband niet te vast draait. Steek dan de stekker
in het stopcontact. Steek de sleutel in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze
procedure tot de loopband goed in het midden ligt.
b. Als de loopband slipt als er op gelopen wordt,
dient u eerst de sleutel te verwijderen en dan DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREK-
KEN. Draai met de inbussleutel beide bijstel-
schroeven van de ruststandrol een kwartslag naar
rechts/met de klok mee. Als de loopband goed
vastzit moet u elke rand van de loopband 5 tot 7
cm van het loopoppervlak kunnen optillen. Zorg
ervoor dat de loopband in het midden ligt. Steek
dan de stekker in het stopcontact. Steek de sleutel
in en laat de loopband een paar minuten draaien.
Herhaal deze procedure tot de loopband goed
vastzit.
a
b
29
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefe-
ningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefe-
ninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of
uw arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle
resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van
oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel voor
het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag ge-
bruiken als gids voor het vinden van het juiste intensi-
teitniveau. De graek hieronder toont de aanbevolen
hartslagen voor het verbranden van vet en voor een
aerobic oefening.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de graek (leeftijden worden af-
gerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getal-
len boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende
periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt
uw lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas
na de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensi-
teit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen met
uw hartslag in het middelste nummer van uw trainings-
zone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-
oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote
hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere pe-
rioden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingszone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstro-
ming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30
minuten met uw hartslag in uw trainingszone. (Gedu-
rende de eerste weken van uw oefeningenprogramma,
dient u uw hartslag niet langer dan 20 minuten in uw
trainingszone te houden.) Adem regelmatig en diep bij
het uitvoeren van de oefening; houd uw adem niet in.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de exibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maxi-
maal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefenin-
gen de sleutel tot uw succes is.
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
WAARSCHUWING: voor-
dat u begint met dit of een ander oefeningen-
programma, dient u een arts te consulteren.
Dit is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar of personen met bestaande ge-
zondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hart-
slag over het algemeen.
30
LIJST MET ONDERDELEN
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
1 23 #8 x 1/2" Schroef
2 49 #8 x 3/4" Schroef
3 1 3/8" x 2" Bout
4 6 5/16" x 1 1/4" Schroef
5 4 5/16" x 1" Schroef
6 1 3/8" x 1 3/4" Bout
7 4 3/8" x 2 3/4" Schroef
8 4 3/8" x 1 1/4" Schroef
9 2 #10 x 3/4" Schroef
10 13 #8 x 1/2" Aardschroef
11 8 5/16" Stertussenring
12 2 3/8" Moer
13 4 3/8" Stertussenring
14 21 #8 x 3/4" Tekschroef
15 2 Bijstelschroeven van de Ruststan-
drol
16 1 3/8" x 1 1/2" Bout
17 2 3/8" x 1 3/4" Wielbout
18 2 #8 x 1 3/4" Schroef
19 9 #8 x 7/16" Schroef
20 2 5/16" Motorschroef
21 2 1/2" x 2 1/4" Bout
22 2 3/8" x 1" Bout
23 4 5/16" x 1 3/4" Hechtbout
24 1 1/4" x 1" Schroef
25 4 #8 x 1" Schroef
26 1 #8 x 3/4" Aardbout
27 1 #8 Moer
28 4 #8 x 3/4" Schroef van de Onderste
Kap
29 1 3/8" x 2" Inbusbout
30 4 5/16" Platte Tussenring
31 2 5/16" Vierkante Moer
32 2 1/2" Moer
33 6 3/8" Klemmoer
34 4 5/16" Moer
35 3 1/4" Stertussenring
36 2 1/4" Platte Tussenring
37 1 Linker Voorste Bovenkant van de
Isolator
38 2 Bovenachterkant van de Isolator
39 4 Isolator
40 4 Onderkant van de Isolator
41 1 Rechter Voorste Bovenkant van de
Isolator
42 1 Linker Voetrail
43 1 Waarschuwingssticker
44 1 Loopoppervlak
45 1 Loopband
46 2 Riemgeleider
47 1 Borstriem
48 4 Draadband
49 1 Aandrijfrol/Katrol
50 1 Magneet
51 1 Klip van de Bladveerschakelaar
52 1 Bladveerschakelaar
53 1 Opbergvergrendeling
54 1 Aandrijfmotor
55 1 Riem van de Motor
56 1 Onderstel
57 2 Achterpoot
58 1 Rechter Achterkap
59 4 Rubber Kussen
60 1 Rechter Voetrail
61 1 Ruststandrol
62 1 Linker Achterkap
63 1 Sensor
64 1 Geaarde Beugel
65 1 Motorkap
66 1 Kapversiering
67 2 Tussenstuk van het Onderstel van
de Helling
68 1 Beugel van de Helling Stop
69 1 Hellingmotor
70 1 Onderstel van de Helling
71 2 Tussenstuk van het Onderstel
72 1 Regulateur
73 1 Controllerplaat
74 2 Buis van de Motorkap
75 1 Schakelaar
76 1 Snoer
77 1 Pakkingring
78 1 Onderste Kap
79 1 Linker Kap van de Staander
80 1 Rechter Kap van de Staander
81 1 Draad van de Staander
82 1 Linker Kap van de Basis
83 1 Rechter Kap van de Basis
84 2 Kapje van de Handleuning
85 1 Linker Kap van de Handleuning
86 1 Rechter Kap van de Handleuning
87 1 Rechter Handleuning
88 1 Linker Handleuning
89 1 Linker Staander
90 1 Rechter Staander
91 2 Waarschuwingssticker
92 4 Kussentje van de Basis
93 1 Dwarsstang
94 1 Basis
95 1 Rechter Wielkap
Modelnr. PETL12711.2 R1014A
31
Nr. Aant. Beschrijving Nr. Aant. Beschrijving
96 1 Linker Wielkap
97 2 Wiel
98 1 Sleutel/Klip
99 1 Draadband
100 4 1/4" x 2 1/4" Schroef
101 1 Huls van de Module
102 1 Achterkant van het Bedieningspa-
neel
103 1 Bedieningspaneel
104 1 Onderstel van het Bedieningspaneel
105 2 Aarddraad
106 2 Klem van het Bedieningspaneel
107 1 Linker Lade
108 1 Rechter Lade
109 1 Basis van het Bedieningspaneel
110 1 Aarddraad van de Basis
111 3 Klip van de Kap
112 2 #10 x 3/4" Schroef met Platte Kop
113 4 5/16" Platte Tussenring
114 1 Snoer voor gebruik in Engeland
115 1 Ontvanger
116 2 Huls van de Motor
117 1 Beugel van de Filter
118 1 Filter
119 1 Motorisolator
* Gebruikershandleiding
Aandacht: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
53
23
23
23
19
46
43
49
61
56
15
24
15
62
18
18
54
42
44
60
34
30
59
34
30
34
30
23
30
34
57
2
57
2
14
2
58
52
55
6
12
3
46
19
50
14
51
2
21
21
35
45
12
2
14
2
2
10
48
59
59
59
119
20
10
10 117
10
118
116
116
26
27
37
2
239
38
40
40
39
14
14
100
100
100
100
40
39
41
40
39
38
2
2
14
14
32
GEDETAILLEERDE TEKENING A Modelnr. PETL12711.2 R1014A
66
74
2
111
111 111
75
33
69
67
71
16
33
70
67
71
65
1
1
19
29
1
32
32
74
22
2
78
19
19
28
28
22
22
28
68
76
114
115
10
2
2
73
72
10
64
10
33
GEDETAILLEERDE TEKENING B Modelnr. PETL12711.2 R1014A
31
89
94
92
2
95
17
17
97
96
33
92
92
7
13
8
90
77
7
13
4
80
4
11
87
86
84
85
84
4
11
5
79
81
81
31
88
1
82
83
14
92 8
2
1
2
2
33
1
1
10
11
5
91
91
110
97 14
14
14
33
33
7
7
36
36
113
4
11 113
34
GEDETAILLEERDE TEKENING C Modelnr. PETL12711.2 R1014A
98
9
93
1
1
107
108
109
25
25
106
106
104
105
10
1
2
101
102
103
2
2
2
22
2
1
1
1
2
99
9
2
35
35
1
1
1
11
112
112
47
63
35
GEDETAILLEERDE TEKENING D Modelnr. PETL12711.2 R1014A
Onderdeel Nr. 360842 R1014A Gedrukt in China © 2014 ICON Health & Fitness, Inc.
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gere-
cycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het ver-
werken van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
RECYCLING INFORMATIE
Bekijk de omslag van deze handleiding voor het bestellen van vervangende onderdelen. Zorg ervoor dat u de vol-
gende informatie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en het serienummer van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de omslag van deze handleiding)
het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE
TEKENING aan het eind van deze handleiding)
HET BESTELLEN VAN ONDERDELEN

Navigation menu