Yamaha A. PSR 225 Cover Owner's Manual PSR225Nl

User Manual: Yamaha PSR-225 Owner's Manual

Open the PDF directly: View PDF PDF.
Page Count: 118

DownloadYamaha A. PSR-225 Cover Owner's Manual PSR225Nl
Open PDF In BrowserView PDF
Nederlandstalige Handleiding

VOORZORGSMAATREGELEN
LEES ALLES ZORGVULDIG DOOR VOOR U VERDER GAAT
* Bewaar deze voorzorgsmaatregelen op een veilige plaats voor later.

WAARSCHUWING
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg
van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren. De voorzorgsmaatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
•

•

•

Open het instrument niet, haal de interne onderdelen niet uit elkaar en
modificeer het instrument niet. Het instrument bevat geen door de
gebruiker te vervangen onderdelen. Als het instrument stuk schijnt te
zijn, stop dan met het gebruiken van het instrument en laat het nakijken
door gekwalificeerd Yamaha personeel.
Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het niet in de buurt van
water of natte omstandigheden, plaats geen voorwerpen op het instrument die vloeistoffen bevatten die in de openingen kunnen vallen.
Als het snoer van de adaptor beschadigd is of stuk gaat, als er plotseling geluidsverlies is in het instrument, of als er plotseling een geur of
rook uit het instrument komt, moet u het instrument onmiddellijk uitzetten, de stekker uit het stopcontact halen en het instrument na laten
kijken door gekwalificeerd Yamaha personeel.

•

•

•

Gebruik alleen de gespecificeerde adaptor (PA-3B of aanverwante, door Yamaha aangeraden) adaptor. Het gebruik
van een verkeerde adaptor kan schade veroorzaken aan
het instrument, te wijten aan oververhitting.
Haal altijd de stekker uit het stopcontact voor u het instrument schoonmaakt. Haal nooit een stekker uit het stopcontact als u natte handen
hebt.
Controleer zo nu en dan de stroomstekker, en verwijder stof en viezigheid die zich verzamelt op de stekker.

PAS OP!
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg
van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren. De voorzorgsmaatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
•

•

•

•
•

•

•
•
•
•
•

•

•

•

Plaats het stroomsnoer niet in de buurt van warmtebronnen zoals
verwarming en kachels, verbuig of beschadig het snoer niet, plaats
geen zware voorwerpen op het snoer, leg het snoer uit de weg,
zodat niemand er op trapt, er over kan struikelen en zodat er geen
zware voorwerpen over heen kunnen rollen.
Als u de stekker uit het stopcontact haalt moet u altijd aan de
stekker trekken, nooit aan het snoer. Aan het snoer trekken kan
het beschadigen.
Sluit het instrument niet aan op een stopcontact die een T-Plug
bevat. Dit kan resulteren in een verminderde geluidskwaliteit en
het stopcontact oververhitten.
Haal het instrument uit het stopcontact als u het lange tijd niet
gebruikt, of tijdens onweer.
De batterijen moeten in het instrument zitten volgens de +/- polariteit markeringen. Doet u dit verkeerd kan oververhitting, brand of
lekkende batterijen het resultaat zijn.
Vervang batterijen altijd tesamen. Meng geen oude en nieuwe
batterijen. Meng ook geen verschillende soorten batterijen zoals
alkaline en mangaan batterijen, batterijen van verschillende merken, of verschillende typen batterijen van dezelfde fabrikant, aangezien dit kan resulteren in oververhitting, brand of lekkende batterijen.
Werp de batterijen niet in het vuur.
Probeer de batterijen niet op te laden, als ze hier niet voor bedoeld
zijn.
Als het instrument voor een langere tijd niet gebruikt wordt, haal
dan de batterijden uit het instrument om lekkage te voorkomen.
Houd de batterijen weg van kinderen.
Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u
alle betreffende apparatuur aanzet moet u alle volumes op minimum zetten.
Stel het instrument niet bloot aan overdreven schokken of stof,
extreme koude of warme omstandigheden (zoals in direct zonlicht,
bij de verwarming of in de auto) om verkleuren te voorkomen aan
het paneel of schade aan de interne elektronica.
Gebruik het instrument niet in de buurt van elektrische produkten
zoals televisies, radio's of speakers, aangezien deze interferentie
kunnen veroorzaken die de prestaties van de andere apparatuur
kunnen beïnvloeden.
Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar deze kan

•
•

•
•

•

•

vallen.
Verwijder alle kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
Gebruik bij het schoonmaken van het instrument een droge, schone
doek. Gebruik geen oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemische schoonmaakdoekjes. Plaats daarbij geen voorwerpen van
vinyl op het instrument aangezien deze het paneel en het toetsenbord kunnen verkleuren.
Leun niet op, en plaats geen zware voorwerpen op het instrument,
ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
Gebruik alleen de standaard van dit instrument. Bij het bevestigen
van de standaard moet u alleen gebruik maken van de meegeleverde schroeven. Doet u dit niet kan er schade ontstaan aan
de interne componenten of er voorzorgen dat het instrument valt.
Gebruik het instrument niet te lang op een niet comfortabel geluidsniveau aangezien dit permanent gehoorverlies op kan leveren. Als
u gehoorverlies constateert of geruis in uw oren, neem dan contact op met een K.N.O.-arts.
Bewaar alle data op een extern apparaat zoals de Yamaha MIDI
data filer MDF3 om het verlies van belangrijke data door een fout
of een persoonlijke fout te voorkomen
Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade die is te wijten
aan onzorgvuldig gebruik of modificaties die zijn aangebracht aan het instrument,
of data die kwijt is geraakt of vernietigd.

Doe het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Gooi batterijen niet zo maar weg, maar volg de lokale regels omtrent het
weggooien van batterijen.
De illustraties en LCD schermenzoals getoont in deze nederlandstalige handleiding zijn alleen voor instructie doeleinden bedoelt,
het kan anders voorkomen dan op uw instrument.

3

Gefeliciteerd met uw de aanschaf van de Yamaha
PSR-225 PortaTone!
U bezit nu een draagbaar toetsenbord die een aantal geavanceerde functies bevat, een fantastisch geluid heeft en buitengewoon gemakkelijk is in het gebruik. Deze kenmerken maken dit
instrument een uitzonderlijk expressief en veelzijdig instrument.
Lees deze handleiding zorgvuldig door om optimaal gebruik te
kunnen maken van de verschillende kenmerken bij het bespelen
van uw nieuwe PortaTone.

Hoofd Kenmerken
De PSR-225 is een subtiel, gemakkelijk te gebruiken
toetsenbord met de volgende opties of functies:

Yamaha Leer Pakket (Education Suite)
............................................ Pagina’s 60-71
De PortaTone bevat de nieuwe Yamaha leer pakket —
een aantal hulpmiddelen die gebruik maken van de
laatste technologie om het leren en spelen van muziek
plezieriger te maken dan ooit te voren!

Het Yamaha Leer Pakket bevat:
Chord Guide functies in de Stijl mode — Smart
en Dictionary — Dat maakt het bijzonder gemakkelijk om
akkoorden en akkoordverhoudingen te leren. Er is een
krachtigeEZ Chord functie waarmee u gemakelijk akkoord
progressies voort kunt brengen.
• Met Smart kunt u gemakkelijk harmonisch“correcte”
akkoordprogressies voortbrengen in iedere willekeurige
toonhoogte. Het is geweldig om te leren — en te spelen!
• Dictionary is een ingebouwde “akkoorden encyclopedie”
die u leert specifieke akkoorden te spelen. U typt de
akkoord naam in die u wilt hebben en de PortaTone laat u
zien welke toetsen u aan moet slaan!
• EZ Chord is een krachtige en simpele manier om akkoord
progressies te programmeren en op te nemen. Neem alle
akkoord wijzigingen op die u voor een song nodig heeft en
speel vervolgens de akkoorden stuk voor stuk af door op
één enkele toets te drukken!

Portable Grand ......................... Pagina 24
De PortaTone bevat ook een Portable Grand functie
voor een realistisch piano spel. Door het drukken op de
PORTABLE GRAND knop roept u direct de bijzonder
authentieke “Stereo Sampling Piano” voice op en
configureert u het gehele toetsenbord voor het optimaal bespelen van een piano. Speciale Pianist stijlen —
alleen piano begeleiding — zijn ook aanwezig.

4

Andere krachtige inbegrepen kenmerken:
• Buitengewoon realistisch en dynamisch geluid in de 100 voices,
gebruik makend van digitale opnamen van echte instrumenten.
• Met de Dual voice en Split voice modes kunt u twee lagen
geluid op elkaar stapelen of twee voices aan aparte gedeelten van
het toetsenbord toekennen.
• Vier hoge kwaliteit effecten— Reverb, Chorus, DSP en Harmony
— ieder met een aantal verschillende types.
• 100 automatische begeledingsstijlen, ieder met verschillende
intro, Main A en B en uitro gedeelten. Alle stijlen (behalve van de
Pianist stijl) bevatten ook hun eigen Fill-in patronen. Met de
PortaTone kunt u ook gemakkelijk de begeleiding Stijlen bedienen
— inclusief Tempo en onafhankelijke Begeleiding Volume.
• Krachtige songopname functies voor het opnemen en afspelen
van complete composities (er zijn drie User songs beschikbaar).
Tot zes tracks kunnen gebrukt worden voor het opnemen van een
song, inclusief een speciaal akkoord track voor de stijl begeleiding.
• One Touch Setting (OTS), voor het automatisch oproepen van
de toegewezen voice voor het spelen met de geselecteerde stijl.
Plus, er zijn 16 User OTS geheugen plaatsen waarin u de
aangepaste paneel onstellingen kunt bewaren om later direct op
te roepen.
• Touch response (met aan/uit knop op het front paneel) voor het
maximale expressieve beheersing van de voices. Dit werkt ook
samen met de Dynamic Filter, die dynamisch het timbre of de
toon van de voice wijzigt volgens uw speelsterkte — net alsof u
op een echt muziekinstrument speelt!
• De gemakkelijke voetschakelaar bedient een aantal functies —
inclusief sustain, start/stop en meer.
• GM (General MIDI) compatibel en volledige GM voice instellingen.
• De grootte van de LCD geeft u gemakkelijke, directe bevestigingen van belangrijke instellingen en ook akkoord- en toonhoogte
indicatie.
• Met de veelomvattende MIDI functies kunt u de PortaTone in
een MIDI muziek systeem integreren, om sequence opnamen te
maken en voor andere geavanceerde toepassingen.
• Ingebouwd, hoge kwaliteit stereo versterker en luidsprekers.

Inhoud
PANEELKNOPPEN EN AANSLUITINGEN
6
• Frontpaneel .............................. 6
• Achterpaneel ............................ 7

OPSTELLEN

8

ÀÀÀÀ
,,,,
@@@@
€€€€
,,,,
@@@@
€€€€
ÀÀÀÀ
STROOMVOORZIENING ................. 8
HET INSTRUMENT AANZETTEN ...... 8
ACCESSORY JACKS ......................... 9

Quick Guide —
Hoe gebruikt u uw nieuwe
PSR-225 PortaTone
10
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6

Voices ............................. 10
Automatische Begeleiding .. 12
Akkoorden Gids ............. 14
Songs ............................. 16
Functie Parameters ........ 18
MIDI ............................... 20

PANEEL DISPLAY INDICATIES 22
• Muziek Standaard .................. 23

PORTABLE GRAND

24

HET SPELEN VAN DE ....................... 24
DE METRONOOM GEBRUIKEN ...... 24
• De maatsoort van de Metronoom
instellen .................................. 25
• Het Metronoom Volume
Wijzigen ................................. 26

VOICES BESPELEN —
DE VOICE MODE

27

HET BESPELEN VAN EEN VOICE —
MAIN VOICE ................................... 27
• Over Paneel Voices en
GM Voices .............................. 29
• Drum Kit Voice Tabel
(voices 101 - 110) .................. 30
Functie Parameters — Main Voice ... 30
TRANSPONEREN EN STEMMEN ..... 32
Transponeren .............................. 32
Stemmen ..................................... 33
TWEE VOICES BESPELEN —
DUAL VOICE ................................... 34
Functie Parameters — Dual Voice .. 35
TWEE VOICES BESPELEN —
SPLIT VOICE .................................... 36
Functie Parameters — Split Voice .. 37
AANVULLENDE VOICE
FUNCTIES — VOICE SET EN TOUCH
SENSITIVITY .................................... 38
Functie Parameters —
Voice Set en Touch Sensitivity ....... 39

EFFECTEN

40

REVERB ............................................ 40
CHORUS .......................................... 41
DSP ................................................. 42
HARMONY ...................................... 43
Functie Parameters — Effecten ..... 44
• Effect Types ............................ 45

AUTOMATISCHE BEGELEIDING —
DE STIJL MODE
47
SELECTEER EEN STIJL EN SPEEL DE
BEGELEIDING .................................. 47
BEGELEIDINGSKNOPPEN ............... 52
DE AUTOMATISCHE BEGELEIDINGSFUNCTIES GEBRUIKEN ....................... 52
HET TEMPO WIJZIGEN ................... 53
BEGELEIDINGSSECTIES
(MAIN A, MAIN B) EN FILL-INS ...... 54
HET BEGELEIDINGSVOLUME WIJZIGEN ................................................. 55
AUTOMATISCHE BEGELEIDING
GEBRUIKEN — MULTI FINGERING . 56
Single Finger Akkoorden ............ 56
Fingered Akkoorden ................... 56
HET BEGELEIDINGSSPLITPUNT
INSTELLEN ...................................... 58
Functie Parameter —
Begeleidingssplitpunt ................... 59
WAT IS EEN AKKOORD? ................. 60
AKKOORD NAMEN NOTEREN ........ 61
De intervallen van een toonladder . 61
Andere Akkoorden ...................... 61
CHORD GUIDE ................................ 62
Dictionary ................................... 62
Smart ........................................... 64
• Smart Akkoorden Lijst ............. 65
EZ Akkoord .................................. 66
EZ Akkoord — Akkoord ................. 66
• Bank Ketting ........................... 67
EZ Akkoord — Opname ................ 68
• Een ruimte Opnemen ............. 69
• De Begeleiding Spelen Tijdens EZ
Akkoord opname .................... 69
• HINT — Ruimten Gebruiken ... 70
Een EZ Akkoord Bank Verwijderen .... 71

ONE TOUCH SETTING (OTS) 72
ONE TOUCH SETTING — USER ...... 72
Een User One Touch Setting
opnemen ...................................... 72
Een User One Touch Setting opnieuw
oproepen ....................................... 73
• Een User Bank selecteren ........ 73
ONE TOUCH SETTING — PRESET ... 74
Een Preset One Touch Setting
Selecteren ..................................... 74

SELECTEREN EN SPELEN VAN
SONGS — DE SONG MODE
75
SELECTEER EEN SONG EN SPEEL DEZE
AF .................................................... 75
HET TEMPO WIJZIGEN ................... 76
OVER HET BEAT DISPLAY ............... 77
HET SONG VOLUME WIJZIGEN ...... 78

SONG OPNAME

79

EEN USER SONG OPNEMEN —
REALTIME RECORDING .................. 80
• De Metronoom gebruiken ...... 81
• Extra Handelingen .................. 83
USER SONG OPNEMEN —
STEP RECORDING ........................... 84
Noten Opnemen .......................... 85
• Extra handelingen .................. 87
Een noot of rust vervangen ........... 88
Velocity Curves Invoeren ............... 89
• Velocity Curve Chart ............... 89
EEN SONG WISSEN ........................ 90

VOETSCAKELAAR

91

• Voetscahakelaar Toewijzing
Functies .................................. 92

MIDI FUNCTIES

93

WAT IS MIDI? ................................. 93
Channel Messages ........................ 94
System Berichten .......................... 94
• MIDI Aansluitingen ................. 94
AANSLUITEN OP EEN PERSONAL
COMPUTER ..................................... 95
FUNCTIE PARAMETERS — MIDI ..... 96
GEBRUIK BULK DUMP SEND OM
DATA OP TE SLAAN ........................ 99
Bulk Data opslaan ......................... 99
Bulk Data laden .......................... 101
INITIAL SETUP SEND GEBRUIKEN ,ET
EEN SEQUENCER .......................... 102
Initial Setup Data Versturen ........ 102

TROUBLESHOOTING .................... 104
DATA BACKUP & INITIALIZEREN .. 105
INDEX ........................................... 106
SONG SCORES
(EZ Chord banks 1, 2) ................... 107
VOICE LIJST ................................... 108
STYLE LIJST ................................... 111
DRUM KIT LIJST ............................ 112
MIDI IMPLEMENTATION CHART .. 114
SPECIFICATIES .............................. 117

5

REGELPANEEL EN AANSLUITINGEN
Frontpaneel

VOICE

STYLE
1 ~ 10
11 ~ 17
18 ~ 20
21 ~ 27
28 ~ 30
31 ~ 36
37 ~ 40
41 ~ 46
47 ~ 50
91
92
93
94
95

51 ~ 55
8BEAT
56 ~ 60
16BEAT
61 ~ 66
6 / 8 BALLAD
67 ~ 70
DANCE
71 ~ 72
DISCO
73 ~ 80
ROCK
81 ~ 88
ROCK & ROLL
89 ~ 90
RHYTHM & BLUES
CONTEMPORARY JAZZ
PIANIST
96
ROCK-A-BALLAD
97
8BEAT
98
SWING
99
JAZZ BALLAD
100
2BEAT

PORTABLE GRAND

H

TRADITIONAL JAZZ
AMERICAS
COUNTRY & WESTERN
BALLROOM LATIN
BALLROOM STANDARD
MARCH & WALTZ
LATIN
CARIBBEAN

001GrandPno

VOICE
STYLE

TEMPO
TRANSPOSE

G

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

BOOGIE
RAGTIME
ARPEGGIO
WALTZ
HAPPY

MEASURE

001 116

TEMPO

B

OVERALL

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

1~6
1~8
1~9
1~9
1

5
6
7
8

MAIN VOICE
DUAL VOICE
SPLIT VOICE
EFFECT
ONE TOUCH SETTING

1
1~3
1~3
1~7

STYLE
SONG
UTILITY
MIDI

A

PSR-225

2 47

3 48

MASTER VOLUME

49

2 50

51

3 52

L 53

54

H 55

56

L 57

58

66 ~ 75
76 ~ 84
85 ~ 89
90 ~ 95
96 ~ 100
101 ~ 110

BRASS
REED
PIPE
SYNTH LEAD
SYNTH PAD
DRUM KITS

175~182
183~190
191~198
199~206
207~214
215~222
223~230
231~238

REED
PIPE
SYNTH LEAD
SYNTH PAD
SYNTH EFFECTS
ETHNIC
PERCUSSIVE
SOUND EFFECTS

D

F

E
N

velocity

BWD

FWD

NO

HARMONY

YES

O

P

M 59
L

ACMP SYNCON/OFF START

(9)

M
M 60
H

C 61
1

6
H 62

mM7
R 63
1

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

m

M7
64

m(9)
R 65

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

CHORD GUIDE

RECORD

m6
66

m7(9)

S 67

68

m7
C 69
2

DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

m7 5

7( 9)

7
70

R 71
2

H 72

R S REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

5

6/CHORD

T

Q

MAX

CHORD TYPE
46

C
M

J K L

MIN

3

PANEL VOICE
1 ~ 12 PIANO
13 ~ 19 MALLET
20 ~ 32 ORGAN
33 ~ 41 GUITAR
42 ~ 49 BASS
50 ~ 60 ENSEMBLE
61 ~ 65 STRINGS
GM VOICE
111~118 PIANO
119~126 CHROMATIC
127~134 ORGAN
135~142 GUITAR
143~150 BASS
151~158 STRINGS
159~166 ENSEMBLE
167~174 BRASS

0

DEMO START

0
1
2
3
4

METRONOME

1

FUNCTION

I

4

DUAL TOUCH

STAND BY
ON

SONG MEMORY

7(9)
L 73

7( 9)

7( 13)
74

H 75

7(13)
L 76

7( 11)

dim7

H 77

L 78

dim
H 79

7aug
L 80

aug

7sus4
81

82

sus4 ROOT
H 83

C
L 84

C /D

D
85

D /E
86

A MASTER VOLUME dial
Dit bepaalt het algemene volume van de
PortaTone.

B OVERALL, DEMO START knoppen (▲, ▼, +, -)
Hiermee selecteert u een aantal algemene functies en stelt hun waarden in. (Zie pagina 22, 24.)
Ze worden ook gebruikt om de Demo songs te
spelen. (Zie pagina 16.)

Hiermee kunt u direct naar de Voice mode gaan en
de Grand Piano voice oproepen. (Zie pagina 24.)

C FUNCTION knop
Dit selecteert de Functie mode. (Zie pagina 18.)

I METRONOME knop
Dit schakelt de metronoom aan en uit. (Zie pagina 24.)

D SONG knop

J ACMP ON/OFF knop

Dit selecteert de Song mode. (Zie pagina’s 16, 75.)

E STYLE knop
Dit selecteert de Stijl mode. (Zie pagina’s 12, 47.)

F VOICE knop
Dit selecteert de Voice mode. (Zie pagina’s 10, 27.)

G numerieke toetsenbord, +/- knoppen
Deze zijn voor het selecteren van songs, voices en stijlen.
(Zie pagina’s 28, 47 en 76.) Ze worden ook gebruikt voor
het maken van verschillende instellingen, zoals:
• Selecteren en wijzigen van Functie parameters (pagina 18)
• Instellen van noot waarden en andere instellingen van de Step Opname functie (pagina 85)
6

• Instellen van de maatsoort van de Metronoom (pagina 25)
• Instellen van de toonladder van de Smart
Chord functie (pagina 64)

H PORTABLE GRAND knop

Dit zet, als de Stijl mode is geselecteerd, de automatische begeleiding uit en aan. (Zie pagina 52.)
Deze knop heeft geen functie in de Song Play
mode.

K SYNC-START knop
Dit schakelt de Sync-Start functie aan en uit. (Zie
pagina 48.)

L START/STOP knop
Dit start en stopt, als de Stijl mode is geselecteerd,
de automatische begeleiding, . (Zie pagina 48.) In
de Song mode, start en stopt deze het afspelen
van een song. (Zie pagina 76.)

M INTRO/ENDING knop

PANEL CONTROLS AND TERMINALS

Als de Stijl mode is geselecteerd wordt hiermee
de Intro en Ending functies bediend. (Zie pagina’s
49, 51.)

geselecteerd. Als de Song mode is geselecteerd
worden deze gebruikt om specifieke tracks te selecteren (pagina’s 81, 85).

N MAIN A/B (AUTO FILL) knoppen

R HARMONY knop

Hiermee kunt u, als de Stijl mode is geselecteerd,
de automatische begeleidingsgedeelten wijzigen en
de Auto Fill functie bedienen. (Zie pagina 54.)

Dit zet het Harmony effect aan en uit. (Zie pagina
43.)

O CHORD GUIDE knop
Hiermee kunt u, als de stijl mode is geselecteerd, de
Chord Guide functies bedienen. (Zie pagina 62.)

Dit zet het Reverb effect aan en uit. (Zie pagina
40.)

P RECORD knop

Dit zet de Dual mode aan en uit. (Zie pagina 34.)

Deze wordt gebruikt om de opname functies te
selecteren en de opname functies in te schakelen:
Song (pagina’s 80, 84), EZ Akkoord (pagina 68)
en One Touch Setting (pagina 72).

TOUCH knop
Dit zet de Touch functie aan en uit. (Zie pagina
38.)

Q ONE TOUCH SETTING / SONG MEMORY
knoppen
Deze worden gebruikt om Touch Setting registraties (pagina 73) te selecteren als de Stijl mode is

S REVERB knop

T DUAL knop

Aan/uit schakelaar (STAND BY/ON)

Achterpaneel

A DC IN 10-12V jack
A

B

C

DC IN 10-12V

PHONES/
AUX OUT

FOOT SWITCH

Dit is de aansluiting van de PA-3B AC adaptor. (Zie
pagina 8.)

B PHONES/AUX OUT jack
Dit is de aansluiting van de stereo hoofdtelefoon
of een extern versterker/luidsprekersysteem. (Zie
pagina 9.)

C FOOT SWITCH jack

D
IN

MIDI

OUT

Dit is de aansluiting van de los verkrijgbare FC4 of
FC5 Voetschakelaar. De Voetschakelaar wordt in
het algemeen gebruikt voor het bedienen van
sustain, maar het kan ook gebruikt worden bij het
bedienen van een aantal functies. (Zie pagina’s 9,
91.)

D MIDI IN, OUT aansluitingen
Dit zijn de aansluitingen van externe MIDI instrumenten en apparaten. (Zie pagina 94.)

7

OPSTELLEN
In dit gedeelte staat informatie over het opstellen van de PortaTone moet opstellen. Lees dit gedeelte zorgvuldig door alvorens uw instrument te gebruiken.

STROOMVOORZIENING
De PSR-225 werkt zowel op batterijen als op de
los verkrijgbare Yamaha PA-3B AC adaptor (of
een andere door Yamaha aanbevolen adaptor).

BATTERIES 1.5V x 6

PAS OP

Onderbreek nooit de stroomvoorziening (b.v. door de batterijen te verwijderen of door de AC adaptor uit het stopcontact
te halen) tijdens een opname! Dit kan resulteren in het
verliezen van data.

Het gebruik van de Adaptor
Om uw PortaTone op een stopcontact aan te
sluiten, heeft u de extra verkrijgbare Yamaha PA3B Adaptor nodig. Het gebruik van een andere
adaptor kan leiden tot schade aan het instrument, dus let er op dat u de goede adaptor
gebruikt. Steek de adaptor in een stopcontact en
in de DC IN 10-12V jack aan de achterkant van
de PortaTone.
WAARSCHUWING

• Gebruik ALLEEN de Yamaha PA-3B Adaptor (of een andere,
speciaal door Yamaha aanbevolen adaptor) om uw instrument
van stroom te voorzien. Het gebruik van andere adaptors kan
resulteren in onherstelbare schade aan zowel de adaptor als
de PSR 225.

klinkt of functioneert de PortaTone niet meer
naar behoren. Vervang alle zes de batterijen
zodra dit gebeurt.
PAS OP

•Gebruik nooit oude en nieuwe batterijen of verschillende
typen batterijen (bv alkaline en mangaan) door elkaar.
• Voorkom eventuele schade aan het instrument door
batterijlekkage, door de batterijen te verwijderen als u het
instrument voor langere tijd niet gebruikt.

HET INSTRUMENT AANZETTEN
Druk, als de adaptor is aangesloten of de batterijen zijn geïnstalleerd, op de STAND BY schakelaar zodat deze op de ON positie blijft staan. Als
het instrument niet wordt gebruikt deze dan uit.
(Druk de schakelaar opnieuw in zodat deze
omhoog komt.)

• Haal de adaptor uit het stopcontact als u de PSR 225 niet
gebruikt en als het onweert.

Het gebruiken van batterijen
■ Het Plaatsen van Batterijen
Keer het instrument om en verwijder de deksel
van het batterijencompartiment. Plaats zes 1,5
volt “D” (SUM-1, R-20 of vergelijkbare) batterijen, zoals getoond in de illustratie. Zorg er voor
dat de positieve en negatieve aansluitingen juist
zitten en doe het deksel er weer op.
■ Als de Batterijen Zwak Worden
Als de batterijen zwak worden en het batterijvoltage beneden een bepaald niveau komt,
8

STAND BY
ON
PAS OP

Zelfs als de schakelaar op “STAND BY” staat, stroomt er nog
steeds een klein beetje elektriciteit naar het instrument. Als u
de PSR-225 voor langere tijd niet gebruikt, haal dan de
adaptor uit het stopcontact en/of verwijder de batterijen.

OPSTELLEN

ACCESSOIRES JACKS
■ Het gebruiken van een hoofdtelefoon
Om privé te oefenen en te spelen zonder anderen
te storen, kunt u een hoofdtelefoon aansluiten op
het achterpaneel in de PHONES/AUX OUT jack.
De ingebouwde luidsprekers worden onmiddellijk losgekoppeld zodra u de plug van de hoofdtelefoon in de jack steekt.

■ Het gebruik van de Voetpedaal
Met dit onderdeel kunt u een los verkrijgbare voetschakelaar gebruiken (Yamaha FC4 or FC5) om de
geluiden van de voices door te laten klinken, of
om een aantal andere functies te bedienen. (Zie
pagina 91.) Als deze gebruikt wordt voor sustain,
werkt de voetschakelaar op dezelfde manier als een
demppedaal op een akoestische piano — trap en
houdt de voetschakelaar vast als u op het toetsenbord speelt om de geluiden door te laten klinken.

PHONES/
AUX OUT

FOOT SWITCH

■ Een toetsenbord versterker of een stereosysteem aansluiten
Hoewel de PortaTone is uitgerust met ingebouwde
luidsprekers, kunt u ook op een extern versterker/
geluidssysteem spelen. Kijk eerst of de PortaTone
en de externe apparaten uitstaan. Sluit vervolgens
het ene eind van de stereo audiokabel aan op de
LINE IN of AUX IN jack(s) van het andere apparaat
en het andere eind op de PHONES/AUX OUT jack
op het achterpaneel van de PortaTone.

N.B.

• Zorg ervoor dat het voetpedaal op de juiste wijze is aangesloten op de FOOT SWITCH jack voor u het instrument aanzet.
• Druk het voetpedaal niet in tijdens het aanzetten van het instrument. Daarmee wijzigt u de polariteit van het voetpedaal,
hetgeen resulteert in een omgekeerde voetpedaalbediening.

■ Het Gebruik van MIDI Aansluitingen
De PortaTone is ook
MIDI instrument
uitgerust met MIDI
aansluitingen, waarmee u de PortaTone op
andere MIDI instrumenten en media aan
kunt sluiten (zie voor
meer informatie pag.
20, 93.)
IN

PHONES/
AUX OUT

MIDI

OUT

Stereo system

PAS OP

Zet het volume van de externe apparaten op minimum alvorens
ze aan te sluiten, om schade aan de luidsprekers te voorkomen.
Onachtzaamheid kan in dit geval leiden tot een elektrische schok
of schade aan de apparatuur.

9

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Quick Guide — Hoe Gebruikt U Uw Nieuwe
PSR-225 PortaTone

Stap 1

Voices

Het spelen van de Piano Voice

In dit korte, gemakkelijk te volgen, hoofdstuk
wordt getoond hoe u gebruik maakt van de basisonderdelen en functies van uw nieuwe PSR-225
PortaTone. Als u nog nooit een elektronisch toetsenbord heeft aangeraakt en u elke stap in dit
hoofdstuk leest en begrijpt, raakt u in korte tijd
bekend met de PortaTone. Het geeft u ook het
hulpmiddelen die u nodig heeft om de geavanceerde mogelijkheden van het instrument te ontdekken en deze effectief in uw muziek te gebruiken.
Veel succes...... en plezier.

Portable Grand

z Druk op de PORTABLE GRAND
knop.
VOICE
STYLE

PORTABLE GRAND

001GrandPno

METRONOME
MEASURE

001 116

TEMPO

De Grand Piano Voice wordt automatisch
geselecteerd.

x Speel op het toetsenbord.

z
q

PORTABLE GRAND

TEMPO

VOICE
STYLE

TRANSPOSE

001GrandPno

METRONOME

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

1
2

MEASURE

001 116

OVERALL

TEMPO

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

Wilt u meer weten? Zie pagina 24.

q

3

0

DEMO START

velocity

BWD

FWD

NO

HARMONY

YES

MIN

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

4

5

6/CHORD

MAX

MASTER VOLUME

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

RECORD

REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

SONG MEMORY

DUAL TOUCH

STAND BY
ON

zx

Het selecteren van andere voices
De PSR-225 bevat totaal 238 voices van hoge kwaliteit. Laten we er een paar uitproberen.....
Paneel voices ......... 1 - 100 (100 voices)
101 - 110 (10 drum kit voices)
GM voices .............. 111 - 238 (128 voices)

z Ga in de Voice mode.
FUNCTION

SONG

STYLE

c Speel op het toetsenbord.

VOICE

x Selecteer een voice.
VOICE
STYLE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

002BritePno

rest

0
BWD
NO

10

3

velocity

FWD
YES

Wilt u meer weten? Zie bladzijde 27.



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Stap 1

Voices

Het meespelen met de Metronoom

Wijzigen van het Metronoom Volume

q Druk op METRONOME knop.

1

PORTABLE GRAND

Druk op één van de OVERALL ▲/▼ knopppen
totdat “MtrVol” in de display verschijnt.

METRONOME
DEMO START

Wilt u meer weten? Zie pagina 24.

Het wijzigen van het maatsoort van de Metronoom

VOICE
STYLE

q Houd u tegelijkertijd de METROME knop in en één

METRONOME
VOLUME

van de toetsen (1-9) op het numerieke toetsenbord.
PORTABLE GRAND

+
METRONOME

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

2

3

100MtrVol
4 116

TEMPO

Druk op de OVERALL + of - knoppen om de
waarde te verhogen of te verlagen.

0
BWD

velocity

FWD

De Metronoom is normaal ingesteld
op 4/4
NO
YES
(vierkwarts). Druk, om dit te wijzigen in 2/4, op
numerieke knop “2”. Druk, om dit te wijzigen in
3/4, op numerieke knop “3”.

DEMO START

Wilt u meer weten? Zie pagina 25.
Wilt u meer weten? Zie pagina 26.

Paneel Voice Lijst
Nr.
001
002
003
004
005
006
007
008
009
010
011
012
013
014
015
016
017
018
019
020
021
022

Voice Naam
PIANO
Grand Piano
Bright Piano
Honky-tonk Piano
Funky Electric Piano
DX Electric Piano
MIDI Grand Piano
CP 80
Hyper Electric Piano
Bell Electric Piano
Harpsichord
Clavi
Celesta
MALLET
Vibraphone
Marimba
Xylophone
Tubular Bells
Timpani
Steel Drums
Music Box
ORGAN
Jazz Organ 1
Jazz Organ 2
Jazz Organ 3

Nr.
023
024
025
026
027
028
029
030
031
032
033
034
035
036
037
038
039
040
041
042
043
044
045

Voice Naam
Full Organ
Rock Organ 1
Rock Organ 2
16'+2' Organ
16'+4' Organ
Church Organ
Reed Organ
Musette Accordion
Traditional Accordion
Bandoneon
GUITAR
Classical Guitar
Folk Guitar
12Strings Guitar
Jazz Guitar
Octave Guitar
Clean Guitar
Muted Guitar
Overdriven Guitar
Distortion Guitar
BASS
Acoustic Bass
Finger Bass
Pick Bass
Fretless Bass

Nr.
046
047
048
049
050
051
052
053
054
055
056
057
058
059
060
061
062
063
064
065
066
067

Voice Naam
Slap Bass
Synth Bass
Techno Bass
Dance Bass
ENSEMBLE
Strings
Chamber Strings
Synth Strings
Slow Strings
Tremolo Strings
Pizzicato Strings
Choir
Choir Aahs
Choir Oohs
Synth Choir
Orchestra Hit
STRINGS
Violin
Cello
Contrabass
Banjo
Harp
BRASS
Trumpet
Muted Trumpet

Nr.
068
069
070
071
072
073
074
075
076
077
078
079
080
081
082
083
084
085
086
087
088
089

Voice Naam
Trombone
Trombone Section
French Horn
Tuba
Brass Section
Synth Brass
Jump Brass
Techno Brass
REED
Soprano Sax
Alto Sax
Tenor Sax
Baritone Sax
Oboe
English Horn
Bassoon
Clarinet
Harmonica
PIPE
Piccolo
Flute
Pan Flute
Recorder
Ocarina

Nr.
090
091
092
093
094
095
096
097
098
099
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110

Voice Naam
SYNTH LEAD
Square Lead
Sawtooth Lead
Voice Lead
Crystal
Brightness
Analog Lead
SYNTH PAD
Fantasia
Bell Pad
Xenon Pad
Angels
Dark Moon
DRUM KITS
Standard Kit 1
Standard Kit 2
Room Kit
Rock Kit
Electronic Kit
Analog Kit
Dance Kit
Jazz Kit
Brush Kit
Symphony Kit

11

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Stap 2

Automatische begeleiding

De automatische begeleiding gebruiken

Begeleiding
gedeelte

De PSR-225 bevat een krachtige en makkelijk te
gebruiken begeleidingsonderdeel. U hoeft alleen
maar akkoorden aan te slaan met uw linkerhand de PortaTone begeleidt automatisch uw spel met
bas, akkoorden en ritme. Speel melodieën met
uw rechterhand en u klinkt als een hele band!

Automatische begeleiding

STYLE

0018BtPop1

VOICE

MEASURE

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

b Speel een akkoord met uw linkerhand.

001 116

TEMPO

Zie voor hulp bij het
spelen van akkoorden,
de “akkoorden leidraad
functie” op pagina 14.

x Selecteer een Stijl.
Zie pag. 13 voor een opsomming van de stijlen.
STYLE

Melodie

v Zet de Sync-Start functie aan.

STYLE

SONG

Rechterhand

(bijvoorbeeld, bas + gitaar + drums)

z Ga naar de Stijl mode.
ON

+

Linkerhand

0028BtPop2

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

n Selecteer een sectie.
Probeer met het Intro,
Main A/B en de laatste
sectie mee te spelen

3

0
velocity

BWD

FWD

c Zet de automatische begeleiding aan.
NO

Accompaniment
section

YES

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

m Stop de automatische
ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

begeleiding

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

INTRO/
ENDING rit.

YNCTART

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

Wilt u meer weten? Zie pagina’s 47-61.

PORTABLE GRAND

TEMPO

VOICE
STYLE

TRANSPOSE

001GrandPno

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

MEASURE

001 116

OVERALL

TEMPO

FUNCTION

SONG

z
x
c

METRONOME

STYLE

VOICE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0

DEMO START

BWD

velocity

FWD

NO

HARMONY

YES

MIN

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

cv m
12

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

4

5

6/CHORD

MAX

MASTER VOLUME

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

n

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

RECORD

z x

REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

SONG MEMORY

DUAL TOUCH

STAND BY
ON



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Automatische Begeleiding

Stap 2

Selecteer een complete muziek stijl met een ideale voice en
andere instellingen - one touch instelling

De PortaTone bevat 100 verschillende stijlen in diverse muziek genres. Met de one touch instelling
functie kunt u voice- en andere instellingen oproepen die het beste passen bij de geselecteerde stijl.
Iedere stijl is geprogrammeerd met twee Preset One Touch instellingen.

z Ga naar Style mode.

c Druk op één van de one touch instel-

STYLE

ON

SONG

STYLE

VOICE

0018BtPop1

ling knoppen: preset A of B.
ONE TOUCH SETTING
USER

1

MEASURE

001 116

3

PRESET

4

A

B

TEMPO

x Selecteer een stijl.
Voor een lijst van stijlen, kijk
hieronder.
STYLE

2

0028BtPop2

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

v Speel op het toetsenbord

3

0
BWD
NO

velocity

FWD
YES

Wilt u meer weten? Zie pagina 74.

Stijl Lijst
Nr.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20

Stijl Naam
8BEAT
8Beat Pop 1
8Beat Pop 2
8Beat Uptempo
8Beat Standard
Folkrock
Pop Rock
8Beat Medium
8Beat Ballad
Epic Ballad
Piano Ballad
16BEAT
16Beat Shuffle 1
16Beat Shuffle 2
16Beat Pop
Funk 1
16Beat Ballad 1
16Beat Ballad 2
Soul Ballad
6/8 BALLAD
Slow Rock 1
Slow Rock 2
6/8 Ballad

Nr.
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40

Stijl Naam
DANCE
Dance Pop 1
Dance Pop 2
Techno
Eurobeat
Euro House
Hip Hop
Synth Boogie
DISCO
70s Disco
Disco Tropical
Polka Pop
ROCK
8Beat Rock Ballad
16Beat Rock Ballad
Hard Rock
Rock Shuffle
6/8 Heavy Rock
US Rock
ROCK & ROLL
Rock & Roll 1
Rock & Roll 2
Boogie
Twist

Nr. Stijl Naam
RHYTHM & BLUES
41 R&B
42 Funk 2
43 Soul
44 Gospel Shuffle
45 6/8 Gospel
46 4/4 Blues
CONTEMPORARY JAZZ
47 Cool Jazz
48 Jazz Ballad
49 Jazz Waltz
50 Fusion
TRADITIONAL JAZZ
51 Swing
52 Big Band Swing
53 Big Band Ballad
54 Jazz Quartet
55 Dixieland
AMERICAS
56 Cajun
57 Banda
58 Mariachi
59 Tejano
60 Cumbia

Nr. Stijl Naam
COUNTRY & WESTERN
61 Bluegrass
62 Country 2/4
63 Country Rock
64 Country Ballad
65 Country Shuffle
66 Country Waltz
BALLROOM LATIN
67 Cha Cha
68 Rhumba
69 Pasodoble
70 Tango Continental
BALLROOM STANDARD
71 Foxtrot
72 Jive
MARCH & WALTZ
73 March 1
74 March 2
75 6/8 March
76 Polka
77 Standard Waltz
78 German Waltz
79 Viennese Waltz
80 Musette Waltz

Nr.

Stijl Naam
LATIN
81 Bossa Nova 1
82 Bossa Nova 2
83 Salsa
84 Samba
85 Mambo
86 Beguine
87 Merengue
88 Bolero Lento
CARIBBEAN
89 Reggae 12
90 Pop Reggae
PIANIST
91 Rock-A-Ballad
92 8Beat
93 Swing
94 Jazz Ballad
95 2Beat
96 Boogie
97 Ragtime
98 Arpeggio
99 Waltz
100 Happy

13

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Stap 3

Akkoorden Gids

De akkoorden gids functie gebruiken
Gespecificeerde akkoorden leren te spelen

Voorbeeld:

Hier leert u hoe de Akkoorden Gids functie gebruikt die de individuele noten in de akkoorden te laten zien.

z Ga naar Stijl mode en druk op de CHORD
GUIDE knop totdat “Dict.” in de display
verschijnt.

CHORD GUIDE
MEASURE

CHORD TYPE

M7

ACMP ON

M7
MEASURE

001 116

001 116

TEMPO

v Speel de noten van het akkoord zoals

ACMP ON

DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

c Specificeer het soort akkoord.

Dict.

STYLE

G M7
Root note Chord type

getoond wordt in het toetsenbord diagram in de display.

TEMPO

x Specificeer de grondtoon van het akkoord.
ROOT

G

Dict.

STYLE

ACMP ON

De noten in het toetsenbord diagram knipperen
als de juiste toetsen worden aangeslagen.
Wilt u meer weten? Zie pagina 62.

De gewenste akkoorden met één vinger spelen
Met de PortaTone kunt u gemakkelijk de gewenste akkoorden creëren van een gegeven toonladder
door de enkele noten van de toonladder te spelen.

z Ga naar de Stijl mode en druk op de

c Start de automatische begeleiding.

CHORD GUIDE knop totdat er “Smart” in
de display verschijnt.
SYNCSTART

ACMP ON

v Speel een enkel noot akkoorden (grond-

CHORD GUIDE

MEASURE

001 116

TEMPO

x Stel de toonhoogte in die bij de song past
die u wilt spelen.
Voer het aantal kruizen of mollen van de
corresponderende toonhoogte in.

STYLE

14

INTRO/
ENDING rit.

Smart

STYLE

DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

START/
STOP

15b=1

toon) op het toetsenbord
Om deze
akkoorden te
spelen.......

F

Dm

Gm

Dm

.....Druk op deze
toetsen (grondnoten)

Wilt u meer weten? Zie pagina 64.



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Akkoorden Gids

Stap 3

Het met één vinger spelen van akkoord progressies (songs)

Met de EZ Akkoord functie kunt u op een buitengewoon makkelijke wijze de akkoorden van een song
spelen. Sla simpelweg achtereenvolgens één toets aan en de PortaTone speelt automatisch het juiste akkoord voor u!

q Ga de Stijl mode in, druk dan op de

Blijft dezelfde toets drukken elke keer als
u een nieuwe akkoord wilt spelen

CHORD GUIDE knop totdat er “EZ” op het
display verschijnt.

Accompaniment
section

1EZ

STYLE

ACMP ON
CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

001 116

TEMPO

w Selecteer een EZ Akkoord bank.

2EZ

STYLE

t Speel de melodie met uw rechterhand
1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

wanneer de automatische begeleiding
speelt.

3

0
velocity

BWD

FWD

NO

YES

Wilt u meer weten? Zie pagina 68

e Start de automatische begeleiding.
Uw eigen EZ Akkoord bank opnemen
SYNCSTART

START/
STOP

U kunt ook uw eigen akkoord progressie creëren
en meespelen met wie u ook maar wilt.

INTRO/
ENDING rit.

r Sla een enkele noot aan op het toetsenbord
om een akkoord te spelen.
Wilt u meer weten? Zie pagina 68.

PORTABLE GRAND

TEMPO

VOICE
STYLE

TRANSPOSE

001GrandPno

METRONOME

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

MEASURE

001 116

TEMPO

OVERALL

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0

DEMO START

BWD

velocity

FWD

NO

HARMONY

YES

MIN

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

4

5

6/CHORD

MAX

MASTER VOLUME

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

ce

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

RECORD

SONG MEMORY

zzq xw

Toetsen voor het begeleidend spelen
(C1 — F#2)

REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

DUAL TOUCH

STAND BY
ON

Gebruik deze toetsen voor de akkoorden leidraad functie.

Toetsen om het akkoord type in te Toetsen om de beginnoot in te
voeren
voeren
(C5 — B5)
(C3 — B4)

15

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Stap 4

Songs

Een song spelen

Alle drie de songs afspelen

Een enkele song afspelen

De PSR-225 bevat 3 Demo’s om de authentieke
voices en begeleiding van het instrument te
demonstreren.

Notuurlijk kunt u ook individueel een songs van
de PortaTone selecteren en afspelen.

z Ga de song mode in.

z Druk tegelijkertijd de OVERALL ▲/▼ knoppen in.

FUNCTION

SONG

STYLE

ALLTakeOff!

SONG

DEMO START

MEASURE

1

001 111

2

TEMPO

3

4

5

6

ALLTakeOff!

SONG

x Selecteer een song.
MEASURE

1

2

001 111

TEMPO

3

4

5

6

SONG

002PF–Grand

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

x Stop de song.

ACMP SYNCON/OFF START

3

0
BWD

velocity

NO

FWD
YES

c Start (en stop) de song.
START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

ACMP SYNCON/OFF START

Wilt u meer weten? Zie pagina 75.

Het veranderen van het tempo (snelheid)
van de song.

q Druk op één van de OVERALL ▲/▼ knoppen tot er

START/
STOP

Wilt u meer weten? Zie pagina 75.

Het volume van de song veranderen

q Druk op de OVERALL ▲/▼ knoppen tot er
“SongVol” op display verschijnt.

“Tempo” op het display verschijnt.
TEMPO

VOICE
STYLE

116Tempo

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

INTRO/
ENDING rit.

100SongVol

SONG

DEMO START

ACMP/SONG
VOLUME

DEMO START

MEASURE

MEASURE

001 116

TEMPO

w Druk op de

OVERALL + of - knoppen om het tempo
te verhogen of te verlagen.

1

2

001 205

TEMPO

3

4

5

6

w Druk op de OVERALL + of - knop om het volume
van de song te verhogen of te verlagen.

DEMO START
DEMO START

wilt u meer weten? Zie pagina 76.

16

Wilt u meer weten? Zie pagina 78.



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Stap 4

Songs

Uw eigen song opnemen

Met de PSR-225 kunt u uw eigen songs opnemen op twee verschillende manieren - realtime en step .
Probeer zelf beide opname methoden uit....

1 Selecteer de gewenste
opnamemode door op
de RECORD knop te
drukken.
RECORD

Realtime opname

Step opname

Deze manier lijkt het gebruiken
van een conventionele tape
recorder, waarmee u de verschillende delen van een song rechtstreeks speelt en opneemt.

Deze manier is gelijk aan het gebruik
van pen en papier om elke noot op te
schrijven, en zo stap voor stap de
verschillende delen in te voeren
Wilt u meer weten? Zie pagina’s 79-90.

PORTABLE GRAND

001GrandPno

VOICE
STYLE

TEMPO
TRANSPOSE

zq
w

MEASURE

001 116

OVERALL

TEMPO

FUNCTION

SONG

A
B

METRONOME

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

STYLE

1

2

3

4

5

6

8

9

7

VOICE

rest

3

0

DEMO START

BWD

velocity

FWD

NO

HARMONY

YES

MIN

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

4

5

6/CHORD

MAX

MASTER VOLUME

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

INTRO/
ENDING rit.

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

RECORD

REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

DUAL TOUCH

SONG MEMORY

x c z x e wt 1

STAND BY
ON

r

Creëer zelf uw eigen gemaakte One Touch instellingen
U kunt ook zelf uw eigen One Touch Instellingen creëren - u kunt vrijwel alle instellingen volledig
opnieuw configureren met één druk op een knop! 16 instellingen kunnen maximaal worden opgeslagen (4 x Gebruikersbanken x 4 Gebruikersknoppen).

q Maak alle gewenste instellingen op de
t Zet de Gebruikers One Touch instelling

PortaTone.

w Selecteer de Gebruikers één toets instelling mode.

1OTS User

STYLE

RECORD

opnamemode uit.
Het oproepen van een User One Touch
Instelling

A Selecteer Functie #41 en selecteer de gewenste
bank (1 - 4).

RECORD

e Selecteer de gewenste

1

2UserBank

4

5

6

7

8

9

rest

B

3

0

r Selecteer de gewenste

velocity

BWD
NO

FWD

Druk op de toegewezen USER knop (1-4) om
onmiddellijk uw zelfgemaakte paneel instellingen
op te roepen
ONE TOUCH SETTING

YES

USER

1

Gebruikers knop
(USER 1-4).

F41UserBank

STYLE

3

FUNCTION

Gebruikers bank (1-4)
STYLE

2

2

3

PRESET

4

A

B

ONE TOUCH SETTING
USER

1

2

3

PRESET

4

A

B

Wilt u meer weten? Kijk op pagina 72.

17

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Stap 5

Functie Parameters

De Functie parameters gebruiken

De Functie parameters van de PSR-225 bevatten verschillende instellingen.
Deze geven u een gedetailleerde controle over vele onderdelen van de PSR-225.

c Wijzig, nadat “FUNCTION” in de display

z Druk op de FUNCTION knop.
FUNCTION

SONG

STYLE

stopt met knipperen, de waarde of instelling.
Na een paar seconden stopt de
“FUNCTION” indicator met knipperen en
blijft branden. Op dat moment wijzigt automatisch het Functie nummer (“F02” in het
voorbeeld hierboven) in de huidige waarden
van de Functie parameter.

VOICE

x Selecteer een Functie nummer.
Zie pag. 19 voor een opsomming van de functies.
STYLE

F02M.Octave

FUNCTION

Het Functie nummer kan geselecteerd
worden terwijl de “FUNCTION” indicator
knippert.

1

2

4

5

6

7

8

9

rest

Huidige waarden van de geselecteerde Functie parameter.

v Gebruik het numerieke toetsenbord om de
waarden of instellingen te wijzigen. Gebruik voor on/off instellingenn de +/knoppen.

3

FUNCTION

SONG

0M.Octave

STYLE
FUNCTION

ST

3

1

2

3

4

5

6

0
BWD
NO

velocity

FWD

Druk de FUNCTION knop; met
elke druk loopt u door de
nummers. Houd u de knop
vast dan scrollt u door de
nummers.

YES

Voer het Functie
nummer in op het
numerieke toetsenbord.

1M.Octave

STYLE
FUNCTION

7

8

9

rest

3

0
velocity

BWD

FWD

NO

YES

Wilt u meer weten? Kijk op pagina 30.

PORTABLE GRAND

TEMPO

VOICE
STYLE

TRANSPOSE

001GrandPno

METRONOME

TUNING
ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

MEASURE

001 116

OVERALL

TEMPO

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0

DEMO START

BWD

velocity

FWD

NO

HARMONY

YES

MIN

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

z

18

2

3

1

2

3

PRESET

4

A

B

4

5

6/CHORD

MAX

MASTER VOLUME

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

x

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

RECORD

SONG MEMORY

v

REVERB

ONE TOUCH SETTING
USER

1

DUAL TOUCH

STAND BY
ON



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Stap 5

Functie Parameters

Functie Parameters Lijst

Functie

Functie

pag.

pag.

F01 M.Volume Main Voice Volume

31

F31 Reverb

Reverb On/Off

44

F02 M.Octave Main Voice Octave

31

F32 RevType

Reverb Type

44

F03 M.Pan

31

F33 Chorus

Chorus On/Off

44

F04 M.RevLvl Main Voice Reverb Send Level

31

F34 ChoType

Chorus Type

44

F05 M.ChoLvl Main Voice Chorus Send Level

31

F35 Dsp

DSP On/Off

44

F06 M.DspLvl Main Voice DSP Effect Send Level

31

F36 DspType

DSP Type

44

F11 D.Volume Dual Voice Volume

35

F37 Harmony

Harmony On/Off

44

F12 D.Octave Dual Voice Octave

35

F38 HarmType Harmony Type

44

F13 D.Pan

35

F39 HarmVol

44

F14 D.RevLvl Dual Voice Reverb Send Level

35

F41 UserBank One Touch Setting User Bank

73

F15 D.ChoLvl Dual Voice Chorus Send Level

35

F51 AcmpSPnt Accompaniment Split Point

59

F16 D.DspLvl Dual Voice DSP Effect Send Level

35

F61 USng1Clr User Song 1 Clear

90

F17 D.Voice

Dual Voice

35

F62 USng2Clr User Song 2 Clear

90

F18 Dual

Dual On/Off

35

F63 USng3Clr User Song 3 Clear

90

F21 S.Volume Split Voice Volume

37

F71 FootSw

92

F22 S.Octave Split Voice Octave

37

F72 VoiceSet Voice Set

39

F23 S.Pan

37

F73 TouchSns Touch Sensitivity

39

F24 S.RevLvl Split Voice Reverb Send Level

37

F81 RemoteCh Remote Channel

97

F25 S.ChoLvl Split Voice Chorus Send Level

37

F82 KbdOut

Keyboard Out

97

F26 S.DspLvl Split Voice DSP Effect Send Level

37

F83 AcmpOut

Accompaniment Out

97

F27 S.Voice

Split Voice

37

F84 Local

Local On/Off

97

F28 Split

Split On/Off

37

F85 ExtClock External Clock

98

37

F86 BulkSend Bulk Data Send

98,99

F87 InitSend Initial Data Send

98,102

Main Voice Pan

Dual Voice Pan

Split Voice Pan

F29 SplitPnt Split Point

Harmony Volume

Footswitch

19

ÃÃÃÃÃÃ
ÂÂÂÂÂÂ
ÁÁÁÁÁÁ
ÀÀÀÀÀÀ
ƒƒƒƒƒƒ
‚‚‚‚‚‚

€€€€€€
CCCCCC
BBBBBB
AAAAAA
@@@@@@



,,,,,,
Stap 6

MIDI

MIDI Gebruiken

Op het achterpaneel van de PSR-225 zitten MIDI aansluitingen (MIDI IN en MIDI OUT) het
instrument bevat een aantal veelomvattende MIDI functies, waardoor u het instrument kunt
gebruiken in verschillende opname- en afspeeltoepassingen.

● Het sturen van originele song en One Touch Setting data naar een andere PSR-225.
MIDI Transmit (versturen)
MIDI OUT

MIDI IN

PSR-225

PSR-225
MIDI IN

MIDI OUT
MIDI Receive (ontvangst)

➔ Zie “Bulk Dump Send Gebruiken om Data Op Te Slaan” op pag. 99 - 102.

● De MDF3 MIDI Data Filer gebruiken om de originele data op te slaan en terug te roepen.
Save/load data
MIDI Transmit (versturen)
MIDI OUT
MIDI IN

PSR-225
MIDI IN

MIDI OUT
MIDI Receive (ontvangen)

MDF3

➔ Zie “Bulk Dump Send Gebruiken om Data Op Te Slaan“ op pag. 99 - 102.

● Het afspelen van multi-track song data (tot 16 kanalen) op de PSR-225.
Set Remote Channel (pagina 97) “uit”
Beschikbare disks

PSR-225
MIDI IN

➔ Zie pagina 97.

20

MIDI OUT
MIDI Receive (ontvangen)
MDF3, QY700,
of computer
met sequence
software.

Floppy disk met GM
song data.



AAAAAAA
CCCCCCC

ƒƒƒƒƒƒƒ
ÁÁÁÁÁÁÁ
ÃÃÃÃÃÃÃ
,,,,,,

@@@@@@
BBBBBB
€€€€€€
‚‚‚‚‚‚
ÀÀÀÀÀÀ
ÂÂÂÂÂÂ
Step 6

MIDI

● Het besturen van de PSR-225 met een MIDI toetsenbord (die geen toongenerator bevat)
(Automatische begeleiding kan ook in deze opstelling gebruikt worden)
MIDI Receive (ontvangen)

PSR-225

MIDI IN

MIDI OUT

MIDI toetsenbord zonder
toongenerator

➔ Zie pag. 97.
● In deze opstelling kunt u uw spel opnemen op de PSR-225, inclusief de automatische
begeleiding, of op een aangesloten computer of sequencer (max. 16 kanalen kunnen
worden gebruikt.) U kunt de opgenomen data bewerken op de computer of sequencer
en afspelen met de geluiden van de PSR-225.
De data arrangeren en bewerken
op de computer/sequencer
MIDI Transmit (versturen)
MIDI OUT

MIDI IN

PSR-225
MIDI IN

MIDI OUT

MIDI Receive (afspelen)

N.B.

Computer met
sequence software.

➔ Zie pagina 95.
➔ Zie “Initial Setup Send Gebruiken met een Sequencer” op pagina 102.

Als u een personal
computer gebruikt, is
speciale software
(sequencer software)
noodzakelijk.

GM System Level 1
“GM System Level 1” is een toevoeging op de MIDI standaard die er voor zorgt dat GMcompatibel muziekdata juist worden afgespeeld door een GM-compatible toongenerator,
ongeacht de fabrikant. The GM teken is toegevoegd op alle software en hardware produkten
die “GM System Level 1” ondersteund.
De PSR-225 ondersteunt GM System Level 1.

21

PANEEL DISPLAY INDICATIES
De PortaTone bevat een grote multifunctionele display waarin u alle belangrijke
instellingen van het instrument kunt zien. Het gedeelte hieronder legt in het
kort de diverse iconen en indicators in de display uit .
A Mode indicators
B algemene functie balk indicator
J Begeleiding AAN indicator

H Song/Voice/Stijl naam en nummer

001GrandPno

VOICE
STYLE

TEMPO
TRANSPOSE

ACMP ON

TUNING

G akkoorden

ACMP/SONG
VOLUME
METRONOME
VOLUME

MEASURE

1

OVERALL

2

I Icoon window

001 116

TEMPO

3

E Maat/Tempo en
beat

D Toetsenbord

CHORD

C Notatie
K Song track indicators

A Mode indicators
Deze geven de huidig geselecteerde mode aan Voice, Style, Song of Functie - met de mode
naam omcirkeld in een afgeronde rechthoek.
Wanneer er “STYLE” of “SONG” verschijnt
zonder de rechthoek is de corresponderende
mode actief in de achtergrond.

De PortaTone heeft vijf Algemene functies of
parameters. De huidig geselecteerde functie
wordt aangegeven door een donkere balk die
naast de naam (afgedrukt op het paneel) verschijnt.

In het eerste voorbeeld is er een Style mode
geselecteerd.

C Notatie
D Toetsenbord

STYLE

00

In het tweede voorbeeld is er een Voice mode
geselecteerd maar de Style mode is nog steeds
actief in de achtergrond (dit betekent dat de
style bedieningen nog steeds actief zijn en
gebruikt kunnen worden om de huidige geselecteerde style af te spelen.)
VOICE
STYLE

22

F Tel indicators

00

B Algemene functies

Deze twee gedeelten in de display tonen de
noten. Wanneer de gebruikers song (met akkoorden) wordt afgespeeld tonen ze de akkoordnoten in volgorde. Wanneer de Style mode en
de automatische begeleiding actief zijn toont de
display ook de specifieke noten van het huidige
akkoord.
N.B.

Bij een aantal akkoorden verschijnen niet alle noten in het
notatie gedeelte in de display. Dit komt door ruimtegebrek in
de display.

PANEEL DISPLAY INDICATIES

E Maat en Tempo
Deze tonen de huidige maat tijdens het afspelen
van een song of style en de huidige ingestelde
Tempo waarde van een song of style.
F Beat indicators

I Icoon window (lett. venster)
Afhankelijk van de mode of functie die is geselecteerd geeft de display verschillende symbolen
(iconen) en andere berichten weer zodat u in
één oogopslag informatie vindt over de hoedanigheid van de PortaTone.

Deze donkere balken (één kleine, drie grootte)
knipperen in volgorde en in de maat met de
song of stijl. De grote balk toont de eerste tel
van de maat. (zie pagina 77.)

G Akkoorden
Wanneer een gebruikers song (met akkoorden)
wordt afgespeeld toont deze de huidige akkoord
grondtoon en het soort akkoord.

H Song/Voice/Style naam en nummer
Dit gedeelte van de display geeft de naam en
het nummer van de huidige geselecteerde song,
voice of stijl weer. Het laat ook de akkoorden in
het ACMP gedeelte van het toetsenbord zien als
de Stijl mode en automatische begeleiding aan
staan.

J Begeleiding Aan Indicator
Dit verschijnt als de automatische begeleiding
aan staat. (Zie pagina 52.)

K Song Track Indicators
Deze geven de status aan, tijdens song opname
en weergave. (Zie pagina’s 75, 83.)

Muziekstandaard
Plaats de onderste rand van de bijgeleverde muziekstandaard in de uitsparing geplaatst op de bovenkant van
het regelpaneel van de PortaTone.

23

PORTABLE GRAND
Met deze functie kunt u automatisch iedere willekeurige mode
of functie verlaten en direct de Grand Piano voice oproepen.
“STEREO SAMPLING PIANO”

HET SPELEN VAN DE PORTABLE GRAND
Druk op de PORTABLE GRAND knop.
PORTABLE GRAND

METRONOME

Als u dit doet dan annuleert u elke willekeurige mode of functie en reset
het gehele instrument voor het spelen van de speciale “Stereo Sampling
Piano” Grand Piano voice (voice 001). Het selecteert automatisch de Voice
mode (met de Style mode actief) en roept de stijl #91 (Rock Ballad) op.
Het reset ook de voetschakelaar op Sustain en zet de Touch functie aan
(pag. 38).
De Portable Grand instelling is ook ontworpen voor het spelen met de
speciale Pianist stijlen (#91 - #100). Als de automatische begeleiding aan
staat biedt deze alleen piano begeleiding in een aantal muziekstijlen. (Zie
pagina 52.)

DE METRONOOM GEBRUIKEN

1

Stel het gewenste tempo in met de Tempo functie in
het Overall menu.

Druk, herhaaldelijk indien nodig, op één van de OVERALL ▲/▼ knoppen
totdat “Tempo” in de display verschijnt.
Geeft aan als TEMPO
geselecteerd is.
DEMO START

24

TEMPO

VOICE
STYLE

Huidige Tempo waarde

116Tempo

PORTABLE GRAND

2

Het Wijzigen van de Waarden.

Gebruik de OVERALL +/- knoppen om de Tempo waarden te verhogen of te
verlagen. Houd tegelijkertijd één van de beide knoppen ingedrukt om de
waarde te verhogen of te verlagen.
Verhoogt de
Tempo waarde.

N.B.

Het numerieke toestenbord
kan niet gebruikt worden
om de waarden van de
Overall menu instellingen
te wijzigen.

DEMO START

Verlaagt de Tempo
waarde.

3

De metronoom aanzetten.

Druk op de METRONOME knop.
PORTABLE GRAND

3 116

TEMPO

METRONOME

Druk nog een keer op de METRONOME knop, om de Metronoom uit te
zetten.

3 116

TEMPO

De maatsoort instellen
De maatsoort van de metronoom kan ingesteld
worden in kwart-noot gebaseerde stappen.
N.B.

De maatsoort wijzigt automatisch bij het selecteren van
een song of een stijl.

Druk tegelijkertijd de METRONOME knop en de
knop op het numerieke toetsenbord in die
correspondeert met de gewenste maatsoort (zie
het overzicht rechts).

Numeriek
maattoetsenbord soort
1
1/4 — Speelt alleen “1” beat (allemaal high
clicks)
2
2/4
3
3/4
4
4/4
5
5/4
6
6/4
7
7/4
8
8/4
9
9/4
0
Speelt geen “1” beat (allemaal low clicks)

3 116

TEMPO

Geeft het huidige beat
nummer aan.

25

PORTABLE GRAND

Het Metronoom Volume Wijzigen
U kunt het volume van het metronoomgeluid onafhankelijk van de andere PortaTone
geluiden wijzigen. Het volumebereik loopt van 000 - 127.

1

Selecteer de Metronome Volume functie in het Overall menu.

Druk, indien herhaaldelijk, op één van de OVERALL ▲/▼ knoppen totdat er “MtrVol” in
de display verschijnt.
Huidige metronoomvolume waarde
VOICE
STYLE

100MtrVol

DEMO START

METRONOME
VOLUME

MEASURE

001 116

TEMPO

Geeft aan dat metronoom
vol;ume is geselcteerd

2

Wijzig de waarde

Met de OVERALL +/- knoppen kunt u de waarde van het metronoomvolume verhogen
of verlagen. Door één van de knoppen ingedrukt te houden verhoogt of verlaagt u de
waarde.
Verhoogt de waarde van
het metronoom volume
DEMO START

Verlaagt de waarde van
het metronoom volume

26

Het Oproepen van de
Standaard Waarde van
het Metronoom Volume
Druk, om de standaardwaarde van het metronoom volume (100) op te
roepen, tegelijk de
OVERALL +/- knoppen in
(als Metronoom Volume
is geselecteerd in het
Overall menu).

VOICES BESPELEN— DE VOICE MODE
De Voice mode bevat 228 authentieke voices (inclusief 128 General MIDI voices),
plus 10 speciale drum kits — deze zijn allemaal gemaakt met Yamaha’s AWM
(Advanced Wave Memory) toongeneratiesysteem. De Voice mode bevat vele
krachtige en veelzijdige gereedschappen om deze voices te bespelen en te
versterken.
De voices zijn onderverdeeld in een aantal
instumenten categoriën, die zijn voor het gemak
staan afgebeeld op het paneel. Zie, voor een
complete lijst van de beschikbare voices, pag.
109.
De Voice mode is eigenlijk onderverdeeld in drie
verschillende modes: Main, Dual and Split. In
de Main Voice mode (zie hieronder), kunt u een
enkele voice over het gehele bereik van het
toetsenbord bespelen. Met de Dual Voice
mode (pagina 34) kunt u “lagen” van twee
verschillende voices maken voor een rijk, complex geluid. Met de Split Voice mode (pagina
36) kunt u twee verschillende voices over twee
verschillende gedeeltes van het toetsenbord
spelen. Bovendien bevat iedere mode speciale
effecten gedeelten waarmee u de voice of voices
kunt versterken. Deze bevatten Reverb, Chorus

en Harmony maar ook een “DSP” gedeelte die
veelzijdige effecten bevat zoals tremolo, echo,
delay, distortion, equalization en wah. (Zie
pagina 40.)
Andere voice-gerelateerde functies bevatten
Voice Set (pagina 38), hiermee kunt u automatisch de ideale instelling van iedere voice en
Touch Sensitivity (lett. aanrakingsgevoeligheid)
(pagina 38) oproepen, die de voices beïnvloedt
aan de hand van uw speeltechniek.
De PortaTone bevat speciale Drum Kit voices —
#101 - #110 — waarmee u een variatie van
drum en percussie geluiden op het toetsenbord
kunt bespelen. (Zie voor meer informatie de
Drum Kit Voice tabel op pagina 30.) Er zijn ook
symbolen afgebeeld boven het toetsenbord, die
gemakkelijk tonen met welke toetsen welke
geluiden bespeeld worden.

HET BESPELEN VAN EEN VOICE — MAIN VOICE

1

Selecteer de Voice mode.

Druk op de Voice knop.

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

Geeft aan dat de voice mode is geselecteerd.
VOICE
STYLE

001GrandPno
27

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

2

Selecteer het gewenste voice nummer

met het numerieke toetsenbord. De basiscategorieën van voices en hun
nummers worden op de rechterkant van het paneel getoond. Een complete
lijst van de beschikbare voices is te vinden op pag. 109
VOICE
PANEL VOICE
1 ~ 12 PIANO
13 ~ 19 MALLET
20 ~ 32 ORGAN
33 ~ 41 GUITAR
42 ~ 49 BASS
50 ~ 60 ENSEMBLE
61 ~ 65 STRINGS
GM VOICE
111~118 PIANO
119~126 CHROMATIC
127~134 ORGAN
135~142 GUITAR
143~150 BASS
151~158 STRINGS
159~166 ENSEMBLE
167~174 BRASS

66 ~ 75
76 ~ 84
85 ~ 89
90 ~ 95
96 ~ 100
101 ~ 110

BRASS
REED
PIPE
SYNTH LEAD
SYNTH PAD
DRUM KITS

175~182
183~190
191~198
199~206
207~214
215~222
223~230
231~238

REED
PIPE
SYNTH LEAD
SYNTH PAD
SYNTH EFFECTS
ETHNIC
PERCUSSIVE
SOUND EFFECTS

Er zijn drie verschillende manieren om voices te selecteren: 1) direct het
voice nummer invoeren met het numerieke toetsenbord, 2) gebruik
makend van de +/- knoppen om omhoog en omlaag door de voices te
lopen, of 3) door op de VOICE knop drukken om door de voice nummers
te lopen.

Het numerieke toetsenbord gebruiken
Voer de cijfers van het voice nummer, die getoond worden op het paneel,
in. Bijvoorbeeld, om de voice #42 te selecteren, druk “4” on the
numerieke toetsenbord en vervolgens “2.”
1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0
BWD
NO

VOICE
STYLE

FWD
YES

042Aco.Bass
ACMP ON

28

velocity

N.B.

Alle twee cijferige voice
nummers kunnen geselecteerd worden zonder een
“0” aan het begin.
Alhoewel, als er een voice
nummer van 1 - 23
geselecteerd word, pauzeerd
de PortaTone kort alvorens
deze eigenlijk de voice
oproept. (Door deze pauze
kunt u een drie cijferige
voive nummer invoeren,
zoals “235.” Als u de
nummers “2” en daarna
“4” invoert dan roept u
onmiddelijk voice #24 op,
omdat er geen voices van
#240 of hoger zijn.)
Als u onmidelijk voices #1 #23 wilt oproepen, voer dan
één of twee nullen voor het
nummer in; bijvoorbeeld
selecteer voice #9 door “0,”
“0,” en daarna “9” in te
drukken. Drukt u alleen een
“0” dan wordt de voice niet
gewijzigd.

PLAYING VOICES — THE VOICE MODE

De +/- knoppen gebruiken
Druk op de + knop om het volgende voice nummer te selecteren, en druk
op de - knop om de vorige voice te selecteren. Houd één van de knoppen
tegelijkertijd ingedrukt om omhoog of omlaag door de nummers te
scrollen. De +/- knoppen bevatten een “wrap around”. bijvoorbeeld, druk
op de + key van de voice #238 om terug te keren naar #1.
7

8
rest

9
3

N.B.

0
velocity

BWD

FWD

NO

YES

De VOICE knop gebruiken
Druk op de VOICE knop om de volgende voice nummer te selecteren.
(Deze functie is excact hetzelfde als de + knop.)
FUNCTION

3

SONG

STYLE

Iedere voice wordt
automatisch opgeroepen
met de meest geschikte
oktaafbereikinstelling. Dus
als u de midden C speelt
met één voice kan deze
hoger of lager klinken als
wanneer u een andere voice
op dezelfde toets bespeelt.

VOICE

Het bespelen van de geselecteerde voice.

Om de voice te wijzigen moet u stap 2 hierboven herhalen.
Omdat één van de Style of Song mode op de achtergrond aktief is (zoals
wordt aangetoond door de mode naam in de display, zonder het
vierkantje), kunt u ook respectievelijk styles en songs in de voice mode
afspelen door op de START/STOP knop te drukken. De laatst geselecteerde
style of song wordt afgespeeld.
Over Paneel Voices en GM Voices

N.B.

Als u een voice selecteert,
roept de PortaTone ook
automatisch een aantal
instellingen op die
overeenkomstig met de
voice. [Dit is waar als de
Voice Set (Function #72,
page 39) aanstaat— de
standaard instelling.]

Houd er rekening mee dat de PortaTone twee apparte sets voices
bevat: 100 Paneel voices en 128 GM (General MIDI) Voices. De
GM Voices kunnen gebruikt worden voor een optimaal geluid van
GM-compatible song data. Dit betekent dat iedere GM song data
(gespeeld vanaf een sequencer of een ander MIDI apparaat) precies zo klinkt zoals
de programmeur of componist het bedoelde.
Als er een GM voice geselecteerd is, verschijnt er een General MIDI ikoonin de linker
bovenkant van de display.

29

VOICES SPELEN — DE VOICE MODE

Drum Kit Voice Tabel (voices 101 - 110)
Als één van de 10 paneel Drum Kit voices geselecteerd zijn kunt u
verschillende drums en percussie instrumenten op het toetsenbord
bespelen. De drums- en percussieinstrumenten die door de
verschillende toetsen voortgebracht worden staan gemarkeerd
boven de toetsen.

101Std.Kit1

VOICE
STYLE

ACMP ON

Nr.
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110

Naam
Standard Kit 1
Standard Kit 2
Room Kit
Rock Kit
Electronic Kit
Analog Kit
Dance Kit
Jazz Kit
Brush Kit
Symphony Kit

LCD
Std.Kit1
Std.Kit2
Room Kit
Rock Kit
Elct.Kit
AnlogKit
DanceKit
Jazz Kit
BrushKit
SymphKit

Functie Parameters — Main Voice
De Functie parameters bevatten belangrijke instellingen van de Main
voice. Deze instellingen zijn bijzonder bruikbaar als u een tweede
voice gebruikt in de Dual of Split mode, omdat u met deze functie
het geluid van de Main voice kunt wijzigen of versterken, apart van
de Dual of Split voice. Deze instellingen bevatten:
• Reverb Send Level
• Chorus Send Level
• DSP Effect Send Level

• Volume
• Octave
• Pan

1

Selecteer de Functie mode.

Druk op de FUNCTION knop.
Knippert om aan te geven dat de
Functie parameter geselecteerd kan
worden
FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

STYLE

F01M.Volume

FUNCTION

MEASURE

001 116

TEMPO

2

Selecteer het gewenste Functie parameter nummer.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicatie knippert, met het numerieke toetsenbord het gewenste Main Voice Functie parameter
nummer (1 - 6). (Zie de “Parameters” lijst hieronder voor details.)
Functie parameternummers kunnen geselecteerd worden op dezelfde
manier als de voices (zie pagina 28). U kunt met het numerieke
toetsenbord direct het nummer invoeren, gebruik de +/- knoppen
om omhoog en omlaag door de parameters te lopen, of druk op de
FUNCTION knop om door de parameter nummers te lopen.
30

BELANGRIJK

• Let erop, omdat de
“FUNCTION” indicator
maar een paar seconden
knippert, dat u de parameter snel selecteerd na stap
1 hierboven.

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

3

Het wijzigen van de parameter instelling of
waarde.

Wijzig, nadat de “FUNCTION” indicatie stopt met knipperen, met het
numerieke toetsenbord of de +/- knoppen de waarden of de instelling.
(De waarde/instelling wordt getoond aan de linkerkant van de
parameternaam.)

Parameter waarde
of instelling

STYLE

Parameter naam

100M.Volume

FUNCTION

4

Andere parameters instellen, indien nodig.

Herhaal, om een andere parameters te selecteren en in te stellen, stap
1 - 3 hierboven.

5

De Functie mode verlaten.

Druk, als u eenmaal alle gewenste instellingen heeft gemaakt, op één
of een andere mode knoppen (SONG, STYLE, of VOICE).

Opnieuw oproepen van de
standaard waarde
Als u de parameter instellingen hebt gewijzigd,
kunt u direct de standaard
waarden opnieuw oproepen door de +/- knoppen
tegelijkertijd te drukken.
Negatieve waarden
Druk, om direct een
negatieve waarde (voor
sommige parameters die
een negatieve waarde
hebben) in te voeren
tegelijkertijd de - knop en
de gewenste nummer
knop in.
N.B.

Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wilt bewaren,
kunt u dit doen in een User
bank met de One Touch
Instelling functie (pagina
72).

Functie Parameters
Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/instellingen

Omschrijving

F01

Main Voice Volume

M.Volume

0 — 127

Dit bepaalt het volume van de Main voice, zodat u een
optimale mix kunt creëeren met de Dual or Split voice.

F02

Main Voice Octave

M.Octave

-2 — 2 (oktaven)

Dit bepaalt het oktaaf bereik van de Main voice. Stel
hiermee het meest passende bereik van de Main voice in
als u de Split mode gebruikt, of creër in de Dual mode
hiermee een oktaaf layer (“laag”).

F03

Main Voice Pan

M.Pan

-7 (vol links) —
0 (midden) —
7 (vol rechts)

Dit bepaalt de pan positie van de Main voice in het
stereobeeld.

F04

Main Voice Reverb
Send Level

M.RevLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid signaal van de Main voice die
naar het reverb effect verstuurd wordt. (Zie pagina 40.)
Hogere waarden resulteren in een groter Reverb effect.

F05

Main Voice Chorus
Send Level

M.ChoLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid signaal van de Main voice die naar
het Chorus effect verstuurd wordt. (Zie pagina 41.) Hogere
waarden resulteren in een groter Chorus effect.

F06

Main Voice DSP
Effect Send Level

M.DspLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid signaal van de Main voice die
naar het DSP effect verstuurd wordt. (Zie pagina 42.)
Hogere waarden resulteren in een groter DSP effect.

31

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

TRANSPONEREN EN STEMMEN
U kunt de stemming en de transpositie (toonhoogte) van de PortaTone
wijzigen met respectievelijk de Tuning (stemming) en Transpose
(transpositie) functies.

Transponeren (Transpose)

N.B.

De Transpositie- en
stemmingsinstellingen
hebben geen effect op de
Drum Kit voices (#101 #110).

Het transponeren bepaalt de toonhoogte van zowel de hoofdvoice als de
bass/akkoordbegeleiding van de geselecteerde stijl. Het bepaalt ook de
toonhoogte van de songs en de Multi Pads. Hierdoor kunt u gemakkelijk de
toonhoogte van de PortaTone afstemmen op andere instrumenten of
zanger(essen)s, of in een andere toonsoort spelen zonder uw ‘fingering’ te
wijzigen. De Transpose instellingen kunnen aangepast worden binnen een
bereik van ± 12 halve tonen (±1 octaaf).

1

Selecteer de Transpose functie in het Overall menu.

Druk op de OVERALL ▲/▼ knoppen, indien nodig herhaaldelijk, totdat
“Transpos” in de display verschijnt.
Geeft aan dat Transpose
Huidige Transpose waarde
is geselecteerd
VOICE
STYLE

DEMO START

TRANSPOSE

2

00Transpos

Wijzig de waarde.

Verhoog of verlaag de Transpose waarde met de OVERALL +/- knoppen. Houdt
de knop constant ingedrukt om de waarde snel te verhogen of verlagen.

Verhoogt de
Transpose waarde
DEMO START

Verlaagt de
Transpose waarde

32

Het Oproepen van de
Standaard Transpose
Waarde
Als u de Transpose instelling heeft gewijzigd, kunt
u onmiddellijk de standaard instelling “00” oproepen door tegelijk op
beide OVERALL +/- knoppen te drukken (indien
Transpose is geselecteerd
in het Overall menu).

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

Stemmen
Het stemmen bepaalt de fijne toonhoogte instelling van zowel de hoofdvoice
als de bass/akkoordbegeleiding van de geselecteerde stijl. Het bepaalt ook de
toonhoogte van de songs en de Multi Pads. Hiermee kunt u nauwkeurig de
stemming afstemmen op andere instrumenten. De Tuning instellingen kunnen
aangepast worden binnen een bereik van ± 100 (ongeveer 1halve toon).

1

Selecteer de Tuning functie in het Overall menu.

Druk op de OVERALL ▲/▼ knoppen, indien nodig herhaaldelijk, totdat
“Tuning” in de display verschijnt.
Geeft aan dat Stemming
geselecteerd
Huidige stemming waarde
DEMO START

VOICE
STYLE

000Tuning

TUNING

2

Wijzig de waarde.

Verhoog of verlaag de Tuning waarde met de OVERALL +/- knoppen. Houdt
de knop constant ingedrukt om de waarde snel te verhogen of verlagen.
Verhoogt de
Tuning waarde
DEMO START

Verlaagt de Tuning
waarde

Het Oproepen van de
Standaard Transpose
Waarde
Als u de Transpose
instelling heeft gewijzigd,
kunt u onmiddellijk de
standaard instelling “00”
oproepen door tegelijk op
beide OVERALL +/knoppen te drukken
(indien Transpose is
geselecteerd in het Overall
menu.

33

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

TWEE VOICES BESPELEN — DUAL VOICE
In de Dual Voice mode kunt u rijke in elkaar verweven geluiden creëeren door
twee verschillende voices op elkaar te stapelen — één voice wordt de Main
voice, op de normale manier geselecteerd (pagina 27), en de andere Dual
voice wordt geselecteerd op de manier zoals hieronder wordt omschreven.

1

N.B.

Zet de Dual Voice mode aan.

De Dual Voice mode kan ook
uit- en aangezet worden met
een aangesloten voetschakelaar. (Zie pagina 91.)

Druk op de DUAL knop.
HARMONY

REVERB

MEASURE

001 116

TEMPO

DUAL TOUCH

Als u op het toetsenbord speelt hoort u de huidige geselecteerde Main and
Dual voices.
Druk de DUAL knop nog een keer in, om de
Dual mode af te zetten.

2

Selecteer de gewenste Dual voice en wijzig andere
instelingen, indien gewenst, van de voice in de Function
mode.

Druk, om dit te doen, op de FUNCTION knop om naar de Functie mode te
gaan.
FUNCTION
SONG
STYLE
VOICE
BELANGRIJK

3

Selecteer het gewenste Functie parameter nummer.

Gebruik het numerieke toestenbord, terwijl de “FUNCTION” indicator
knippert, om de gewenste Dual Voice Functie parameter number (11 - 18)
te selecteren. De daadwerkelijk selectie van de Dual voice gebeurt met
parameter #17. (Zie de “Parameters” lijst hieronder voor details.)
STYLE

F17D.Voice

FUNCTION

Functie parameter nummers kunnen geselecteerd worden op dezelfde
manier als de voices (zie pagina 28) — met het numerieke toetsenbord, +/knoppen, of met de FUNCTION knop.
34

• Let erop, omdat de
“FUNCTION” indicator
maar een paar seconden
knippert, dat u de parameter snel selecteert na stap 2
hierboven.
• Let erop, om de Dual
voice goed te horen dat u:
* Een verschillende voice
selecteert (#17, Dual Voice).
* Het volume op een
aanemelijk niveau instelt
(#11, Dual Volume).

PLAYING VOICES — THE VOICE MODE

4

Wijzig de parameter instelling of waarde.

Wijzig, nadat de “FUNCTION” indicator stopt met knipperen, met het
numerieke toetsenbord de waarden of instellingen. Gebruik, voor on/off
instellingen de +/- knoppen.
STYLE

050Strings

FUNCTION

5

De Standaard Waarde opnieuw
oproepen
Al u de parameter instelling heeft
gewijzigd, kunt u de Standaard
instelling direct opnieuw oproepen
door tegelijkertijd de +/- knoppen
in te drukken.

Negatieve waarden
Druk tegelijkertijd, om direct negatieve
waarden in te voeren (voor parameters die
negatieve waarden hebben), de - knop en de
gewenste nummerknop in.

N.B.

Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, kunt u dit doen in
een User bank met de One
Touch Setting functie
(pagina 72).

Een andere parameters instellen, indien nodig.

Herhaal, om een andere parameters te selecteren, stappen 2 - 4 hierboven.

6

De functie mode verlaten.

Druk op één of andere mode knop (SONG, STYLE, or VOICE), als u
eenmaal de gewenste instellingen heeft gemaakt.

Functie Parameters — Dual Voice
De Functie parameters bevatten alle instellingen van de Dual voice. Net als overeenkomstige
instellingen in de Main Voice mode, kunt u met deze instellingen het geluid van de Dual voice apart
van de Main voice wijzigen of versterken. Deze instellingen bevatten:
• Volume
• Octave

• Pan
• Reverb Send Level
• Chorus Send Level

Functie Parameters

• DSP Effect Send Level
• Dual Voice
• Dual On/Off

Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/instelling

omschrijving

F11

Dual Voice Volume

D.Volume

0 — 127

Dit bepaalt het volume in de Dual voice, hiermee kunt
u een optmale mix met de Main voice creëeren.

F12

Dual Voice Octave

D.Octave

-2 — 2 (oktaven)

Dit bepaalt het oktaaf bereik voor de Dual voice. Creër
hiermee een oktaaf layer met de Main voice.

F13

Dual Voice Pan

D.Pan

-7 (vol links) —
0 (midden) —
7 (vol rechts)

Dit bepaalt de pan positie van de Dual voice in het stereo
beeld. Zet deze waarde op of ongeveer bij -7 en de
Main Voice Pan (pagina 31) op een tegenover-gestelde
positieve waarde voor een ruimtelijk geluidseffect.

F14

Dual Voice Reverb
Send Level

D.RevLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Dual
voice die naar het reverb effect verstuurd wordt. (Zie pagina
40.) Hogere waarden resulteren een groter Reverb effect.

F15

Dual Voice Chorus
Send Level

D.ChoLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Dual
voice die naar het chorus effect verstuurd wordt. (Zie pagina
41.) Hogere waarden resulteren een groter Reverb effect.

F16

Dual Voice DSP
Effect Send Level

D.DspLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Dual
voice die naar het DSP effect verstuurd wordt. (Zie pagina
42.) Hogere waarden resulteren een groter DSP effect.

F17

Dual Voice

D.Voice

1 — 238

Dit bepaalt de Dual voice. (Zie de lijst op pagina 109.)

F18

Dual On/Off

Dual

on, off

Dit zet de Dual Voice mode on/off. (Dit is dezelfde
functie als de DUAL knop. Het kan ook bediend
worden met de voetschakelaar; zie pagina 91.)

35

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

TWEE VOICES BESPELEN — SPLIT VOICE
In de Split Voice mode kunt u twee verschillende Voices aan tegenovergestelde gedeelten van het
toetsenbord toewijzen en met uw linkerhand één voice bespelen terwijl u met uw rechterhand een
andere voice bespeeld. Zo kunt u bijvoorbeeld de bass met uw linkerhand bespelen en de piano met
de rechter. De rechterhand (of ‘upper’) Voice wordt geselecteerd in de Main Voice mode (pagina 27)
en de linkerhand (of ‘lower’) Voice wordt geselecteerd in de Split Voice mode, zoals hieronder wordt
Split punt
omschreven.
BELANGRIJK

1

Split voice

Main voice

De Funtie mode oproepen.

Druk op de FUNCTION knop.

2

Selecteer het Split Aan/Uit parameter nummer.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numerieke
toetsenbord parameter #28 (Split On/Off).
STYLE

F28Split

FUNCTION

Functie parameters kunnen op dezelde manier geselecteerd worden als de
voices (zie pagina 28) — met het numerieke nummerbord, met de +/knoppen, of met de FUNCTION knop.

3

Zet de Split “aan.”

Druk, nadat de “FUNCTION” indicator stopt met knipperen, op de + knop
om de Split Voice mode aan te zetten. (Drukt u op de - knop zet u de Split
Voice mode uit.)
STYLE

onSplit

FUNCTION

4

Andere instellingen maken voor de Split voice (indien
gewenst).

Op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer de gewenste parameter (met het num. toetsenbord).
3) Wijzig, nadat “FUNCTION” stopt met knipperen, de waarden/
instelling (met het numerieke toetsenbord) Gebruik de +/- knoppen
Voor aan/uit instellingen.

36

De Standaard Waarde opnieuw
oproepen
Al u de parameter instelling heeft
gewijzigd kunt u de Standaard
installing direct opnieuw oproepen
door tegelijkertijd de +/- knoppen
in te drukken.

Negatieve waarden
Druk tegelijkertijd, om direct negatieve
waarden in te voeren (voor parameters die
negatieve waarden hebben), de - knop en de
gewenste nummer knop in.

• Let erop, omdat de
“FUNCTION” indicator
maar een paar seconden
knippert, dat u de parameter snel selecteert na stap 1
hierboven.
BELANGRIJK

• Let erop, om de Dual
voice goed te horen dat u:
* Het volume op een
aannemelijk niveau instelt
(#21, Split Volume).
* Het oktaaf aannemelijk
instelt (#22 Split Octave).
Een bass voice klinkt
bijvoorbeeld het beste met
een “-1” instelling,terwijl
een strings voice het beste
klinkt op “1.”
* Het gewenste Splitpunt
(#29) instelt. In de meeste
gevallen is het standaard
Splitpunt van “059”
geschikt (Main voice begint
op midden C). (Zie de
“Parameters” lijst hieronder
voor details.)
N.B.

Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, bewaar ze dan in
een User bank met de One
Touch Setting functie
(pagina 72).

PLAYING VOICES — THE VOICE MODE

5

De Functie mode verlaten.

Druk op één of andere mode knop (SONG, STYLE, of VOICE) als u eenmaal
alle gewenste instellingen hebt gewijzigd.

Functie Parameters — Split Voice
De Functie parameters bevatten alle instellingen van de Dual voice. Net als de overeenkomstige
instellingen in de Main Voice mode, kunt u met deze instellingen het geluid van de Dual voice apart
van de Main voice wijzigen of versterken. Deze instellingen bevatten:
• Volume
• Octave
• Chorus Send Level
• Pan
• DSP Effect Send Level
• Reverb Send Level • Split Voice

• Split On/Off
• Split Point

Functie Parameters
Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/instelling

Omschrijving

F21

Split Voice Volume

S.Volume

0 — 127

Dit bepaalt het volume in de Split voice, hiermee kunt u een
optmale mix met de Main voice creëeren.

F22

Split Voice Octave

S.Octave

-2 —
2 (oktaven)

Dit bepaalt het oktaaf bereik voor de Split voice. Gebruik dit
om het meest passende bereik voor de Split (lager) voice in te
stellen.

F23

Split Voice Pan

S.Pan

-7 (vol links) —
0 (midden) —
7 (vol rechts)

Dit bepaalt de pan positie van de Split voice in het stereo
beeld. Zet deze waarde op of ongeveer op -7 en de Main
Voice Pan (pagina 31) op een tegenovergestelde positieve
waarde voor een ruimtelijk geluidseffect.

F24

Split Voice Reverb
Send Level

S.RevLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Split voice
die naar het reverb effect verstuurd wordt. (Zie pagina 40.)
hogere waarden resulteren een groter Reverb effect.

F25

Split Voice Chorus
Send Level

S.ChoLvl

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Splitvoice
die naar het chorus effect verstuurd wordt. (Zie pagina 41.)
hogere waarden resulteren een groter Reverb effect.

F26

Split Voice DSP Effect S.DspLvl
Send Level

0 — 127

Dit bepaalt de hoeveelheid van het signaal van de Split voice
die naar het DSP effect verstuurd wordt. (Zie pagina 42.)
hogere waarden resulteren een groter DSP effect.

F27

Split Voice

S.Voice

1 — 238

Dit bepaalt de Split voice. (Zie de lijst op pagina 109.)

F28

Split On/Off

Split

aan, uit

Dit zet de Split Voice mode aan/uit. Dit kan ook worden
bediend door een aangesloten voetschakelaar. (Zie pagina 91.)

F29

Split Punt

SplitPnt

000 — 127

Dit bepaalt de hoogste toonhoogte voor de Split voice en stelt het
Split “punt” in — met andere woorden, de toets die de Split (lagere)
en de Main (hogere) voices scheidt. (De Split voice klinkt rechts
van het splitpunt, inclusief de Splitpunt toets.) Het standaard
Splitpunt is 059 (B2). De waarde kan ook direct worden ingesteld
door de gewenste toets in te drukken terwijl deze parameter is
geselecteerd. Terwijl dit wordt ingesteld, produceert het
toetsenbord geen geluid. Let erop, nadat u dit heeft ingesteld, dat
u een andere parameter selectereert of de Function mode verlaat
alvorens iets aanslaat op het toetsenbord.
N.B.
De Splitpunt instelling is gerelateerd aan, en wordt beïnvloed
door de Accompaniment Split Point instelling. (Zie pagina 58.)

37

VOICES BESPELEN — DE VOICE MODE

AANVULLENDE VOICE FUNCTIE’S — VOICE SET EN
AANRAKINGSGEVOELIGHEID (TOUCH SENSITIVITY)
Voice Set en Touch Sensitivity zijn twee belangrijke voice gerelateerde
parameters en bevinden zicht in het Utility gedeelte van de Functie parameters.
Als Voice Set (hieronder beschreven in meer detail) wordt aangezet, kunt u
automatisch een aantal voice gerelateerde instellingen oproepen die het
beste passen bij de geselecteerde voice.
Met Touch Sensitivity (ook hieronder omschreven) kunt u instellen hoe het
volume van de PortaTone reageert op uw speelsterkte, hierdoor bereikt u
een dynamische, expressieve beheersing over de voices.
Als de Touch Sensitivity parameter eenmaal is ingesteld, kan Touch response van het toetsenbord worden aan- en uitgezet met de TOUCH knop.
HARMONY

REVERB

Geeft aan dat Touch
Sensitivity aanstaat.

Geeft aan dat Touch
Sensitivity uitstaat.

DUAL TOUCH

1

De Functie mode oproepen.

Druk op de FUNCTION knop.

2

Selecteer het gewenste Functie parameter nummer.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numerieke
toetsenbord de Voice Set parameter (#72), of Touch Sensitivity (#73).
(Voor details over deze parameters, zie hieronder.)
STYLE

F72VoiceSet

FUNCTION

STYLE

F73TouchSns

FUNCTION

Functie parameters kunnen op dezelde manier geselecteerd worden als de
voices (zie pagina 28) — met het numerieke nummerbord, met de +/knoppen, of met de FUNCTION knop.

3

Wijzig de parameter instelling of waarde.

Wijzig, nadat de “FUNCTION” indicator stopt met knipperen, met het
numerieke toetsenbord om de waarden of instellingen.
STYLE
FUNCTION

38

onVoiceSet

STYLE
FUNCTION

3TouchSns

BELANGRIJK

• Let erop, omdat de
“FUNCTION” indicator
maar een paar seconden
knippert, dat u de parameter snel selecteert na stap 1
hierboven.

PLAYING VOICES — THE VOICE MODE

Functie Parameters — Voice Set en Touch Sensitivity (aanslaggevoelgiheid)
Functie Parameters
Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/instelling

Omschrijving

F72

Voice Set

VoiceSet

Aan/Uit

Als dit aan staat en u selecteert een voice, wordt ook
automatisch de speciale voice gerelateerde parameters
en waarden die het beste bij de voice passen
opgeroepen. De parameters in de Voice Set zijn:
• Main Voice — Volume, Oktaaf, Pan
• Dual Voice — Number, Volume, Oktaaf, Pan,
Reverb Send Level, Chorus Send Level,
DSP Send Level
• Harmony — Type, On/Off, Volume
Met de paneel HARMONY en DUAL knoppen kunt u de
respectivelijke functie’s aan- en uitzetten.

F73

Touch Sensitivity

TouchSns

1—3

Een instelling van “1” resulteert in een beperkte aanslag
reactie; deze instelling biedt een relatief smal dynamisch
bereik, het maakt niet uit hoe hard u de toetesen aanslaat.
“2” speelt op een normaal dynamisch bereik (zacht en luid),
terwijl “3” is ontworpen voor het spelen van erg zachte
passages, dit geeft u een meer contole over het
volumebereik. Als Touch uitstaat (page 38), wordt er een
contstante velocity waarde van 80 geproduceerd (totale velocity bereik = 0 - 127).

39

EFFECTEN
De PortaTone bevat een breede variatie van effecten die gebruikt kunnen
worden om het geluid van de voices te versterken. Er zijn vier algemenen
categorien van effecten aanwezig — Reverb, Chorus, DSP en Harmony — en elke
categorie bevat vele effecten om uit te kiezen.
Toepassing van de effetcten is buitengewoon flexible. Alle vier de effecten kunnen tegelijkertijd
gebruikt worden en de gradering van de Reverb, Chorus en DSP effecten kunnen individueel voor elke
voice: Main, Dual en Split worden gewijzigd.

REVERB
Het Reverb effect produceert een natuurlijke sfeer van “wash” geluid dat
overeenkomt als een instrument gespeeld wordt in een kamer of een
concertzaal. Een totaal van 8 verschillende Reverb types simulating various
different performance environments are available.

1

Zet het Reverb effect aan.

Druk op de REVERB knop.
HARMONY

N.B.

REVERB

MEASURE

001 116

TEMPO

DUAL TOUCH

Geeft aan dat de Reverb aan staat

2

Stel het gewenste Type in de Function mode in.

Op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer de gewenste parameter nummer (#31, #32) met het
numerieke toetsenbord. (Voor een lijst van Reverb types, zie pagina
45.)
STYLE
FUNCTION

F31Reverb

STYLE

F32RevType

FUNCTION

3) Wijzig, nadat “FUNCTION” stopt met knipperen, de waarden (met
het numerieke toetsenbord) Gebruik de +/- knoppen Voor aan/uit
instellingen.
De Standaard Waarde opnieuw oproepen
Al u de parameter instelling heeft veranderd, kunt u de Standaard installing
direct opnieuw oproepen door tegelijkertijd op de +/- knoppen te drukken.

3

HINT

Reverb Kan ook aan en uit
worden gezet met een
aangesloten voetschakelaar
(pagina 91), of met een
Function parameter #31
(pagina 44).
• De paneel REVERB aan/uit
knop beïnvloed alleen de
voices die op het
toetsenbord bespeeld
worden. Stel het Reverb
Type (#9, pagina 45), als u
het Reverb effect voor het
algemene PortaTone geluid
(inclusief begeleiding en
songs) uit wilt zetten, in op
“uit.”
• Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, bewaar ze dan in
een User bank in de One
Touch Setting onderdeel
(pagina 72).
• Er zijn drie Reverb Types
aanwezig als de PortaTone
vanaf een MIDI apparaat
bestuurt wordt. (Voor
details, zie pagina 116.)

N.B.

Stel het Reverb Send Level voor de gewenste voice(s)

in.
De Main, Dual en Split voices kunnen ieder appart op een hoeveelheid
reverb worden ingesteld. Gebruikt, om dit te doen, de correspondernde
Reverb Send Level parameters in de Functie mode (Main: #04, Dual: #14,
40 Split: #24). (Zie pagina’s 31, 35, 37.)

Als het Reverb Send Level op
of bijna op “000” wordt
ingesteld dan hoort u het
Reverb effect niet.

EFFECTS

4

De Functie mode verlaten.

Druk op één of andere mode knoppen (SONG, STYLE, of VOICE) als u
eenmaal alle gewenste instellingen heeft gewijzigd.

CHORUS
Met het Chorus effect kunt u het geluid van een voice verrijken met pitch
modulatie. Twee basis types zijn aanwezig: Chorus en Flanger. Chorus
genereert een dikker, warmer en een meer levendig geluid, terwijl Flanger
een bewegend, metalig effect genereert. Er zijn totaal vier Chorus type’s
beschikbaar.

1

Zet het Chorus effect aan en stel de Chorus Type in
de Function mode in.

Op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer het gewenste Functie parameter nummer (#33, #34) met
het numerieke toetsenbord. (Zie, voor een lijst met Chorus Types,
pag. 45.)
STYLE

F33Chorus

FUNCTION

STYLE

F34ChoType

FUNCTION

3) Wijzig, nadat de “FUNCTION” stopt met knipperen, de waarden/
instellingen (met het numerieke toetsenbord). Gebruik, voor uit/aan
instellingen, de +/- knoppen.
De Standaard Waarde opnieuw oproepen
Al u de parameter instelling heeft veranderd, kunt u de Standaard installing
direct opnieuw oproepen door tegelijkertijd op de +/- knoppen te drukken.

2

Stel het Chorus Send Level van de gewenste voice(s) in.

De Main, Dual en Split voices kunnen ieder apart van een bepaalde
hoeveelheid Chorus worden voorzien. Doe dit met de corresponderende
Chorus Send Level parameters in de Functie mode (Main: #05, Dual: #15,
Split: #25.) (Zie pagina’s 31, 35, 37.)

3

HINT

Het Chorus effect kan ook
worden aan- en uitgezet
met een aangesloten
footswitch. (Zie pag. 91.)
N.B.

• Het Chorus effect voorziet
alleen de voices die op het
toetsenbord worden
bespeeld van effect.
• Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, bewaar ze dan in
een User bank met de One
Touch Setting functie
(pagina 72).
• Als de PortaTone door een
ander MIDI apparaat
bestuurt wordt zijn er drie
toegevoegde Chorus Types
beschikbaar. (Zie voor
details, pag. 116.)

N.B.

Als het Chorus Send Level
op of bijna op “000” wordt
gezet dan hoort u het
Chorus effect niet.

De Functie mode verlaten.

Druk op één of andere mode knop (SONG, STYLE, of VOICE), als u eenmaal
alle gewenste instellingen heeft gewijzigd.

41

EFFECTEN

DSP
Het DSP effect gedeelte bevat vele reverb en chorus effecten, en een
overvloed aan andere bruikbare dynamische effecten voor het wijzigen en
verrijken van de voices. Deze effecten bevatten o.a. reverse gate reverb,
phaser, rotary speaker, tremolo, echo, delay, distortion, equalization en
wah. Totaal 33 DSP type’s zijn beschikbaar.

HINT

Het DSP effect kan ook aan
en uit worden gezet met
een aangesloten
voetschakelaar. (Zie pagina
91.)

N.B.

1

Zet het DSP effect aan en stel de DSP Type in de
Functie mode in.

Op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer het gewenste Function parameter number (#35, #36)
met het numerieke toetsenbord. (Zie voor een opsomming van DSP
Type’s pagina 45.)
STYLE

F35Dsp

FUNCTION

STYLE

F36DspType

FUNCTION

3) Wijzig, nadat “FUNCTION” stopt met knipperen, de waarden/
instellingen (met het numerieke toetsenbord). Wijzig de on/off
instellingen met de +/- knoppen.
De Standaard Waarde opnieuw oproepen
Al u de parameter instelling heeft gewijzigd, kunt u de Standaard installing direct opnieuw
oproepen door de +/- knoppen tegelijkertijd in te drukken.

2

De Functie mode verlaten.

Druk op één of andere mode knop (SONG, STYLE, of VOICE), als u eenmaal
alle gewenste instellingen heeft gewijzigd.

42

• Als de PortaTone door een
MIDI apparaat wordt
aangestuurd zijn er achtien
toegevoegde DSP Types
beschikbaar. (Zie voor
details, pagina 116.)

Stel het DSP Send Level voor de gewenste voice(s) in.

De Main, Dual en Split voices kunnen ieder op verschillende hoeveelheden
DSP worden gezet. Doe dit met de corresponderende DSP Send Level
parameters in de Functie mode (Main: #06, Dual: #16, Split: #26.) (Zie
pagina’s 31, 35, 37.)

3

• Het DSP effect heeft alleen
invloed op de voices die op
het toetsenbord bespeeld
worden.
• Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, bewaar ze dan in
een User bank met de One
Touch Setting functie
(pagina 72).

N.B.

Als het DSP Send Level op
een waarde van of
bijna“000” wordt gezet
hoort u het DSP effect niet.

EFFETCTEN

HARMONY
Het Harmony gedeelte bevat een aantal speeleffecten die de door u
gespeelde melodieën verrijken bij het gebruikt van de begeleidingsstijlen
van de PortaTone. Totaal 26 Harmony type’s zijn beschikbaar.
Tremolo, Trill en Echo effecten kunnen gebruikt worden zelfs als de
begeleiding uitstaat.
Er zijn 5 verschillende Harmony Type’s die automatisch harmoniegedeelten
creëren (bij tonen die op het bovenste gedeelte van het toetsenbord
gespeeld worden) die overeenkomen met de begeleidingsakkoorden.

1

Zet het Harmony effect aan.

Druk op de HARMONY knop.

HARMONY

REVERB

ACMP ON

MEASURE

001 116

TEMPO

Geeft aan dat de Harmony aan
staat

2

Stel het Harmony Type en het gewenste Harmony
Volume in de Function mode in.

Op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer het gewenste Functie parameter nummer (#37, #38,
#39) met het numerieke toetsenbord. (Voor een lijst van de Harmony
Type’s, zie pagina 46.)

STYLE

F37Harmony

Het Harmony effect kan ook
aan- en uitgezet worden
met een aangesloten
voetschakelaar (pagina 91),
of met de Functie parameter
#37 (pagina 44).

BELANGRIJK

DUAL TOUCH

FUNCTION

HINT

STYLE

F38HarmType

• Voor de eerste vijf
harmony type’s (Duet, Trio,
Block, Country, en Octave),
moeten de akkoorden
aangeslagen worden in het
begeleidingsgedeelte van
het toetsenbord.
• De snelheid van de Trill,
Tremolo en Echo effecten is
afhankelijk van de Tempo
instelling (pagina 76).

N.B.

Als het Harmony Volume
bijna of op “000” wordt
ingesteld dat hoort u het
Harmony effect niet.

FUNCTION

N.B.
STYLE

F39HarmVol

FUNCTION

3) Wijzig, nadat “FUNCTION” stopt met knipperen, de waarde (met
het numerieke toetsenbord). Wijzig on/off instellingen met de +/knoppen.
De Standaard Waarde opnieuw oproepen
Al u de parameter instelling heeft veranderd, kunt u de Standaard
installing direct opnieuw oproepen door tegelijkertijd op de +/knoppen te drukken.

Deze instellingen worden
niet bewaard als u de
PortaTone uitzet. Als u de
instellingen wenst te
bewaren, bewaar ze dan in
een User bank in de One
Touch Setting onderdeel
(pagina 72).

43

EFFECTEN

3

De Function mode verlaten.

Druk op één of andere mode knop (SONG, STYLE, of VOICE), als u alle
gewenste instellingen heeft gewijzigd.

Function Parameters — Effecten
De Effect Functie parameters bevatten effect gerelateerde instellingen (met de uitzondering van de
Send parameters in de Main, Dual en Split secties). Deze instellingen bevatten:
• DSP Type
• Harmony On/Off
• Harmony Type
• Harmony Volume

• Reverb On/Off
• Reverb Type
• Chorus On/Off
• Chorus Type
• DSP On/Off

Functie Parameters

44

Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/instelling

Omschrijving

F31

Reverb On/Off

Reverb

aan, uit

Dit schakelt het Reverb effect aan/uit. (Dit is dezelfde
functie als de REVERB knop. Het kan ook bediend worden
door een aangesloten voetschakelaar; zie pagina 91.)

F32

Reverb Type

RevType

(Zie “Reverb Type”
lijst hieronder.)

(Zie “Reverb Type” lijst hieronder.)

F33

Chorus On/Off

Chorus

aan, uit

Dit schakelt het Chorus effect aan/uit. Het kan ook
bediend worden door een aangesloten
voetschakelaar. (Zie pagina 91.)

F34

Chorus Type

ChoType

(Zie “Chorus Type”
lijst hieronder.)

(Zie “Chorus Type” lijst hieronder.)

F35

DSP On/Off

Dsp

aan, uit

Dit schakelt het DSP effect aan/uit. Het kan ook
bediend worden door een aangesloten
voetschakelaar. (Zie pagina 91.)

F36

DSP Type

DspType

(Zie “DSP Type” lijst
hieronder.)

(Zie “DSP Type” lijst hieronder.)

F37

Harmony On/Off

Harmony

aan. uit

Dit schakelt het hormony effect aan/uit. (Dit is
dezelfde functie als de HARMONY knop. Het kan
ook bediend worden door een aangesloten
voetschakelaar; zie paginas 91.)

F38

Harmony Type

HarmType

(Zie “Harmony Type”
lijst hieronder.)

(Zie “Harmony Type” lijst hieronder.)

F39

Harmony Volume

HarmVol

000 — 127

Dit bepaalt het niveau van het Harmony effect,
hierdoor kunt u een optimale mix met de originele
melodie tonen creëeren.

EFFECTS

■ Effect Type’s
Reverb Types
Nr. Reverb
Type
1
2
3
4
5
6
7
8
9

Hall 1
Hall 2
Room 1
Room 2
Stage 1
Stage 2
Plate 1
Plate 2
Off

Chorus Type’s
Display
Naam

Omschrijving

Hall1
Hall2
Room1
Room2
Stage1
Stage2
Plate1
Plate2
Off

Concertzaal reverb.

Nr. Chorus
Type

Kleine kamer reverb.

Display
Naam

Omschrijving

1
2
3
4

Chorus 1
Chorus 2
Flanger 1
Flanger 2

Chorus1
Chorus2
Flanger1
Flanger2

Conventioneel chorus programma
met een rijke, warme chorusing.
Uitgesproken drie-fase modulatie
met een licht metalen geluid.

5

Off

Off

Geen effect.

Reverb voor solo instrumenten.
gesimuleerd stalen plaat reverb.
Geen effect.

DSP Type’s
Nr. DSP
Type

Display
Naam

Omschrijving

1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24

Hall 1
Hall 2
Room 1
Room 2
Stage 1
Stage 2
Plate 1
Plate 2
Early Reflection 1
Early Reflection 2
Gate Reverb
Reverse Gate
Chorus 1
Chorus 2
Flanger 1
Flanger 2
Symphonic
Phaser
Rotary Speaker 1
Rotary Speaker 2
Tremolo 1
Tremolo 2
Guitar Tremolo
Auto Pan

Hall1
Hall2
Room1
Room2
Stage1
Stage2
Plate1
Plate2
ER1
ER2
Gate1
Gate2
Chorus1
Chorus2
Flanger1
Flanger2
Symphony
Phaser
Rotary1
Rotary2
Tremolo1
Tremolo2
Tremolo3
AutoPan

Concertzaal reverb.

25
26

AutoWah
DelayLCR

27
28
29

Auto Wah
Delay Left Center - Right
Delay Left - Right
Echo
Cross Delay

30
31
32

Distortion Hard
Distortion Soft
EQ Disco

D Hard
D Soft
EQ Disco

33

EQ Telephone

EQ Tel

34

Off

Off

DelayLR
Echo
CrossDly

Kleine kamer reverb.
Reverb voor solo instrumenten.
Gesimuleerd stalen plaat reverb.
Alleen vroege reflecties.
Gated reverb effect, waarin in de galm wordt afgesneden als speciaal effect.
Zelfde als Gate Reverb, maar met een omgekeerde toename in reverb.
Conventioneel chorus programma met een rijke, warme chorus.
Uitgesproken drie-fase modulatie met een licht metalen geluid.
Byzonder rijke & diepe chorus.
Uitgesproken, metalige modulatie met periodieke fasewijziging.
Leslie simulatie.
Rijk Tremolo effect met zowel volume- als toonhoogte modulatie.
Gesimuleerde electrische gitaar tremolo.
Verschillende pan effetcen die het geluid automatisch van positie verschuift (links ,
rechts, voor, achter).
Herhaaldelijk filter sweep “wah” effect.
Drie onafhankelijke delays, voor links, rechts en midden stereo posities.
Begin delay voor elk stereo kanaal en twee apparte feedback delays.
Stereo delay, met een onafhankelijk feedback level instelling voor elk kanaal.
Complex effect dat de vertraagde herhaalingen tussen het linker- en rechterkanaal
heen en weer doet “stuiteren”.
Harde distortion.
Zachte, warme distortion.
Equalizer effect dat beide hoge en lage frequenties opblaast, dit isd typisch voor de
meeste disco muziek.
Equalizer effect dat beide hoge en lage frequenties afsnijdt, dit simuleerd het geluid
dat u hoort door een telefoon hoorn.
Geen effect

45

EFFECTS

Harmony Type’s
Nr. Harmony Type

46

Display Naam

1
2
3
4
5

Duet
Trio
Block
Country
Octave

Duet
Trio
Block
Country
Octave

6

Triller 1/4 noot

Tril1/4

7

Triller 1/6 noot

Tril1/6

8

Triller1/8 noot

Tril1/8

9

Triller 1/12 noot

Tril1/12

10

Triller 1/16 noot

Tril1/16

11

Triller 1/24 noot

Tril1/24

12

Triller 1/32 noot

Tril1/32

13

Tremolo 1/4 noot

Trem1/4

14

Tremolo 1/6 noot

Trem1/6

15

Tremolo 1/8 noot

Trem1/8

16

Tremolo 1/12 noot

Trem1/12

17

Tremolo 1/16 noot

Trem1/16

18

Tremolo 1/24 noot

Trem1/24

19

Tremolo 1/32 noot

Trem1/32

20

Echo 1/4 noot

Echo1/4

21

Echo 1/6 noot

Echo1/6

22

Echo 1/8 noot

Echo1/8

23

Echo 1/12 noot

Echo1/12

24

Echo 1/16 noot

Echo1/16

25

Echo 1/24 noot

Echo1/24

26

Echo 1/32 noot

Echo1/32

Omschrijving

Harmony types 1 - 5 zijn toonhoogte gebaseerd effecten en
voegen één, twee, of drie tonen harmonieën aan een enkel
toon melodie toe, gespeeld met de linker hand. Deze typen
klinken alleen als er akkoorden gespeeld worden in het
automatisch begeleidingsgedeelte van het toetsenbord.

3

3

3

3

Type’s 6 - 26 zijn ritme gebaseerde effecten en voegen
verfraaiingen of vertraagde herhalingen toe in de maat met de
automatische begeleiding. Deze typen klinken altijd of de
automatische begeleiding nu aanstaat of niet; alhoewel de
eigenlijke snelheid van het effect afhangt van de Tempo
instelling (pagina 76). Met de individuele waarden van elk type
kunt u het effect precies synchroniseren met het ritme. Triool
instellingen zijn ook beschikbaar: 1/6 = kwart noot triool, 1/12
= achste noot triool, 1/24 = zestiende noot triool.
• De triller effect Type’s (6 - 12) creëren twee-noot triller
(afwisselende noten) als er twee noten worden aangeslagen.
• De Tremolo effect Types (13 - 19) herhalen alle vastgehouden
noten (maximaal vier).

3

• De Echo effect Type’s (20 - 26) creëren vertraagde
herhaalingen van elke gespeelde noot.
3

3

3

3

AUTOMATISCHE BEGELEIDING —
DE STIJL MODE
In de Stijl mode vindt u de dynamische ritme/begeleidingspatronen - en voice instellingen
die passen bij de verschillende patronen - in verschillende muziekstijlen.
Er zijn in totaal 100 verschillende stijlen beschikbaar, in verschillende categorieën ondergebracht.
Iedere stijl is opgebouwd uit aparte “gedeelten” - Intro, Main A en B (met 4 Fill-ins), en Ending waarmee u, tijdens het spelen, verschillende begeleidingspatronen kunt oproepen.
De begeleidingsfuncties, die zijn ingebouwd in de ritmes, voegen instrumentale ondersteuning toe
aan uw spel, waarbij de begeleiding gestuurd wordt door de akkoorden die u aanslaat. Auto
accompaniment (automatische begeleiding) verdeelt het toetsenbord in twee gedeelten: Het bovenste gedeelte (upper) is voor de melodielijn en het onderste gedeelte (wordt als standaard ingesteld als
B2 en lager) is voor de begeleidingsfunctie.
De stijl mode bevat ook een krachtige Chord Guide optie, die drie geavanceerde hulpmiddelen bij het
leren en spelen bevatten: Dictionary, Smart en EZ Chord. De Dictionary en Smart functie’s (pagina’s
62, 64) bieden krachtige, gemakkelijk te gebruiken hulpmiddelen bij het leren van akkoorden en
akkoordverhoudingen. Met de EZ Chord (pagina 66) kunt u akkoordprogressies van een gehele song
opnemen en dan door de akkoorden lopen door op een enkele toets in het begeleidingsgedeelte aan
te slaan.

SELECTEER EEN STIJL EN SPEEL DE BEGELEIDING

1

Selecteer de stijl mode.

Druk op de STYLE knop.

Geeft aan dat de
stijl mode is
geselecteerd

STYLE

FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE

MEASURE

2

Stijlnaam en nummer

0018BtPop1

001 116

TEMPO

Selecteer het gewenste style nummer

met het numerieke toetsenbord. De basis categorieën van de stijlen en hun
nummers worden getoond aan de linkerkant van het paneel. Een complete
lijst van de beschikbare stijlen kunt u vinden op pagina 111.
1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0
BWD
NO

velocity

FWD
YES

47

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Stijlnummers kunnen op dezelfde manier geselecteerd worden als de voices
(zie pagina 28). Gebruik het numerieke toetsenbord om direct het stijlnummer
in te voeren, Gebruik de +/- knoppen om omhoog of omlaag door de stijlen
te lopen, of druk op de STYLE knop om door de stijlnummers te lopen.

3

Start de begeleiding.

U kunt dit doen op de volgende manieren:

Druk op de START/STOP knop

HINT

Het ritme gedeelte begint onmiddellijk met spelen zonder bas- en
akkoordenbegeleiding. Het huidig geselecteerde Main A of B gedeelte speelt af.

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

U kunt het Main A of B gedeelte selecteren door op de daarbij horende knop — MAIN A of MAIN B — te drukken alvorens op de
START/STOP knop te drukken. (Het icoon gedeelte in de display
toont kort de letter van het geselecteerde gedeelte “A” of “B”.)

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Geeft geselecteerde gedeelte
(Main A or B) aan.

001 116

TEMPO

Sync-Start gebruiken
De PortaTone bevat ook een Sync-Start functie waarmee u het ritme/
begeleiding kunt starten door op een knop op het toetsenbord te drukken. Druk eerst op de SYNC-START knop, voor het activeren van SyncStart (de tel balk onder de naam knippert om te laten zien dat de SyncStart stand-by staat), sla vervolgens een toets aan op het toetsenbord.
(Sla, als de begeleiding aanstaat vervolgens een toets of akkoord in het
automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord aan.)

Start met een intro sectie

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

automatische
begeleidingssectie

48

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Start/stop kan ook worden
bestuurd met een aangesloten voetschakelaar. (Zie
pag. -91.)

AUTO ACCOMPANIMENT — DE STYLE MODE

Iedere stijl bevat een intro sectie van twee of vier maten. Veel van de
Intro secties bevatten ook, als automatische begeleiding gebruikt
wordt, speciale akkoordwijzigingen en begeleidingen om uw spel te
verfraaien.
Om met de Intro sectie te starten:
1) Druk de MAIN A of MAIN B knop — om de sectie te selecteren die op het intro volgt.
2) Druk op de INTRO knop.

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Geeft aan welke
sectie is geselecteerd (Main A of
B).

001 116

TEMPO

HINT

Druk, om de intro sectie en begeleiding te starten, op de

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Intro kan ook bediend
worden door het gebruik
van een aangesloten
voetschakelaar. (Zie pagina
91.)

Indicates Intro
standby.

001 116

TEMPO

START/STOP knop.
Als de Intro sectie eenmaal uitgespeeld is, laat het icoon gedeelte in de display kort de letter “A” of “B” zien om aan te
geven dat de geselecteerde Main sectie speelt.

Sync-Start met een Intro sectie gebruiken
u kunt ook de Sync-Start functie met de speciale Intro sectie van de
geselecteerde stijl gebruiken.
Sync-Start met een Intro sectie gebruiken:
1) Druk op de MAIN A of MAIN B knop — om te selecteren
welke sectie (A of B) het Intro volgt.

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

001 116

TEMPO

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

geeft het
geselecteerde
gedeelte aan
(Main A or B).

49

AUTOMATISCHE BEGELEIDING— DE STIJL MODE

2) Druk op de INTRO knop.

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

INTRO/
ENDING rit.

Geeft aan dat de
Intro standby
staat.

001 116

TEMPO

3) Druk op de SYNC-START knop om Sync-Start aan te zetten
en start het Intro gedeelte en de begeleiding door een toets op
het toetsenbord aan te slaan. (Sla, als de begeleiding aanstaat,
een toets of akkoord aan in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord.)

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Automatische
begeleidingssectie

Als eenmaal het Intro gedeelte klaar is, laat het icoon gedeelte in de
display kort de letter “A” of “B” zien om aan te geven dat het geselecteerde Main gedeelte speelt.
Over automatische begeleiding
Automatische begeleiding kan gebruikt worden met iedere eerder vermelde methode. Druk op de ACMP ON/
OFF knop om de automatische begeleiding aan te zetten. (Dit kan op ieder punt van de handeling.)

ACMP SYNCON/OFF START

Geeft aan dat de
automatische
begeleiding
aanstaat.

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

ACMP ON

Als u de Sync-Start met de automatische begeleiding gebruikt kunnen alleen de toetsen in het numerieke
begeleidingsgedeelte gebruikt worden voor het starten van de begeleiding. (Zie voor meer informatie over
automatische begeleiding pagina 52.)

50

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Over de Tel Display
De donkere balken onder de stijlnaam in de display knipperen op maat met het huidige tempo tijdens het
afspelen van de begeleiding (of Sync-Start standby). De knipperende balken geven een visuele indicatie van de
notenbalk van de begeleiding. (Voor meer informatie, zie pagina 77.)

4

Stop de begeleiding.

U kunt dit op drie manieren doen:

Druk op de START/STOP knop
Het ritme/begeleiding stopt onmiddellijk met spelen.

Gebruik een intro gedeelte
Druk op de INTRO/ENDING knop. De begeleiding stopt nadat het
Ending gedeelte klaar is.

Druk op de SYNC-START knop
Dit stopt onmiddellijk de begeleiding en automatisch wordt de SyncStart ingeschakeld, u kunt de begeleiding opnieuw starten door een
akkoord of een toets in het begeleidingsgedeelte van het toetsenbord
aan te slaan.

HINT

• Start/stop en Ending kan
ook bediend worden met
een aangesloten voetschakelaar. (Zie pagina
91.)
• Druk, als u het Ending
gedeelte geleidelijk wilt
stoppen tijdens het spelen,
snel twee maal achter
elkaar op de INTRO/
ENDING knop.

51

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

BEGELEIDINGSKNOPPEN
Als de Stijl mode actief is, functioneren de paneel knoppen onder de display als knoppen voor het
bedienen van de begeleiding.

Het drukken op
deze knop start en
stopt beurtelings
het afspelen van
de begeleiding.

Het drukken op deze
knop zet de bas en
akkoord begeleiding
beurtelings aan en
uit. (Zie hieronder.)

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

Het drukken op
deze knop zet de
Sync-Start functie
beurtelings aan en
uit (zie pag. 48.)

Het drukken op
deze knop
selecteert de Main
A sectie of voegt
een Fill-in A sectie
toe (zie pag. 54).

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Deze
bestuurt de
Intro en
Ending
secties (zie
pag. 49, 51.)

Deze bestuurt de
Chord Guide
functie (zie pag.
62.)

CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

Het drukken op
deze knop selecteert de Main B
sectie of voegt een
Fill-in B sectie toe
(zie pag. 54.)

DE AUTOMATISCHE BEGELEIDINGSFUNCTIES GEBRUIKEN

1

Zet de automatische begeleiding aan.

Druk op de ACMP ON/OFF knop om de automatische begeleiding aan te
zetten.

ACMP SYNCON/OFF START

Geeft aan dat
de automatische begeleiding aanstaat.

2

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

ACMP ON

Selecteer een stijl en speel de begeleiding.

Selecteer één van de stijlen en start het afspelen zoals wordt omschreven in
stap 1-3 op pagina 47.
52

AUTO ACCOMPANIMENT — DE STYLE MODE

3

Wijzig de akkoorden met de
begeleidingsfunctie.

Als u probeert een paar opvolgende enkele tonen
met uw rechterhand te spelen, zult u merken dat de
bas- en akkoordbegeleiding wijzigen bij iedere toets
die u aanslaat. U kunt ook volledige akkoorden
spelen om de begeleiding te bedienen. (Zie pagina
56 voor meer informatie over het gebruik van de
automatische begeleiding.)

HINT

• Met de ACMP ON/OFF knop kunt u de bas/akkoord
begeleiding ook aan en uit zetten tijdens het spelen — om
dynamische, ritmische breaks te creëren in uw spel.
• U kunt de Sync-Start functie gebruiken om een soortgelijke ingrijpende onderbreking te creëren. Druk op de
SYNC-START knop, terwijl de begeleiding speelt, om
onmiddellijk de begeleiding te stoppen en de Sync-Start in
te schakelen. Hierdoor kunt u spelen zonder begeleiding
totdat u een toets aanslaat in het begeleidingsgedeelte
om de begeleiding weer in te schakelen. Dit is bijzonder
effectief als u de SYNC-START knop indrukt aan het einde
van een muzikale frase.
N.B.

Akkoorden die in het automatische begeleidingsgedeelte
van het toetsenbord worden aangeslagen zijn ook
waarneembaar en afspeelbaar als de begeleiding is
gestopt. In feite ontstaat hier een “gesplitst toetsenbord”,
met de bas en akkoorden onder de linkerhand en de
normaal geselecteerde voice onder de rechterhand.

HET TEMPO WIJZIGEN
Het Tempo van het afspelen van een song (en
begeleiding) kan worden gewijzigd in een bereik
van 32 - 280 bpm (beats per minute). Zie pagina
76 voor instructies over het wijzigen van het tempo.

N.B.

Iedere stijl bezit een standaard tempo. (Zie pagina 77
voor instructies om de standaard tempo opnieuw op te
roepen.) Als het af spelen van de begeleiding is gestopt en
er een andere stijl wordt geselecteerd, wijzigt het tempo in
de standaard instelling van de nieuwe stijl. Als er gedurende het afspelen van stijl wordt gewisseld, blijft het
laatst ingestelde tempo gehandhaafd. (Hierdoor kunt u
hetzelfde tempo aanhouden, zelfs met wijzigingen van
stijlen.)

ACCOMPANIMENT
SECTIONS (MAIN A, MAIN B

53

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

STIJLSECTIES (MAIN A, MAIN B) EN FILL-INS

Terwijl de begeleiding afspeelt, kunt u een variatie aan het ritme/begeleiding toevoegen door op één van de MAIN/AUTO FILL A of B knoppen te
drukken. Deze knoppen spelen automatisch één van de vier Fill-in secties af
die soepel overgaan in de volgende sectie - zelfs wanneer dat dezelfde
sectie is.

ACMP SYNCON/OFF START

MEASURE

START/
STOP

001 116

TEMPO

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

Dit verschijnt
tijdens het spelen
van het Fill-in
gedeelte.

Iedere stijl bevat vier verschillende Fill-in secties die in de volgende condities spelen:
• Main A → Main A
• Main A → Main B
• Main B → Main A
• Main B → Main B

54

(Fill-in “AA”)
(Fill-in “AB”)
(Fill-in “BA”)
(Fill-in “BB”)

N.B.

• Deze functie kan ook
worden bediend met een
aangesloten voetschakelaar
(Zie pagina 91.)
• Als u de MAIN A of B knop
indrukt, speelt de Fill-in
onmiddellijk af. De nieuw
geselecteerde sectie (A of B)
begint te spelen vanaf het
begin van de volgende
maat, tenzij de MAIN A of B
knop wordt ingedrukt
tijdens de laatste tel van de
maat - in welk geval de Fillin begint vanaf de eerste tel
van de volgende maat.
• Ritme geluiden en Fill-in
secties zijn niet beschikbaar
als één van de piano stijlen
(#91 - #100) worden
geselecteerd.

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

HET BEGELEIDINGSVOLUME WIJZIGEN
Het afspeelvolume van de begeleiding kan gewijzigd worden. Het wijzigen
van het volume beïnvloedt alleen het begeleidingsvolume. Het volume
bereik loopt van 000-127.

1

Selecteer het begeleidingsvolume functie in het
Overall menu.

Druk op één van de OVERALL ▲/▼ knoppen, herhaaldelijk indien nodig,
totdat er “AcmpVol” in de display verschijnt.
Huidige begeleidingsvolume waarde
STYLE

100AcmpVol

DEMO START

ACMP/SONG
VOLUME

Geeft aan dat het
begeleidingsvolume is
geselecteerd.

2

Wijzig de waarde.

Met de OVERALL +/- knoppen kunt u de waarde van het volume van de
begeleiding verhogen of verlagen. Houdt één van de beide knoppen
ingedrukt om de waarde te verhogen of te verlagen.

DEMO START

Verlaagt de
Begeleidingsvolume
waarde.

Verhoogt de
Begeleidingsvolume
waarde.

De standaard waarde
opnieuw oproepen
Druk tegelijkertijd, om de
standaard waarde van het
begeleidingsvolume (100)
opnieuw op te roepen, op
beide OVERALL +/knoppen (als begeleidingsvolume geselecteerd is in
het Overall menu).
N.B.

Begeleidingsvolume kan niet
gewijzigd worden als de Stijl
mode niet actief.

55

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

AUTOMATISCHE BEGELEIDING GEBRUIKEN — MULTI FINGERING
Als dit aanstaat (pagina 5), genereert de automatische begeleiding, tijdens
het spelen bent, automatisch bass en akkoorden door het gebruik van
Multi Fingering. U kunt de akkoorden van de toetsen van de begeleidingssectie wijzigen door op de toetsen op het toetsenbord te spelen op de
“Single Finger” of op de “Fingered” methode. Met de Single Finger kunt u
één, twee of drie vinger akkoorden indicatie spelen (zie Single Finger
Akkoorden hieronder). De Fingered techniek is het spelen van conventionele tonen op het toetsenbord. Om het even welke methode u gebruikt, de
PortaTone “begrijpt” welke akkoord u aangeeft en genereert automatisch
de begeleiding.
C

Single Finger Akkoorden

Om een majeur akkoord te spelen: Sla de
grondtoon van het akkoord aan.

De akkoorden in de Single Finger mode, zijn
majeur, mineur, septime en mineur septime
akkoorden. De illustratie hiernaast toont hoe
deze akkoorden er uitzien. (De toets C wordt
hier als voorbeeld gebruikt; voor andere
toetsen gelden dezelfde regels, Bijvoorbeeld
Bb7 wordt gespeeld als Bb en A.)

Cm

Om een mineur akkoord te spelen: Sla de
grondtoon tegelijk met een willekeurig
zwarte toets links ervan aan.
C7

Om een septime akkoord te spelen: Sla de
grondtoon samen met de witte toets links
ervan.
Cm 7

Om een mineur septime akkoord te
spelen: Sla de grondtoon tegelijk met in
totaal drie willekeurige witte en zwarte
toetsen links ervan aan.

Fingered akkoorden
Met de C toets als voorbeeld, toont het overzicht hieronder de typen
akkoorden die herkend worden in de Fingered mode.

Herkende akkoorden (grondnoot: C)

CmM 7

CmM 7 (9)

(

)
(

(

C (b5)

CM7 b5

Cm 7 (9)

Cm 7 (11)

)

CM 7 aug

CM7 (#11)

(

Caug

)

Csus 4

CM 7 (9)

CM 7

)

C6

)

C (9)

(

C 6 (9)

C

Cm (9)

Cm 6

Cm 7

Cm 7 b5

CmM 7 b5

Cdim

Cdim 7

C7

C 7 (13)

C 7 (#9)

C 7 b5

C 7 aug

C 7 sus4

)

)

)

)

(

(

(

(

C 1+2+5

* Noten tussen haakjes kunnen weggelaten worden; de akkoorden worden ook zonder deze noten herkend.

56

)
(

)
(
)

C 7 (b13)

(

(

)
(

C 7 (#11)

C 7 (b9)

)

)
(

)
(

C 7 (9)

(

(

)

)

(

)

Cm

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Akkoordnaam (afkorting)

Normale vingerzetting

Akkoord

Display

Majeur

1-3-5

C

C

none

1-2-3-5

C(9)

C(9)

sext

1 - (3) - 5 - 6

C6

C6

sext met toegevoegde none

1 - 2 - 3 - (5) - 6

C6(9)

C6(9)

majeur septime

1 - 3 - (5) - 7 of

CM7

CM7

N.B.

1 - (3) - 5 - 7
majeur none

1 - 2 - 3 - (5) - 7

CM7(9)

CM7(9)

majeur overmatig undecime

1 - 2 - 3 - #4 - (5) - 7 of

CM7#11

CM7#11

C(b5)

C(b5)

1 - (2) - 3 - #4 - 5 - 7
verminderde kwint

1 - 3 - b5

majeur septime verminderde kwint

1 - 3 - b5 - 7

CM7b5

CM7b5

toegevoegde kwart

1-4-5

Csus4

Csus4

vermeerderd

1 - #3 - 5

Caug

Caug

vermeerderd majeur septime

1 - (3) - #5 - 7

CM7aug

CM7aug

mineur

1 - b3 - 5

Cm

Cm

mineur met toegevoegde none

1 - 2 - b3 - 5

Cm(9)

Cm(9)

mineur sext

1 - b3 - 5 - 6

Cm6

Cm6

mineur septime

1 - b3 - (5) - b7

Cm7

Cm7

mineur septime met toegevoegde none

1 - 2 - b3 - (5) - b7

Cm7(9)

Cm7(9)

mineur undecime

1 - (2) - b3 - 4 - 5 - (b7)

Cm7_11

Cm7 11

mineur majeur septime

1 - b3 - (5) - 7

CmM7

CmM7

mineur majeur septime met toegev. none

1 - 2 - b3 - (5) - 7

CmM7(9)

CmM7(9)

mineur septime verminderde kwint

1 - b3 - b5 - b7

Cm7b5

Cm7b5

majeur mineur verminderde kwint

1 - b3 - b5 - 7

CmM7b5

CmM7b5

verminderd

1 - b3 - b5

Cdim

Cdim

verminderd septime

1 - b3 - b5 - 6

Cdim7

Cdim7

septime

1 - 3 - (5) - b7 of

C7

C7

verminderd none

1 - b2 - 3 - (5) - b7

C7(b9)

C7(b9)

verminderd tredecime

1 - 3 - 5 - b6 - b7

C7b13

C7b13

septime met toegevoegde none

1 - 2 - 3 - (5) - b7

C7(9)

C7(9)

overmatig undecime

1 - 2 - 3 - #4 - (5) - b7 of

C7#11

C7#11

tredecime

1 - 3 - (5) - 6b - 7

C7(13)

C7(13)

kleine none

1 - #2 - 3 - (5) - b7

C7(#9)

C7(#9)

septime verminderde kwint

1 - 3 - b5 - b7

C7b5

C7b5

vermeerderd septime

1 - 3 - #5 - b7

C7aug

C7aug

septime met toegevoegde kwart

1 - 4 - (5) - b7

C7sus4

C7sus4

1+2+5

1-2-5

C1+2+5

C1+2+5

1 - (3) - 5 - b7

• Noten tussen haakjes
kunnen worden weggelaten.
• Het spelen van twee
dezelfde grondtonen in de
aangrenzende octaven geeft
alleen in de grondtoon
begeleiding.
• Een perfecte vijfde (1 + 5)
genereert alleen begeleiding
gebaseerd in de grondtoon
en vijfde, die kan gebruikt
worden met beide majeur
en mineur akkoorden.
• De akkoord fingering
zoals getoond zijn allen in
de “grondtoon” positie,
maar andere
ommedraaiingen kunnen
gebruikt worden — met de
volgende uitzonderingen:
m7, m7b5, 6, m6, sus4,
aug, dim7, 7b5, 6(9),
m7(11), 1+2+5.
• Ommedraaiing van de
7sus4 akkoord worden niet
herkend als de 5e akkoord
wordt weggelaten.
• De AUTOMATISCHE
BEGELEIDING wijzigt soms
niet als gerelateerde
akkoorden in volgorde
gespeeld worden (bijvoorbeeld sommige mineur
akkoorden gevolg door 7e
mineur).

1 - (2) - 3 - #4 - 5 - b7

• Twee toon fingering
produceert een akkoord
gebaseerd op het vorige
gespeelde akkoord.

57

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

HET BEGELEIDINGSSPLITPUNT INSTELLEN
Het begeleidingssplitpunt bepaalt de hoogste toets van het begeleidingsgedeelte vast. De begeleiding wordt gespeeld met de toetsen tot en met
de Splitpunt toets.
Deze parameter kan lager (maar niet hoger) worden ingesteld dan de Split
Punt in de Split mode. De twee instellingen beïnvloeden elkaar, als andere
waarden worden ingesteld, op de volgende manier:
• Als het Split mode Split Punt hoger wordt ingesteld dan het begeleiding Splitpunt:

Main

Split

Begeleiding

• Als het Split mode punt op dezelfde toets wordt ingesteld als de Begeleiding Split
punt:

Main

Split voice +
Begeleidingsgedeelte

1

De Functie mode oproepen.

Druk op de FUNCTION knop.
FUNCTION

2

SONG

STYLE

VOICE

Selecteer de Begeleiding Split punt parameter.

Selecteer met het numerieke toetsenbord, terwijl de “FUNCTION” indicator
knippert, de Begeleiding split Punt parameter (#51). (Voor details over de
parameter, zie hieronder.)
Het Functie parameter nummer kan worden geselecteerd op de zelfde
manier als de voices (zie pagina 28) — met het numerieke toetsenbord, +/knoppen, of de FUNCTION knop.
STYLE
FUNCTION

58

F51AcmpSPnt

BELANGRIJK

• Aangezien de
“FUNCTION” indicator
maar een paar seconden
knippert, let er op dat u de
parameter snel selecteert na
stap 1 hierboven.

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

3

De parameter instelling of waarde wijzigen.

Wijzig met het numerieke toetsenbord de waarde of instelling, nadat de
“FUNCTION” indicator stopt met knipperen.

054AcmpSPnt

STYLE
FUNCTION

De waarde kan ook direct worden ingesteld door de gewenste toets in te
drukken, als de parameter is geselecteerd. Let er op, na het instellen, dat u
een andere parameter selecteert of de Functie mode verlaat alvorens iets
aan te slaan op het toetsenbord.

Functie Parameter — Begeleidingssplit punt
Functie Parameters
Nr.

Parameter Naam

Display Naam

F51

Begeleiding split Punt AcmpSPnt

Bereik/Instelling

Omschrijving

000 — 127

Dit bepaalt de hoogste toets van het begeleidingsgedeelte en stelt de begeleidingssplitpunt in — met
andere woorden, de toets die het begeleidingsgedeelte en de Main voice scheidt. (Als begeleiding
aanstaat loopt het begeleidingsgedeelte tot en met
de Begeleidingssplitpunttoets.) Deze kan niet hoger
worden ingesteld dan het Splitpunt in de Split mode
(pagina 37). Tijdens het instellen produceert het
toetsenbord geen geluid. Let er op, nadat u dit
geselecteerd heeft, dat u een andere parameter
selecteert of de Functie mode verlaat alvorens iets
aan te slaan op het toetsenbord.

59

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

WAT IS EEN AKKOORD?
Het antwoord is eenvoudig: Drie of meer tonen die tezamen worden gespeeld vormen een
akkoord. (Twee tonen die tezamen worden gespeeld vormen een “interval” - een interval is de
afstand tussen twee verschillende tonen. Dit wordt ook wel aangeduid met “harmonie”.) Afhankelijk van de intervallen tussen de drie of meer tonen klinkt een akkoord mooi, duf of dissonant
klinken.
De schikking van de tonen in het voorbeeld links - een drieklank brengt een prettig, harmonieus geluid voort. Drieklanken bestaan uit
drie noten en zijn de meest fundamentele en algemene akkoorden in
de meeste muziek.
In deze drieklanken is de laagste toon de grondtoon. De grondtoon is de belangrijkste noot in
het akkoord, aangezien deze het geluid harmonisch verankert door de “(grond)toon” te bepalen
en als zodanig de basis te vormen voor de manier waarop we de andere tonen in het akkoord
horen.
De tweede noot in dit akkoord is vier halve tonen hoger dan de eerste en de derde is drie halve
tonen hoger dan de tweede. Als we onze grondtoon constant houden en deze tonen een halve
toon omhoog of omlaag (kruis of mol) wijzigen, ontstaan er vier verschillende akkoorden.
Majeur
akkoord
(ex. C)

Mineur
terts

Mineur
akkoord
(ex. Cm)

Majeur Mineur
terts
terts

Majeur
terts

overmatig akkoord
(ex. Caug)

Majeur
terts

Majeur
terts

Verminderd
akkoord
(ex. Cdim)

Mineur
terts

Mineur
terts

Vergeet niet dat we ook de “manier waarop we een akkoord aanslaan” kunnen wijzigen - door
de volgorde van de tonen te wijzigen (“omdraaiïngen”) of door dezelfde noten te spelen, maar
in verschillende octaven - zonder de basis van het akkoord zelf te wijzigen.
Ommedraai voorbeelden voor de C toets
G
E
C

C
G
E

E
C
G

Mooi klinkende harmonieën kunnen op deze manier gemaakt worden. Het gebruik van intervallen en akkoorden is één van de belangrijkste elementen van muziek. Afhankelijk van de gebruikte akkoorden en de volgorde waarin zij gerangschikt worden, creëert u de gewenste “feeling” in de muziek.

60

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

AKKOORDEN NOTEREN
Het kunnen lezen en schrijven van akkoorden is een makkelijke maar waardevolle vaardigheid.
Akkoorden worden dikwijls genoteerd als een soort afkorting die hen onmiddellijk herkenbaar
maakt (en u de vrijheid geeft om ze met die vingerzetting of ommedraaiing te spelen die u
prefereert). Als u eenmaal het basisprincipe van harmonie en akkoorden begrijpt, is het erg
eenvoudig om deze afkortingen te gebruiken bij het noteren van de akkoorden in een song.
Schrijf eerst de grondtoon van een akkoord in een hoofdletter op. Als u het moet specificeren als
verminderd of vermeerderd, dan schrijft u dat rechts van de grondtoon. Het akkoord type moet
ook aan de rechterkant geschreven worden. Voorbeelden voor de C zijn als volgt:
Majeur akkoord

C

Mineur akkoord

Cm

Overmatig akkoord

Verminderd akkoord

Caug

Cdim

Voor eenvoudige majeur akkoorden wordt het type weggelaten.

Een belangrijk punt: Akkoorden zijn samengesteld uit tonen die op elkaar zijn “gestapeld”. De
gestapelde (gelayerde) tonen worden aangegeven als nummers in de naam van het akkoord van
het akkoordsoort - het nummer geeft de afstand aan van de toon vanaf de grondtoon. (Zie het
toetsenbord diagram hieronder.) Het mineur sext akkoord bijvoorbeeld bevat de 6e toon van de
toonladder, de majeur septime akkoord bevat de 7e toon van de toonladder, enz.
Dominant 7e
(flatted 7th)

De intervallen van de Toonladder
Bestudeer volgend diagram van de C majeur ladder goed om een beter begrip te krijgen van de
intervallen en de nummers die gebruikt worden
om ze te weer te geven in een akkoordnaam.

C D E F G A B C D E F

Grond

4e

Octaaf

3e
2e

Andere Akkoorden
Csus4

Kwint
(5)

C7

Kwart
(4)

Cm7b5

Dominante
septime

Cm7

Majeur
akkoord

Cm6

Dominante
septime

C(9)

7e
5e

11e
9e

6e

CM7

Mineur
akkoord

Septime

Majeur
akkoord

Cdim7
* Bbb = A

Dominante
septime

Verminderd
akkoord

Mineur
akkoord

Sext
(6)

9de

Verminderde
septime
(dubbel
flatted
septime)

Verminderd
akkoord

61

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

CHORD GUIDE (LETT. AKKOORDENGIDS)
De chord guide functies van de Portatone bevatten krachtige, gemakkelijk
te gebruiken hulpmiddelen bij het leren van akkoorden en akkoordverhoudingen. De Chord Guide functie kent drie opties: Dictionary, Smart en
EZ Chord.
BELANGRIJK

• Als u op de CHORD GUIDE knop drukt wordt automatisch de automatische begeleiding
geaktiveerd.
• Als u de Stijl mode normaal wilt gebruiken zonder de Chord Guide functie moetu er voor
zorgen dat OFF is geselecteerd, druk om dit te doen:
1) op de STYLE knop om het Stijl knop om de Stijl mode te selecteren.
2) op de CHORD GUIDE knop zodat de stijlnaam in de display verschijnt (in plaats
van “Dict.,” “Smart,” of “EZ”).

Dictionary (woordenboek)
De dictionary type is een belangrijk ingebouwd “akkoordencatalogus” die
de individuele noten en akkoorden toont. Het is ideaal als u de naam van
een bepaald akkoord weet en snel wilt weten hoe u deze moet spelen.

1

Selecteer de Dictionary Chord Guide, als de Stijl
mode actief is.

Druk op de CHORD GUIDE knop zodat de “Dict.” in de display
verschijnt.

Dict.

STYLE
CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

2

Specificeer de grondnoot van het akkoord.

Sla de toets aan op het toetsenbord die correspondeert met de
gewenste grondtoon (zoals afgebeeld op het paneel).
ROOT

G

Druk deze toets om
de grontnoot
G te selecteren

ACMP ON

62

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

3

Specificeer het type akkoord (majeur, mineur,
septime, enz.).

Sla de toets aan op het toetsenbord die correspondeert met het
gewenste akkoordtype (zoals afgebeeld op het paneel).
M7

CHORD TYPE

Druk op deze toets om het majeur septime akkoord type (M7)
te selecteren. De display toont de naam van het akkoord, de
individuele akkoorden en de individuele noten — zowel in
notatie als in toetsenbord diagram.
N.B.

Dict.

STYLE

Akkoord naam,
grondtoon en
type)

ACMP ON

M7
MEASURE

001 116

TEMPO

Individual notes of
chord (keyboard)

4

Bij een aantal akkoorden
worden niet alle noten
notaties getoond in het
notatiegedeelte van de
display. Dit komt omdat er
niet genoeg ruimte is in de
display.

Notation of chord

Speel de akkoord.

Sla het akkoord aan (zoals getoond in de display) in het automatische
begeleidingsgedeelte van het toetsenbord. De akkoordnaam
knippert als de correcte noten worden aangeslagen en vastgehouden.
(Ommedraaiingen van veel van de akkoorden worden ook herkend.)

Dict.

STYLE

ACMP ON

M7
MEASURE

001 116

TEMPO

Geeft aan dat noten aangeslagen
worden. Knippert als de correcte noten
worden vastgehouden.

63

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Smart
Met het Smart type kunt u de basis toonhoogte van de akkoordbegeleiding
selecteren. Sla, als dit eenmaal is ingesteld, zullen enkele aangeslagen
toetsen in de toonladder automatisch de harmonisch correcte akkoorden
voortbrengen. Als u bijvoorbeeld een D aanslaat, met de toonhoogte
ingesteld in C, is het resultaat een D mineur akkoord resulteren (in plaats
van een harmonisch incorrecte D majeur).
Het Smart type is niet alleen een handige optie bij het gemakkelijk
voortbrengen van allerlei akkoordprogressies in een bepaalde toonhoogte,
het is ook een hulpmiddel bij het leren hoe akkoorden harmonisch in
verhouding staan met elkaar in een bepaalde toonhoogte.

1

Selecteer een stijl.

Selecteer één van de stijlen, zoals omschreven in de stappen 1-2 op
pagina 47.

2

Selecteer de Smart Chord Guide.

Druk op de CHORD GUIDE knop zodat eventjes “Smart” in de display
verschijnt.

Smart

STYLE
CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

3

ACMP ON

Stel de gewenste toonhoogte in.

Met de +/- knoppen op het numerieke toetsenbord kunt u door de
beschikbare toonhoogten lopen, en met het numerieke toetsenbord
kunt u direct het corresponderende nummer van de gewenste
toonhoogte invoeren (zie tabel hieronder).
1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

Geeft de geselecteerde toonladder (laat
het nummer van valse of gedetoneerde
toetsen).

0
BWD
NO

Nummer
01
02
03
04
05
06
07
08

64

velocity

01#/b=0

STYLE

3

FWD

ACMP ON

YES

Toets (display indicatie, huidige toets)
#/b=0
(C, or Am)
#=1
(G, or Em)
#=2
(D, or Bm)
#=3
(A, or F#m)
#=4
(E, or C#m)
#=5
(B, or G#m)
#=6
(F#, or D#m)
#=7
(C#, or A#m)

Nummer
09
10
11
12
13
14
15

Toets (display indicatie, huidige toets)
b=7
(Cb, or Abm)
b=6
(Gb, or Ebm)
b=5
(Db, or Bbm)
b=4
(Ab, or Fm)
b=3
(Eb, or Cm)
b=2
(Bb, or Gm)
b=1
(F, or Dm)

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Selecteer om bijvoorbeeld de volgende muziekpartituur te spelen
nummer 5 waarmee de toonhoogte b=1 (F, or Dm) wordt geselecteerd.

Toonhoogte F
STYLE

15b=1

4

Speel de begeleiding af en sla enkele noot
akkoorden (grondnoten) aan in het automatische
begeleiding gedeelte.

Start het afspelen van de begeleiding op de gewenste manier. (Zie
voor specifieke instructies over het starten van de begeleiding pagina
48.)
Als de toonhoogte bijvoorbeeld in F majeur staat, worden de
volgende akkoorden geproduceerd bij het aanslaan van de volgende
grondtonen:
Om deze akkoorden voort te brengen ...

F

Dm

Gm

Dm

...moet u deze grondtonen aanslaan

Houd u er rekening mee dat alle mineur akkoorden die passen in F
majeur automatisch geconverteerd worden.
Smart akkoorden lijst
Nr.
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
11
12
13
14
15

Display
inducatie
#/b=0
#=1
#=2
#=3
#=4
#=5
#=6
#=7
b=7
b=6
b=5
b=4
b=3
b=2
b=1

Grondnoot
C
C# (Db)
C
C#dim
C
C#dim
C
C#m
C
C#m
C
C#m
Cdim
C#m
Cdim
C#
Cm
C#
Cdim
C#m
Cdim
C#
Cm
C#
Cm
C#
Cm
C#
Cm
C#
C
C#

D
Dm
D
D
D
D
D
D
Ddim
D
D
Ddim
Ddim
Dm
Dm
Dm

Eb (D#)
Eb
Eb
Ebdim
Ebdim
Ebm
Ebm
Ebm
Ebm
Ebm
Ebm
Ebm
Eb
Eb
Eb
Eb

E
Em
Em
Em
E
E
E
E
E
E
E
E
E
Edim
Edim
Em

F
F
F
F
F
Fdim
Fdim
Fm
Fm
Fdim
Fm
Fm
Fm
Fm
F
F

F# (Gb)
F#dim
F#m
F#m
F#m
F#m
F#
F#
F#
F#
F#
F#
F#
F#
F#
F#dim

G
G
G
G
G
G
G
Gdim
Gdim
G
Gdim
Gdim
Gm
Gm
Gm
Gm

Ab (G#)
Ab
Abdim
Abdim
Abm
Abm
Abm
Abm
Ab
Abm
Abm
Ab
Ab
Ab
Ab
Ab

A
Am
Am
A
A
A
A
A
A
A
A
A
Adim
Adim
Am
Am

Bb (A#)
Bb
Bb
Bb
Bbdim
Bbdim
Bbm
Bbm
Bbm
Bbm
Bbm
Bbm
Bbm
Bb
Bb
Bb

B
Bm
Bm
Bm
Bm
B
B
B
B
B
B
B
B
B
Bdim
Bdim

65

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

EZ Akkoord
De EZ Akkoord functie is een buitengewone flexibele en een gemakkelijke
manier van programmeren van halfautomatische begeleiding voor uw spel.
U kunt alle benodigde akkoord wijzigingen van de gehele song opnemen en
vervolgens de akkoorden afspelen in de volgorde die door u is
geprogrammeerd door het aanslaan van één enkele toets in het automatische
begeleidingsgedeelte van het toetsenbord.
Bovendien is de EZ Akkoord een handig hulpmiddel bij het spelen, ideaal bij
het oefenen van rechterhandmelodieën en solotechnieken, en maakt EZ
akkoord het gemakkelijk om akkoordbegeleiding te produceren met uw
linkerhand - zodat u zich kunt concentreren op uw rechterhand.
EZ Akkoord bevat acht verschillende banken (iedere bank bevat 128 akkoord
plekken) waarin u akkoorden kunt opnemen. Met de speciale bank kettingfunctie kunt u alle banken aan elkaar koppelen en kunt u automatisch van
bank verwisselen schuiven zonder uw akkoord progressie te onderbreken.

EZ Akkoord — Afspelen
Als u uw eigen EZ akkoord bank heeft opgenomen (pagina 68) kunt u
deze afspelen op de manier zoals omschreven staat in de stappen
hieronder.
U kunt de EZ akkoord echter nu op uw eigen houtje proberen zonder
uw eigen EZ akkoorden bank op te nemen. Verschillende akkoord
progressies zijn al opgenomen en de EZ akkoor banken 1 en 2,
hierdoor kunt u deze handige functie uitproberenen ideeën opdoen
hoe de EZ Akkoord het betse te gebuiken voor uw spel. (Voor uw
gemak, de partituren van de fabrieks voorgeprogrammeerde banken
1 en 2 zijn gegeven op pagina 107.)

1

De stijlmode oproepen en een stijl selecteren.
Selecteer ook een OTS instelling, indien gewenst.

Druk op de STIJL knop en selecteer de gewenste stijl met het
numerieke toetsenbord. (Voor meer informatie over OTS, zie pagina
72.)

2

Selecteer de EZ Akkoord functie.

Druk, herhaaldelijk als nodig, op de CHORD GUIDE knop totdat “EZ”
verschijnt. Automatische begeleiding wordt automatisch aangezet als
de EZ Akkoord functie wordt geselecteerd.

STYLE
CHORD GUIDE
DICTIONARY
SMART
EZ
OFF

66

1EZ

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

3

Selecteer de gewenste EZ Akkoorden bank

met het numerieke toetsenbord. Knoppen 1 - 8 selecteren
respectievelijk de EZ Akkoord banken #1 - #8. Knop 9 selecteert de
bank ketting “A-1” bank (zie blok hieronder).

4

Start de begeleiding.

Start de begeleiding met één van de methodes omschreven op
pagina 48.
De EZ Akkoord akkoorden kunnen ook afgespeeld worden zonder de
volle (bas en ritme) begeleiding. Sla sta stap #4 over om dit te doen.

5

HINT

De akkoorden spelen.

Sla, om een akkoord te spelen, één van de toetsen aan in het
automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord aan.
autromatische
begeleiding gedeelte

ACMP ON

Akkoord naam

006 116

TEMPO

Geeft de akkoord positie aan
(128 zijn er beschikbaar in
een bank).

Ieder donker blok geeft een
opgenomen akkoord aan.
Het huidige geselecteerde
blok knippert.

Idere keer als u een enkele toets in het begeleidingsgedeelte van het
toetsenbord aanslaat speelt de EZ Akkoord functie het opgenomen
akkoord af en selecteert automatisch de volgende. (Niet opgenomen
“lege” blokken worden overgeslagen.) Op deze manier kunt u de
timing van de akkoorden met alleen maar één vinger van uw
linkerhand bedienen en nog steeds de krachtige automatische
begeleidingsopties gebruiken om een volledige begeleiding te
creëeren — terwijl u een melodie of solo met uw rechterhand speelt.

• Selecteer, om de positie
van het eerste akkoord in de
bank te resetten, dezelfde
bank nog een keer door op
de corresponderende
nummer knop van het
toetsenbord te drukken.
• Het begeleidingssplitpunt
kan vrij worden ingesteld,
hierdoor kunt u vaststellen
uit welke toetsen het
automatische
begeleidingsgedeelte van
het toetsenbord bestaat.
(Zie pagina 59.)
• U kunt met de voetswitch
opeenvolgende akkoorden
selecteren. Hierdoor kunt u
het gehele toetsenbord
bespelen en toch nog de EZ
Akkoord functie gebruiken.
(Zie pagina 91.)

Bank Ketting
Met de speciale bank ketting functie kunt u alle banken aan elkaar koppelen, hierdoor gaat u van de ene bank
automatisch naar de volgende bank letting, zonder uw akkoord progressie te onderbreken. Hiermee kunt u
bijvoorbeeld, zonder u spel te onderbreken van bank te verwisslen, het akkoord programma wijzigen voor de
gehele set of song.
Ga, om dit te doen, naar stap #3 hierboven (in
STYLE
“EZ Chord afspelen”) en druk de “9” knop in
van het nummerieke toetsenbord.

A-1EZ

Geeft aan dat de bank ketting is
geselecteerd.

67

AUTOIMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

EZ Akkoord — Opname

1

Druk, herhaaldelijk indien nodig, de RECORD knop in totdat EZ
Chord opname is geselecteerd. (“EZ” verschijnt in de display en de
“RECORD”indicatie knippert een paar seconden.)
RECORD indicatie knippert kort.

3EZ

STYLE

RECORD

RECORD

ACMP ON

2

Selecteer de gewenste EZ Akkoord bank

met het numerieke toetsenbord. Knoppen 1 - 8 selecteren respectievelijk de EZ Chord banken #1 - #8.

3

— De bank
schoonmaken
Alvorens het opnemen, kunt
u alle opgenomen akkoorden
in de geselecteerde Akkoord
bank wissen. Voor instructies
om dit te doen, zie, om dit te
doen, “een EZ bank
schoonmaken“ op pagina
71.
BELANGRIJK

Opname aanzetten.

Start de opname.

N.B.

Zelfs als u over een
fabireksingestelde EZ
Akkoord bank opneemt
(wissen) kunt u de originele
bank herstellen. (Zie pagina
105.)

Als de “RECORD” indicatie stopt met knipperen (en continu brandt),
kunt u de opname starten. Opname van akkoorden in de EZ Akkoord
functie bestaat feitelijk uit drie stappen:
1) Selecteer het gewenste blok met de +/- knoppen.
RECORD
ACMP ON

1 — 16 Block
17 — 32 Block
33 — 48 Block
49 — 64 Block
65 — 80 Block
81 — 96 Block
97 — 112 Block
113 — 128 Block

3-025
Geeft de akkoord
positie aan.

Huidige geselecteerde
block knipperd.

2) Neem, in het geselecteerde blok, het gewenste akkoord op.
U kunt dit doen op één van de volgende manieren:
• Speel Multi Fingering akkoorden in het automatische
begeleidingsgedeelte. (Zie pagina 56.)
• Voer handmatig het grondakkoord en naam van de
ROOT en CHORD TYPE gedeelte van het toetsenbord.
3) Druk op de + knop op het numerieke toetsenbord.
RECORD
ACMP ON

M7

3-025
Bank nummer

68

Geeft het
opgenomen
akkoord aan.

Bloknummer (128 in één bank)

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Dit neemt werkelijk de akkoord op in het geselecteerde blok en
schuift automatisch naar het volgende blok.
Deze stap is noodzakelijk; het akkoord wordt niet eerder opgenomen
totdat u de + knop indrukt. (Als u de - knop indrukt wordt het vorige
blok geselecteerd zonder het akkoord op te nemen.)
Herhaal, om een reeks akkoorden op te nemen, stappen 2) en 3)
hierboven (Speel een akkoord, selecteer de volgende stap, speel een
ander akkoord selecteer de volgende stap, enz.).

4

Stop het opnemen en verlaat de record mode.

Druk, als u klaar bent met opnemen van de akkoorden op de
RECORD knop. Hierdoor verlaat u de record mode en kunt u de
nieuw opgenomen akkoorden afspelen. (Zie pagina 66.)

Een Ruimte Opnemen
Selecteer, om blok leeg te laten (om een lege ruimte tussen blokken creëeren), het volgende blok zonder een
akkoord in te voeren. Gebruik, om de rest van een rij leeg te houden en een nieuwe rij te beginnen, de + knop
om naar de eerste blok in de volgende rij te gaan en het opnemen te starten vanaf die positie. (Voor meer
informatie, zie de hint “Ruimte gebruiken” op pagina 70.)

De Begeleiding spelen tijdens EZ Akkoord opname
Het kan handig zijn voor u om de stijl en automatische begeleiding te horen
tijdens jet opnemen van akkoorden in de EZ Akkoord functie, om dit te doen:
1) Druk op de STYLE knop.
Dit roept eventjes de Stijl mode op, terwijl de EZ Akkoord opname actief
blijft.

N.B.

Als u handmatig de
grondakkoord en het
type (zoals omschreven
op pagina 68) invoert
dan klinken de akkoord
en bas begeleiding niet.

2) Selecteer de gewenste stijl.
Selecteer, alvorens het display terug gaat naar EZ Akkoord (een paar
seconden nadat de STYLE knop wordt ingedrukt), met het numerieke
toetsenbord een stijl.
3) Start Het afspelen van de begeleiding.
Druk op de START/STOP knop.
4) Het akkoord opnemen.
Speel het gewenste akkoord in de automatische begeleidingsgedeelte van
het toetsenbord. Let er op dat het akkoord niet wordt opgenomen totdat
u op de + knop drukt om naar het volgende blok te gaan.

69

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

HINT — Ruimten gebruiken
Als uw akkoordprogressies niet lang zijn en het maximale geheugenruimte van de akkoorden niet belangrijk
voor u is , kunt u voordelig gebruik maken van ruimten tussen de opgenomen blokken. (Let er op dat ruimten
geen effect hebben bij het afspelen; de EZ Akkoord slaat automatisch de ruimte of ruimtes over en speelt het
volgende akkoord.)

Een ruimte opnemen:
Druk op de + knop zonder een akkoord op te nemen.

Sommige voordelen om ruimten te gebruiken:
• Plaats één of twee ruimte tussen de opgenomen akkoord blokken — Bijvoorbeeld, tussen de verschillende
secties (verse, chorus, bridge, enz.) van uw song. Hierdoor heeft u een zuiver beeld van waar u bent in uw
song en het maakt het makkelijker om akkoord wijzigingen door te voeren.
• De akkoord progressie van een enkele song kan veel minder als beschikbare 128 okkoord blokken van een
bank bevatten. Let er op dat u niet de gehele bank hoeft te gebruiken voo een enkele song. Sla de resterende
blokken in de laatste rij van de song (met gebruik van de + knop) over en start de opname van de volgende
song in de volgende rij.

16 Blokken

3-040

12 Blokken
8 Blokken

• Ongeacht het muziek genre — rock, pop, country, jazz, en zelfs moderne muziek — is de structuur van de
meeste songs en muziek, in maten gesproken, gebaseerd op het getal 4 en het meervoud van 4. Voorbeelden
zijn melodiefrases van vier of acht maten, de polulaire “twaalf maten” blues en coupletten en refreinen van
zestien maten in veel pop songs en jazz klassiekers.
Wat heeft dit te maken met “ruimtes”? Als uw akkoordprogressie strikt deze soort van structuur volgt dan
kunt u de akkoordwijzigingen van ieder gedeelte sectie groeperen in vierde, achtste, twaalfde of zestiende
blok onderdelen. Zoals bijvoorbeeld de eerste song in de illustratie hierboven een zestiende blok groep toont,
gevolgd door een twaalfde blok groep en één van acht.

70

AUTOMATISCHE BEGELEIDING — DE STIJL MODE

Een EZ Akkoord Bank Verwijderen
Met deze handeling kunt u alle opgenomen akkoorden wissen
(verwijderen) in de geselecteerde EZ Akkoorden bank.

1

De EZ Akkoorden Opname mode inschakelen.

Druk op de RECORD knop, herhaaldelijk indien nodig, totdat de EZ
Akkoord opname is geselecteerd. (“EZ” verschijnt in de display en de
“RECORD” indicator knippert enkele seconden.)

2

Selecteer het gewenste punt waar de akkoorden
verwijderd moeten worden

met de +/- knoppen. Alle akkoorden vanaf het geselecteerde punt
worden gewist.

3

De EZ Akkoord Wis functie oproepen.

Wacht voor enkele seconden totdat de “RECORD” indicator stopt
met knipperen en “EZ” verschijnt in de display. Houdt vervolgens de
“0” knop in totdat de “Clear?” prompt verschijnt.

STYLE

YESClear?
RECORD
ACMP ON

4

De Wis functie uitvoeren.

Druk, op de “Clear?” prompt, de + knop (“YES”) om de bank echt te
wissen, of druk of de - knop om te annuleren.

5

Verder gaan met opnemen, of de Opname mode
verlaten.

Operation brengt u terug naar EZ Akkoord Opname, hierdoor kunt u
een nieuwe bank of akkoord opnemen. Druk, om de mode te
verlaten, op de RECORD knop.
Een Enkel Akkoord wissen
Om een enkele opgenomen akkoord te wissen (verwijderen) in de EZ Akkoord bank:
1) Schakel de EZ Akkoord Opname mode in.
Druk op de RECORD knop, herhaaldelijk indien nodig, totdat de EZ Akkoord opname is geselecteerd.
2) Selecteer het gewenste punt waar het akkoord gewist moet worden.
Gebruik de +/- knoppen.
3) Voer de Clear functie uit.
Sla de c6 Press the C6 toets aan (Hoogste toets van het toetsenbord) om de akkoord data daadwerkelijk
te wissen.

71

ONE TOUCH SETTING (OTS)
One Touch Setting is een krachtige en handige Stijl mode functie waarmee u
direct vrijwel alle instellingen van de PortaTone opnieuw kunt configuren — met
één druk op de knop. Twee typen One Touch Settings zijn beschikbaar: User
(gebruiker) en preset.

ONE TOUCH SETTING — USER
Vier User Banken, met vier verschillende instellingen — dus totaal zestien — zijn er beschikbaar voor
uw eigengemaakte instellingen. Alle zestien User One Touch Settings kunnen verschillende instellingen
van de volgende parameters bevatten:
• Main voice number
• Alle Main voice instellingen (Volume, Octave, Pan, Reverb Level, Chorus Level, en DSP Level)
• Dual voice number
• Alle Dual voice instellingen (On/Off, Volume, Octave, Pan, Reverb Level, Chorus Level, en DSP Level)
• Split voice nummer
• Alle Split voice instellingen (On/Off, Split Point, Volume, Octave, Pan, Reverb Level, Chorus Level, en DSP Level)
• Reverb Type en On/Off
• Chorus Type en On/Off
• DSP Type en On/Off
• Harmony Type, On/Off, en Volume
• Stijl nummer, en stijl-relateerde instellingen: Begeleiding On/Off, Section (Main A or B), en Begeleidingssplitpunt
• Overall menu instellingen: Tempo, Transponeren, Stemmen, en Begeleidingsvolume
• Voetschakelaar toewijzing
• Aanrakingsgevoeligheid instelling

Een Gebruikers One Touch Setting Opnemen

1

Maak alle gewenste instellingen voor de PortaTone.

Bijna alle instellingen van de PortaTone kunnen worden bewaard in
een User knop. Zie voor meer details de lijst hierboven.

2

Selecteer de OTS Opname mode.

Druk op de RECORD knop, herhaaldelijk indien nodig, tot “OTS User”
in de bovenkant van de display verschijnt.
RECORD knippert eventjes.

1OTS User

STYLE

RECORD

RECORD

ACMP ON

3

De gewenste bank selecteren.

Selecteer met de +/- knoppen of met het numerieke toetsenbord het
gewenste User bank nummer(1 - 4).
STYLE

72

1OTS User
RECORD

ONE TOUCH SETTING (OTS)

4

Selecteer het gewenste Gebruikers nmmer.

Druk de corresponderende USER ONE TOUCH SETTING knop (1 - 4).
Als u dit doet dan neemt deze de instellingen over naar de
geselecteerde knop.
ONE TOUCH SETTING

USER

1

2

MEASURE

5

3

PRESET

4

A

B

Verschijnt kort om
aan te geven dat
de instellingen zijn
bewaard naar de
OTS Genruyikers
knop 1.

001 116

TEMPO

De opname mode verlaten.

Druk op de RECORD knop.

Een Gerbuikers One Touch Setting opnieuw oproepen
Als u eenmaal de instellingen heeft opgenomen naar een Gebruikers
knop, kunt u dez instellingen op elk moment opnieuw oproepen.

1

De Stijl mode opnieuw oproepen.

Druk op de STYLE knop.

2

Druk op de overeenkomstige ONE TOUCH SETTING GEBRUIKER knop.

Druk op de USER knop (1 - 4) corresponderend met de gewenste
instelling.
ONE TOUCH SETTING
USER

1

2

MEASURE

3

PRESET

4

001 116

TEMPO

A

B

Verschijnt kort
om aan te geven
dart OTS
Gebruikers 1
actief is.

Een Gebruikersbank selecteren
Alvorens een Gebruikers One Touch Setting te selecteren (in stap #2) kunt u een andere bank willen selecteren.
Om dit te doen:
1) Selecteer Functie #41. (Druk op de FUNCTION knop, Gebruik dan de +/- knoppen of het numerieke
toetsenbord om #41 te selecteren.)
2) Selecteer, nadat de “FUNCTION“ indicator topt met knipperen, de gewenste bank nummer met dew
+/- knoppen of het numerieke toetsenbord.

73

ONE TOUCH SETTING (OTS)

ONE TOUCH SETTING — PRESET
Preset One Touch Settings worden op een beetje andere manier gebruikt dan de User instellingen.
Selecteer eerst een stijl, vervolgens selecteer een Preset OTS. De Preset A en B instellingen zijn
speciaal geprogrammerd in de fabriek te passen bij de geselecteerde stijl. Dit betekent dat u een stijl
kunt selecteren die u wilt, vervolgens een preset kunt selecteren die de beste voice, effecten en andere
instellingen voor die stijl bevat.
• Main voice nummer
• Alle Main voice instellingen (Volume, Octaaf, Pan, Reverb Level, Chorus Level en DSP Level)
• Dual voice nummer
• Alle Dual voice instellingen (On/Off, Volume, Octaaf, Pan, Reverb Level, Chorus Level en DSP Level)
• Split voice number
• Alle Split voice instellingen (Volume, Octaaf, Pan, Reverb Level, Chorus Level en DSP Level)
• Reverb Type en On/Off
• Chorus Type en On/Off
• DSP Type en On/Off
• Harmony Type, On/Off enVolume
• Stijle-relateerde instellingen: Begeleiding On/Off, Sectie (Main A or B) en begeleidingssplitpunt
• Overall menu settings: Tempo, Transponeren, Stemmen, en Begeleidingsvolume
• Voetschakelaar toewijzing
• Aanrakingsgevoeligheid (Touch Sensitivity) instelling

Een Preset One Touch Setting Selecteren

1

Selecteer een stijl.

Selecteer één van de stijlen, zoals omschreven in stappen 1 - 2 op pagina 47.

2

Druk op de overeenkomstige ONE TOUCH SETTING PRESET knop.

Druk de PRESET knop (A, B) corresponderend met de gewenste instelling.
ONE TOUCH SETTING
USER

1

2

MEASURE

3

3

PRESET

4

001 116

TEMPO

A

B

Verschijnt eventjes
om aan te gevan
dat OTS Preset A
aktief is.

Speel de begeleiding.

Aangezien zowel Sync-Start en de begeleiding automatisch worden
geaktiveerd als de One Touch Setting aanstaat, start het aanslaan van
een toets of een akkoord in het automatische begeleidingsgedeelte
de begeleiding.
74

SELECTEREN EN SPELEN VAN SONGS DE SONG MODE
De Song mode bevat zes songs — drie demo’s die zijn gecreëerd met de rijke en
dynamische geluiden van de PortaTone en drie User Songs (lett. gebruikerssongs) waarin zelf iets op kunt nemen.
De demo’s zijn hoofdzakelijk voor uw plezier; alhoewel u tijdens het afspelen van de demo’s ook mee
kunt spelen op het toetsenbord.
De User Songs zijn “leeg” en kunnen niet worden afgespeeld voordat er iets in wordt opgenomen.
(Zie voor instructies over het opnemen van uw eigen songs pagina 79.)
Song afspeel display

Huidige maat

003Rockin'

SONG

MEASURE

1

2

008 205

TEMPO

3

4

5

6

Tijdens het afspelen van User
songs met gebruik van begeleiding, tonen deze de noten en
de namen van het huidige
akkoord.

“Level meters” tonen performance
data die is opgenomen in de
verschillende tracks.

Geeft de tracks aan die momenteel worden afgespeeld. (Deze kunnen beurtelings worden ge-mute
en worden aangezet tijdens het afspelen door op de
corresponding SONG MEMORY knoppen te drukken.)

SELECTEER EEN SONG EN SPEEL DEZE AF

1

Selecteer de Song mode.

Druk op de SONG knop.
FUNCTION

SONG

STYLE

Geeft aan dat de song
mode is geselecteerd

SONG

VOICE

Song naam en nummer

003Rockin'

75

SONGS SELECTEREN EN SPELEN — DE SONG MODE

2

Selecteer het gewenste song nummer

met het numerieke toetsenbord.
Song nummers kunnen op dezelfde manier geselecteerd worden als de voices (zie pagina 28). Selecteer het songnummer direct met het numerieke
toetsenbord, loop met de +/- knoppen omhoog en
omlaag door de songs, of druk op de SONG knop
om door de song nummers te lopen.

3

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0
BWD

velocity

NO

FWD
YES

N.B.

Start de geselecteerde song.

Druk op de START/STOP knop. Als de song wordt afgespeeld worden de
maat en de akkoorden getoond in de display.

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTRO/
ENDING rit.

MAIN A
MAIN B
AUTO FILL

4

Herhaal, als u een andere song wilt selecteren, stap
2 hierboven.

5

Stop de song.

Druk op de START/STOP knop. Als het afspelen gestart was door het indrukken van de START/STOP knop, dan stopt de geselecteerde stop onmiddellijk.

HET TEMPO WIJZIGEN
Het tempo van het afspelen van de song (en stijl) kan gewijzigd worden
over een bereik van 32-280 bpm (beats per minute).

1

De Tempo functie selecteren in het Overall menu.

Druk één van de OVERALL ▲/▼ knoppen, herhaaldelijk indien nodig, totdat
“Tempo” in de display verschijnt.
Geeft aan dat Tempo
is geselecteerd
Huidige Tempo waarde
DEMO START

TEMPO
SONG

76

225Tempo

• U kunt met de huidige
geselecteerde voice, of zelfs
met een andere geselecteerde voice meespelen met
de song. Roep de Voice
mode op tijdens het
afspelen van de song en
selecteer de gewenste voice.
• Deze functie kan ook
bediend worden met een
aangesloten voetschakelaar.
(Zie pagina 91.)

SONGS SELECTEREN EN SPELEN — DE SONG MODE

2

Wijzig de waarde.

Verhoog of verlaag met de OVERALL +/- knoppen de Tempo waarde. Houdt
u constant één van de knoppen in dan verhoogt of verlaagt de waarde in
hoog tempo.
Verhoogt de
Tempo waarde

DEMO START

Verlaagt de Tempo
waarde

De Standaard Tempo Waarde opnieuw oproepen
Iedere song en stijl heeft een standaard tempo. Als u het tempo gewijzigd
heeft, kunt u de originele instelling opnieuw oproepen door tegelijkertijd de
beide OVERALL +/- knoppen in te drukken (terwijl het Tempo is geselecteerd
in het Overall menu).

Selecteert u een andere song of stijl, dan wordt ook het tempo van een
song of stijl naar de standaard waarde teruggezet. (Het ingestelde tempo
blijft, echter, als tussen stijlen wisselt tijdens het afspelen.) Als u de
PortaTone aanzet Wordt het tempo automatisch ingesteld op 116 bpm.

OVER DE BEAT DISPLAY
Dit gedeelte van de display toont op overzichtelijke wijze het ritme van de
song en de stijl van afspelen. De donkere balken onder het naamgedeelte
in de display knippert op de maat. De eerste balk geeft de eerste tel van de
maat aan, en de andere balken knipperen beurtelings om de volgende
maten aan te geven.

SONG

003Rockin'
Vierde tel
Derde tel
Tweede tel
Eerste tel van de maat

77

SONGS SELECTEREN EN SPELEN — DE SONG MODE

HET SONG VOLUME WIJZIGEN
Het volume van het afspelen kan worden gewijzigd. Deze volume parameter heeft alleen invloed op de song volume. Het volume bereik loopt van
000 - 127.

1

Het Song volume selecteren in het Overall menu.

Druk één van de OVERALL ▲/▼ knoppen, herhaaldelijk indien nodig, in
totdat er “SongVol” in de display verschijnt.
Geeft aan dat de
Song Volume is
geselecteerd

Huidige Song Volume
waarde

100SongVol

DEMO START

SONG

ACMP/SONG
VOLUME
MEASURE

1

2

2

001 205
3

4

5

TEMPO

6

N.B.

De waarde wijzigen.

Met de OVERALL +/- knoppen kunt u Song Volume waarde verhogen of
verlagen. Houdt u constant één van de knoppen in dan verhoogt of verlaagt u de waarde in hoog tempo.
Verhoogt de Song
Volume waarde
DEMO START

Verlaagd de Song
Volume waarde

De Standaard waarde opnieuw oproepen
Druk, om de standaard Song Volume waarde (100) opnieuw op te roepen,
beide OVERALL +/- knoppen tegelijkertijd in (als Song Volume is geselecteerd in het Overall menu).

78

Het Song Volume kan niet
gewijzigd worden als de
Song mode niet actief is.
(Deze functie wordt
begeleiding Volume als de
Stijl mode actief is.)

SONG OPNAME
De PortaTone bevat een krachtige en gemakkelijk te gebruiken opname functie
waarmee u alles wat u speelt op het toetsenbord kunt opnemen — gebruikmakend van zes verschillende tracks — om zo uw eigen complete composities te
creëeren. Tot drie user songs kunnen worden opgenomen en bewaard. Er zijn
twee opname modes: Realtime en Step.

SONG

004RealTime
RECORD

MEASURE

001 116

TEMPO

1EZ

SONG

SONG

001 116

004Step
RECORD

RECORD

TEMPO

RECORD

MEASURE

001 116

Iedere druk op de RECORD knop voert u
door de vier opname modes — Realtime,
Step, OTS en EZ Chord. (De OTS en EZ
Akkoord modes hebben niets te maken met
Song opname; ze worden omschreven op
resp. pagina’s 72 en 68.)

TEMPO

1OTS User

SONG

RECORD

001 116

TEMPO

Realtime opname is gelijk aan het gebruik van
een tape recorder; wat u op het toestenbord speelt
wordt rechtstreeks opgenomen als u het speelt.
Als u opvolgende delen in andere tracks opneemt
kunt u het eerder opgenomen deel horen tijdens
het opnemen van een nieuwe track.
Met Step opname kunt u de noten individueel
invoeren. Het is alszodanig gelijk aan het schrijven
van noten op muziekpapier; elke noot wordt noot
voor noot ingevoerd.
Iedere methode heeft zijn eigen voordelen en
toepassingen. Stap opname is bijzonder precies
en handig bij het invoeren van noten wiens plaats,
ritmische waarde en velocity vastgelegd of consequent zijn — zoals individuele drumgedeelten in
een ritme patroon, of enkele noten in een
syncopisch basgedeelte. Het is bovendien een
exacte methode bij het opnemen van snelle of
complexe passages die moeilijk of onmogelijk zijn

om realtime op te nemen. Realtime opnamen aan
de andere kant, “vangt” het beste het natuurlijke
gevoel van uw spel, aangezien u speelt en
tegelijkertijd hoort wat u opneemt.
Welke methode u gebruikt hangt gedeeltelijk af
van het soort van muziek u wilt creëeren en
gedeeltelijk van uw eigen voorkeuren. U kan zelfs
beide methoden gebruiken in een compositie. U
kunt bijvoorbeeld realtime een basis song
bruggetje op track 1 opnemen en vervolgens de
“preciese” gedeelten op andere plekken in de
compositie Step opnemen (en zelfs misschien track
1 opnieuw opnemen, als alle andere gedeelten
klaar zijn). Zo kunt u ook basisriffs en patronen
step opnemen en vervolgens melodieën en
verfraaingen in realtime aanbrengen.
N.B.

Let er op dat alle opneemhandelingen data “vervangt”. Met
andere woorden, als u een track opneemt in een track die al
opgenomen data bevat, dan wordt alle vorige opgenomen data
in de track gewist en vervangen door
de nieuwere
opgenomen data.

79

SONG OPNAME

EEN USER SONG OPNEMEN — REALTIME OPNAME
In het kort, de basis handeling voor opname is:
1) Maak alle gewenste PortaTone instellingen.
2) Selecteer de Realtime Record mode.
3) Selecteer een Gebruikers song voor opname.
4) Selecteer een track nummer.
5) Start de opname.
6) Stop de opname.
7) Luister naar de nieuwe opname.
8) Naar andere tracks opnemen indien gewenst.
9) De Record mode verlaten.
De data die kan worden opgenomen naar normale
(melodie) tracks:
• Noot uit/aan
• Velocity
• Main voice instelling (Voice Nummer*, Volume*,
Octaaf, Pan*, Reverb Send Level, Chorus Send Level,
DSP Send Level)
• Dual voice instelling (Voice Nummer*, Volume*,
Octaaf, Pan*, Reverb Send Level, Chorus Send Level,
DSP Send Level)
• Reverb aan/uit, Reverb Type*
• Chorus aan/uit, Chorus Type*
• DSP aan/uit, DSP Type*
• Harmony aan/uit, Harmony Type
• Sustain aan/uit
• Tempo*, Time Signature* (als er niet zulke data in
de Akkoorden track aanwezig is)

1

Data die kan worden opgenomen naar de Akkoorden track:
• Stijlnummer*
• Akkoord wijzigingen en timing
• Gedeelten wijzigingen (Intro, Main A/B, enz.)
• Begeleiding volume*
• Tempo, Time Signature*

* Deze instellingen kunnen slechts eenmaal opgenomen
worden aan het begin van een song; andere instellingen
kunnen gewijzigd worden in het midden van een song.

Maak alle gewenste PortaTone instellingen.

Alvorens u echt begint op te nemen, dient u een aantal instellingen voor de
song te maken — zoals een stijl, het insetllen van het tempo en het
selecteren van een voice. (Zie pagina’s 47, 76 en 27.)
Door een stijl te selecteren kunt u de geavanceerde begeleidingsonderdelen als delen van uw song gebruiken. Op deze manier hoeft u
alleen maar akkoorden spelen waarop de PortaTone automatisch de
overeenkomstige bas- en akkoordbegeleiding creërt . (Zie voor meer
informatie over automatische begeleiding pagina 52.)
Stel, indien gewenst, ook andere instellingen in. Zie de lijst hierboven voor
instellingen die in een song kunnen worden opgenomen.
80

SONG OPNAME

De Metronoom gebruiken
U kunt, indien gewenst, de Metronoom gebruiken in plaats van een stijl. Hierdoor
kunt u tijdens het spelen in de maat blijven, zelfs tijdens het opnemen zonder
ritmische begeleiding. Druk, om dit te doen, op de METRONOME knop alvorens op
te nemen in stap #5 hieronder. Speel, nadat de song compleet is opgenomen, de
song af met uitgeschakelde Metronoom.

2

N.B.

Selecteer de Realtime Opname mode.

Druk, indien nodig, op de RECORD knop tot “RealTime” in de display
verschijnt.
RECORD indicatie knippert even,
daarna blijft deze opgelicht op te
laten zien dat de opname standby
staat.

Realtime en Step opnamen
kunnen samen worden
gebruikt in dezelfde song,
maar niet in dezelfde track.

004RealTime

SONG

RECORD

RECORD
MEASURE

001 116

TEMPO

3

Selecteer een User song voor
opname.

1

2

3

Selecteer met het numerieke toetsenbord, de
gewenste song: User 1 (004), User 2 (005) of User 3
(006).
User songnummers kunnen op dezelfde manier
geselecteerd worden als de voices (zie pagina 28). U
kunt met het numerieke toetsenbord direct het songnummer invoeren, met de +/- knoppen kunt u
omhoog en omlaag door de songs lopen, en u kunt
drukken op de SONG knop om door de songnummers te lopen.
4

5

6

7

8

9

rest

3

0

BWD

NO

4

velocity

FWD
YES

Selecteer een track nummer.

Druk op de SONG MEMORY knop die correspondeert met de gewenste
track. (Deze stap is optioneel; de PortaTone selecteert automatisch de
eerste beschikbare track. Als er geen songdata beschikbaar is wordt
automatisch track 1 geselecteerd.)

1

2

3

4

5

6/CHORD

SONG MEMORY

81

SONG OPNAME

Opnemen in de Akkoord Track
Een speciale Akkoord track is beschikbaar voor het opnemen van
begeleidingsdata. Dit wordt automatisch opgenomen in de Akkoord
track (track 6). Druk, om de Akkoord track te selecteren en de
begeleiding aan te zetten, op de ACMP
ON/OFF knop.
RECORD

N.B.

Als de begeleiding al uistaat
alvorens u naar de Opname
mode gaat, dan wordt de
akkoordentrack automatisch geselecteerd.

ACMP ON

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

MEASURE

INTR
END

1

001 116

TEMPO

CHORD

U kunt ook tegelijkertijd één van de melodie tracks (1 - 5) en de
Akkoord track (6) opnemen.

5

Start opnemen.

N.B.

Als de “RECORD“ indicatie stopt met knipperen en de beatbalken en de
tracknummers beginnen te knipperen, kunt u het opnemen starten door op
het toetsenbord te spelen (of door op de START/STOP knop te drukken).
SONG

00
RECORD
ACMP ON

MEASURE

001 116

1

TEMPO

CHORD

Geeft Record standby
aan. Knipperende beat
balken geven aan dat
Sync-Start on (aan)
staat.

Druk, als u uw gedeelte wilt oefenen alvorens op te nemen, op de SYNCSTART knop om Sync-Start uit te zetten. Druk, na het oefenen, nog een
keer op de SYNC-START om deze weer aan te zetten.

Wanneer de Akkoord track opnemen
Sla, terwijl Sync-Start aanstaat, de eerste akkoorden van de song aan
in het automatische begeleidingsgedeelte van het toetsenbord. De
begeleiding begint automatisch en u kunt gaan opnemen, door
akkoorden in de maat met de begeleiding aan te slaan.
Druk, als u de opname op dit punt wilt annuleren, nog een keer op de
RECORD knop.

6

Stop de opname.

Druk, nadat u klaar bent met het spelen van het gedeelte, op de START/
STOP knop.

82

Deze functie kan ook
worden bediend met een
aangesloten voetschakelaar.
(Zie pagina 91.)

SONG OPNAME

7

Naar uw nieuwe opname luisteren.

Druk, om de song vanaf het begin te spelen, nog een keer op de START/
STOP knop. Het afspelen stopt automatisch aan het einde van de song, en
wanneer de START/STOP knop nog een keer wordt ingedrukt.

8

Opnemen op een andere gewenste track.

Herhaal, om dit te doen, de stappen #4 - #7 hierboven. U zult we merken
dat, als u op de SONG MEMORY knop drukt die correspondeert met de
gewenste track, het tracknummer in de display knippert.

9

De Opname mode verlaten.

Druk op de RECORD knop.

■ Extra Handelingen
Tracks Mute’n Tijdens het Afspelen
Als de opname op enable staat, kunt u naar wens verschillende tracks mute’n (tijdelijk uitschakelen). Dit is handig
als u, tijdens het opnemen, een bepaalde track, en geen anderen, duidelijk wilt horen. U kunt ook mute’n tijdens
het afspelen. Druk, om te mute’n, op de corresponderende SONG MEMORY knop, herhaaldelijk indien nodig,
totdat het gewenste tracknummer in de display uitstaat.
Met iedere druk op een SONG MEMORY knop (als het afspelen is gestopt) loopt u door de volgende instellingen:
MEASURE

001 116

1

TEMPO

CHORD

Tracknummer knippert — de Track neemt op.*
* Kan niet geselecteerd worden tijdens afspelen.

Track nummer uit — Track is gedempt.
Track nummer aan — Track speelt af.

Opnieuw opnemen van een Track
als u een fout heeft gemaakt en u wenst een track opnieuw op te nemen:
Druk, herhaaldelijk indien nodig, op de corresponderende SONG MEMORY knop totdat het gewenste track
nummer in de display knippert (Geeft aan dat de opname van die track op standby staat). Aangezien dit de
Sync-Start uitzet, moet u op de SYNC-START knop drukken om Sync-Start opnieuw aan te zetten,
vervolgens de opname starten (zoals is uitgelegd i n stap #5 hierboven). Nu kunt u op START/STOP knop
drukken om de opname te starten.

Een Enkele Track Wissen
Als u één enkele track wilt wissen zonder de gehele song te wissen (in de Song Clear handeling, pagina 90):
1) Druk op de RECORD knop.
2) Selecteer de gewenste track (Met de corresponderende SONG MEMORY knop).
3) Druk éénmaal op de START/STOP knop om de opname te starten en nog een keer om te stoppen
(zonder op de toetsen te drukken). Dit wist alle ovorige data en creëert een lege track.

83

SONG OPNAME

EEN USER SONG OPNEMEN — STEP OPNAME
De basis stappen van Step opname zijn gelijk aan die van Realtime opname. In het kort zijn deze basis
handelingen:
1) Maak alle gewenste PortaTone instellingen.
2) Selecteer de Step Record mode.
3) Selecteer een Gebruikers song voor opname.
4) Selecteer een track nummer.
5) Start het opnemen. Voer individueel noten en rustpunten, speel de song soms af om de
resultaten te horen.
6) Luister naar uw nieuwe opname.
7) Neem andere tracks op indien gewenst.
8) De Record mode verlaten.
De data die kan worden opgenomen naar normale
(melodie) tracks:
• Noot aan/uit
• Velocity**
• Main voice instellingen (Voice Number*, Volume*,
Octave, Pan*, Reverb Send Level*, Chorus Send
Level*, DSP Send Level*)
• Dual voice instellingen (Voice Number*, Volume*,
Octave, Pan*, Reverb Send Level*, Chorus Send
Level*, DSP Send Level*)
• Reverb aan/uit, Reverb Type*
• Chorus aan/uit, Chorus Type*
• DSP aan/uit, DSP Type*
• Tempo*, Time Signature* (als er niet zulke data in
de Akkoorden track aanwezig is)

1

Data die kan worden opgenomen naar de Akkoorden track:
• Stijl nummer*
• Akkoord wijzigingen en timing
• Gedeelte wijzigingen (Intro, Main A/B, enz.)
• Begeleiding Volume*
• Tempo*, Time Signature*

* Deze instellingen kunnen eenmaal worden opgenomen
aan het begin van een song; andere instellingen kunnen
gewijzigd worden in het midden van een song.
** Alle noten worden met dezelfde velocity ingevoerd;
alhoewel dit op verschillende manieren gewijzigd kan
worden met de Velocity Curve functie (pagina 89).

Maak alle gewenste PortaTone instellingen.

Deze handeling is hetzelfde als die bij Realtime opnemen (pagina 80).

2

N.B.

Selecteer de Stap Opname mode.

Druk, herhaaldelijk indien nodig, op de RECORD knop, tot “Step” in de
bovenkant van de display verschijnt.

SONG

004Step
RECORD

MEASURE

84

001 116

TEMPO

RECORD indicatie
knippert even, daarna
blijft deze opgelicht
op te laten zien dat
de opname standby
staat.

Realtime en Stap opname
methodes samen gebruikt
worden in dezelfde song,
maar niet in dezelfde track.

SONG OPNAME

3

een User song selecteren voor opname.

Deze handeling is hetzelfde als bij Realtime opnamen (pagina 81).

4

Selecteer een track nummer.

Druk op de SONG MEMORY knop die correspondeert met de gewenste
track. (Deze stap is optioneel; de PortaTone selecteert automatisch de
eerste beschikbare track. Als er geen song data is wordt automatisch track 1
geselecteerd.)

1

2

3

4

5

6/CHORD

SONG MEMORY

Opname naar de Akkoord Track
Een speciale Akkoord track is beschikbaar voor het opnemen van
begeleiding data. Dit wordt automatsich opgenomen op de Akkoord
track (track 6). Druk, om de Akkoord track te selecteren en de
begeleiding aan te zetten, op de ACMP ON/OFF knop.

RECORD
ACMP ON

ACMP SYNCON/OFF START

START/
STOP

INTR
END

MEASURE

1

5

001-101
CHORD

N.B.

• In tegenstelling tot
Realtime opname, kunt u
met Step opname alleen één
track per keer opnemen; de
akkoord track kan niet
tegelijkertijd met een andere
track worden opgenomen.
• Als de begeleiding al
uitstaat alvorens de
Opname mode in te gaan,
wordt de Akkoord track
automatsich geselecteerd.

Opname starten.

Als de RECORD indicatie stopt met knipperen en het tracknummer begint
te knipperen, dan kunt u het opnemen starten. Neem elke noot (of
akkoorden) individueel op zoals hieronder omschreven:

Noten opnemen
1) Selecteer de gewenste positie in de song (maat/tel) met de
+/- knoppen. (Iedere druk op de knop brengt u één tel voor- of
achterwaarts.)
2) sla de gewenste toets of toetsen aan. (De noot naam wordt
getoond in de bovenkant van de display.)
Als u akkoorden in de Akkoorden track opneemt, moet u even
kijken of de begeleiding aanstaat, en waarop u het gewenste
akkoord aan kunt slaan in het begeleidingsgedeelte van het
toetsenbord.

N.B.

Meer als één noot kan per
keer worden opgenomen;
alhoewel alleen de laatste
ingedrukte noot verschijnt
in de display.

85

SONG OPNAME

3) Selecteer de noot (tijd) waarde met het numerieke
toetsenbord. (De nootwaarde wordt weergegeven als een ikoon
in de display.)
Sla bijvoorbeeld een centrale C aan en druk de “4” knop in (1/8
noot).

1

2

3

4

5

6

7

8

9

rest

3

0
velocity

BWD
NO

FWD
YES

Noot naam

SONG

004C3

Beat (tel)
balken

RECORD

MEASURE

001-201

1

Maat nummer

Clicks
Tel nummer

Noot waarde

q(96 Clicks)

q(96 Clicks)

q(96 Clicks)

q(96 Clicks)

Tel

Tel

Tel

Tel

Maat (384 Clicks)

De beat balken geven ook de huidige opnamepositie weer (als tel in
de maat).
De noot wordt automatisch ingevoerd en Step opname verplaatst
zich naar de volgende beschikbare positie. Bijvoorbeeld, als een hele
noot aan het begin van de maat 1 wordt ingevoerd dan is de
volgende positie het begin van maat 2.
U kunt, zoals hierboven al vermeld werd, met de +/- knoppen vooruit
en achteruit door de track wandelen. Hiermee kunt u door de noten
lopen, en deze beluisteren.

86

SONG OPNAME

■ Extra Handelingen
Akkoorden en Secties in een Akkoordtrack opnemen:
1) Sla een akkoord aan in het begeleidingsgedeelte van het toetsenbord.
(“Chord“ en de akkoordnaam verschijnt in de display.)
RECORD

N.B.

• Het intro gedeelte kan
alleen worden
opgenomen aan het
begin van een song.

ACMP ON

M7
Akkoorden kunnen handmatig ingevoerd worden (met de Dictionary
functie), of gespeeld worden met Multi Fingering. (Zie pagina 62, 56.)
2) Selecteer een gedeelte door op de corresponderende knop te drukken.
als u een intro of een ending gedeelte hebt geselecteerd is de lengte
bepaald en hoeft deze niet in stap 3 hieronder ingevoerd te worden.
3) Selecteer de noot (tijd) waarde met het numerieke toestenbord.

Triplets en Dotted Noten opnemen:
1) Druk, op de gewenste positie, op de corresponderende numerieke
toetsenbord knop (“7” voor dotted of “9” voor triplets).
2) Druk op de numerieke toetsenbord knop voor de gewenste noot
waarde.
7

+

4

Dotted noot

+

4

Triool

• Als een endinggedeelte
is geselecteerd kunnen
er geen verdere noten
worden opgenomen.
N.B.

Triolen zijn drie noten in
een enkele tel — met
andere woorden, één tel
is opgedeelt in drie
gelijke delen. Iedere
noot (of rust) van een
triool moet appart
worden ingevoerd.
twee achtste noten (in een
virede-noot tel).

Drie achtste-noot triool (in
een vierde-noot tel).

N.B.
9
3

7

8
rest

9
3

0
BWD

velocity

NO

FWD
YES

Dotted noten verlengen
de lengte van een halve
noot een half — met
andere woorden, de
lengte van een dotted
noot is een achtste noot
plus een zestiende noot.
=

+

Rustpunten opnemen:
1) Selecteer de gewenste positie in de song met de +/- knoppen.
2) Druk de “8” (rust) knop in op het numerieke toetsenbord.
3) Druk, als u een dot rust of een triool rust wilt opnemen, op de
toegewezen numerieke toetsenbordknop (“7” voor punt of “9” voor
triolen).
4) Druk op het numerieke toetsenbordknop (1 - 6) die correspondeert met
de gewenste rustwaarde. (De gespecificeerde rustwaarde verschijnt in de
display.)
8
rest

+

4

MEASURE

001-201

1

Rustwaarde icoon (achtste-noot
rust)

5) Neem, na het opnemen van de gewenste rust waarde(n), de volgende
noot op.

HINT

Als u meer als twee of
meer achtereenvolgende
rusten invoert, kunt u
met de + knop door de
track wandelen (voor de
gewenste aantal tellen
rust). Dit bespaart u
het probleem van
herhaaldelijk invoeren
van rusten als er
meerdere tellen of
maten stilte tussen de
noten zitten.

87

SONG OPNAME

6

Luister naar uw nieuwe opname.

U kunt de gehele step opgenomen track op ieder moment afluisteren door
op de START/STOP knop te drukken. De track waar u op werkt speelt af
(totdat deze gestopt wordt) en keert terug in Step opname naar de
volgende positie.
Let er op, dat dit alleen de geselecteerde track afspeelt. Verlaat, om alle
tracks van de song te beluisteren, de Step opname (druk op de RECORD
knop) en druk op de START/STOP knop om het afspelen van de song te
starten.

7

Het opnemen op een andere track.

Herhaal, om dit te doen, de stappen #4 - #6 hierboven. Let er op dat als u
de SONG MEMORY knop indrukt die correspondeert met de gewenste
track, het tracknummer in de display knippert.

8

De Record mode verlaten.

Deze handeling is hetzelfde als stap #9 van opname (pagina 83).

Een Noot of Rust Vervangen
Als u een noot of rust wilt vervangen die u net heeft opgenomen, kunt u
deze gemakkelijk vervangen met een nieuwe. Om dit te doen:
1) Selecteer de gewenste positie in de song met de +/- knoppen.
2) Sla de nieuwe toon aan op het toetsenbord (of de toegewezen
rust waarde knop op het numerieke toetsenbord).
3) Voer een nieuwe noot waarde in op het numerieke toetsenbord.
(Voer, indien gewenst, een dotted of een triool noot eerst in.)
4) Druk, na de “Delete?” melding op de + knop. Druk, om te
annuleren, op de - knop.

88

PAS OP

Deze handeling
verwijdert alle vorige
opgenomen noten die
gevolgd wordt door de
geplaatste noot. Let er
op dat u alle volgende
gewenste noten
verwijdert alvorens de
geselecteerde noten of
rustpunten echt te
vervangen.

SONG OPNAME

Velocity Curves invoeren
In Step opname, worden alle noten met dezelfde velocity of volume opgenomen. Gebruik, om een
Step opgenomen track natuurlijker te laten klinken of sommige dynamische wijzigingen te creëeren,
de Velocity Curve functie.
1) Selecteer de eerste noot die beïnvloed moet worden door de Velocity Curve (met de +/knoppen of het numerieke toetsenbord). Van alle opvolgende noten wordt de velocity aangepast.
2) Houdt tegelijkertijd de VELOCITY knop (“0” op het numerieke toetsenbord) ingedrukt en
druk op + of - om de gewenste Velocity Curve te selecteren.
7

8
rest

9
3
MEASURE

0
BWD

velocity

NO

001-201

1

FWD
YES

Geselecteerde Velocity Curve
verschijnt als ikoon in display.

3) Druk na de “Change?” melding op de + knop (“YES”) om
daadwerkelijk de geselecteerde
Velocity Curve in te voeren, of
druk op de - knop om de
handeling te annuleren.

N.B.

7

8

9

rest

3

0
BWD

velocity

NO

FWD
YES

u kunt een Velocity Curve specificeren in het midden
van een track ALVORENS het opnemen van de noten
waarvan de Curve invloed heeft. Selecteer, om dit te
doen, de laatste noot van de track (met de +/knoppen) en voer vervolgens de gewenste Velocity
Curve in. In dit geval wordt de Velocity Curve NIET
aan de laatste noot toegevoegd maar aan alle
daarop volgende ingevoerde noten.

Velocity Curve Chart
Display

Type/Omschrijving
Mezzoforte
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 80.
Forte
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 100.
Fortissimo
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 120.
Mezzopiano
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 60.
Piano
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 40.
Pianissimo
Dit stelt alle opvolgende noten in op een
velocity waarde van 20.
Crescendo 1
Dit creëert een twee maat crescendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot
en eindigend met een velocity verhoging van 40.
Crescendo 2
Dit creëert een twee maat crescendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot
en eindigend met een velocity verhoging van 20.
Crescendo 3
Dit creëert een twee maat crescendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot
en eindigend met een velocity verhoging van 10.

Display

Type/Omschrijving
Diminuendo 1
Dit creëert een twee maat diminuendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot en
eindigend met een velocity verhoging van 40.
Diminuendo 2
Dit creëert een twee maat diminuendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot en
eindigend met een velocity verhoging van 20.
Diminuendo 3
Dit creëert een twee maat diminuendo, beginnende
met de huidige velocity op de geselecteerde noot en
eindigend met een velocity verhoging van 10.
Accent 1
Dit verhoogt de velocity van eerste noten (1e
tel) van alle maten met 30. (Display ikoon
presenteert twee maten.)
Accent 2
Dit verhoogt de velocity van eerste noten en
haverwege punten van alle maten met 30.
(Display ikoon presenteert twee maten.)
Triangle wave
Dit verhoogt en verlaagt geleidelijk wisselend
de velocity met 30 in een patroon van een
driehoek golf. De golf herhaalt elke twee maten
door de track heen. (Display ikoon presenteert
twee maten.)
Square wave
Dit verhoogt en verlaagt geleidelijk wisselend
de velocity met 30 in een patroon van een
rechthoek golf. De golf herhaalt elke twee
maten door de track heen. (Display ikoon
presenteert twee maten.)

89

SONG OPNAME

EEN SONG WISSEN
De song wis functie (in de Functie parameters) wist compleet alle opgenomen
data van alle tracks of een geselecteerde User song. Gebruik deze functie alleen als
u er zeker van bent dat u een song wilt wissen en een nieuwe song wilt opnemen.

1

Selecteer de Functie mode.

Druk op de FUNCTIE knop.
FUNCTION

SONG

STYLE

VOICE
STYLE

F61USng1Clr

FUNCTION

N.B.

Knippers om aan te geven dat de
Functie parameter geselecteerd kan
worden.

2

Selecteer de Functie parameter (61 - 63) die
correspondeert met de song die u wilt wissen.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numeriek
toetsenbord het gewenste Functie parameter nummer:
• 61 — Wis song #1 (“F61 USng1Clr”)
• 62 — Wis song #2 (“F62 USng2Clr”)
• 63 — Wis song #3 (“F63 USng3Clr”)

3

Start de Song Wis handeling.

Druk, nadat de “FUNCTION” indicator stopt met knipperen en de “Clr?”
melding verschijnt, op de + knop om de Song Clear handeling uit te voeren.

STYLE

YES#1 Clr?

FUNCTION

4

Wis, na de “Sure?” melding, de geselecteerde song.

Druk op + om de corresponderende song daadwerkelijk te wissen, of druk
op de - knop om de handeling te annuleren en naar stap 3 terug te keren.

STYLE
FUNCTION

YESSure?

7

8
rest

9
3

0
BWD
NO

velocity

FWD
YES

Druk, om de Song Clear functie te verlaten, op één van de andere mode
knoppen: SONG, STYLE, or VOICE.
90

Deze parameter nummers
kunnen op dezelfde manier
geselecteerd worden als de
voices (zie pagina 28). U
kunt met het numerieke
toetsenbord direct het
nummer in voeren, met de
+/- knoppen omhoog en
omlaag door de parameters
lopen, of op de FUNCTION
knop drukken om door de
parameter nummers te
lopen.
BELANGRIJK

Aangezien de “FUNCTION”
indicator maar een paar
seconden knippert, moet u
er op letten dat u de
parameter snel na stap 1
hierboven invoert.

VOETPEDAAL
De PortaTone bevat een voetpedaal functie die een aantal functies en handelingen bestuurt. Door deze functie met uw voet te bedienen heeft u uw handen
vrij om op uw spel te concentreren.
Normaal dient deze als demperpedaal, waarbij pedaal-gestuurde sustain wordt geproduceerd voor
piano geluiden en andere geluiden die een natuurlijke decay hebben. Het kan ook worden
toegewezen aan de volgende elf andere functies:
• EZ Akkoord verhoging
• START/STOP
• INTRO/ENDING
• MAIN A
• MAIN B
• Harmony Aan/Uit

1

• Dual Aan/Uit
• Split Aan/Uit
• Reverb Aan/Uit
• Chorus Aan/Uit
• DSP Aan/Uit

De functie mode oproepen.

Druk op de FUNCTION knop.
FUNCTION

2

SONG

STYLE

VOICE

Selecteer de Voetschakelaar Toewijzingsparameter.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numerieke
toetsenbord de Voetschakelaar Toewijzing (#71).
Functie parameters nummers worden op dezelfde manier geselecteerd als
de voices (zie pagina 28) — met het numerieke toetsenbord, +/- knoppen,
of de FUNCTION knop.
STYLE

BELANGRIJK

Aangezien de “FUNCTION”
indicator maar een paar
seconden lang knippert,
moet u de parameter snel
genoeg na stap 1 hierboven
invoeren.

F71FootSw

FUNCTION

3

Selecteer de gewenste Voetschakelaar functie.

Wijzig, nadat de “FUNCTION” indicator stopt met knipperen, met het
numerieke toetsenbord de instelling. (Zie de “Voetschakelaar
Toewijzingsfunctie” lijst hieronder voor details.)
STYLE
FUNCTION

01Sustain

De Standaard Waarde
oproepen
Als u de parameter
instelling heeft gewijzigd,
kunt u direct de standaard
instelling (Sustain)
oproepen door beide +/knoppen tegelijk in te
drukken.

91

VOETPEDAAL

Voetschakelaar
Toewijsfuncties
Footswitch Assign
Functions
Function Naam

Display Naam

Omschrijving

Sustain

Sustain

Demppedaal of sustain functie. Als u de voetschakelaar intrapt wordt er een
natuurlijke sustain aan de op het toetsenbord gespeelde voice toegevoegd.

EZ Chord Increment

EZChdInc

Als u EZ Akkoord (pagina 66) gebruikt, geeft dit dezelfde functie als het aanslaan
van een toets in het begeleidingsgedeelte van het toetsenbord. Met iedere druk op
de voetschakelaar gaat u naar het volgende EZ Akkoord en wordt deze
afgespeeld. Als de begeleding afspeelt hoeft u de schakelaar alleen in te trappen
en los te laten, als begeleiding afspelen uitstaat moet u de voetschakelaar
intrappen, en ingedrukt houden om het akkoord te laten spelen.
N.B.

Dit schakelt niet het begeleidingsgedeelte uit; als dit is geselecteerd kan
alsnog ofwel de voetschakelaar of het toetsenbord gebruikt worden om de
EZ Chord increment functie uit te voeren.

4

Start/Stop

StartStp

Als de Song mode of Stijl mode actief is, bied dit dezelfde functie als
deSTART/STOP knop (zie pagina 48). Iedere trap op de voetschakelaar
start en stopt het afspelen van song of begeleiding.

Intro/Ending

IntroEnd

Als de Stijl mode actief is, voert dit dezelfde functie uit als de INTRO/
ENDING knop (zie pagina 49). Trapt u, terwijl de begeleiding afspeelt,
de voetschakelaar twee maal in dan vertraagt het Ending gedeelte
stapsgewijs omlaag (pagina 51).

Main A

Main A

Als de Stijl mode actief is, voert dit dezelfde functie uit als de MAIN A
(AUTO FILL) knop (zie pagina 54).

Main B

Main B

Als de Stijl mode actief is, voert dit dezelfde functie uit als de MAIN B
(AUTO FILL) knop (zie pagina 54).

Harmony On/Off

Harmony

Dit voert, als de Stijl mode actief is, de zelfde functie uit als de HARMONY knop (en de Harmony Aan/Uit parameter, #37). (Zie pagina
43.)

Dual On/Off

Dual

Dit voert dezelfde functie als de DUAL knop (en de Dual Aan/Uit
parameter, #18). (Zie pagina 34.)

Split On/Off

Split

Dit voert dezelfde functie uit als de Split Åan/Uit parameter, #28. (Zie
pagina 36.)

Reverb On/Off

Reverb

Dit biedt dezelfde functie uit als de REVERB knop (en de Reverb Aan/Uit
parameter, #31). (Zie pagina 40.)

Chorus On/Off

Chorus

Dit voert dezelfde functie uit als de Chorus Aan/Uit parameter, #33.
(Zie pagina 41.)

DSP On/Off

Dsp

Dit voert dezelfde functie uit als de DSP Aan/Uit parameter, #35. (Zie
pagina 42.)

De Functie mode verlaten.

Druk, als u eenmaal de gewenste instellingen heeft gemaakt, op één of
andere mode knoppen (SONG, STYLE, or VOICE).

92

MIDI FUNCTIES
De PortaTone is MIDI-compatible, is uitgerust met MIDI IN en MIDI OUT aansluitingen en bevat een groot aantal MIDI functies. Met deze MIDI functies kunt u
uw muzikale mogelijkheden flink uitbreiden. Dit gedeelte verklaart wat MIDI is,
wat het voor u kan betekenen en hoe u MIDI kunt gebruiken.
BELANGRIJK

De MIDI functies kunnen niet gebruikt worden tijdens de Song mode.

WAT IS MIDI?
U heeft zonder twijfel wel eens de term “akoestisch instrument” en “digitaal instrument” gehoord. In
de wereld van vandaag zijn dit twee hoofdcategorieën instrumenten. Laten we verder stellen dat een
akoestische piano en een klassieke gitaar goede voorbeelden van akoestische instrumenten zijn. Ze zijn
gemakkelijk te begrijpen. Als u op een piano een toets aanslaat, slaat de hamer binnen in de piano
enkele snaren aan en hoort u een geluid. Met de gitaar slaat u een snaar aan en het geluid klinkt,
maar hoe brengt een digitaal instrument voort?
Akoestische gitaar geluid

Digitaal instrument geluid

L

Sample
Noot

Toongenerator
(Elektronisch
component)

Sample
Noot

R

Toetsenbord spelen

Tokkel een snaar en de kast
resoneert het geluid.

Gebaseerd op het spelen van informatie van het
toetsenbord, wordt een gesampelde toon die
opgeslagen is in de toongenerator gespeeld door
de luidsprekers.

Zoals getoond in de bovenstaande illustratie, wordt een gesampeld geluid (van te voren opgenomen
geluid) in een elektronisch instrument, opgeslagen in het toongenerator gedeelte (elektronisch component) afgespeeld, gebaseerd op informatie dat ontvangen wordt van het toetsenbord. Welke informatie
wordt er dan verstuurd door het toetsenbord die de basis is van de geluidsproductie?
Laten we bijvoorbeeld stellen dat u een “C” kwartnoot speelt die gebruik maakt van het grand piano
geluid in de PSR-225. In tegenstelling tot een akoestisch instrumentgeluid, stuurt het elektronisch instrument informatie van het toetsenbord uit zoals “met welke voice,” “met welke toets,” “hoe sterk,” “wanneer het aangelagen werd” en “wanneer het losgelaten werd.” Deze stukjes informatie wordt vervolgens
omgezet in een nummerwaarde en verzonden naar de toongenerator. Gebruik makend van deze nummers
als basis, brengt de toongenerator vervolgens de opgeslagen gesampelde geluid voort.

Voorbeeld van Toetsenbord Informatie
Voicenummer (met welke voice)

01 (grand piano)

Nootnummer (met welke toets)

60 (C3)

Note on (waneer het werd aangeslagen) en Timing numeriek uitgedrukt (quarter note)
Note off (wanneer het werd losgelaten)
Velocity (hoe sterk)

120 (sterk)

93

MIDI FUNCTIES

De afkorting MIDI staat voor Musical Instrument Digital Interface, waarmee u elektronische muziek
instrumenten met elkaar kunt laten communiceren, door het versturen en ontvangen van compatibele
Note, Control Change, Program Change en een aantal andere soorten van MIDI data, ofwel messages.
De PSR-225 kan een MIDI apparaat besturen door het versturen van noot data en andere typen
controller data. De PSR-225 kan bestuurd worden door ontvangen MIDI messages die automatisch de
toongenerator mode bepalen, MIDI kanalen, voices en effecten selecteren, parameter waarden wijzigen
en natuurlijk de voices bespelen van de verschillende parts.
MIDI messages bestaan uit twee groepen: Channel messages en Systeem messages. Hieronder staat een
opsomming van de verschillende soorten MIDI berichten die de PSR-225 kan ontvangen/versturen.

● Channel messages
De PSR-225 is een elektronisch instrument die 16 kanalen tegelijk aankan. Meestal zeggen we dan “hij
kan 16 instrumenten tegelijkertijd voortbrengen.” Channel messages versturen data zoals Note On/
Off, Program Change, voor alle 16 kanalen.
Bericht Naam

PSR-225 Handeling/Paneel Instelling

Note ON/OFF

Berichten die gegenereerd worden als er op het toetsenbord
gespeeld wordt. Iedere message bevat een specifiek nootnummer
dat correspondeert met de toets die wordt aangeslagen, plus een
velocity waarde gebaseerd op hoe hard u de toets aanslaat.

Program Change

Voice nummer (selecteert samen met de corresponderende bank
MSB/LSB instellingen, indien nodig).

Control Change

Berichten die sommige aspecten van het geluid wijzigen
(modulatie, volume, pan, enz.).

● Systeem Berichten
Deze data wordt in het algemeen door het gehele MIDI systeem gebruikt. Systeem messages bevatten
data zoals Exclusive Messages die unieke is voor een merk instrument en Realtime Messages die het
MIDI instrument bestuurt.
Bericht Naam

PSR-225 Handeling/Paneel Instelling

Exclusive Message

Reverb/chorus/DSP instellingen, enz.

Realtime Messages

Clock instellingen
Start/stop handeling

De berichten verzonden/verstuurt door de PSR-225 worden getoond in de MIDI Implementation
Chart op pagina 114.
MIDI Aansluitingen
Om MIDI data tussen diverse apparaten uit te wisselen
moet ieder apparaat aangesloten worden met een kabel.
U vindt de MIDI aansluitingen van de PSR-225 op de
achterkant van het paneel.

N.B.

IN

MIDI

MIDI IN ........... Ontvangt MIDI data van een ander MIDI apparaat.
MIDI OUT ....... Verstuurt de informatie van het toetsenbord van de
PSR-225 als MIDI data naar een ander MIDI apparaat.

94

OUT

• Gebruik alleen speciale MIDI
kabels bij het aansluiten van MIDI
apparaten. U kunt ze kopen in
muziekwinkels.
• Gebruik nooit een MIDI kabel die
langer is als 15 meter. Langere
Kabels kunnen storingen en data
errors veroorzaken.

MIDI FUNCTIES

AANSLUITEN OP EEN PERSONAL COMPUTER
Door de MIDI aansluitingen van de PSR-225 aan te sluiten op een personal
computer krijgt u toegang tot een groot aantal soorten muzieksoftware.
Als u gebruik maakt van een MIDI interface, geïnstalleerd op uw personal
computer, moet u de MIDI aansluitingen van de personal computer aansluiten op de PSR-225.
Gebruik alleen speciale MIDI kabels bij het aansluiten van MIDI instrumenten.

● Sluit de MIDI poorten van de PSR-225 aan op de MIDI poorten
van de personal computer.

MIDI OUT

MIDI IN

MIDI IN

PSR-225

MIDI OUT

Computer
(sequencer software)

● Als u een MIDI interface en een Macintosh computer gebruikt,
moet u de RS-422 terminal van de computer (modem of printer
terminal) aansluiten op de MIDI interface, zoals getoond wordt
in de onderstaande illustratie.
MIDI
interface
RS-422

MIDI IN

MIDI OUT

PSR-225

N.B.

• Stel, als u een Macintosh
computer gebruikt, de MIDI
interface clock instelling in
de software zo in dat deze
overeenkomt met de
instelling van de gebruikte
MIDI interface. Lees voor
details zorgvuldig de
gebruikershandleiding van
de gebruikte software door.

Computer
(sequencer software)

95

MIDI FUNCTIES

FUNCTIE PARAMETERS — MIDI
In de Functie parameters vindt u extra, meer gedetailleerde MIDI instellingen voor de PortaTone. Deze instellingen bevatten:
• External Clock
• Bulk Dump Send
• Initial Setup Send

• Remote Channel
• Keyboard Out
• Accompaniment Out
• Local Control

1

De Functie mode oproepen.

Druk op de FUNCTION knop.
FUNCTION

2

SONG

STYLE

VOICE

Selecteer de gewenste Functie parameter.

Selecteer, terwijl de “FUNCTION” indicator knippert, met het numerieke
toetsenbord het gewenste Functie parameter nummer (81 - 87). (Zie de
“Parameters” lijst hieronder voor details.)
De Functie parameter nummers worden op dezelfde manier geselecteerd
als de voices (zie pagina 28) — met het numerieke toetsenbord, +/- knoppen, of met de FUNCTION knop.
STYLE

BELANGRIJK

• Aangezien de
“FUNCTION” indicator
maar eventjes knippert,
moet u de parameter snel
na stap 1 hierboven
invoeren.

F81RemoteCh

FUNCTION

3

De parameter instelling of waarde wijzigen.

Wijzig, nadat de “FUNCTION” indicator knopt met knipperen, met het
numerieke toetsenbord de waarde of de instelling.
Oproepen van de Standaard Waarde
Als u de parameter instelling heeft gewijzigd, kunt u deze direct de standaard
waarde oproepen door tegelijkertijd de +/- knoppen in te drukken.

4

Andere parameters instellen.

Herhaal, om andere parameters te selecteren en in te stellen stap 1 - 3 hierboven.

5

De Functie mode verlaten.

Druk, als u eenmaal alle gewenste instellingen heeft gemaakt, op één van
de mode knoppen (SONG, STYLE of VOICE).
96

N.B.

De MIDI instellingen
hieronder worden opgeslagen zelfs wanneer de
stroom uit staat. Echter,
MIDI instellingen worden
NIET inbegrepen in de data
die bewaard worden in de
User banken met de One
Touch Setting (pagina 72).

MIDI FUNCTIES

Functie Parameters
Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/Instelling

81

Remote Channel

RemoteCh

off, 01 - 16

Dit bepaalt hoe de PortaTone bestuurd wordt door een “remote” (extern) MIDI toetsenbord.
Zet deze parameter op één van de 16 kanalen (01 - 16) om de PortaTone functies over de geselecteerde kanalen op afstand door een extern toetsenbord te laten bedienen. (De overblijvende 15
kanalen kunnen gebruikt worden voor multi-timbrale functies.)
Als deze op “off” staat, kan de PortaTone gebruikt worden als een volledige 16 kanaals multi-timbrale
geluidsbron. De standaard (default) instelling is “off.”

82

Keyboard Out

KbdOut

on, off

Dit bepaalt of de data van het spel op het toetsenbord van de PortaTone verstuurd wordt of
niet.
Als deze op “off” staat beïnvloeden de noten die gespeeld worden op de PortaTone niet (worden niet
verstuurd naar) het aangesloten MIDI apparaat. Als deze op “on” staat worden de volgende toetsenbord data verstuurd: Main voice part op kanaal 1, Split voice part op kanaal 2 en Dual voice part op
kanaal 11. De standaard (default) instelling is “on.”
N.B.

Als zowel Keyboard Out en Local Control (#84 hieronder) op “off” staan, klinken noch het aangesloten MIDI
apparaat noch de PortaTone voices als er op het toetsenbord gespeeld wordt.

83

Accompaniment Out AcmpOut

on/off

Dit bepaalt of de data van Auto Accompaniment verstuurd wordt via MIDI OUT of niet.
Als deze op “on” staat wordt de Auto Accompaniment data verstuurt over kanalen 3 - 10 (zoals
hieronder opgesomd). De standaard instelling is “off.”
Accompaniment Verstuur Kanalen:
Channel 3
—
Bass
Channel 4
—
Chord part 1
Channel 5
—
Chord part 2
Channel 6
—
Pad
Channel 7
—
Phrase part 1
Channel 8
—
Phrase part 2
Channel 9
—
Rhythm part 2
Channel 10 —
Rhythm part 1

84

Local Control

Local

U kunt de Accompaniment Out op verschillende manieren
gebruiken. Één bruikbare toepassing is het afspelen van alle
geselecteerde delen via een aangesloten MIDI toongenerator te spelen. Op deze manier kunt u de geluiden
van de PortaTone versterken door de geluiden te stapelen
(of verdelen) met de geluiden van de toongenerator. Een
andere toepassing is het opnemen van individuele delen
van ieder kanaal in een sequencer opnemen om met de
uitgebreide bewerkingsmogelijkheden van de sequencer de
begeleidingsgedeelten opnieuw te arrangeren.

on/off

Dit bepaalt of het toetsenbord is “aangesloten” op de interne Voices van de PortaTone.
Als deze op “on” staat reageren de Voices op de noten die worden gespeeld op het toetsenbord. Als dit op
“off” staat reageren de Voices alleen op ontvangen MIDI data (via MIDI IN). De standaard (default) instelling
is “on.” Als u de MIDI OUT van de PortaTone op een sequencer aansluit en terug aansluit via de MIDI IN,
moet u deze op “off” zetten om MIDI “feedback” te voorkomen.

97

MIDI FUNCTIES

Nr.

Parameter Naam

Display Naam

Bereik/Instelling

85

External Clock

ExtClock

on/off

Dit bepaalt of de stijl en de song afspeel functies door de Interne clock (off) van de PortaTone
worden bestuurd of door MIDI data van een externe sequencer of computer (on.)
Deze hoort op “on” te staan als wilt dat het afspelen van stijlen of songs het externe apparaat (zoals
een ritme machine of een sequencer) volgt. De standaard (default) instelling is “off.”
N.B.

• Als dit op “on” ingesteld is kan het afspelen van de stijl NIET bestuurd worden door de knoppen op het
PortaTone paneel.
• Als de song mode wordt geselecteerd dan wordt de External Clock automatisch op “off” gezet.
86

Bulk Dump Send

BulkSend

Hiermee kunt u belangrijke PortaTone data en instellingen op een ander apparaat (zoals een
sequencer, computer of MIDI data filer) opslaan.
De opgeslagen instellingen zijn: User One Touch Instelling banken 1 - 4, User Songs 1 - 3 en EZ Chord
banken 1 - 8), die u opnieuw kunt inladen op het moment dat u ze nodig heeft. U kunt bijvoorbeeld
de data opslaan op een floppy disk van een computer, of op een MIDI data filer (zoals de Yamaha
MDF3), om zo de beschikking te hebben over een ongelimiteerde opslagcapaciteit van uw waardevolle
PortaTone data. (Zie voor gedetailleerde instructies het gedeelte “BULK DUMP SEND GEBRUIKEN OM
DATA OP TE SLAAN” op pagina 99.)

87

Initial Setup Send

InitSend

Met deze functie kunt u de Begin setup instellingen van de PortaTone naar een sequencer
versturen en opnemen als een gedeelte van een song.
Dit zorgt er voor u dat u tijdens het afspelen van een song de PortaTone direct en automatisch
opnieuw terugzet in de juiste instellingen van de song. (Zie voor gedetailleerde instructies het gedeelte
“INITIAL SETUP SEND GEBRUIKEN MET EEN SEQUENCER” op pagina 102.)

98

MIDI FUNCTIES

GEBRUIK BULK DUMP SEND OM DATA OP TE SLAAN
Bulk Data opslaan

1

Stel eerst het aangesloten MIDI apparaat in
voor het opnemen van data.

De werkelijke procedure kan verschillen afhankelijk van uw persoonlijke apparatuur en software. Bijvoorbeeld, als u de Yamaha MDF3
MIDI Data Filer gebruikt:
1) Maak de overeenkomstige MIDI aansluitingen.
PSR-225

MIDI OUT

MIDI IN

MDF3

2) Stel de MDF3 in op MIDI data opnemen. (Zie voor meer
informatie in MDF3 gebruikershandleiding.)

2

Selecteer op de PortaTone de Bulk Dump Send
functie.

Doe dit op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer de parameter #86 (met het numerieke toetsenbord).

STYLE

N.B.

Deze functie kan niet
worden gebruikt in de Song
mode of als de begeleiding
speelt.

F86BulkSend

FUNCTION

STYLE

YESBulkSnd?

FUNCTION

3

Zet, na de “BulkSnd?” melding, de handeling
op standby.

Druk op de + knop om te beginnen met de Dump Send handeling.

99

MIDI FUNCTIES

4

Start, na de “Sure?” melding, het versturen van
de data.

Druk op de + knop om daadwerkelijk te beginnen met het versturen van
de data, of druk op de - knop om de handeling te annuleren en terug te keren
naar stap 3.

YESSure?

STYLE
FUNCTION

7

8
rest

9
3

0
BWD

velocity

NO

FWD
YES

N.B.

Als de data verzonden wordt, geeft de display het aantal stappen van
het versturen van de data weer totdat de handeling klaar is:
STYLE

Send:OTS

Geeft aan dat One
Touch Setting
User data
verzonden wordt.

Send:Sng

Geeft aan dat User
Song data
verzonden wordt.

Send:Chd

Geeft aan dat One
Touch Setting
User data
verzonden wordt.

FUNCTION

STYLE
FUNCTION

STYLE
FUNCTION

Als de handeling klaar is, verschijnt het volgende in de display:
STYLE

End

FUNCTION

STYLE

YESBulkSnd?

FUNCTION

5

De Bulk Dump Send handeling verlaten.

Druk, om de Bulk Dump Send functie te verlaten, op één van de
andere mode knoppen: SONG, STYLE, of VOICE.

100

Bulk Dump Send kan
midden in de handeling
gestopt worden door op de knop te drukken.

MIDI FUNCTIES

Bulk Data laden
Als u eenmaal de data van de PortaTone heeft opgeslagen zoals hierboven omschreven, kunt u de data terug laden naar de PortaTone.

1

Het aangesloten MIDI apparaat instellen op het
verzenden van de toegewezen data.

De werkelijke procedure kan verschillen afhankelijk van uw persoonlijke apparatuur en software. Bijvoorbeeld, als u de Yamaha MDF3
MIDI Data Filer gebruikt:
1) Maak de overeenkomstige MIDI aansluitingen.
PSR-225

MIDI IN

MIDI OUT

MDF3

2) Stop de gewenste floppy disk (die de gewenste data bevat)
in de MIDI Data Filer.

2

Let er op dat de PortaTone op Style mode staat
ingesteld.

Let er op dat de PortaTone NIET in de Song mode staat en dat deze
niet midden in een handeling is, zoals het opnamen of afspelen van
een song, het afspelen van begeleiding, EZ Chord opname, Bulk
Dump Send, enz.

3

Beginnen met versturen van de data van het
aangesloten MIDI apparaat.

Verstuur de data van het aangesloten apparaat. (Zie voor meer details
de gebruikershandleiding van het apparaat.)

N.B.

Als de PortaTone bulk data
ontvangt, kan geen van de
paneel knoppen gebruikt
worden.

De PortaTone ontvangt automatisch de data. Als de data ontvangen
wordt, geeft de display de aantal stappen van data ontvangst weer
totdat de handeling klaar is:
STYLE

Rcv:OTS

FUNCTION

STYLE

Rcv:Sng

FUNCTION

STYLE
FUNCTION

Rcv:Chd

Geeft aan dat
One Touch
Setting User data
wordt ontvangen.
Geeft aan dat
User Song data
wordt ontvangen.
Geeft aan dat EZ
Chord data
wordt ontvangen.

101

MIDI FUNCTIES

Als de handeling klaar is, verschijnt het volgende kort in de display:
(alvorens naar de originele handeling terug te keren).

STYLE

End

FUNCTION

INITIAL SETUP SEND GEBRUIKEN MET EEN SEQUENCER
Het meeste algemene gebruik van de Initial Setup Send functie is het
opnemen van een song op een sequencer die later af moet spelen op de
PortaTone. Feitelijk maakt deze handelding een “momentopname” van de
PortaTone instellingen en stuurt deze data naar de sequencer. Door het
opnemen van deze “momentopname” aan het begin van de song (voor de
speeldata), worden direct de benodigde instellingen op de Portatone
opgeroepen. Mits er een pauze is in de song kunt u dit in het midden van
de song doen — om bijvoorbeeld alle instellingen van de PortaTone te
wijzigen voor het volgende gedeelte van de song.

Initial Setup Data Versturen

1

Stel eerst de sequencer in voor opname.

De werkelijke procedure kan verschillen, afhankelijk van uw persoonlijke apparatuur en software.
Het beste kunt u twee of meer maten stilte vrijlaten (geen speeldata)
alvorens de song begint. De Initial Setup data wordt in deze ruimte
opgenomen.

2

Selecteer op de PortaTone de Initial Setup Send
functie.

Doe dit op de normale manier:
1) Druk op de FUNCTION knop.
2) Selecteer parameter #87 (met het numerieke toetsenbord).

STYLE
FUNCTION

102

F87InitSend

MIDI FUNCTIES

3

Zet de handelding na de “InitSnd?” melding op
standby.

Druk op de + knop.

STYLE

YESSure?

FUNCTION

4

Start de opname op de sequencer en verstuur
vervolgens de Initial Setup data.

Start de opname op de sequencer op de normale manier, en druk
vervolgens — zo snel mogelijk — op de + knop om daadwerkelijk te
beginnen met het versturen van de data.
Een “End” bericht verschijnt kort in de display als de handeling klaar
is, gevolgd door de “InitSnd?” melding.

5

Stop de opname op de sequencer.

Stop de opname op de sequencer op de normale manier. Let er op
dat er tussen de Initial Setup en de opvolgende speeldata minstens
één maat rust aanwezig is.

6

De Initial Setup Send handeling verlaten.

Druk, om de Initial Setup Send te verlaten, op één van de andere
mode knoppen: SONG, STYLE of VOICE.

103

TROUBLESHOOTING (IN DE PROBLEMEN ?)
Probleem

Mogelijke Oorzaak en Oplossing

Een plopgeluid is kort hoorbaar als de PortaTone
wordt aan- of uitgezet.

Dit is normaal en geeft aan dat de PortaTone stroom ontvangt.

Er is geen geluid, zelfs niet als het toetsenbord
wordt bespeeld of een Song wordt afgespeeld.

Controleer dat er niets is aangesloten op de PHONES/AUX jack op
het achterpaneel. Als er een hoofdtelefoon is aangesloten, klinkt er
geen geluid.

De geselecteerde voice klinkt niet goed, of het
volume is te laag.

Let er op dat de volgende instellingen juist zijn ingesteld: Main
Voice Volume (#01, pagina 31), Dual Voice Volume (#11, pagina
35) en Split Voice Volume (#21, pagina 37).

Er is geen geluid als er op het toetsenbord
gespeeld word.

Als het Splitpunt wordt ingesteld dan wordt het toetsenbord alleen
gebruikt om waarden te wijzigen en produceert geen geluid.

Het spelen van de toetsen in het rechterhand
gedeelte produceert geen geluid.

Als u het Dictionary type (Chord Guide, pagina 62) gebruikt, dan
worden de toetsen in het rechterhandgedeelte alleen gebruikt voor
het invoeren van grondakkoord en type.

Het geluid van de voices of ritmes klinkt ongewoon of vreemd.

De batterij is zwak. Vervang de batterijen (zie pag. 8).

De begeleiding speelt niet af zelf als er op de
START/STOP knop gedrukt wordt.

Als de Externe Klok (pagina 98) op “on” wordt ingesteld dan kan
het afspelen van de stijl NIET bedient worden door de PortaTone
paneelknoppen.

Er is geen geluid, niet op de PortaTone en ook
niet op het aangesloten MIDI apparaat.

• Als Local Control (Functie #84, pagina 97) op “off” staat dan
klinken de voices van de PortaTone niet, zelfs niet als er op het
toetsenbord gespeeld wordt.
• Als Toetsenbord Out (Functie #82, pagina 97) op “off” staat dan
klinkt het aangesloten MIDI apparaat niet, zelfs niet als er op het
toetsenbord gespeeld wordt.

De begeleiding klinkt niet naar behoren.

• Let er op dat de Begeleidingsvolume (pagina 55) op een aannemelijk niveau is ingesteld.
• Let er op dat het Begeleidingssplitpunt (#51, page 59) op een
aannemelijke waarde staat.

De Reverb/Chorus/DSP/Harmony is niet hoorbaar.

• Let er op dat de Send Level parameter van het effect (en de
bedoelde voice: Main, Dual, of Split) op een aannemelijke waarde
staat. (Zie pagina’s 31, 35, 37)
• Let er op dat het corresponderende effect aanstaat. (Zie pagina’s
40, 41, 42, 43).
• Let er op dat bij het Harmony effect het Harmony Volume (#39,
pagina 44) op een aannemelijke waarde staat.

104

Als er één van de Pianist stijlen (#91 - #100)
wordt afgespeeld dan is het ritme niet
hoorbaar.

• Dit is normaal. De Pianist stijlen bevatten geen drums of bass —
alleen pianobegeleiding. De begeleiding van de stijl is alleen
hoorbaar als de begeleiding op ON staat en toetsen worden
aangeslagen in het begeleidingsgedeelte van het toetsenbord.

Niet alle voices klinken, of het geluid wordt
afgesneden.

• De PortaTone is maximaal 32 stemmig polyfoon. Als in u de Dual
voice of Split voice mode bent en op hetzelfde moment een stijl of
song wordt afgespeeld, worden sommige noten/geluiden van de
pad weggelaten (“gestolen”) uit de begeleiding of song (Zie de
opmerking op pagina 108.)

TROUBLESHOOTING (IN DE PROBLEMEN ?)

Probleem

Mogelijke Reden en Oplossing

Een raar “flanging” of “dubbel” geluid kan
optreden als u de PortaTone met een
sequencer gebruikt. (Dit kan ook klinken als
een “dual” gestapeld geluid van twee voices,
zelfs als Dual uitstaat.)

• Als u de MIDI OUT van de PortaTone op een sequencer aansluit
en weer aansluit op de MIDI IN, moet u de Local Control (pagina
97) op “off” zetten om MIDI “feedback” tegen te gaan.

De voetschalaar produceert het tegenovergestelde
effect. Als u de voetschakelaar voor sustain gebruikt,
wordt het geluid afgesneden als u de voetschakelaar
intrapt, klinkt het geluid weer door als u hem loslaat.

De polariteit van de voetschakelaar is omgedraaid. Let er op dat
de voetschakelaar juist is aangesloten op de FOOT SWITCH jack
alvorens de PortaTone aan te zetten.

Het geluid van de voices veranderen van toon
tot toon.

• Als u begeleiding gebruikt met een sequencer, stel MIDI Echo
(of de relevante bediening) in op “off.” (Zie voor meer details de
gebruikershandleiding van u bepaalde apparaat en/of software.

De AWM toongenerator maakt gebruik van multi (‘meerdere’)
opnamen (samples) van een instrument over het gehele bereik
van het toetsenbord; dus het werkelijke geluid van de voice kan
een beetje afwijken van toon tot toon.

DATA BACKUP & INITIALIZEREN
Behalve voor de lijst hieronder worden alle PSR-225 paneelinstellingen in hun begin instellingen teruggezet als de PortaTone wordt aangezet. De data hieronder getoond worden
gebackup’d — d.w.z. blijft in het geheugen — zolang een AC adaptor aangesloten is of de
batterijen zijn geïnstalleerd.
• User Song Data
• User One Touch Setting Data
• One Touch Setting Bank Number
• EZ Chord Data
• EZ Chord Bank Nummer Data
• Smart Chord Nummer

• Metronoom Volume
• Touch On/Off
• Touch Sensitivity
• Split Punt
• Begeleiding Split Punt
• Voetschakelaar ToewijzingsFunctie

Data Initializeren
Alle data kunnen geïnitailiseerd en teruggezet worden in de staat waarin ze verkeerde toen
het instrument de fabriek verliet, door op de powerknop te drukken terwijl u de hoogste
(meest rechtse) witte toets indrukt.“CLr Backup” verschijnt eventjes in de display.
VOICE
STYLE

STAND BY
ON

CLrBackup

PAS OP

• Alle one touch instellingen
(gebruiker) en song
geheugendata, plus de
nadere instellingen
hierboven weergegeven,
worden gewist en/of
gewijzigd als de data
initializeren procedure
wordt uitgevoerd.
• Als u de data initializeren
procedure uitvoert wordt de
normale toestand opgeroepen, na het vastslaan van
de PSR-225 vastslaat of als
deze onregelmatigheden
vertoont zonder goede
reden.

105

INDEX
Div.

GM (General MIDI) voices ..................... 29

R

+/- toetsen ............................................ 29

grond .............................................. 60, 62

RECORD knop ....................................... 79

A

H

AC adaptor .............................................. 8

Harmony ............................................... 43

accessoires jacks ...................................... 9

HARMONY knop ................................... 43

Accompaniment Volume ....................... 55

Harmony types ...................................... 46

akkoord namen, over ............................ 61

hoofdtelefoon ......................................... 9

akkoord track ............................ 82, 85, 87
akkoord type ................................... 60, 63
akkoord, over ........................................ 60
akkoord, Fingered ................................. 56
akkoord, Single Finger ........................... 56
automatische begeleiding ..................... 47

Initial Setup Send .......................... 98, 102
Initializatie ........................................... 105
interval .................................................. 61
Intro ...................................................... 49

Reverb ................................................... 40
REVERB knop ......................................... 40
Reverb types ......................................... 45
ruimte (EZ Chord) ................................. 69

S
Single Finger akkoorden ........................ 56
Smart .................................................... 64
Song Wissen .......................................... 90
SONG MEMORY knoppen ..................... 81
song opname ........................................ 79

L

Song Volume ......................................... 78

Local control ......................................... 97

songs, opname ..................................... 79

batterijen ................................................ 8

M

songs, selecteren en afspelen ................ 75

beat display ........................................... 77

Maatsoort ............................................. 25

beat indicators ...................................... 77

Main A/B ............................................... 54

begeleidingsknoppen ............................ 52

Main voice ............................................ 27

begeleidingsgedeelten .......................... 54

Metronoom ........................................... 24

Begeleidingssplitpunt ...................... 58, 59

MIDI ..................................................... 93

begeleiding, spelen ............................... 47

MIDI kanalen ......................................... 97

Bulk Dump Send ................................... 99

MIDI Implementation Chart ................ 114

bulk data laden ................................... 101

MIDI aansluitingen ................................ 94

T

MIDI, over ............................................. 93

Tempo (song) ....................................... 76

mode indicator ...................................... 22

Tempo (stijl) .......................................... 53

Multi Fingering ..................................... 56

TOUCH knop ........................................ 38

muziek standaard .................................. 23

Touch Sensitivity ................................... 39

N

Toetsenbord uit ..................................... 97

B
bank ketting .......................................... 67

C
Chord Guide ......................................... 62
Chorus .................................................. 41
Chorus types ......................................... 45
clock ..................................................... 98

D

numerieke toetsenbord ..................... 6, 28

Specificaties ........................................ 117
Split Point ....................................... 37, 58
Split voice ............................................. 36
Stemmen .............................................. 33
stijlen, selecteren ................................... 47
sustain ............................................... 9, 91
Sync-Start ............................................. 48

track .......................................... 75, 81, 85
tracks, mute’n ....................................... 83

Demo songs .......................................... 16

O

tracks, opnieuw opnemen ..................... 83

DEMO START knoppen .......................... 16

ommedraaiing ....................................... 60

Transponeren ........................................ 32

Dictionary ............................................. 62

One Touch Setting ................................ 72

triolen ................................................... 87

display indicaties ................................... 22

One Touch Setting, Preset ..................... 74

Troubleshooting .................................. 104

dotted noten ......................................... 87

One Touch Setting, User ....................... 72

Drum Kit Voice Chart ............................ 30

opname, EZ Chord ................................ 68

Drum Kit voices ..................................... 30

opname, OTS ........................................ 72

DSP ....................................................... 42

opname, Realtime ................................. 80

DSP types .............................................. 45

opname, song ....................................... 79

DUAL knop ............................................ 34

opname, Step ....................................... 84

V

Dual voice ............................................. 34

opslaan van bulk data ........................... 99

velocity curves ....................................... 89

opslaan van data ................................... 99

verwijderen, EZ Chord bank .................. 71

OTS (One Touch Setting) ...................... 72

versterker/stereo systeem, gebruik een extern .. 9

OVERALL knoppen .................................. 6

voetschakelaar ....................................... 91

Overall indicator .................................... 22

Voice Lijst ............................................ 108

P

Voice Instelling ...................................... 38

E
effecten ................................................. 40
Ending .................................................. 51
EZ Chord .............................................. 66

F
Fill-in ..................................................... 54
Fingered akkoorden .............................. 56
FUNCTION knop ................................... 18
Functie parameters .......................... 18, 19

G
gedeelten (begeleiding) ........................ 54

106

I

rustpunten ............................................ 87

PHONES / AUX OUT jack ......................... 9
Portable Grand ...................................... 24
Preset One Touch Setting ...................... 74

Q

U
User One Touch Setting ........................ 72
User songs ............................................. 79
Utility .............................................. 38, 91

voices, Drum Kit ............................ 30, 112
voices, GM .......................................... 110
voices, paneel ............................... 11, 109
voices, selecteren en spelen ................... 27
voicing .................................................. 60

Quick Guide .......................................... 10

w
Wissen, song ......................................... 90

SONG SCORES (EZ Akkoord Banken 1, 2)

Bank 1
EZ Akkoord ord

Menuet

EZ Akkoord Bank 2
Akkoord

The Entertainer

107

VOICE LIJST
■ Maximum Polyfony
De PSR-225 is 32-stemmig polyfoon. Dit betekent dat hij maximaal 32 noten
tegelijkertijd voort brengen, ongeacht welke functie gebruikt wordt. De
begeleiding gebruikt een aantal van de beschikbare stemmen, dus als u
begeleiding gebruikt wordt het aantal beschikbare stemmen voor5 het
toetsenbord corresponderend verminderd. Hetzelfde geldt voor de Dual Voice,
Split Voice en Song functies.
N.B.

• De Voice Lijst bevat MIDI program change nummers voor elke voice. Gebruik deze program change
numbers als u de PSR-225 bespeeld via MIDI, via een extern apparaat.
• Sommige voices klinken soms continue door, of hebben een lange decay nadat de tonen losgelaten zijn
zolang het sustainpedaal (voetpedaal) ingetrapt is.

108

VOICE LIJST

Paneel Voice Lijst
Bank Select

Voice
Nummer

MSB

LSB

001
002
003
004
005
006
007
008
009
010
011
012

0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
112
112
112
113
113
114
112
112
112

013
014
015
016
017
018
019

0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
112
112
112
112

020
021
022
023
024
025
026
027
028
029
030
031
032

0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0

112
113
112
116
114
112
118
119
112
112
112
113
113

033
034
035
036
037
038
039
040
041

0
0
0
0
0
0
0
0
0

112
112
113
112
113
112
112
112
112

042
043
044
045
046
047
048
049

0
0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
112
112
112
113
113

050
051
052
053
054
055
056

0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
113
112
112
112

MIDI
Program
Voice Naam
Change#
PIANO
0
Grand Piano
1
Bright Piano
3
Honky-tonk Piano
4
Funky Electric Piano
5
DX Electric Piano
2
MIDI Grand Piano
2
CP 80
5
Hyper Electric Piano
5
Bell Electric Piano
6
Harpsichord
7
Clavi
8
Celesta
MALLET
11
Vibraphone
12
Marimba
13
Xylophone
14
Tubular Bells
47
Timpani
114
Steel Drums
10
Music Box
ORGAN
16
Jazz Organ 1
16
Jazz Organ 2
17
Jazz Organ 3
16
Full Organ
18
Rock Organ 1
18
Rock Organ 2
16
16'+2' Organ
16
16'+4' Organ
19
Church Organ
20
Reed Organ
21
Musette Accordion
21
Traditional Accordion
23
Bandoneon
GUITAR
24
Classical Guitar
25
Folk Guitar
25
12Strings Guitar
26
Jazz Guitar
26
Octave Guitar
27
Clean Guitar
28
Muted Guitar
29
Overdriven Guitar
30
Distortion Guitar
BASS
32
Acoustic Bass
33
Finger Bass
34
Pick Bass
35
Fretless Bass
36
Slap Bass
38
Synth Bass
38
Techno Bass
39
Dance Bass
ENSEMBLE
48
Strings
49
Chamber Strings
50
Synth Strings
49
Slow Strings
44
Tremolo Strings
45
Pizzicato Strings
52
Choir

Bank Select

Voice
Nummer

MSB

LSB

057
058
059
060

0
0
0
0

113
112
112
112

061
062
063
064
065

0
0
0
0
0

112
112
112
112
112

066
067
068
069
070
071
072
073
074
075

0
0
0
0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
113
112
112
112
112
113
114

076
077
078
079
080
081
082
083
084

0
0
0
0
0
0
0
0
0

112
112
112
112
112
112
112
112
112

085
086
087
088
089

0
0
0
0
0

112
112
112
112
112

090
091
092
093
094
095

0
0
0
0
0
0

112
112
112
112
112
115

096
097
098
099
100

0
0
0
0
0

112
113
112
112
113

101
102
103
104
105
106
107
108
109
110

127
127
127
127
127
127
127
127
127
127

0
0
0
0
0
0
0
0
0
0

MIDI
Program
Voice Naam
Change#
52
Choir Aahs
53
Choir Oohs
54
Synth Choir
55
Orchestra Hit
STRINGS
40
Violin
42
Cello
43
Contrabass
105
Banjo
46
Harp
BRASS
56
Trumpet
59
Muted Trumpet
57
Trombone
57
Trombone Section
60
French Horn
58
Tuba
61
Brass Section
62
Synth Brass
62
Jump Brass
62
Techno Brass
REED
64
Soprano Sax
65
Alto Sax
66
Tenor Sax
67
Baritone Sax
68
Oboe
69
English Horn
70
Bassoon
71
Clarinet
22
Harmonica
PIPE
72
Piccolo
73
Flute
75
Pan Flute
74
Recorder
79
Ocarina
SYNTH LEAD
80
Square Lead
81
Sawtooth Lead
85
Voice Lead
98
Crystal
100
Brightness
81
Analog Lead
SYNTH PAD
88
Fantasia
100
Bell Pad
91
Xenon Pad
94
Angels
89
Dark Moon
DRUM KITS
0
Standard Kit 1
1
Standard Kit 2
8
Room Kit
16
Rock Kit
24
Electronic Kit
25
Analog Kit
27
Dance Kit
32
Jazz Kit
40
Brush Kit
48
Symphony Kit

109

VOICE LIJST

GM Voice Lijst

110

Bank Select

Voice
Nummer

MSB

LSB

111
112
113
114
115
116
117
118

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

119
120
121
122
123
124
125
126

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

127
128
129
130
131
132
133
134

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

135
136
137
138
139
140
141
142

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

143
144
145
146
147
148
149
150

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

151
152
153
154
155
156
157
158

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

159
160
161
162
163
164
165

0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0

MIDI
Program
Change#

Voice Naam

PIANO
0
Acoustic Grand Piano
1
Bright Acoustic Piano
2
Electric Grand Piano
3
Honky-tonk Piano
4
Electric Piano 1
5
Electric Piano 2
6
Harpsichord
7
Clavi
CHROMATIC
8
Celesta
9
Glockenspiel
10
Music Box
11
Vibraphone
12
Marimba
13
Xylophone
14
Tubular Bells
15
Dulcimer
ORGAN
16
Drawbar Organ
17
Percussive Organ
18
Rock Organ
19
Church Organ
20
Reed Organ
21
Accordion
22
Harmonica
23
Bandoneon
GUITAR
24
Acoustic Guitar (nylon)
25
Acoustic Guitar (steel)
26
Electric Guitar (jazz)
27
Electric Guitar (clean)
28
Electric Guitar (muted)
29
Overdriven Guitar
30
Distortion Guitar
31
Guitar Harmonics
BASS
32
Acoustic Bass
33
Electric Bass (finger)
34
Electric Bass (pick)
35
Fretless Bass
36
Slap Bass 1
37
Slap Bass 2
38
Synth Bass 1
39
Synth Bass 2
STRINGS
40
Violin
41
Viola
42
Cello
43
Contrabass
44
Tremolo Strings
45
Pizzicato Strings
46
Orchestral Harp
47
Timpani
ENSEMBLE
48
Strings Ensemble 1
49
Strings Ensemble 2
50
Synth Strings 1
51
Synth Strings 2
52
Choir Aahs
53
Voice Oohs
54
Synth Voice

Bank Select

Voice
Nummer

MSB

LSB

166

0

0

167
168
169
170
171
172
173
174

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

175
176
177
178
179
180
181
182

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

183
184
185
186
187
188
189
190

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

191
192
193
194
195
196
197
198

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

199
200
201
202
203
204
205
206

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

207
208
209
210
211
212
213
214

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

215
216
217
218
219
220

0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0

MIDI
Program
Voice Naam
Change#
55
Orchestra Hit
BRASS
56
Trumpet
57
Trombone
58
Tuba
59
Muted Trumpet
60
French Horn
61
Brass Section
62
Synth Brass 1
63
Synth Brass 2
REED
64
Soprano Sax
65
Alto Sax
66
Tenor Sax
67
Baritone Sax
68
Oboe
69
English Horn
70
Bassoon
71
Clarinet
PIPE
72
Piccolo
73
Flute
74
Recorder
75
Pan Flute
76
Blown Bottle
77
Shakuhachi
78
Whistle
79
Ocarina
SYNTH LEAD
80
Lead 1 (square)
81
Lead 2 (sawtooth)
82
Lead 3 (calliope)
83
Lead 4 (chiff)
84
Lead 5 (charang)
85
Lead 6 (voice)
86
Lead 7 (fifth)
87
Lead 8 (bass+Lead )
SYNTH PAD
88
Pad 1 (new age)
89
Pad 2 (warm)
90
Pad 3 (polysynth)
91
Pad 4 (choir)
92
Pad 5 (bowed)
93
Pad 6 (metallic)
94
Pad 7 (halo)
95
Pad 8 (sweep)
SYNTH EFFECTS
96
FX 1 (rain)
97
FX 2 (soundtrack)
98
FX 3 (crystal)
99
FX 4 (atmosphere)
100
FX 5 (brightness)
101
FX 6 (goblins)
102
FX 7 (echoes)
103
FX 8 (sci-fi)
ETHNIC
104
Sitar
105
Banjo
106
Shamisen
107
Koto
108
Kalimba
109
Bagpipe

VOICE LIJST

MIDI
Program
Change#

Bank Select

Voice
Nummer

MSB

LSB

221
222

0
0

0
0

223
224
225
226
227
228
229
230

0
0
0
0
0
0
0
0

0
0
0
0
0
0
0
0

Voice Naam

110
Fiddle
111
Shanai
PERCUSSIVE
112
Tinkle Bell
113
Agogo
114
Steel Drums
115
Woodblock
116
Taiko Drum
117
Melodic Tom
118
Synth Drum
119
Reverse Cymbal

MIDI
Program
Voice Naam
LSB
Change#
SOUND EFFECTS
0
120
Guitar Fret Noise
0
121
Breath Noise
0
122
Seashore
0
123
Bird Tweet
0
124
Telephone Ring
0
125
Helicopter
0
126
Applause
0
127
Gunshot

Bank Select

Voice
Nummer

MSB

231
232
233
234
235
236
237
238

0
0
0
0
0
0
0
0

STIJL LIJST
Stijl
Nummer
001
002
003
004
005
006
007
008
009
010
011
012
013
014
015
016
017
018
019
020
021
022
023
024
025
026
027

Stijl Naam
8BEAT
8Beat Pop 1
8Beat Pop 2
8Beat Uptempo
8Beat Standard
Folkrock
Pop Rock
8Beat Medium
8Beat Ballad
Epic Ballad
Piano Ballad
16BEAT
16Beat Shuffle 1
16Beat Shuffle 2
16Beat Pop
Funk 1
16Beat Ballad 1
16Beat Ballad 2
Soul Ballad
6/8 BALLAD
Slow Rock 1
Slow Rock 2
6/8 Ballad
DANCE
Dance Pop 1
Dance Pop 2
Techno
Eurobeat
Euro House
Hip Hop
Synth Boogie

Stijl
Nummer

Stijle Naam

DISCO
70s Disco
Disco Tropical
Polka Pop
ROCK
031
8Beat Rock Ballad
032
16Beat Rock Ballad
033
Hard Rock
034
Rock Shuffle
035
6/8 Heavy Rock
036
US Rock
ROCK & ROLL
037
Rock & Roll 1
038
Rock & Roll 2
039
Boogie
040
Twist
RHYTHM & BLUES
041
R&B
042
Funk 2
043
Soul
044
Gospel Shuffle
045
6/8 Gospel
046
4/4 Blues
CONTEMPORARY JAZZ
047
Cool Jazz
048
Jazz Ballad
049
Jazz Waltz
050
Fusion
028
029
030

Stijl
Nummer

Stijl Naam

TRADITIONAL JAZZ
Swing
Big Band Swing
Big Band Ballad
Jazz Quartet
Dixieland
AMERICAS
056
Cajun
057
Banda
058
Mariachi
059
Tejano
060
Cumbia
COUNTRY & WESTERN
061
Bluegrass
062
Country 2/4
063
Country Rock
064
Country Ballad
065
Country Shuffle
066
Country Waltz
BALLROOM LATIN
067
Cha Cha
068
Rhumba
069
Pasodoble
070
Tango Continental
BALLROOM STANDARD
071
Foxtrot
072
Jive
051
052
053
054
055

Stijl
Nummer
073
074
075
076
077
078
079
080
081
082
083
084
085
086
087
088
089
090
091
092
093
094
095
096
097
098
099
100

Stijle Naam

MARCH & WALTZ
March 1
March 2
6/8 March
Polka
Standard Waltz
German Waltz
Viennese Waltz
Musette Waltz
LATIN
Bossa Nova 1
Bossa Nova 2
Salsa
Samba
Mambo
Beguine
Merengue
Bolero Lento
CARIBBEAN
Reggae 12
Pop Reggae
PIANIST
Rock-a-Ballad
8Beat
Swing
Jazz Ballad
2Beat
Boogie
Ragtime
Arpeggio
Waltz
Happy

111

DRUM KIT LIJST
• “<——” Geeft aan dat de drum geluid hetzelfde is als de “Standard Kit 1”.
• Iedere percussie voice gebruikt één toon.
• De MIDI Toon# en de Toon zijn in werkelijkheid één oktaaf lager dat aangeven. Bijvoorbeeld, in “101: Standard
Kit 1”, de “Seq Click H” (Note# 36/Note C1) correspondeerd met de (Note# 24/Note C0).
• Key Off: Toetsen gemarkeerd met “O” stoppen met direct met klinken zodra deze losgelaten worden.
• Voices met dezelfde Alternate Note Number (*1 … 4) kunnen niet tegelijkerijd bespeeld worden. (Ze zijn
ontworpen om achtereenvolgens met elkaar te spelen.)

Voice#
Bank MSB#
Bank LSB#
Program Change
Keyboard
MIDI
Note#
Note
Note#
Note
25
C#
0
13
C# -1
26
D
0
14
D
-1
27
D#
0
15
D# -1
28
E
0
16
E
-1
29
F
0
17
F
-1
30
F#
0
18
F# -1
31
G
0
19
G
-1
32
G#
0
20
G# -1
33
A
0
21
A
-1
34
A#
0
22
A# -1
35
B
0
23
B
-1
36
C
1
24
C
0
37
C#
1
25
C# 0
38
D
1
26
D
0
39
D#
1
27
D# 0
40
E
1
28
E
0
41
F
1
29
F
0
42
F#
1
30
F# 0
43
G
1
31
G
0
44
G#
1
32
G# 0
45
A
1
33
A
0
46
A#
1
34
A# 0
47
B
1
35
B
0
48
C
2
36
C
1
49
C#
2
37
C# 1
50
D
2
38
D
1
51
D#
2
39
D# 1
52
E
2
40
E
1
53
F
2
41
F
1
54
F#
2
42
F# 1
55
G
2
43
G
1
56
G#
2
44
G# 1
57
A
2
45
A
1
58
A#
2
46
A# 1
59
B
2
47
B
1
60
C
3
48
C
2
61
C#
3
49
C# 2
62
D
3
50
D
2
63
D#
3
51
D# 2
64
E
3
52
E
2
65
F
3
53
F
2
66
F#
3
54
F# 2
67
G
3
55
G
2
68
G#
3
56
G# 2
69
A
3
57
A
2
70
A#
3
58
A# 2
71
B
3
59
B
2
72
C
4
60
C
3
73
C#
4
61
C# 3
74
D
4
62
D
3
75
D#
4
63
D# 3
76
E
4
64
E
3
77
F
4
65
F
3
78
F#
4
66
F# 3
79
G
4
67
G
3
80
G#
4
68
G# 3
81
A
4
69
A
3
82
A#
4
70
A# 3
83
B
4
71
B
3
84
C
5
72
C
4
85
C#
5
73
C# 4
86
D
5
74
D
4
87
D#
5
75
D# 4
88
E
5
76
E
4
89
F
5
77
F
4
90
F#
5
78
F# 4
91
G
5
79
G
4
92
G#
5
80
G# 4
93
A
5
81
A
4
94
A#
5
82
A# 4
95
B
5
83
B
4
96
C
6
84
C
5

112

101
127
0
0
Key Alternate
Standard Kit 1
off Assign
*3
Surdo Mute
*3
Surdo Open
Hi-Q
Whip
*4
Scratch H
*4
Scratch L
Finger Snap
Click
Metronome Click
Metronome Bell
Seq Click L
Seq Click H
Brush Tap
O
Brush Swirl
Brush Slap
O
Brush Swirl W/Attack
O
Snare Roll
Castanet
Snare H Soft
Sticks
Bass Drum L
Open Rim Shot
Bass Drum M
Bass Drum H
Side Stick
Snare L
Hand Clap
Snare H Hard
Floor Tom L
*1
Hi-Hat Closed
Floor Tom H
*1
Hi-Hat Pedal
Low Tom
*1
Hi-Hat Open
Mid Tom L
Mid Tom H
Crash Cymbal 1
High Tom
Ride Cymbal 1
Chinese Cymbal
Ride Cymbal Cup
Tambourine
Splash Cymbal
Cowbell
Crash Cymbal 2
Vibraslap
Ride Cymbal 2
Bongo H
Bongo L
Conga H Mute
Conga H Open
Conga L
Timbale H
Timbale L
Agogo H
Agogo L
Cabasa
Maracas
O
Samba Whistle H
O
Samba Whistle L
Guiro Short
O
Guiro Long
Claves
Wood Block H
Wood Block L
Cuica Mute
Cuica Open
*2
Triangle Mute
*2
Triangle Open
Shaker
Jingle Bell
Bell Tree

102
127
0
1
Standard Kit 2
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Snare H Soft2
<——
Bass Drum L2
Open Rim Shot2
<——
Bass Drum H 2
<——
Snare L2
<——
Snare H Hard2
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

103
127
0
8
Room Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
SD Room L
<——
SD Room H
Room Tom 1
<——
Room Tom 2
<——
Room Tom 3
<——
Room Tom 4
Room Tom 5
<——
Room Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

104
127
0
16
Rock Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
SD Elec M
<——
<——
<——
Bass Drum H3
BD Rock
<——
SD Rock
<——
SD Rock Rim
Rock Tom 1
<——
Rock Tom 2
<——
Rock Tom 3
<——
Rock Tom 4
Rock Tom 5
<——
Rock Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

105
127
0
24
Electronic Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Reverse Cymbal
<——
Hi Q
Snare L
<——
Bass Drum H
<——
BD Rock
BD Rock 2
<——
SD Elec M
<——
SD Elec H
E Tom 1
<——
E Tom 2
<——
E Tom 3
<——
E Tom 4
E Tom 5
<——
E Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Scratch Push
Scratch Pull
<——
<——
<——
<——
<——

DRUM KIT LIST

Voice#
Bank MSB#
Bank LSB#
Program Change#
Toetsenbord
MIDI
Toon#
Toon
Note#
Note
25
C#
0
13
C# -1
26
D
0
14
D
-1
27
D#
0
15
D# -1
28
E
0
16
E
-1
29
F
0
17
F
-1
30
F#
0
18
F# -1
31
G
0
19
G
-1
32
G#
0
20
G# -1
33
A
0
21
A
-1
34
A#
0
22
A# -1
35
B
0
23
B
-1
36
C
1
24
C
0
37
C#
1
25
C# 0
38
D
1
26
D
0
39
D#
1
27
D# 0
40
E
1
28
E
0
41
F
1
29
F
0
42
F#
1
30
F# 0
43
G
1
31
G
0
44
G#
1
32
G# 0
45
A
1
33
A
0
46
A#
1
34
A# 0
47
B
1
35
B
0
48
C
2
36
C
1
49
C#
2
37
C# 1
50
D
2
38
D
1
51
D#
2
39
D# 1
52
E
2
40
E
1
53
F
2
41
F
1
54
F#
2
42
F# 1
55
G
2
43
G
1
56
G#
2
44
G# 1
57
A
2
45
A
1
58
A#
2
46
A# 1
59
B
2
47
B
1
60
C
3
48
C
2
61
C#
3
49
C# 2
62
D
3
50
D
2
63
D#
3
51
D# 2
64
E
3
52
E
2
65
F
3
53
F
2
66
F#
3
54
F# 2
67
G
3
55
G
2
68
G#
3
56
G# 2
69
A
3
57
A
2
70
A#
3
58
A# 2
71
B
3
59
B
2
72
C
4
60
C
3
73
C#
4
61
C# 3
74
D
4
62
D
3
75
D#
4
63
D# 3
76
E
4
64
E
3
77
F
4
65
F
3
78
F#
4
66
F# 3
79
G
4
67
G
3
80
G#
4
68
G# 3
81
A
4
69
A
3
82
A#
4
70
A# 3
83
B
4
71
B
3
84
C
5
72
C
4
85
C#
5
73
C# 4
86
D
5
74
D
4
87
D#
5
75
D# 4
88
E
5
76
E
4
89
F
5
77
F
4
90
F#
5
78
F# 4
91
G
5
79
G
4
92
G#
5
80
G# 4
93
A
5
81
A
4
94
A#
5
82
A# 4
95
B
5
83
B
4
96
C
6
84
C
5

106
127
0
25
Key Alternate
Analog Kit
off Assign
*3
<——
*3
<——
<——
<——
*4
<——
*4
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
O
<——
<——
O
Reverse Cymbal
O
<——
Hi Q
SD Elec H2
<——
Bass Drum H
<——
BD Analog 1L
BD Analog 1H
Analog Side Stick
SD Analog 1H
<——
SD Analog 1L
Analog Tom 1
*1
Analog HH Closed1
Analog Tom 2
*1
Analog HH Closed2
Analog Tom 3
*1
Analog HH 1 Open
Analog Tom 4
Analog Tom 5
Analog Cymbal
Analog Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Cowbell
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Conga H
Analog Conga M
Analog Conga L
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Maracas
O
<——
O
<——
<——
O
<——
Analog Claves
<——
<——
Scratch Push
Scratch Pull
*2
<——
*2
<——
<——
<——
<——

107
127
0
27
Dance Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Reverse Cymbal
<——
Hi Q
SD Analog 2
<——
BD Analog 2
SD Analog Open Rim
BD Analog 3
BD Analog 4
Analog Side Stick
SD Analog 3
<——
SD Analog 4
Analog Tom 1
Dance HH Closed1
Analog Tom 2
Dance HH Closed2
Analog Tom 3
HH Open2
Analog Tom 4
Analog Tom 5
Analog Cymbal
Analog Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Cowbell
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Conga H
Analog Conga M
Analog Conga L
<——
<——
<——
<——
<——
Analog Maracas
<——
<——
<——
<——
Analog Claves
<——
<——
Scratch Push
Scratch Pull
<——
<——
<——
<——
<——

108
127
0
32
Jazz Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
BD Jazz
<——
SD Jazz L
<——
SD Jazz H
Jazz Tom 1
<——
Jazz Tom 2
<——
Jazz Tom 3
<——
Jazz Tom 4
Jazz Tom 5
<——
Jazz Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

109
127
0
40
Brush Kit
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Brush Slap L
<——
<——
<——
<——
BD Jazz
<——
Brush Slap H
<——
Brush Tap
Brush Tom 1
<——
Brush Tom 2
<——
Brush Tom 3
<——
Brush Tom 4
Brush Tom 5
<——
Brush Tom 6
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

110
127
0
48
Symphony Kit1
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
Bass Drum L3
<——
Gran Casa
Gran Casa Mute
<——
Marching SD M
<——
Marching SD H
Jazz Tom 1
<——
Jazz Tom 2
<——
Jazz Tom 3
<——
Jazz Tom 4
Jazz Tom 5
Hand Cym.L Open
Jazz Tom 6
Hand Cym. L Closed
<——
<——
<——
<——
<——
Hand Cym. H Open
<——
Hand Cym. H Closed
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——
<——

113

MIDI IMPLEMENTATION CHART
[Portable Keyboard]
Model: PSR-225

Functie

Herkent

Default
Changed

1 - 16
1 - 16

1 - 16
1 - 16

Mode

Default
Messages
Altered

3
X
**************

3
X
X

: True voice

0 - 127
**************

0 - 127
0 - 127

Velocity

Note ON
Note OFF

O 9nH, v=1 - 127
O 9nH, v=0

O 9nH, v=1 - 127
O 9nH, v=0 or 8nH

After
Touch

key’s
Ch’s

X
X

X
X

X

O

Pitch Bender
Control Change

0, 32
1
7, 10
11
6, 38
64
84
91, 93, 94
96, 97
100, 101
120
121

O
X
O
X
X
O
X
O
X
X
X
X

Program
Change : True #

O 0 - 127
**************

System Exclusive

O

System

: Song Position
: Song Select
Common : Tune

X
X
X

System : Clock
Real Time : Commands

O
O

Aux

X
X
O
X

: Local ON/OFF
: All Notes OFF
Messages : Active Sense
: Reset
Mode 1 : OMNI ON, POLY
Mode 3 : OMNI OFF, POLY

114

Verstuurt

Basic
Channel

Note
Number

Date: 18-MAR-1998
Version: 1.0

MIDI Implementation Chart

*2
*2
*2
*2

*2

Opmerking

*1
*1

O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O

Bank Select
Modulation
Expression
Data Entry
Sustain
Portamento Control
Effect Depth
Data Inc, Dec
RPN LSB, MSB
All Sound Off
Reset All Controllers

O 0 - 127

*3

O

*3

X
X
X

*5

O
O

*4
*5

X
O (123 - 127)
O
X
Mode 2 : OMNI ON, MONO
Mode 4 : OMNI OFF, MONO

O : Yes
X : No

MIDI IMPLEMENTATION CHART

OPMERKING:
*1 Default (fabrieksinstelllingen) functioneert de PSR-225 als een 16-kanaals
multi-timbrale toongenerator en heeft ontvangen data geen invloed op de
paneelvoices of paneelinstellingen. De MIDI messages hieronder hebben
echter wel invloed op de paneelvoices, automatische begeleiding en songs.
• MIDI Master Tuning
• System exclusive messages voor het wijzigen van het Reverb Type, Chorus
Type en DSP Type.
De Remote Channel functie kan worden toegewezen met Functie parameter
#81. De messages die ontvangen worden op het ingestelde kanaal worden
op dezelfde manier behandeld als key (toetsen) data ontvangen van de PSR225 zelf. De volgende messages worden ontvangen op het ingestelde
kanaal, geselecteerd in deze Functie parameter, alle andere messages
worden genegeerd.
• Note ON
• Note OFF
• Control change : Bank select MSB, LSB (Main Voice Only), Modulation,
Volume, Expression, Sustain, All sound off, All note off
• Program Change (Main Voice Only)
• Pitch Bend
*2 Messages voor deze control change numbers kunnen niet verstuurd worden
door de PSR-225 zelf. Ze worden echter verstuurd als er begeleiding wordt
afgespeeld en tijdens het gebruik van het Harmony effect.
*3 Exclusive
 F0H, 7EH, 7FH, 09H, 01H, F7H
• Deze message roept automatisch alle standaard instellingen op van het
instrument, met uitzondering van MIDI Master Tuning.
 F0H, 7FH, 7FH, 04H, 01H, llH, mmH, F7H
• Deze message zorgt ervoor dat het volume van alle kanalen tegelijkertijd
gewijzigd worden (Universal System Exclusive).
• De waarden “mm” worden gebruikt voor MIDI Master Tuning. (Waarden
voor “ll” worden genegeert.)
 F0H, 43H, 1nH, 27H, 30H, 00H, 00H, mmH, llH, ccH, F7H
• Dit message zorgt ervoor dat alle stemmingen voor alle kanalen
tegelijkertijd gewijzigd worden.
• De waarden “mm” en “ll” worden gebruikt voor MIDI Master Tuning.
• De standaard waarden “mm” en “ll” zijn respectievelijk 08H en 00H.
Iedere waarde kan gebruikt worden als “n” en “cc.”

• Dit wordt gebuikt voor het bewaren (opnemen) van User data (User
songs, User One Touch Setting en EZ Chord).
 (Alleen ontvangen)
F0H, 43H, 73H, 01H, 02H, F7H (Interne Klok)
F0H, 43H, 73H, 01H, 03H, F7H (Externe Klok)
• Deze messages bedienen de klankinstellingen van de begeleiding.
 F0H, 43H, 1nH, 4CH, 02H, 01H, 00H, mmH, llH, F7H
• mm : Reverb Type MSB
• ll : Reverb Type LSB
Zie Effect Map (pagina 116) voor details.
 F0H, 43H, 1nH, 4CH, 02H, 01H, 20H, mmH, llH, F7H
• mm : Chorus Type MSB
• ll : Chorus Type LSB
Zie Effect Map (pagina116) voor details.
 F0H, 43H, 1nH, 4CH, 02H, 01H, 40H, mmH, llH, F7H
• mm : DSP Type MSB
• ll : DSP Type LSB
Zie Effect Map (page 116) voor details.
 F0H, 43H, 1nH, 4CH, 08H, 0mH, 11H, llH, F7H
• ll : Dry Level
• 0m : Channel Number (kanaalnummer)
*4 Het is mogelijk om tussen de externe en interne clock te wisselen.
*5 Als de begeleiding gestart wordt, wordt er een FAH message verstuurd. Als de
begeleiding wordt gestopt wordt er een FCH message verstuurt. Als de klok
op Extern wordt ingesteld, worden beide FAH (het starten van de
begeleiding) en FCH (het stoppen van begeleiding) messages herkend.
Geen MIDI messages worden ontvangen of verstuurd tijdens de Song mode.

115

MIDI IMPLEMENTATION CHART

■ Effect map
* Als de ontvangen waarden geen effect type bevat in de TYPE LSB, de LSB wordt
naarTYPE 0 toegewezen.
* Paneel Effecten zijn gebaseert op de “(Number) Effect Name”.
* Door het gebruik van een externe sequencer, die bekwaam is voor het bewerken en
versturen van system exclusive messages en parameter wijzigingen, kunt u de
Reverb, Chorus en DSP effect types selecteren die niet toegankelijk zijn voor de
PSR-225 paneel zelf. Als één van de effecten is geselecteerd door de extere
sequencer, “ - ” zal in de display verschijnen.

REVERB
TYPE
MSB
000
001
002
003
004
005...127

00
GEEN EFFECT
(1)HALL1
ROOM
STAGE
PLATE
GEEN EFFECT

01

02

08

TYPE LSB
16

(5)STAGE1
(7)PLATE1

17

18

(2)HALL2
(3)ROOM1
(6)STAGE2
(8)PLATE2

19

20

(4)ROOM2

CHORUS
TYPE
MSB
000...064
065
066
067
068...127

00
GEEN EFFECT
CHORUS
CELESTE
FLANGER
GEEN EFFECT

01

02

08

TYPE LSB
16

17

18

19

20

18

19

20

(2)CHORUS2
(3)FLANGER1

(1)CHORUS1
(4)FLANGER2

DSP
TYPE
MSB
000
001
002
003
004
005
006
007
008
009
010
011
012...019
020
021...063
064
065
066
067
068
069
070
071
072
073
074
075
076
077
078
079...127

116

TYPE LSB
00
01
02
08
16
GEEN EFFECT
(1)HALL1
ROOM
STAGE
(5)STAGE1
PLATE
(7)PLATE1
DELAY L,C,R
(26)DELAY L,C,R
(27)DELAY L,R
(28)ECHO
(29)CROSS DELAY
(9)EARLY REFLECTION1 (10)EARLY REFLECTION2
(11)GATE REVERB
(12)REVERSE GATE
GEEN EFFECT
KARAOKE
GEEN EFFECT
THRU
CHORUS
(14)CHORUS2
CELESTE
FLANGER
(15)FLANGER1
SYMPHONIC
(17)SYMPHONIC
ROTARY SPEAKER
(19)ROTARY SPEAKER1
TREMOLO
(21)TREMOLO1
AUTO PAN
(24)AUTO PAN
(18)PHASER
DISTORTION
OVERDRIVE
AMP SIMULATION
(30)DISTORTION HARD
3BAND EQ
(32)EQ DISCO
2BAND EQ
AUTO WAH
(25)AUTO WAH
THRU

17
(2)HALL2
(3)ROOM1
(6)STAGE2
(8)PLATE2

(4)ROOM2

(13)CHORUS1
(16)FLANGER2

(20)ROTARY SPEAKER2 (22)TREMOLO2 (23)GUITAR TREMOLO

(31)DISTORTION SOFT
(33)EQ TEL

SPECIFICATIES
Toetsenbord
• 61 standard-afmetingen toetsen (C1 - C6), met Touch
Response en Dynamic Filter.

Opname
• Song
User Song : 3 Songs
Real Time Opname/Step Opname
Recording Tracks : 1, 2, 3, 4, 5, 6/CHORD
• EZ Chord
8 Banken + Bank Ketting
• OTS (One Touch Setting)
User : 4 Setups x 4 Banken

Display
• Grote multi-functionele LCD display
Setup
• STAND BY/ON
• MASTER VOLUME : MIN - MAX
Paneel Bedieningen
• OVERALL (▲▼, +, -), FUNCTION, SONG, VOICE,
STYLE, PORTABLE GRAND, METRONOME, [0]-[9],
[+](YES/FWD), [-](NO/BWD), TOUCH
Demo Song
• 3 songs
Voice
• 100 paneel voices + 10 Drum Kits + 128 GM Voices
• Polyphony : 32
• Voice Set
• Dual Voice Mode
• Split Voice Mode
Automatische Begeleiding
• 100 stijlen
• Accompaniment Knoppen: ACMP ON/OFF, SYNC-START,
START/STOP, INTRO/ENDING, MAIN A/B(AUTO FILL)
• Beat Indicator
• Fingering : Multi fingering
• Accompaniment Volume
Yamaha Educational Suite (YES)
• Chord Guide: Dictionary, Smart Chord, EZ Chord
One Touch Setting
• Preset A en B (voor alle stijlen)
• User (4 Setups x 4 Banken)
Algemene parameters
• Tempo
• Stemmen
• Song Volume

• Transponeren
• Begeleidingsvolume
• Metronoom Volume

Effecten
• Reverb : 8 types
• DSP : 33 types

• Chorus : 4 types
• Harmony : 26 types

MIDI
• Instellingen Versturen (transmit settings)
• Instellingen Ontvangen (receive settings)
• Local Control
• Clock
• Bulk versturen/ontvangen
• Initial Send
Uitgang Jacks
• PHONES/AUX OUT, DC IN 10-12V, MIDI IN/OUT,
VOETSCHAKELAAR
Versterker
• 3.0W + 3.0W
Luidsprekers
• 12cm x 2
Opgenomen Vermogen
• 13 W (als u een PA-3B adaptor gebruikt)
Voedingsspanning
• Adaptor : Yamaha PA-3B AC adaptor
• Batterijen: Zes “D” size, SUM-1, R-20 of soortgelijke
batterijen
Afmetingen (W x D x H)
• 933 x 370 x 129 mm (36-3/4" x 14-5/8" x 5-1/6")
Gewicht
• 5.5 kg (12.1 lbs.)
Bijgeleverde Accessoires
• Nederlandstalige Handleiding

Song
• 3 preset Songs (Demo) + 3 User Songs
• Song Wissen

Los Verkrijgbaar (niet meegeleverd)
• Hoofdtelefoon
: HPE-150
• AC adaptor
: PA-3B
• Voetschakelaar
: FC4, FC5
• Toetsenbord standaard : L-2L, L-2C
* Specificaties en uiterlijk kunnen zich wijzigen zonder dat hier
vantevoren melding van wordt gemaakt.

117



Source Exif Data:
File Type                       : PDF
File Type Extension             : pdf
MIME Type                       : application/pdf
PDF Version                     : 1.5
Linearized                      : Yes
Encryption                      : Standard V1.2 (40-bit)
User Access                     : Print, Copy, Fill forms, Extract, Assemble, Print high-res
Page Count                      : 118
Page Layout                     : SinglePage
XMP Toolkit                     : XMP toolkit 2.9.1-13, framework 1.6
About                           : uuid:5d199a0c-7817-4d8c-a843-6b1fa90c465b
Producer                        : Acrobat Distiller 3.0 for Power Macintosh
Keywords                        : 
Create Date                     : 1998:08:05 15:20:53Z
Modify Date                     : 2003:07:29 20:42:32+09:00
Metadata Date                   : 2003:07:29 20:42:32+09:00
Creator Tool                    : Adobe PageMaker 6.52
Document ID                     : uuid:5481b20c-b3c1-430d-bf07-8a918c5df88c
Format                          : application/pdf
Description                     : a. PSR-225 Cover
Title                           : a. PSR-225 Cover
Creator                         : Annelies Gijsse
Author                          : Annelies Gijsse
Subject                         : a. PSR-225 Cover
EXIF Metadata provided by EXIF.tools

Navigation menu